Actualisering eindtermen ERK en lerarenopleiding Hugo Vanheeswijck Vlaams Ministerie van Onderwijs & Vorming, Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs & Vorming
Actualisering eindtermen ERK en lerarenopleiding Situering Accenten in de actualisering Leerlijn Funderende doelstellingen Componenten ET/OD Het Europees Referentiekader Illustratie: vaardigheid Luisteren in 2de graad aso
Actualisering eindtermen ERK en lerarenopleiding De functie van het ERK in relatie tot de onderwijsdoelen van het talenonderwijs kan variëren van louter beschrijvend tot een strikt normatieve functie. Toetsingskader: Eerst worden de onderwijsdoelen ontwikkeld. Nadien wordt van het ERK gebruik gemaakt om aan die onderwijsdoelen een niveau toe te kennen, gaande van A1 tot en met C2.
Actualisering eindtermen ERK en lerarenopleiding Descriptief kader: Eerst worden de onderwijsdoelen ontwikkeld. Vervolgens worden deze onderwijsdoelen herschreven door gebruik te maken van de beschrijvingscatalogus van het ERK. Normatief kader: De onderwijsdoelen worden onmiddellijk geschreven vanuit de doelstellingen en de beschrijvingscatalogus van het ERK. De beschrijvingscatalogus van het ERK geldt met andere woorden als norm voor het formuleren van de onderwijsdoelen.
Actualisering eindtermen ERK en lerarenopleiding De rol die het ERK tot nu toe heeft gespeeld in de ontwikkeling van onderwijsdoelen voor het talenonderwijs in de Vlaamse Gemeenschap wordt hieronder geschetst; In het volwassenenonderwijs zijn eindtermen voor vreemde talen en NT2 ontwikkeld die gebruik maken van een aantal aspecten van het ERK. Het ERK in ontwikkeling (2001) heeft model gestaan. Het is niet duidelijk in welke mate het ERK voor de ontwikkeling van deze eindtermen heeft gefungeerd. Onder meer evaluatierapporten van de inspectie volwassenenonderwijs wijzen op tekortkomingen.
Actualisering eindtermen ERK en lerarenopleiding Bij de actualisering van de eindtermen moderne vreemde talen voor de basisvorming van het leerplichtonderwijs is het ERK enkel gebruikt als ‘toetsingskader’. Bij de formulering van de ontwikkelingsdoelen Nederlands voor nieuwkomers (OKAN), die gebaseerd zijn op het ROTAN (Referentiekader Ontwikkelingsdoelen Taalvaardigheid Anderstalige Nieuwkomers), is rekening gehouden met het beschrijvingssysteem van de eindtermen Nederlands en moderne vreemde talen in het leerplichtonderwijs. Dus niet met het ERK.
Actualisering eindtermen ERK en lerarenopleiding De beschrijving van de eindtermen Nederlands (NT1) in het volwassenenonderwijs (basiseducatie) en in het leerplichtonderwijs maakt weliswaar gebruik van een aantal elementen uit de beschrijvingscatalogus van het ERK, maar de vraag blijft of dit gebruik conform is met de doelstellingen van het ERK.
Situering Talenbeleidsnota Meer evenwicht tussen taalvaardigheid en taalstructuren Koppeling van de eindtermen aan de beheersingsniveaus van het ERK Meer algemene cultuur in de ET moderne vreemde talen
Situering Europese Unie 27 lidstaten/ 23 officiële talen Lissabon (2000): communicatie in moderne vreemde talen is één van de sleutelcompetenties Barcelona (2002): praktische vaardigheden in minstens twee moderne vreemde talen voor iedere burger Meertaligheid = zowel het vermogen om verschillende talen te gebruiken als het samenleven van verschillende taalgemeenschappen in hetzelfde geografische gebied
Accenten in de actualisering Aansluiting basisonderwijs /1ste graad In 1ste graad A-stroom,aso/kso/tso twee moderne vreemde talen (Engels/Frans) in de basisvorming 1 moderne vreemde taal in 1ste graad B-stroom en bso ET/ OD geformuleerd als operationele doelstellingen Toetsing aan het Europees Referentiekader Dezelfde transparante ordening voor alle niveaus en onderwijsvormen
Leerlijn Bewaking van de verticale samenhang Systematische leerlijn van basisonderwijs tot 3de graad secundair onderwijs Opgebouwd op basis van handelings-gerichte taken, tekstsoorten, tekstkenmerken en strategieën Bewaking van de horizontale samenhang (Nederlands en vakoverschrijdende eindtermen)
Funderende doelstellingen Het gebruiken van moderne vreemde talen als communicatiemiddel in relevante situaties Het overeenstemmen van taalgebruik en taaltaak Het inzetten van ondersteunende kennis Het uitbreiden van functionele kennis via reflectie Het verwerven van talige strategieën Het ontwikkelen van motivatie voor het leren van vreemde talen Het waarderen van moderne vreemde talen Het bereid zijn tot intercultureel contact
Componenten van ET/ OD Vaardigheden Luisteren Lezen Spreken Mondelinge interactie Schrijven
Componenten van ET/ OD Verwerkingsniveaus Voorbeelden taaltaken Kopiërend niveau Beschrijvend niveau Structurerend niveau Beoordelend niveau Voorbeelden taaltaken Nazeggen, voorlezen Onderwerp bepalen, informatie geven Informatie ordenen Argumenten formuleren
Componenten van ET/ OD Tekstsoorten informatieve teksten prescriptieve teksten narratieve teksten argumentatieve teksten artistiek – literaire teksten
Componenten van ET/ OD Tekstkenmerken onderwerp taalgebruikssituatie structuur/ samenhang/ lengte uitspraak/ articulatie/ intonatie tempo en vlotheid woordenschat en taalvariëteit
Ondersteunende kennis Componenten van ET/ OD Strategieën Ondersteunende kennis Cultuur Attitudes
Het Europees Referentiekader (ERK) Verduidelijkt niveau taalvaardigheid Zes niveaus van communicatief handelen Basisgebruiker (A1 en A2) Onafhankelijke gebruiker (B1 en B2) Vaardige gebruiker (C1 en C2) Eindtermen worden globaal gesitueerd op een bepaald niveau
Voorbeeld 2de graad aso LUISTEREN
In teksten met de volgende kenmerken Onderwerp Vrij concreet Eigen leefwereld en dagelijks leven Ook onderwerpen van meer algemene aard met betrekking tot de actualiteit Taalgebruikssituatie Voor de leerlingen relevante taalgebruikssituaties Met en zonder achtergrondgeluiden Met en zonder visuele ondersteuning Met aandacht voor de digitale media
In teksten met de volgende kenmerken Structuur/samenhang/lengte Ook samengestelde zinnen met een beperkte mate van complexiteit Tekststructuur met een beperkte mate van complexiteit Af en toe iets langere teksten Uitspraak/articulatie/intonatie Heldere uitspraak Zorgvuldige articulatie Duidelijke natuurlijke intonatie Standaardtaal
In teksten met de volgende kenmerken Tempo en vlotheid Normaal tempo Woordenschat en taalvariëteit Frequente woorden Overwegend eenduidig in de context Ook met minimale afwijking van de standaardtaal Informeel
Kunnen de leerlingen volgende taken beschrijvend uitvoeren Het onderwerp bepalen in informatieve, prescriptieve, narratieve, argumentatieve en artistiek-literaire teksten De hoofdgedachte achterhalen in informatieve, prescriptieve,narratieve, argumentatieve en artistiek-literaire teksten De gedachtegang volgen van informatieve, prescriptieve,narratieve, argumentatieve en artistiek-literaire teksten
Kunnen de leerlingen volgende taken beschrijvend uitvoeren Relevante informatie selecteren uit informatieve, prescriptieve, narratieve, argumentatieve en artistiek-literaire teksten Cultuuruitingen herkennen die specifiek zijn voor de streek waar de doeltaal gesproken wordt
Kunnen de leerlingen volgende taken structurerend uitvoeren De informatie van informatieve en narratieve teksten op overzichtelijke manier ordenen Kunnen de leerlingen volgende taken beoordelend uitvoeren Een oordeel vormen over informatieve, prescriptieve, narratieve, argumentatieve en artistiek – literaire teksten
Indien nodig passen de leerlingen volgende strategieën toe Zich blijven concentreren ondanks het feit dat ze niet alles begrijpen Het luisterdoel bepalen en hun taalgedrag er op afstemmen Zeggen dat ze iets niet begrijpen en vragen wat iets betekent Gebruik maken van ondersteunende gegevens (talige en niet-talige) binnen en buiten de tekst
Indien nodig passen de leerlingen volgende strategieën toe Vragen om langzamer te spreken, iets te herhalen Hypothesen vormen over de inhoud van de tekst De vermoedelijke betekenis van transparante woorden afleiden De vermoedelijke betekenis van onbekende woorden afleiden uit de context Relevante informatie noteren
Om bovenvermelde taaltaken uit te voeren kunnen de leerlingen op hun niveau functionele beheersing van de volgende taalelementen inzetten De grammaticale en complementaire lexicale kennis om ……………………..(Frans – Engels) De leerlingen kunnen reflecteren over taal en taalgebruik binnen de vermelde taalgebruikssituaties en daarbij hun functionele kennis ter ondersteuning van hun taalbeheersing uitbreiden door naar aanleiding van zinvolle communicatieve situaties en taaltaken: Structuren te herkennen en ontleden Observeren – regels te ontdekken - regels formuleren Gelijkenissen en verschillen tussen talen ontdekken De leerlingen kunnen gelijkenissen en verschillen onderscheiden in leefwijze tussen de eigen cultuur en de cultuur van een streek waar de doeltaal gesproken wordt
De leerlingen werken aan de volgende attitudes Tonen bereidheid en durf om te luisteren, te lezen, te spreken, gesprekken te voeren en te schrijven in het Frans/ Engels Streven naar taalverzorging Tonen belangstelling voor de aanwezigheid van moderne vreemde talen in hun leefwereld, ook buiten school en voor de socioculturele wereld van de taalgebruikers Staan open voor verschillen en gelijkenissen in leefwijze tussen de eigen cultuur en de cultuur van de streek waar de doeltaal gesproken wordt Stellen zich open voor de esthetische component van de teksten
Wat is er veranderd? Ordening 5 in plaats van 4 vaardigheden In 2de graad bso geen ET spreken Tekstkenmerken per vaardigheid gebundeld 1 taaltaak per ET telkens in combinatie met tekstsoorten Geen voorbeelden van tekstsoorten in de ET Strategieën per vaardigheid
Wat is er veranderd? Formulering ondersteunende kennis en attitudes over vaardigheden heen In bso is ondersteunende kennis zeer algemeen gehouden Cultuur verwerkt in kennis, vaardigheden en attitudes In bso vooral in attitudes
Wat is er veranderd? Globale linking aan ERK 5 in plaats van 4 vaardigheden ‘Spreken /gesprekken voeren’ wordt ‘Spreken’ en ‘Mondelinge interactie’ Uitzuivering en actualisering tekst-kenmerken,strategieën en attitudes Concretisering ondersteunende kennis (Engels/ Frans apart - niet in bso) Meer algemene cultuur
Taaltaken/ verwerkingsniveau A1 en A2 uitdrukkingen en basiszinnen begrijpen en gebruiken B1 en B2: de belangrijkste punten uit standaardteksten over vertrouwde zaken begrijpen C1 en C2 Eindtermen Kopiërend niveau Bv. nazeggen, voorlezen Beschrijvend niveau Bv. onderwerp bepalen, informatie geven Structurerend niveau Bv. informatie ordenen Beoordelend niveau Bv. argumenten formuleren
ERK-niveaus en eindtermen Luisteren Lezen Spreken Mondel. interactie Schrijven Globaal bao A1 1 A A1/A2 A2 1 B 2 aso A2/B1 B1 2 bso Geen ET 2 kso/tso 3 aso 3 bso (1+2) 3 bso (3) 3 kso/tso
STELLINGEN ERK als normatief kader? Engels in de lagere school verplichten?