A perceptual interference account of acquisition difficulties for non-native phonemes Paul Iverson, Patricia K. Kuhl, Reiko Akahane- Yamada, Eugen Diesch,

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Tevredenheid met behandelaar en behandeling.
Advertisements

Dag van de Fonetiek, 17 december 1999, Utrecht ? Verbetering van door het gebruik van in de automatische spraakherkenning Jacques Koreman & Attilio Erriquez.
Open-Tops in Bergen aan Zee De Fysische Eigenschappen
Opvoeden in de stad en in een dorp
ZINTUIGLIJK WELBEVINDEN
Pianoles heeft onmiddellijk
“IK KRIJG HET NIET UIT MIJN HOOFD”
De rol van ouders in de ontwikkeling van alcoholgebruik onder adolescenten Door Elisa De Jonghe Engels, R. & van der Vorst, H. (2008). De rol van de ouders.
INTERACTION DESIGN Week 3.
Leren spellen, feedback en de computer
Een Gen voor Homoseksualiteit?
Onderzoek naar de effecten van het Thuisadministratie programma
Precht 2 Blz 53 t/m 101.
(ieder kind speelt toch…!?!) Jeugdformaat, 30 januari 2013
3-jarigen in het basisonderwijs
De hersenen zijn het controlecentrum van het lichaam…
KAREN SCHAUWERS Steven Gillis Paul Govaerts
Altijd heen en weer. Het wereldbeeld van kinderen met gescheiden ouders. Machteld Reynaert.
INFO-AVOND DE SCHOM 18 JANUARI 2010
Brrrrrrr, een klant CEO bezoekt weinig klanten Wel praten over….., niet praten met….. Klant is van vlees en bloed, geen getal Klant is eng….. Klanten gaan.
Preek: Jaap de Schipper.
Piramide Welkom in de taalklas De VVE- methode.
Boventoonzang.
toetsen voor het verband tussen variabelen met gelijk meetniveau
Jong geleerd, fout gedaan?
Opdracht 2. premisse: het Nederlandse over in contexten waarin het vertaald wordt door about is een instantiatie van de focus-of- attention sense incorrecte.
Spraaksynthese.
Zelfredzaamheid bij kinderen en jeugdigen met autisme en een ernstige verstandelijke beperking Nelchen Arijs.
Poel, L. van der, Blokhuis, A. (2008). Wat je speelt, ben je zelf
Echtscheiding: gevolgen voor kinderen
Experimenteel Design Prof. Dr. S. Van Dongen
Gecontroleerde en automatische processen
Beroepsvaardigheden onderdeel van SBC
Relativiteitstheorie (4)
Logopedische aspecten
Meten bij marktonderzoek
Sjerp de Vries, Fransje Langers, Josine Donders & Agnes van den Berg
Annelie Tuinman, Holger Mitterer & Anne Cutler
Een verhandeling bij marketing Belangrijke punten, afspraken, en tips Marketing Research Group K.U.Leuven.
De sensomotorische ontwikkeling van kinderen met een auditieve en visuele beperking (doofblind) en de rol van kinderfysiotherapie Masoud Salavati.
Lehouck Florine  Abstract  Inleiding  Het onderzoek  Methode  Resultaten  Discussie.
Meten van intelligentie bij kinderen met ADHD
Scriptieseminarie 3 Methode – Experimenteel onderzoek
Ontwikkelingsvoorsprong bij kleuters(?)
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
MENSELIJKE ONTWIKKELING OUDER-KIND RELATIE 0 – 3 JAAR
Zindelijkheid binnen het aanbod van Kind en Gezin
Afwijkende visuele waarneming bij mensen met Autisme Spectrum Stoornis
Je herkent het pas als je het kent
Cognitieve linguïstiek
Dienstverlening voor integere en geweldloze communicatie Presentatie door R.R. Annema.
Presentatie methodeanalyse Zo leren kinderen lezen en spellen & Leeslijn De Hand-out.
De Indo-Europeanen.
Dag van de Fonetiek 18 december 2008 Bea Valkenier & Dicky Gilbers Rijksuniversiteit Groningen PERCEPTIE VAN ONVOLLEDIG SPRAAKSIGNAAL onderzoeksvraag.
Lezen leren.
Westerse baby’s verliezen complex ritmegevoel Roisin Gevers Muziek.
Stage: Basisschool de Klingerberg
Een prachtige kans voor uw kinderen
Taalkundige feiten en hypothesen
Bias in onderwijsevaluaties: Hoe gaan we er mee om? Dr. Benjamin Boerebach Strategie & Informatie, Bestuursstaf,
College 1; lezen. Sheets: Kamer: ML
Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek I Bijeenkomst 2 kwartaal 2.
VIAVINCI PRIMO Opleiding Taalexpert 1 Keuzemodule Nederlands als tweede taal 11 november 2015.
(Ped)agogiek Werkcollege 4 Jennifer de Vries-Aydogdu med.hro.nl/vrije.
Vermoeidheid staat in de top 5 van revalidatiedoelstellingen met de hoogste prioriteit voor visueel beperkte cliënten. Daarnaast komt uit wetenschappelijk.
De verwerving van de verleden tijd door Nederlandstalige kinderen De invloed van het taalaanbod en semantische predisposities Margot Rozendaal Scriptiepresentatie.
CoRPS Center of Research on Psychology in Somatic diseases De rol van persoonlijkheid bij het lichamelijk en psychisch welzijn van melanoom patiënten.
Psychologie Conditioneren
Political Communication & Journalism
Transcript van de presentatie:

A perceptual interference account of acquisition difficulties for non-native phonemes Paul Iverson, Patricia K. Kuhl, Reiko Akahane- Yamada, Eugen Diesch, Yoh’ich Tohkura, Andreas Kettermann, Claudia Sieber

Inleiding Feiten Kind  hoort spraak  neurale organisatie verandert  kind specialiseert zich in die taal Volwassene  2de taal leren  moeilijkheden want neurale organisatie aangepast aan L1 segmenteren in woorden en fonemen 2 verschillende L2 fonemen kunnen hetzelfde klinken motorische articulatie van L2

Inleiding Hoe komt dat? Baby’s w geboren met perceptuele gevoeligheden vr alle talenVroeger  categoriale perceptie voor talen die niet voorkomen in de omgeving verdwijnt geleidelijkNu Neurologische organisatie verandert i.p.v. verdwijnt

Inleiding Wat verandert er? Hypothese 1 (late selectie) Stimuli auditieve perceptuele registratie analyse en respons beslissing Hypothese 2 (vroege selectie) Stimuli auditieve Perceptuele respons registratie analyse

Inleiding Evidentie H1 Pisoni et al. Door training kunnen volwassenen niet- aangeboren fonemen verwerven Werker & Tees Volwassenen kunnen vreemde fonemen soms onderscheiden zonder ze te kunnen categoriseren

Inleiding Evidentie H2 Neurofysiologisch onderzoek (ERP) MMN vindt plaats voor aandacht een rol kan spelen Ontwikkelingspsychologisch onderzoek (ERP) Kinderen van 6 tot 12 maanden oud (voor betekenis een rol speelt) bezitten taal-specifieke perceptie voor fonemen

Inleiding Evidentie H2 (vervolg) Kuhl & Iverson Minimale overlap tss het auditieve en wat het kind effectief waarneemt  waarneming is beperkt tot prototypes  voorbereiding op leren van L1  Veranderingen in perceptie zijn taal-specifiek en zijn dus eerder fonetisch dan puur auditief

Inleiding Doel samenbrengen van deze 2 verschillende visies: « Hoe kan taal-ervaring de lagere orde processen wijzigen zonder dat het leren van niet aangeboren fonemen verhinderd wordt? »

Methode Proefpersonen 24 Japanners 12 Duitsers 19 Engelstalige Amerikanen Alle proefpersonen werden monolinguistisch opgevoed tot ze op school Engels leerden.

Methode Stimuli 18 /ra/ en /la/ fonemen De stimuli verschillen enkel in 2de (F2) en 3de (F3) formant  2 dimensionele stimulus grid

Methode 2 dimensionele stimulus grid

Methode Formant frequentie zone met een hoge intensiteit verlopend over een korte tijd Foneem een categorie van spraakklanken die op eenzelfde wijze geïnterpreteerd worden

Methode Experimenten 1. Identificatie en goodness 2. Gelijkenis 3. Discriminatie

Methode Procedure 1. Identificatie en goodness ppn identificeren elke stimulus in termen van hun moedertaal Is deze stimulus een goed exemplaar uit deze categorie? schaal van 1 (slecht) tot 7 (goed) 18 oefen trials 36 experimentele trials

Methode 2. Gelijkenis S1 S2 350 ms ISI geen enkele stimulus vormde een paar met zichzelf In welke mate gelijken of verschillen deze 2 stimuli? Schaal van 1 (verschillend) tot 7 (gelijkend) 36 oefen trials 306 experimentele trials

Methode 3. Discriminatie S1 S2 350 ms ISI De helft van de beurten zijn dezelfde paren, de andere helft zijn verschillende paren Zijn deze 2 stimuli identiek? 20 oefening trials 480 experimentele trials

Resultaten Experiment: Gelijkheid  Lijken deze 2 stimuli op elkaar?   2 dimensionele stimulus grid gelijkende stimuli staan dicht bij elkaar verschillende stimuli staan ver van elkaar

Resultaten 2 dimensionele stimulus grid

Resultaten F3 Variatie tussen categ /r/ en /l/ Categoriale perceptie continue overgang r…………………l F2 Akoestische variatie binnen 1 categorie

Resultaten Gelijkheid

Gelijkheid Amerikaanse luisteraars Gevoelig voor verschillen in F3 Minder gevoelig voor akoestische verschillen tss stimuli aan de uiteinden van het rooster

Resultaten Gelijkheid

Gelijkheid Japanse luisteraars Gevoeliger voor variatie in F2 dan F3 Geen opmerkelijke uitrekking van de perceptuele ruimte in het midden van de F3 dimensie

Resultaten Gelijkheid

Gelijkheid Duiste luisteraars  Amerikanen

Resultaten Discriminatie Experiment: Discriminatie  Zijn deze stimuli identiek?  Ja of nee  Helft paren identiek, andere helft zijn verschillend  F3 onderzoeken, dus F2 constant houden

Resultaten Discriminatie Aangeboden stimuli

Resultaten Discriminatie

Discriminatie(1) Amerikaanse luisteraars Amerikaanse luisteraars betere discriminatie nabij de r-l grenslijn dan binnen elke categorie Japanse luisteraars discriminatie vermogen  als F3  geen piek op de r-l grenslijn statistische vgl tss Amerikaanse en Japanse data  Japanners hoger discriminatievermogen bij r dan bij l (significant verschil)

Resultaten Discriminatie(2) Duitse luisteraars  Amerikanen statistische vgl tussen de Amerikaanse en Duitse data:  Duitsers hebben sign. hogere gevoeligh binnen /r/ categorie  gevoeligheid was niet sign hoger binnen de /l/ categorie of aan de foneemgrens

Resultaten Experiment: Identificatie en goodness  In welke categorie hoort deze stimulus?  Is deze stimulus een goed exemplaar van deze categorie? 

Resultaten Japanse luisteraars

Resultaten Japanse luisteraars  Plaatsen elke stimulus in de /r/ categorie  Goodness  naarmate F2 freq   Stimuli met lagere F2 frequentie gingen meer als een w klinken kan  Dus hogere gevoeligheid voor F2 kan veroorzaakt zijn doordat Japanners alle stimuli in 1 categorie zijn geplaatst

Resultaten Duitse luisteraars Amerikaanse luisteraars  Categoriale perceptie van Duitsers is minder scherp dan die van Amerikanen

Besluit Hoewel aangetoond is dat Japanners problemen hebben om te discrimineren tussen r en l (F3), discrimineren ze beter op F2 dan de Amerikanen en Duitsers. Dit interfereert met de verwerving

Besluit Training procedures voor het aanleren van r-l aan Japanners  veel verschillende stimuli  veel praten Duitse luisteraars hebben geen problemen met het verschil tussen r-l, omdat F2 irrelevant is voor hen

Besluit  Verzoening tussen beiden hypotheses is niet bewezen maar deze studie helpt aan te tonen dat er mogelijks een interactie is tussen hogere- en lagere- orde processen

Vragen?