Koppeling visie en praktijk Leerlab XXL Geppie Bootsma; g.bootsma@netwerkonderwijsadviseurs.nl 16 april 2018
Start: de verandering op je school/leerlab Met welke verandering ben je in het leerlab bezig? Korte kenschets: Wat? Wie is betrokken?
1. Waarom? Waarom willen we deze verandering? Wat willen we ermee bereiken? Welk probleem lossen we ermee op? Waarom is dat een probleem? Maar ook Wat gaat de verandering ons opleveren? Wat zou er gebeuren als we niets doen? Wat kan de verandering betekenen voor de praktijk?
Golden Circle (Simon Sinek)
2. Doelgericht werken Waar werken we naartoe? (ipv waar werken we aan?) (SMART/concreet geformuleerd: wat zie je? Hoor je?) Wat zijn onze doelen op langere termijn? Wat zijn onze doelen op korte termijn? (dit schooljaar bijv.) Systematisch werken: PDCA Pilot: evalueren en bijstellen: kan ook inhouden: we stoppen ermee
Van visie naar praktijk en terug De onvervangbare waarde, de bedoeling B. Kernbegripppen, zowel uit onze vak/teamvisie/ leerlab als uit de schoolvisie C. Aantal richtinggevende uitspraken voor ons handelen. “In onze lessen ……” D. Ruimte voor eigen handelen met terugkoppeling A. Visie formuleren visie B. concepten, beelden, te delen ervaringen onderzoeken C. werkstandaarden formuleren concepten, beelden, ervaringen uitwisseling Professionele standaarden praktijk D. Praktijk Eigenaarschap van individuele vakdocent op praktijkniveau
Van visie naar praktijk en terug A. Visie visie B. concepten, beelden, te delen ervaringen onderzoeken C. werkstandaarden formuleren Professionele standaarden / ontwerpprincipes D. Praktijk Veelvormig, maar binnen de grenzen van de standaarden, tenzij………
3. Veranderingen vragen nieuwe concepten Als het denken van mensen verandert, dan verandert ook het handelen
Ervaringen kleuren ons denken… Net als normen en waarden, Opvattingen Overtuigingen …
Mentale modellen - Worden gevormd door overtuigingen en ervaringen - Sturen je denken en handelen - Worden gevormd door overtuigingen en ervaringen - Kennen vaak een emotionele verankering - Moeten eerst blootgelegd worden om ze te kunnen veranderen
Ontstaan van mentale modellen Actie Ervaring = Beeld Herhaling Bevestiging Herhaling Herhaling Overtuiging Handelen Patroon
Mentale modellen blootleggen Oordeelsvrij en niet waardenvrij
Mentale modellen nieuwe modellen oude modellen interesse en talent sturen leren Variatie in werkvormen verhogen motivatie Op zoek naar meer gepersonaliseerd leren Vul aan met voorbeelden uit je eigen praktijk……. oude modellen leerstofopbouw van makkelijk naar moeilijk Klassikale uitleg is effectief Differentiatie kan niet in grote Klassen Vul aan met voorbeelden uit je eigen praktijk…….
Van huidige situatie naar gewenste situatie Naar… gewenste situatie; een lerende cultuur
4. Betrokkenheid van collega’s Effectiviteit wordt bepaald door Noodzaak x Bereidheid x Vermogen Noodzaak: er is een probleem; extern en/of intern (moeten) Bereidheid: er zijn voldoende mensen die hier aan willen werken (willen) Vermogen: kunnen (op schoolniveau en docentniveau)
Ik-/zelf-betrokkenheid Wat betekent dat voor mij? Fasen van betrokkenheid CBAM: Concern Based Adaption Model, uit Spel van Verandering Ik-/zelf-betrokkenheid Wat betekent dat voor mij? Taak-betrokkenheid Hoe pak ik dat aan? Ander-betrokkenheid Wat betekent dat voor mijn leerlingen en collega’s?
Fase 1: Zelf-betrokkenheid Ik-zorgen: Wat houdt het in? Hoeveel tijd kost het me? Kan ik het wel? Moet ik erg veranderen? …... Behoeften: Informatie Tijd voor beeldvorming Inspirerende voorbeelden Ondersteunen
Fase 2: Taak-betrokkenheid Taak-zorgen: Hoe organiseer ik het in de klas? Hoe plan ik het in de tijd? Wat moet ik doen om de leerlingen te motiveren om mee te doen? Kunnen de vakdoelen wel worden gehaald? Behoeften: Voorbeeldmateriaal Werk-/projectgroepen Ondersteuning Facilitering (middelen tijd) Professionalisering
Fase 3: Ander-betrokkenheid Ander-zorgen: Wat motiveert de leerlingen? Hoe ga ik samenwerken met collega’s? Wat betekent zo’n project voor de leerlingen? Kunnen we meer collega’s erbij betrekken? ……. Behoeften: Evaluatie Werkoverleg Externe contacten Werkbegeleiding Intervisie Supervisie
Hoe dan? Richting, ruimte en rugdekking geven. Geef richting door collega’s op verschillende manieren te informeren. Verwachtingen (over resultaten) benoemen. Geef ruimte om mee te denken, een eigen invulling te kiezen, differentieer binnen de kaders. Organiseer reflecties (N.B. geen evaluaties). Spreek met mensen over hun eigen belemmeringen en overtuigingen.
Weerstand herkennen… Vragen naar details. De ander overspoelen met details. Zeggen geen tijd te hebben. Het is theorie (geeft aan dat de ander de praktijk niet goed kent). Het verbaast me niets (weet alles al). Zoekt de aanval Stilte (blokkade). Verwarring (vindt alles verwarrend, is onzeker) Het intellect (laat er allerlei theorieen op los). De prediker (praat met je mee, is het eens, geeft echter geen oplossing).
Wat neem je mee?