Deel C: Participatie (p. 193-220) Participatie = inspraak = luistert men naar mijn mening?  in het gezin?  op school?  in België?

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Het bestuur van België Wereldoriëntatie les 3
Advertisements

Leerlingenraad Leerlingenraad Laat je stem horen!!
De Vlaamse Gemeenschapscommissie onder de Loep. België een puzzel.
De gemeentelijke overheid p
Staatsinrichting 1 Veranderingen herkennen/ beschrijven die in 1848 werden doorgevoerd in het kiesrecht door de liberalen o.l.v. Thorbecke.
Het Landsbestuur 4.1 Regering 4.2 Parlement 4.3 Provincie en gemeente
Koninkrijk Bingo. KONINKRIJK BINGO Wie was de eerste Nederlandse koning? VRAAG.
De regionale overheid p
Maatschappijleer 1 Nadya Karim
De VS krijgen een modern bestuur
QUIZ Katern Politiek.
Loopbaanexamen naar niveau A Loopbaanexamen naar niveau A: grondwettelijk recht Prof. Dr. Kaat Leus 10 maart 2009.
DIRECTE DEMOCRATIE STAATSHERVORMING volgens ZWITSERS MODEL v
1.1: in de naam der wet Nakijken Intro HC Opdracht Opdracht bespreken
4.1: Het parlement is baas boven baas
Er zijn vele goede redenen om niet, blanco of ongeldig te stemmen.
Staatsinrichting van Nederland
Europese Samenwerking
Iedereen coach naar Jef Clement.
1. Politici moeten zich zo min mogelijk bemoeien met de rechter.
RECHTSSTAAT Scheiding der machten
Hoofdstuk 7: Nederland een rechtsstaat Hoe worden rechten gegarandeerd?
De allerslimste groep ter wereld!
Parlementaire democratie Welk soort parlementaire democratie vind je nu in Nederland het beste?
Samenwerkend leren Opdracht: Experts.
Republiek versus Frankrijk
Recht.
Historisch overzicht paragraaf 6.2
Politiek.
Deel 3: Politiek in de Griekse stadstaten
Rechtsstaat 22 april Rechtsstaat 22 april 2008.
Leerlingenraad De Ark.
Evenwicht in de machtsindeling
De MedezeggenschapsRaad Inspraak in beleid. Programma Doel MR Taken en verantwoordelijkheden Samenstelling Werkwijze Inspraak: wat betekent dat voor jou?
Hoofdstuk 7 paragraaf 1: de regio
Aantekeningen paragraven
Wat moet je weten aan het einde van de les?
België en Europa in verkiezingstijd Stellingenspel.
Staatsinrichting In Nederland.
Loopbaan oriëntatie en begeleiding
In 1568 begint Willem van Oranje een opstand tegen Spanje
Thema: Macht.
De leerlingenraa d Laat je stem horen!.
Rechtsstaat 4Havo Paragraaf 2 Wie kan de macht van de overheid controleren?
Hoofdstuk 3: Parlementaire democratie
4 Gedicht Kleurplaat voor de kleintjes De Kerstman is weer in het land
De leerlingenraa d Laat je stem horen!
Mijn gemeente Ons gemeentebestuur Gebruikte symbolen Ga naar mijn volgende dia Ga naar mijn voorgaande dia Ik wil nog even mijn informatie raadplegen.
Koning: 3 functies Legerbevelhebber Opperpriester Opperrechter 6.
Deze les: Uitleggen rechtsstaat Maken opdrachten.
Staatsinrichting van Nederland (deel 2)
Blok 2 Vrijheid in Nederland
Thema 12 wet en regelgeving
Welke gevolgen hebben de voorstellen uit het Turks referendum?
België.
…..LET OP…………. Deze powerpoint gaat over de Knelpunten in de politiek.
…..LET OP…………. Deze powerpoint gaat over de “Regels en rechten”.
…..LET OP…………. Deze powerpoint gaat over de Nederland; rechts-staat en democratie De powerpoint bevat de basisstof die je moet kennen om het centraal.
Blok 2 Vrijheid in Nederland
H1 Wat is politiek?.
1. Politici moeten zich zo min mogelijk bemoeien met de rechter.
1.1 DE NEDERLANDSE STAATSINRICHTING NU
Cursus 3.3 Hoe zijn rechten en plichten geregeld? Klas 2 BK Lesweek 3
Cursus 3.4 Rechten van de Mens Klas 2 KGT Lesweek 2
Ken je Bedrijf?! Quiz Instructie voor de quizmaster en zijn/haar assistent: Neem vooraf de vragen door, plus de antwoorden die je onder iedere sheet in.
Cursus 3.3 Hoe zijn rechten en plichten geregeld? Klas 2 KGT Lesweek 3
Gemeente en Provincie Hoofdstuk 7.
Democratie en Dictatuur
Aantekening van: Wie is de baas
Kennismaken met uw docent
Transcript van de presentatie:

Deel C: Participatie (p ) Participatie = inspraak = luistert men naar mijn mening?  in het gezin?  op school?  in België?

1) in het gezin  Wie beslist er bij jou thuis … -hoeveel zakgeld je krijgt? -wanneer je moet gaan slapen? -wat je met je zakgeld doet? -hoeveel tijd je doorbrengt aan de pc? -… Vul de tabel op p. 194 in.

2) op school  Op welke manier hebben jij en je medeleerlingen inspraak in wat er op school gebeurt? in wat er op school gebeurt? -Beantwoord de vragen op p Doe dit samen met je buur.

a) Hebben jullie een vergadering waarin leerlingen mee mogen beslissen over zaken die de school betreffen? -de leerlingenraad b) Wie mag zetelen in die vergadering? -1 of 2 lln. per klas, gekozen door de klasgenoten c) Hoe vaak vergaderen ze? -1x / maand d) Welke beslissingen van de vergadering ken je? -schoolradio, ijsjesverkoop, … e) Heeft de vergadering veel beslissingskracht? Waarom? -neen → De voorstellen moeten steeds goedgekeurd worden door de directie. Wanneer de directie de ideeën niet goed vindt, worden ze dus niet aanvaard. f) Zou je zelf graag deelnemen aan die vergadering? Waarom? g) Welke ideeën heb je nog zelf?

3) in België Welke bestuursvorm is er in België? -een democratie Wat betekent dit? -een bestuursvorm door en voor het volk Waarom “door het volk”? -Het volk kiest hun vertegenwoordigers. Die vertegenwoordigers besturen het land. Zo lijkt het alsof het volk het land bestuurt. Waarom “voor het volk”? -De vertegenwoordigers, gekozen door het volk, moeten het land besturen. Ze trachten dit goed te doen voor het volk.

 Waar mensen moeten samenwerken, zijn er regels nodig. Zo ook bv. in het voetbal. -Wie stelt het voetbalreglement op? de voetbalbond = wetgevende macht -Wie zorgt ervoor dat de regels in de praktijk worden gebracht? de trainer = uitvoerende macht -Wie beboet overtreders? de scheidsrechter = de rechterlijke macht

 Deze drie machten vind je ook terug bij de overheid. Zo zijn er mensen die wetten opstellen. = wetgevende macht Zo zijn er mensen die de wetten uitvoeren. = uitvoerende macht Zo zijn er mensen die waken over de naleving van de wetten. Ze lossen conflicten tussen burgers op. = rechterlijke macht  Welk groot voordeel heeft het om deze 3 machten niet bij dezelfde personen te leggen, om de 3 machten dus gescheiden te houden? -Zo is er geen partijdigheid, geen vriendjespolitiek. -Zo is er geen mogelijkheid tot alleenheerschappij.

 België is een democratie. grondwettelijke, grondwettelijke, parlementaire parlementaire bestuurd door en voor het volk Er bestaat een grondwet, waaraan iedere Belg zich moet houden. Er is scheiding der machten: 1)wetgevende macht: Het parlement stelt wetten op en vaardigt ze uit. 2)uitvoerende macht: voert alle wetten uit 3)rechterlijke macht: -waakt over de naleving van de wetten -lost conflicten tussen burgers op, met toepassing van de wetten

 Sinds de staatshervorming van 1993 mag België zich een federale staat noemen, samengesteld uit deelgebieden, namelijk gemeenschappen en gewesten.

 Binnen België zijn er heel wat overheden die voor jou beslissingen nemen. Het volgende schema brengt meer duidelijkheid: Dit schooljaar gaan we de gemeentelijke, de regionale en de federale overheid bespreken.

  Kenmerken van een federale staat: -zelfstandigheid van de deelgebieden → ze kunnen zelf wetten stemmen en uitvoeren -band tussen de deelgebieden en de federale overheid → bv. In de senaat zetelen vertegenwoordigers van de deelgebieden. ____________________