Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Gedrag in organisaties, 9e editie
Advertisements

Marketingstrategie: segmentatie en positionering
De fundamenten van de organisatiestructuur
INFO-AVOND DE SCHOM 18 JANUARI 2010
Hoofdstuk 14 Gedrag in organisaties © Pearson Education Benelux, 2003
Hoofdstuk 5 Consumentengedrag
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Onderzoeksmethode Oftewel: met welke specifieke onderzoeksmethode kan ik het best mijn onderzoeksvraag beantwoorden.
Inleiding tot management en organisaties
Basisbegrippen van motivatie
Gedrag in organisaties, 9e editie
Hoofdstuk 17 De organisatiecultuur bepalen en veranderen
Perceptie en individuele besluitvorming
Hoofdstuk 18 Veranderingen in organisaties tot stand brengen
De fundamenten van groepsgedrag
Motivatie: van begrip naar toepassingen
Hoofdstuk 6 Leidinggeven
Organisatieverandering en organisatieontwikkeling
Gedrag in organisaties, 9e editie
De fundamenten van de organisatiestructuur
Hoofdstuk 7 Anderen motiveren
Gedrag in organisaties, 9e editie
Hoofdstuk 8 Plannen en doelen stellen
14-1 Copyright © 2005 Prentice-Hall Hoofdstuk 15 Een machtsbasis creëren Managementvaardigheden, 2/e editie door Phillip L. Hunsaker Copyright © 2005 Prentice-Hall.
Deel 1 Het managen van mensen en organi-saties.
Deel 2 Individu.
Werken aan Intergenerationele Samenwerking en Expertise.
Basisbegrippen van motivatie
Perceptie en individuele besluitvorming
Hoofdstuk 4 Omgaan met stress en tijd
De fundamenten van groepsgedrag
Gedrag in organisaties, 10e editie
Hoofdstuk 5 Integer leiderschap
Hoofdstuk 7 Motiveren van medewerkers
Hoofdstuk 6 Leidinggeven en macht
Hoofdstuk 1 Inleiding op gedrag in organisaties
Organisatieverandering en organisatieontwikkeling
Conflicten en onderhandelingen
Hoofdstuk 3 Persoonlijkheid en waarden
Motivatie: van begrip naar toepassingen
Gedrag in organisaties, 10e editie
Introductie tot Organisatie Gedrag
De Fundamenten van Individueel Gedrag
Hoofdstuk 8 Plannen en doelen stellen
Gedrag in organisaties, 10e editie
Gedrag in organisaties, 10e editie
Gedrag in organisaties, 10e editie
Wat willen we vandaag doen?
Professioneel persoonlijkheidsprofiel
Dienstverlening voor integere en geweldloze communicatie Presentatie door R.R. Annema.
Dossier Empowerment.
Organisatiepsychologie les 1
Groepsdynamica.
Vier vormen van betekenisgeving
gespreksvaardigheden
Determinanten en andere beïnvloedende factoren bij medicatiegebruik
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 3
(Ped)agogiek Hoorcollege 2
Welkom ik maak me sterk.
GEDRAG IN ORGANISATIES. HOOFDSTUK VI Gedrag in organisaties. De basis 1.
Koffieochtend 3 november 2016 REGELS EN GRENZEN IN DE OPVOEDING
Hoofdstuk 1 Inleiding op gedrag in organisaties
Conflicten en onderhandelingen
Gedrag in organisaties, 9e editie
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
De fundamenten van groepsgedrag
Perceptie en individuele besluitvorming
Hoofdstuk 3 Persoonlijkheid en waarden
Consumentengedrag Les 2: Consumentengedrag (paragraaf 1.1 – 1.3)
Transcript van de presentatie:

Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag Gedrag in organisaties, 10e editie Stephen P. Robbins en Timothy A. Judge Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag

Na bestudering van dit hoofdstuk ben je in staat om: 1. Het verband tussen vermogen en werkprestaties te verklaren. De drie componenten van attitudes tegen elkaar af te zetten. Het verband tussen attitude en gedrag uit te leggen. De belangrijkste attitudes ten opzichte van werk te beschrijven. Werktevredenheid te definieren en aan te geven hoe dit begrip gemeten kan worden.

Na bestudering van dit hoofdstuk ben je in staat om: De voornaamste bronnen van werktevredenheid en de vier typen reacties van werknemers bij ontevredenheid op te sommen. De betekenis van werktevredenheid buiten de geindustrialiseerde wereld te duiden. Te begrijpen hoe je het gedrag van anderen kunt helpen vormen. Onderscheid te maken tussen verschillende manieren om gewenst gedrag te bevorderen.

Drie fundamenten van individueel gedrag in organisaties: Vermogen Attitudes Leren

Vermogen: Vermogen (ability) wordt bepaald door: Intelligentie Geschiktheid voor het werk

Attitudes Een positieve of negatieve houding tegenover dingen, mensen of gebeurtenissen Geeft aan hoe iemand ergens over denkt

Attitudes De vier volgende eigenschappen moeten worden bekeken: Wat zijn de belangrijkste componenten? Hoe consistent zijn attitudes? Vloeit gedrag altijd voort uit attitudes? Wat zijn de voornaamste attitudes ten aanzien van werk?

De componenten van een attitude:

De consistentie van attitudes: Cognitieve dissonantie ontstaat wanneer twee of meer attitudes van iemand met elkaar botsen of wanneer gedrag en attitudes tegenstrijdig zijn. Individuen streven naar minimale dissonantie in hun gedrag, ingegeven door: het belang, de mate van invloed van het individu erover, en de beloning die erbij betrokken is.

Komt gedrag altijd voort uit attitudes? Moderatorvariabelen: ‘onderdrukkers’ van het verband tussen attitude en gedrag: Belang van de attitude Mate van specificiteit Toegankelijkheid Aanwezigheid sociale druk Directe ervaring met de attitude

Voornaamste attitudes ten aanzien van werk: GiO onderzoekt drie attitudes: Werktevredenheid Betrokkenheid bij het werk Betrokkenheid bij de organisatie -affectieve binding -extrinsieke (calculerende) binding -normatieve binding

Werktevredenheid heeft te maken met een verzameling gevoelens die een individu heeft voor zijn werk

Gevolgen van (on)tevredenheid op de werkvloer Exit-reactie Stem-reactie Loyaliteits-reactie Verwaarlozings-reactie

Werktevredenheid Bedrijven met tevreden werknemers zijn effectiever. Tevredenheid komt voort uit vertrouwen. Tevreden personeel zorgt voor tevreden klanten en andersom. Verband met ziekteverzuim is gering. Verband met personeelsverloop is iets sterker. Verband met ongewenst gedrag is groot.

Hoe leren mensen gedrag? Leren = elke betrekkelijk permanente gedragsverandering die optreedt als een gevolg van een ervaring. Leren gaat niet zonder verandering. Verandering moet diep wortelen. Er is ervaring voor nodig.

Leren De theorie van operante conditionering: Mensen leren bepaald gedrag om te krijgen wat ze willen of om te vermijden wat ze niet willen.

Leren De theorie van social learning: Mensen leren door bij anderen te observeren en door directe ervaringen. Vier processen gaan hiermee samen: Aandacht geven Opslaan in het geheugen Motorische reproductie (gedragsnabootsing) Bekrachtiging

Leren Methoden om gedrag te vormen (shapen): Positieve bekrachtiging Negatieve bekrachtiging Straf Uitdoving

Bekrachtigingsschema’s