Provinciale coördinatie en regie Jean-Paul de Poorter Dit filmpje toont een wenkend perspectief voor de provinciale coördinatie- en regierol: (1) de dirigenten (provincies) doen ijverig hun werk, (2) het orkest (gemeenten, omgevingsdiensten) volgt de aanwijzingen enthousiast op, (3) de jury (ministerie, inspectie) kijkt enigszins verwonderd toe, maar ziet dat het goed is en (4) het publiek (initiatiefnemers die vergunningen aanvragen, burgers, et cetera) vermaakt zich en klapt zich de handen blauw voor provincie, gemeenten en omgevingsdiensten op het podium. Het filmpje toont ook mooi dat iedere dirigent/provincie een eigen stijl van dirigeren/coördineren/regisseren heeft. Een onderwerp dat centraal staat in het vervolg van deze presentatie.
Provinciale coördinatie en regie Jean-Paul de Poorter Utrecht | 18 januari 2018 Wettelijke coördinatietaak VTH (Wabo, Bor) Bovenwettelijke groene regietaak Het wat en waarom van deze provinciale taken Gedachten over het hoe van deze taken De provincies hebben een wettelijke coördinatietaak voor vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) die vastligt in de Wabo (artikel 5.9 in combinatie met artikel 5.7) en verder is uitgewerkt in het Besluit omgevingsrecht (Bor), met name in paragraaf 7.2 van het Bor. In deze presentatie wordt ingegaan op het wat en waarom van deze taken. Gevolgd door gedachten over hoe deze taken zouden kunnen worden opgepakt, qua coördinatie- en regiestijlen.
Wettelijke coördinatietaak vth Jean-Paul de Poorter Het wat en waarom In het belang van een doelmatige uitvoering en handhaving: Coördineert de provincie dat alle bevoegde bestuursorganen binnen de provincie werken volgens het BIG-8 model, zoals vastgelegd in § 7.2 van het Bor. Stelt de provincie één of meer overlegorganen in, waarin alle bevoegde bestuurs- organen daarover en over de strafrechtelijke handhaving regelmatig overleggen. § 7.2 van het Bor Alle bevoegde bestuursorganen: Stellen uitvoerings- en handhavingsbeleid vast, inclusief doelen Stellen een jaarlijks uitvoeringsprogramma vast Richten een passende organisatie in (structuur, werkprocessen) Regelen de vereiste middelen (budget en menskracht) Monitoren de uitvoering en het doelbereik Rapporteren over de uitvoering en het doelbereik Het waarom van provinciale coördinatie en regie is volgens de Wabo gelegen in een doelmatige uitvoering en handhaving. Wat de provincies geacht worden te doen is: (1) coördineren dat alle bevoegde bestuursorganen binnen de provincie (in hoofdzaak gemeenten en de provincie zelf) werken volgens de aanwijzingen in paragraaf 7.2 van het Besluit omgevingsrecht en (2) één of meer overlegorganen instellen, waarin alle bevoegde bestuursorganen overleggen over hun activiteiten in het kader van paragraaf 7.2 van het Bor, mede in relatie tot de strafrechtelijke handhaving (samenwerking van het bestuur met politie en justitie). De aanwijzingen in paragraaf 7.2 van het Bor komen neer op het implementeren van het zogenoemde BIG-8 model via de 6 onderdelen zoals op de dia genoemd. Het BIG-8 model vereist een goede samenwerking tussen de bestuursorganen (provincie en gemeenten) enerzijds en de uitvoerende omgevingsdiensten anderzijds. Want de bestuursorganen gaan over de strategische (bovenste) lus, terwijl de omgevingsdiensten gaan over de operationele (onderste) lus. Beide lussen gaan bij een optimale werking van het model naadloos in elkaar over. Zowel op de overgang van beleid naar uitvoering (welke doelen zijn leidend voor de uitvoering?). Als op de overgang van uitvoering naar beleid (zijn de doelen bereikt, was de uitvoering effectief en doelmatig en in hoeverre is het nodig om het beleid, de doelen, de organisatie en/of het budget bij te sturen?).
Bovenwettelijke Groene regietaak Jean-Paul de Poorter Het wat en waarom In het belang van de kwaliteit van natuurgebieden en het buitengebied: Regisseert de provincie dat alle bij groen toezicht en groene handhaving betrokken organisaties binnen de provincie regelmatig overleggen en samenwerken op basis / naar analogie van het BIG-8 model. Afgestemd/gezamenlijk uitvoerings- en handhavingsbeleid Afgestemd/gezamenlijk jaarlijks uitvoeringsprogramma Een passende (samenwerkings)organisatie (structuur, processen) Vereiste middelen (budget en menskracht) De uitvoering en het doelbereik monitoren Rapporteren over de uitvoering en het doelbereik De groene regietaak draait om de kwaliteit van natuurgebieden en het buitengebied. In dat belang regisseert de provincie dat alle bij groen toezicht en groene handhaving betrokken (ook particuliere) organisaties binnen de provincie regelmatig overleggen en samenwerking op basis van of naar analogie van het BIG-8 model. De groene regietaak was ooit gebaseerd op een convenant tussen het rijk en de provincies en is bij het aflopen van dit convenant vastgelegd in het in IPO verband vastgestelde ‘Basisniveau provinciale regievoering groene handhaving’. Voor natuurgebieden is de werkwijze specifiek uitgewerkt in de ‘Handreiking handhavingsplan Natura 2000’. Overigens gaat de hiervoor besproken wettelijke coördinatietaak van de provincies ook over de groene wet- en regelgeving, omdat de groene wetten aanhaken bij de Wabo. Maar dan betreft het vooral de toepassing van de Wet natuurbescherming op ruimtelijke ingrepen waarbij een provinciale ontheffing nodig kan zijn, of een provinciale verklaring van geen bedenkingen (VVGB) bij een omgevingsvergunning die een gemeente afgeeft. Op grond van de Wabo lijkt het niet mogelijk dat de provincie particuliere organisaties zoals Natuurmonumenten regisseert. De bovenwettelijke groene regietaak voorziet daar wel in.
Provinciale coördinatie en regie Jean-Paul de Poorter Gedachten over het hoe Coördinatie – Het in samenwerkend verband of onderlinge afstemming brengen. Coördineren – Bij elkaar doen aansluiten. Coördinator – Iemand die coördineert, bijvoorbeeld iemand die bij de uitvoering van een groot project zorg draagt voor het goed op elkaar aansluiten van de verschillende handelingen en fasen. Provinciale activiteiten die leiden tot afstemming en samenwerking, zodat er gelijkgerichtheid ontstaat (samenhang / synergie / functioneren als één geheel) Regie – Het geven van aanwijzingen. Regisseren – De regie voeren, aanwijzingen geven. Regisseur – Speler die zijn medespelers aanwijzingen, leiding geeft. In principe hoeft er geen verschil te zijn in ‘het hoe’ van de wettelijke coördinatietaak VTH en de bovenwettelijke groene regietaak: in beide gevallen gaat het om provinciale activiteiten die leiden tot afstemming en samenwerking, zodat er gelijkgerichtheid ontstaat (samenhang, synergie, functioneren als één geheel). Beide taken zijn kanten van dezelfde medaille en het kan voor de uitvoering van deze taken binnen de provincie waardevol zijn om ze afgestemd op elkaar op te pakken.
Provinciale coördinatie en regie Jean-Paul de Poorter Gedachten over het hoe Coördinatie- en regiestijlen Hoge mate van verbondenheid tussen organisaties in het netwerk Lage mate van verbondenheid tussen organisaties in het netwerk DIRIGISTISCH Centrale leiding INHOUDGERICHT Afspraken en convenanten Sterke sturingsmogelijkheden op basis van macht en/of gezag Zwakke sturingsmogelijkheden op basis van macht en/of gezag MARKTGERICHT Economisch prikkelen PROCESGERICHT Stimuleren en faciliteren De sturingsmogelijkheden van de provincie kunnen sterk of zwak zijn. Het netwerk van betrokken organisaties (gemeenten en de diverse groene handhavingspartners) in een provincie kan een hoge mate van verbondenheid hebben of een lage mate van verbondenheid. In het eerste geval kennen partijen elkaar, vertrouwen ze elkaar, hebben ze regelmatig contact, zien ze meerwaarde in afstemming, et cetera. In het tweede geval is het netwerk ‘los zand’. De combinatie van beide assen leidt tot 4 coördinatie- en regiestijlen. Regiestijlen kunnen in de tijd in elkaars verlengde liggen. Zo kan een provincie bijvoorbeeld overstappen van procesgericht naar inhoudgericht, op het moment dat het door stimuleren en faciliteren gelukt is om de verbondenheid tussen organisaties in het netwerk te vergroten. De randvoorwaarden voor dirigistisch coördineren en regisseren zijn in de praktijk vaak onvoldoende aanwezig, of er is terughoudendheid bij de coördinator en regisseur om formele (machts)middelen uiteindelijk in te zetten. Bijvoorbeeld omdat dit de toekomstige relatie ernstig kan verstoren. Marktgericht coördineren en regisseren vergt een coördinator en regisseur die weet wat hij wil en dat als het ware ‘inkoopt’.