Leeftijdgenoten en Vrienden Kohnstamm, R. (2009) Leeftijdgenoten en vrienden in De kleine ontwikkelingspsychologie III de puberjaren (pp. 191-212) (3de druk). Houten: Bon Stafleu van Loghum.

Inhoud Verschillende typen peergroup Boezemvrienden en hartsvriendinnen De vriendengroep De subcultuur De gemengde peergroup Spiegel of hindernis voor elkaar Conformiteit maar met mate Wie is waarom populair? Leren op school Schoolleven

Verschillende typen peergroup Peergroup = zelfde leeftijd/zelfde interesse’s Informeel/formeel = de wijze hoe informatie wordt verstrekt aan jongeren Continu/discontinu = is er voorbereiding op de volwassenheid of niet? Formele continuïteit Formele discontinuïteit Informele continuïteit Informele discontinuïteit Gereglementeerd Emotioneel geladen Ontmoetingsplaats Negatieve contacten Georganiseerd Structuur Ongeschreven regels sportclub fanclub school straatbende

Boezemvrienden en hartsvriendinnen Vriendschapsparen lijken op elkaar volgens de persoonlijkheidseigenschappen: - extraversie – vriendelijkheid Dominantie, vriend(inn)en vullen elkaar aan Boezemvrienden doen veel samen, hartsvriendinnen zijn veel samen Felle conflicten uit elkaar groeien

De vriendengroep Wij-gevoel tegenover ‘de anderen’ Subtiele hiërarchie Seksuele rijpheid, school en leren, interesses, muziekvoorkeur = belangrijk bij vormen van vriendengroepen

De subcultuur In de jeugdcultuur => verschillende subculturen Elk zijn eigen levensstijl Specifieke gedragingen per subcultuur Voelen zich tot elkaar aangetrokken, maar dit is niet nodig Anderen denken stereotiep over ‘hen’ Referentiegroep voor adolescenten Basis voor een imago

De gemengde peergroup Bij begin adolescentie, vriendengroepen uit seksegenoten Geleidelijk aan contact met andere sekse Initiatief door leden met hoge groepsstatus Subcultuur verdwijnt doordat eigenheid toeneemt Belangrijkste functie subcultuur paarvorming

Spiegel of hindernis voor elkaar Vriendschappen belangrijke rol psychosociale ontwikkeling Bevordering of hindernis Kan leiden tot aantasting eigenwaarde, poging zich anders te gedragen Peer arena Sociale vergelijkingen Verkeerde keuzes door groep pseudovolwassenheid

Conformiteit maar met mate Gelijkvormigheid Hiërarchie/rolverdeling Leider, praatpaal, slimste,… Sommigen volgen niet, maar gaan hun eigen weg

Wie is waarom populair? Sociale vaardigheid Populair zijn = goed gevoel aan anderen geven Vriendelijk/goed humeur/grappig/stralen zelfvertrouwen uit zonder op te scheppen Al van jongs af aan positief zelfbeeld Komen met veel meer mensen overeen dan enkel hun vriendengroep

Leren op school middelbaar = homogene leeromgeving Meisjes doen meer hun best dan jongens Jongens vertonen machogedrag Niet gemengd onderwijs = betere resultaten Meerderheid aan meisjes = resultaten zijn beter

Schoolleven Sociaal-emotionele kant Goede contacten = bevordering van psychosociale ontwikkeling School is in de eerste plaats een ontmoetingsplaats Aanleren structuur en gedragscodes

Bronnen http://www.kleineontwikkelingspsychologie.nl/.a/6a00d83420560453ef0120a5580006970c-pi http://www.kleineontwikkelingspsychologie.nl/.shared/image.html?/photos/uncategorized/2007/10/08/0_e en_moratorium_kleur.jpg http://dict.space.4goo.net/dict?q=skater http://hans.wyrdweb.eu/about-addiction/ http://www.wallpaperswala.com/best-friends/ Office gallery http://www.wellcomecollection.org/whats-on/events/adolescent-body.aspx http://gajemee.files.wordpress.com/2011/03/08-vriendengroep.jpg