Bianca Lataire Didachè, Leuven – 22 augustus 2018 Lucas 4,14-30 Het begin van Jezus’ openbare optreden Bianca Lataire Didachè, Leuven – 22 augustus 2018
Inleiding Lc 4,14-30 = programmatisch in en voor Lucas’ dubbelwerk Evangelie-Handelingen voor Jezus’ zending voor de verdeelde ontvangst van Jezus’ zending
Opzet Aandachtige lezing van de perikoop in haar context Inzoomen op de kern van de passage: het door Jezus als vervuld verklaarde Jesaja-citaat Stilstaan bij de perikoop in de liturgie van de chrismaviering
1. Korte situering van Lc 4,14-30 in het gehele Lucasevangelie 1,5-4,13: ouverture • Jezus is de Zoon van de Allerhoogste • Op Jezus rust de Geest van God • Jezus is de Redder • Jezus is de Christus • In Jezus komen de verwachtingen van Israël tot vervulling 2) 4,14-9,50: Jezus’ optreden te Galilea 9,51-19,28: Het grote reisverhaal 19,29-24,53: Jezus’ optreden te Jeruzalem, zijn lijden, dood en verrijzenis
2. Situering van Lc 4,14-30 in de literaire eenheid Lc 4,14-44 4,14a: overgang tussen verhaalfase 1 (1,5-4,13) en verhaalfase 2 (4,14b-9,50) 4,14b-15: samenvattend bericht 4,16-30: Jezus te Nazareth 4,31-39: Jezus te Kafarnaüm 4,44: samenvattend bericht
2.1. Lc 4,14b-15 en 4,44: twee samenvattende berichten als ‘kader’ 4,14b-15: “En Hij leerde in hun synagogen” positief onthaal van Jezus’ optreden zorgvuldig gekozen concrete voorvallen * te Nazareth (4,16-30) * te Kafarnaüm (4,31-43) 4,44: “En Hij verkondigde gewoonlijk in de synagogen van het joodse land.”
2.2 Het tweeluik Lc 4,16-30 – Lc 4,31-43 Het ‘geordende schrijven’ van Lucas: de Nazareth-scène aan het begin van Jezus’ openbaar optreden: eerste openbare woorden → flash forward op wat volgt Jezus’ optreden te Kafarnaüm: eerste openbare daden roeping van de vissers (Lc 5,1-11)
2.2 Het tweeluik Lc 4,16-30 – Lc 4,31-43 Het tweeluik Nazareth-Kafarnaüm is programmatisch voor Lucas’ presentatie van Jezus’ zending Nazareth-luik: proclamatie van de inhoud van de zending Kafarnaüm-luik: enkele staaltjes van de realisatie van de zending in het leven van concrete mensen
3. Lc 4,16-30: Jezus te Nazareth Eerste openbare woorden
3.1 Opbouw van Lc 4,16-30: 3 ronden van actie (Jezus) en reactie (allen) Ronde I: 4,16c-20a: Jezus leest voor uit de profeet Jesaja 20b: de ogen van allen zijn op Hem gericht Ronde II: 4,21: Jezus spreekt: ‘Heden…’ 4,22: allen spraken: ‘Is deze man dan niet de zoon van Jozef?’ Ronde III: 4,23-27: Jezus spreekt over ‘Dokter, genees u zelf’, over Elia en Elisa 4,28-29: allen worden vervuld van toorn
Inleiding: 4,16ab “En Hij ging naar Nazareth waar Hij opgevoed was, en ging volgens zijn gewoonte op de dag van de sabbat naar de synagoge.”
Ronde I, actie (Jezus): 4,16c-20a 4,16b en stond op om voor te lezen 4,17a En Hem werd de boekrol van de profeet Jesaja aangegeven 4,17b en Hij rolde de boekrol open en vond de plaats waar geschreven stond: 4,18-19 citaat uit Jesaja 4, 20a Nadat Hij de boekrol opgerold had, 4,20b gaf Hij hem terug aan de dienaar 4,20c en ging zitten
Ronde I, reactie (allen): 4,20b “De ogen van allen in de synagoge waren gespannen op Hem gericht.”
Ronde II, actie (Jezus): 4,21 “Heden is vervuld dit Schriftwoord in jullie oren.”
Ronde II, reactie (allen): 4,22 “En allen betuigden Hem hun instemming en verwonderden zich erover dat woorden zo vol genade uit zijn mond kwamen en spraken: “Is deze man dan niet de zoon van Jozef?”
Ronde III, actie (Jezus): 4,23-27 De alwetende Jezus legt de kwalijke gedachten bloot die verscholen liggen achter de vraag ‘Is dat niet de zoon van Jozef’: “Dokter, genees uzelf” “Doe al wat wij gehoord hebben dat er is gebeurd in Kafarnaüm óók hier in uw vaderstad.”
Ronde III, actie (Jezus): 4,23-27 “Voorwaar Ik zeg u: geen profeet is aangenaam/welgevallig in zijn vaderstad.” Elia Elisa
Ronde III, reactie (allen):(4,28-29) Wie het heil ziet dat er te zien is en de genadevolle woorden hoort die er te horen zijn, gaat volgens Lucas over tot lofprijzing. MAAR in Nazareth reageert men met toorn en geweld. → programmatisch voor verdeelde ontvangst van Jezus’ zending
Slot: 4,30 “Maar Hij, midden tussen hen doorgaand, trok verder…”
3.2 Het Jesaja-citaat in Lc 4,18-19 en zijn vervulling volgens Lucas-Handelingen
Het citaat: Jes 61,1 + 58,6d + 61,2a Jes 61,1: De Geest van de Heer is op Mij, daarom, dat Hij gezalfd heeft Mij om goed nieuws te brengen aan armen. Gezonden heeft Hij Mij, [om te genezen de gebrokenen van hart] om te verkondigen aan gevangenen vrijlating en aan blinden het zicht, Jes 58,6d: om weg te zenden verdrukten in vrijlating, Jes 61,2a: om te verkondigen een aangenaam jaar van de Heer [een dag van vergelding, om te troosten allen die treuren.]
Het citaat: Jes 61,1 + 58,6d + 61,2a “De Geest van de Heer is op Mij, daarom, dat Hij gezalfd heeft Mij om goed nieuws te brengen aan armen. Gezonden heeft Hij Mij, om te verkondigen aan gevangenen vrijlating en aan blinden het zicht, om weg te zenden verdrukten in vrijlating, om te verkondigen een aangenaam jaar van de Heer.”
“De Geest van de Heer is op Mij…”
“De Geest van de Heer is op Mij…” Jezus is de ‘be-Geest-erde’, sinds zijn conceptie en zeker na zijn doopsel door Johannes “Hij zal jullie dopen met heilige Geest en vuur” (Lc 3,16)
“… daarom, dat Hij gezalfd heeft Mij…” Jezus is de Christus, d.i. de Gezalfde/Messias: Cfr. “voor jullie is heden een Redder geboren, welke is Christus…” (2,11) Cfr. Simeon zou de dood niet zou zien “voordat hij de Christus van de Heer zou zien” (2,26) Na de Nazareth-scène: Zwijgen over de Christus ‘Christus’ deel van de aanklacht tegen Jezus ‘Christus’ reden tot spot tijdens de passie Pas na de verrijzenis klinkt weer voluit dat Jezus de Christus is
“… om goed nieuws te brengen aan armen.” Zie ook Lc 7,22! “Trekt op en bericht Johannes wat jullie gezien en gehoord hebben: ‘blinden gaan weer zien, verlamden wandelen rond, melaatsen worden gereinigd, en doven horen, doden worden opgewekt, aan armen wordt goed nieuws gebracht.”
“… om goed nieuws te brengen aan armen.”
“… om goed nieuws te brengen aan armen.” Jezus is gezonden tot de armen = de blinden, verlamden, melaatsen, doven, gevangenen en verdrukten Om goed nieuws te brengen = de daadwerkelijke bevrijding van het kwaad waaronder ze gebukt gaan = het doorbreken van Gods Heerschappij
“Gezonden heeft Hij Mij…” leidt de concretisering van het voorgaande in Jezus, de Gezondene, betrekt leerlingen in zijn zending: de twaalf de tweeënzeventig → ook zij verkondigen in woorden en daden
“om te verkondigen aan gevangenen vrijlating … om weg te zenden verdrukten in vrijlating” * Vrijlating van zonden = vergeving van zonden * Vrijlating van demonen of ziekte cfr. “En deze vrouw dan die een dochter van Abraham is, die de satan, zie, 18 jaren geboeid had, moest zij niet losgemaakt worden van deze band op de dag van de sabbat ?” (13,16)
“… en aan blinden het zicht/opnieuw zien” * Fysiek blinden het gezichtsvermogen geven * Mensen in spirituele zin de ogen openen voor de redding van God die in Jezus’ handelen zichtbaar wordt
“… om te verkondigen een aangenaam jaar van de Heer.” Allusie op jobeljaar (Lev 25,10: ‘jaar van vrijlating’)? = “de tijd dat de Heer Jezus onder ons verkeerde, vanaf het doopsel van Johannes tot de dag, waarop Hij van ons werd weggenomen” (Hnd 1,21-22) een jaar van vrijlating dat de Heer via zijn Gezalfde en Gezondene zelf heeft bewerkt
4. Lc 4,16-21 en de chrismaviering ©Kristof Ghyselinck
Priesters concelebreren en hernieuwen hun beloften ©Kristof Ghyselinck
Doopleerlingen worden gezalfd met catechumenenolie ©Kristof Ghyselinck
Gelovigen uit alle geledingen van het bisdom bijeen ©Kristof Ghyselinck
Woorddienst van de chrismaviering 1e lezing: Jesaja 61,1-3a.6a-8b.9 → over de zending van de door Gods Geest gezalfde 2e lezing: Apocalyps 1,5-8 → over Jezus Christus “die ons gemaakt heeft tot een koninkrijk van priesters voor zijn God en Vader” Evangelielezing: Lc 4,16-21 → over de zending van de door Gods Geest gezalfde die heden vervuld is
De woorddienst vóór de herziening van het missaal 1e lezing: Jakobus 5,13-16 Evangelielezing: Mc 6,7-13 → over de presbyters van de gemeente, resp. de twaalf → over de zalving met olie van zieken
Stempel van Vaticanum II op keuze van de lezingen en gebedsteksten vb. het wijdingsgebed over het chrisma: “Gij geeft door het geheim van dit heilig Chrisma aan de mensen de volle rijkdom van uw genade. Want als ze eens gedoopt zijn worden uw kinderen daarna gesterkt door de zalving met uw Geest en Hij maakt ze aan Christus gelijk: net zoals Hij worden ook zij profeten, priesters en koningen.”
Enthüllung – Sieger Köder