Technische Infrastructuur in de Ruimtelijke Ordening

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Zelf waarde maken in de wijk Jan Brouwer Ede, 18 mei 2011.
Advertisements

Planning: Terugblik paragraaf 3.1, 3.2 en 3.3
Terugblik paragraaf 3.1 Van stad naar stedelijke zone.
Samenvatting: Stedelijke gebieden
Transport en Infrastructuur
1e en 2e discussieronde zaal 1Vier vergezichten op Nederland drs. Bert Smid, Centraal Planbureau zaal 2Randstad als economische motor dr. Peter Louter,
Hst 1: De wereld: Systeem van landen en relaties
5 stedelijke problemen – 5 stedelijke oplossingen
Aanpak en Resultaten Verkeers- en vervoersstudie AMC
Europa en duurzame mobiliteit commentaar op COM(2006)314 Prof. Stef Proost Center for Economic Studies KULeuven.
Expertmeeting 3 Kansen en initiatieven tussen regionale en locale economie.
Rijnwoude Kernberaad 2008 Koudekerk aan den Rijn Peter Bakker 30 september 2008.
Bedrijventerreinen als economische motor Presentatie door drs. Gerrit Ybema Ybema Economy Solutions Bedrijventerreincongres 2006 Zutphen, 5 oktober 2006.
(Gebieds)kenmerken Regio Groningen en Assen
Fietswensen-analyse Diezerpoort Kinderen in beweging / Fietsersbond - workshop 1.
Fietsen in Tilburg Fietsberaad 16 maart 2006 Fietsen en Luchtkwaliteit Liesbeth Trip.
OV en Ruimte Effecten van beter OV,ruimtelijk beleid en flankerend beleid. Is het geheel meer dan de som der delen? Hans Hilbers, PBL.
Omgaan met verandering in dorpen Stellingen Frans Thissen Afdeling Geografie, Planologie en Internationale Ontwikkelingsstudies U NIVERSITEIT VAN A MSTERDAM.
StadsOntwikkeling Openbaar Vervoer als deel van de stadsontwikkeling Bijdrage aan de OV-Werkconferentie 15 februari 2011 Rob Tiemersma StadsOntwikkeling.
Zorgorganisaties & vastgoed
Tussenstand Strategische Bereikbaarheidsagenda
Bouwstenen Duurzaam Bereikbaarheidsplan Doelstelling: 1.Structurele verbetering van de bereikbaarheid van de regio 2.Structurele vermindering van CO2-emissies.
Par 3.1: Van stad naar stedelijke zone
Bedrijfsvervoerplannen (BVP)
Presentatie herijking VVP, openRAADhuisavond 9 oktober Naar een herijking van het VVP Verkenning van dilemma’s en opgaven.
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)
Hst 3: De wereld van de stad
Wonen in Nederland Hst 3.2 : Verstopte steden.
Wonen in Nederland Hst 3: Stedelijke vraagstukken van grote en middelgrote steden in Nederland.
Fietsbeleid in Culemborg
Ruimteconferentie Ruimte voor werken
Mobiliteit: enkele “kreten”. Aanzet tot discussie. Maandag 4 februari 2013 Willy Miermans.
Mobiliteit is een factor van belang in elke crisis M M M Economische crisis Klimaatcrisis Energiecrisis Mobiliteit is een randvoorwaarde: -congestie -bereikbaarheid.
Achtergrond 380 kV HS-station Breukelen
Klimaatbeleid & Ruimtelijke Ordening raakvlakken, meerwaarde en kansen Lokale Klimaatagenda.
30 januari 2013 Leegstand en regionale samenwerking Henk Ovink wnd. DG Ruimte en Water Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Migratie in Nederland Migratie.
Oefening 17 p. 97 – les 5.
Netwerkanalyse Zuidvleugel
2 vmbo-T/havo 4 steden, §2 en 3
Stedelijk en landelijk gebied
Wat is de Ladder voor Provincie Zuid-Holland?
Regio West-Brabant Paul Vermeulen Programmamanager Ruimtelijke Ontwikkeling, Wonen en Leefbaarheid “Ontkoppelen behoud en bereikbaarheid voorzieningen”
2TH Hoofdstuk 3 Steden, van hier tot Tokyo §2 en 3
Infosessie duurzaamheidsmeter 26/2/2013 omgaan met duurzaamheidscriteria voor gebiedsontwikkeling aanpak case Innovatiepark geel.
Parkhaven, wonen waar de stad tot rust komt…..? Een zesbaans weg, auto’s & 1800 bussen per dag!
Meer bereiken door ruimtelijk inrichten Barry Zondag 9 maart 2016.
Mobiliteitsvisie Oss Podiumbijeenkomst 4 februari 2010 Ellen Neelen.
Kobe Boussauw – 17/02/2012 – ARP Ruimtelijke nabijheid en duurzaam verplaatsingsgedrag in Vlaanderen dr. ir. Kobe Boussauw
Vlaams Parlement, Brussel 10 december 2015 Onderzoeksresultaten en beleidsrelevantie.
Bedrijfsstijlen in de Multifunctionele Landbouw. Multifunctionele landbouw Afbouwstrategie? Toekomst van de Nederlandse landbouw? Leuk voor erbij? Uitlaatklep.
Verstedelijkingsafspraken Drechtsteden presentatie t.b.v. bezoek minister Van der Laan d.d. 9 februari 2009.
Kaderstellende discussie Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan Commissie EMG,19 maart 2004.
Ruimtelijke ordening Thuiskamer Egmond-Binnen Edwin de Waard.
Actualisering Structuurvisie Thema’s huidige structuurvisie.
Een nieuwe ladder voor duurzame verstedelijking
Klankbordsessie 2 december 2015
Nationaal Parkeercongres 2017
MaaS pilot: Rotterdam The Hague Airport
4 havo 3 Stedelijke gebieden § 4-5
Samenhangende verstedelijking en hoogwaardig OV langs de Oude Lijn
Omgevingswet en Gezondheid
Duurzame verstedelijking
Blok 1 Wonen in een stad Deelvraag:
het aanbod van parkeren bij hoog | stedelijk wonen
Met NS vliegensvlug door West-Europa De trein als alternatief voor vliegen op afstanden tot 700 km 22 november 2018 Kaj Mook – Hoofd Business Development.
Nationale Omgevingsvisie
Samen sterk!.
WAARDMAKERS - TEAM 13 Samenstelling Team 13 * Michelle Helmig
Samen sterk!.
Transcript van de presentatie:

Technische Infrastructuur in de Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke Ordening als instrument voor Duurzame Mobiliteit

Ruimtelijke Ordening als instrument voor Duurzame Mobiliteit RO en Duurzame Mobiliteit Locatiebeleid Keuze bouwlocaties Slotopmerkingen

De opgave Individuen moeten zich kunnen ontplooien Diversiteit, samenhang en duurzaamheid van de samenleving (en het fysisch milieu) waarborgen Optimaal functioneren van gebieden (afgeleide opgave) Vraag: in hoeverre is er sprake van maakbaarheid van de samenleving

Bereikbaarheid Verkeers- en vervoerstelsels hebben een belangrijke sturende en structurerende kracht in de ruimtelijke ontwikkeling op de lange termijn Bereikbaarheid als sleutel voor gewenste ruimtelijke ontwikkeling Gebieden met hoge functiedichtheid  goede bereikbaarheid Gebieden met lage functiedichtheid  beperkte bereikbaarheid Het is tevens van groot belang om zowel de interne als de externe bereikbaarheid van een gebied in beschouwing te nemen

Bereikbaarheid Afwikkeling verkeer in netwerken Dynamisch verkeersmanagement Dynamische herkomst- bestemmingsmatrix Vervoers- management Bereikbaarheid Dagelijks activiteitenpatroon Infrastructuur- netwerken Ruimtelijke structuur Mobiliteit

Duurzame mobiliteit Betekent een sterke beperking van de schadelijke milieueffecten van mobiliteit Door: Minder verplaatsingen Kortere verplaatsingen Gebruik milieuvriendelijke vervoerwijzen Technologische verbeteringen

Mobiliteit: gedrag van mensen Toenemende spreiding van activiteiten is haast onontkoombaar Schaalvergroting en toenemende interactie tussen stedelijke gebieden: overlappende stadsgewesten Het bieden van goede bereikbaarheid leidt tot meer mobiliteit Het verslechteren van bereikbaarheid leidt tot verlies aan leefbaarheid

Ruimtelijke Ordening als instrument voor duurzame mobiliteit Verplaatsen is geen doel op zich; verplaatsingen gaan van herkomst naar bestemming Ruimtelijke ordening stuurt de ruimtelijke spreiding van herkomsten en bestemmingen Ruimtelijke ordening kan dus wellicht de mobiliteit beïnvloeden: aantal verplaatsingen afstand vervoermiddel Echter niet direct: de keuze om een verplaatsing te maken, met welk vervoermiddel en waar naartoe blijft een vrije keuze.

Lange termijn instrument Ieder jaar wordt slechts een klein deel van de gebouwde omgeving gewijzigd (een klein deel aan de gebouwde omgeving toegevoegd) Die wijziging/toevoeging staat er dan wel voor 50 jaar Op korte termijn niet zoveel effect Effect wel voor lange termijn gegarandeerd Besluiten zijn praktisch onomkeerbaar: weet wat je doet

Locatiebeleid Idee: Activiteiten verschillen in de mobiliteit die ermee samenhangt Locaties verschillen in bereikbaarheid De juiste activiteit (het juiste bedrijf) op de juiste plaats Kantoor met hoog potentieel OV-gebruik: bij NMBS station Industrie met veel aan- en afvoer van goederen: bij autosnelweg Mobiliteitskenmerken van bedrijven: Mobiliteitsprofielen Bereikbaarheid van locaties: Bereikbaarheidsprofielen

Bereikbaarheidsprofielen (1) A-locaties: Optimaal door OV ontsloten (bijv. snelle en frequente verbindingen met andere stedelijke centra) Ontsluiting voor autoverkeer is van ondergeschikt belang Stringent parkeerbeleid Goede OV-verbinding met park-and-ride voorzieningen gelegen aan de rand van de stad Inrichting bevordert gebruik openbaar vervoer en langzaam vervoer Voorzieningen in omgeving station hebben stedelijke allure (aantrekkelijke verblijfs- en werkomgeving)

Bereikbaarheidsprofielen (2) B-locaties: Ligging op knooppunt stadsgewestelijk/stedelijk OV-lijnennet Ligging aan stedelijke hoofdweg of nabij afslag autosnelweg Beperking parkeerfaciliteiten, afgestemd op type bedrijven dat voor vestiging in aanmerking komt Inrichting moedigt gebruik openbaar vervoer en langzaam vervoer aan Goede bereikbaarheid per OV en redelijke bereikbaarheid per auto

Bereikbaarheidsprofielen (3) C-locaties Optimaal ontsloten over de weg (ligging direct of in de nabijheid van afslag autosnelweg) Geen eisen m.b.t. kwaliteit ontsluiting OV (evt. gebruik OV voor wo-we verplaatsingen bevorderen) Parkeerfaciliteiten zijn afgestemd op type bedrijf (weinig werknemers per oppervlakte eenheid) Congestievrije aansluiting op hoofdtransportassen (ter vermijding congestie openbaar vervoer inzetten voor niet-noodzakelijke autoverplaatsingen) Gelegen in of aan de rand van het stedelijk gebied

Mobiliteitsprofielen (1) Vastgesteld voor bedrijf of publieke voorziening Potentieel OV-gebruik van werknemers en bezoekers van bedrijf of voorziening of Reële auto-afhankelijkheid die nodig is voor bedrijfsvoering

Mobiliteitsprofielen (2) Hoofdkenmerken: De arbeidsintensiteit (aantal werknemers per oppervlakte-eenheid beïnvloedt potentieel gebruik OV) De auto-afhankelijkheid van de bedrijfsvoering (vooral zakelijke auto-afhankelijkheid) De bezoekersintensiteit (veel bezoekers scheppen kansen voor OV) De afhankelijkheid van goederentransport over de weg

Afstemming bereikbaarheids- en mobiliteitsprofielen Legenda Arbeidsintensiteit 1 = extensief > 100 m2/werknemer 2 = matig intensief 40 – 100 m2/werknemer 3 = intensief < 40 m2/werknemer Zakelijke auto-afhankelijkheid = minder dan 20% van het aantal werkzame personen is auto-afhankerlijk = 20 - 30% van het aantal werkzame personen is auto-afhankerlijk = meer dan 30% van het aantal werkzame personen is auto-afhankerlijk Bezoekersintensiteit = extensief: vrijwel nooit of incidenteel bezoekers in kader van bedrijfsvoering (> 300 m2/bez.) = regelmatig: regelmatig contact met klanten of relaties die het bedrijf bezoeken (100-300 m2/bez.) = intensief: dagelijkse stroom bezoekers is substantieel onderdeel van de bedrijfsvoering; bedrijfsactiviteit direct gericht op klanten/bezoekers, baliefuncties, e.d. (< 100 m2/bez.) Goederenvervoer over de weg = nauwelijks belangrijk = mogelijk belangrijk = belangrijk

Afstemming bereikbaarheids- en mobiliteitsprofielen Mobiliteits-kenmerken Locatie Type A Type B Type c Arbeidsintensiteit Zakelijke auto-afhankelijkheid Bezoekersintensiteit Wegontsluiting (goederen) 3 1 2

Locatiebeleid: gangbare praktijk Ontsluitingskenmerken A-locaties: binnen 15 minuten van IC station B-locaties: binnen 800 meter van station/busknooppunt en bij de autosnelweg C-locaties: bij afslag autosnelweg

Het zwarte gat van de B-locatie Ontwikkeling A-locaties vaak moeizaam Onderscheid A- en B-kantoren moeilijk  A-kantoren mogen ook op B-locaties Op B-locaties hoog auto-aandeel Autobereikbaarheid vaak erg goed OV-bereikbaarheid slechts redelijk Fietsbereikbaarheid geen criterium De meeste regio’s hebben geen of weinig B-locaties  eisen OV versoepeld of gekoppeld aan toekomstig OV Resultaat: A-kantoren op ‘B’-locaties met ‘C’ modal split

Locatiebeleid: alternatieve aanpak Onderscheid maken naar doelstellingen  zakelijk verkeer (niet aan tornen) versus mobiliteitsgeleiding Zakelijk verkeer: ontsluitingskenmerken of positie in het netwerk zijn belangrijk Mobiliteitsgeleiding: actuele bereikbaarheid is belangrijk Waar woont het personeel Voor welk deel is de fiets een reëel alternatief (< 5 km) Voor welk deel is OV een reëel alternatief (VF < 1,5) Resterend deel is afhankelijk van de auto

Bereikbaarheidsprofielen Alleen binnen invloedssfeer stedelijke hoofdweg Binnen invloedssfeer autosnelweg Binnen invloedssfeer A knooppunt OV A Binnen invloedssfeer B knooppunt OV AL B Buiten invloedssfeer knooppunt OV R C

Plaatswaarde en Knoopwaarde (Bertolini) Plaatswaarde: stedenbouwkundige kracht als vestigingsplek Bedrijven, type werkgelegenheid Diensten Wonen Knoopwaarde: de vervoerscapaciteit Hiërarchie knooppunt Multimodale ontsluiting Situering in netwerk Bereikbaarheid andere locaties

Plaatswaarde en Knoopwaarde (Bertolini)

Voorbeeld: regio Eindhoven Oude label Autokilometers pppd Norm autokm pppd 1993 2010 Beter OV en P Wat kun je bereiken Centraal station A 10 12 Strijp B 13 16 14 6 Poot van Metz 20 21 18 Ekkersrijt C 23 17

Conclusie werklocaties Locatiebeleid kan heel effectief zijn Infrastructurele ontsluiting zegt niet alles Nabijheid en kansen fiets cruciaal Parkeerbeleid cruciaal Methoden beschikbaar om zicht te krijgen op kansen voor mobiliteitsgeleiding

Overzicht Het probleem Uitdijende steden en specialisatie (suburbanisatie = vraag) Toenemend autogebruik (massamotorisering = vraag) De opties Terugdringen verplaatsingsafstanden Beïnvloeden modal split Huidige beleidskeuzen Wonen: Nabijheid boven bereikbaarheid Werken: Bereikbaarheid boven nabijheid

Primaat bij nabijheid Wonen Reductie autokilometers Draagvlakversterking grootstedelijke voorzieningen Vergroting bereik inwoners Werken Reductie verplaatsingsafstanden Meer mogelijkheden voor langzaam verkeer Versterking concurrentiepositie openbaar vervoer

Tekortkomingen en dilemma’s Wonen: de prijs van nabijheid Bouwlocatie Autokm. Draagvlak Kosten Termijn Land. West Nieuw Oost Amstelveen Haarl.meer Almere ++ + - -- ‘beter’ is ook duurder en tijdrovender Ontsluiting ‘nabije’ locaties past vaak slecht in netwerkconcept Infrastructuur uitbreidingen dienen primair het ‘bestaande’ te verbeteren, niet het nieuwe te ‘ontsluiten’

Tekortkomingen en dilemma’s Werken: Gebrekkige koppeling indicatoren voor ABC aan doelstellingen Mogelijkheden van Langzaam vervoer en Nabijheid onderschat Gevaar voor overconcentratie