H5 – Consumentengedrag HOE EN WAAROM MENSEN KOPEN

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
4. Consumentengedrag Inzicht krijgen in gedrag:
Advertisements

Hoofdstuk 5 Consumentengedrag
Hoofdstuk 6 Business-to-businessmarketing.
Over consumenten, gedrag en marketing
Consumentengedrag & Kopersgedrag van organisaties
Arbeidstevredenheid en prestaties
Omgaan met Geld 2 Psychologie Sociologie Antropologie Economie.
Hoofdstuk 5 Consumentengedrag
Interpersoonlijke stimulie
Basiskennis maatschappijleer 2 klas 4
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
4. Consumentengedrag Inzicht krijgen in gedrag:
Motivatie: van begrip naar toepassingen
H6 – Business-to-businessmarkten HOE EN WAAROM ORGANISATIES KOPEN
Hoofdstuk 1 Inleiding op gedrag in organisaties
Motivatie: van begrip naar toepassingen
De Fundamenten van Individueel Gedrag
Gedrag in organisaties, 10e editie
Figuur 6.1 Het Stimulus-Responsmodel van koopgedrag
Inleiding Communicatiekunde Hoorcollege 5: Communicatie-onderzoek.
Consumentengedrag Hoofdstuk 4 tot § 4.4 MK01 HEO-CE1.
Consumentengedrag Hoofdstuk 4 par. 4.4 en 4.5 MK01 HEO-CE1.
Koop-GEDRAG Stimulus responsmodel Prikkel reactie Behaviorale benadering – black-box Aandacht voor binnenkant – white box.
3. Koopgedrag van particulieren en bedrijven
inzicht op de invloed van veranderingen op het gedrag van medewerkers
Interactieve (Marketing) communicatie COLLEGE 07 SHEET 1 Interactieve (Marketing) Communicatie.
H5 – Consumentengedrag HOE EN WAAROM MENSEN KOPEN
STUDIEDAG VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE Workshopsessie Peer pressure 14 januari 2014 Provincie Limburg & Departement MOW Vlaanderen.
JONGEREN Pagina 24 t/m 50.
Onderwijseenheid ondernemen
Determinanten en andere beïnvloedende factoren bij medicatiegebruik
EJP accountants & adviseurs Casebespreking: Consultancy rapport Groep 7 Dennis de Bruyn Jehan van Iersel Erwin van Helden.
Hoofdstuk 2 VP15 Begeleidingskunde Carin Hogenbirk September 2015.
HOE EN WAAROM MENSEN KOPEN
Het beeld scherp stellen ©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life.
College 3 Video Kotler (15min) Bespreken video (15 min) Hoeveel merken zijn genoeg (10 min) bespreken WINmodel (20 min) Theorie H 9 Segmenteren tot positioneren.
Indeling van hoofdstuk 3
College 2 Hoofdstuk 3 Consumentengedrag werkvorm: “Woordwiel” Vragen over inhoud Hoofdstuk 4 Segmenteren en doelgroep werkvorm: “Flip Flop”
Het beeld scherp stellen ©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life.
H7 – Het beeld nog scherper stellen
Verkoop en advies Hoofdstuk 1 Verkoopgesprekken. ► Wat heb ik in de vorige les geleerd? ► Wat ga ik nu leren? ► Verkoopgesprekken ► Verkoopsystemen ►
Hoofdstuk 2: Marketing, winkelformule en retailmix Blz. 9 tm 52
Hoofdstuk 2: Marketing, winkelformule en retailmix Blz. 9 tm 52
Hoofdstuk 1 Inleiding op gedrag in organisaties
Consumentengedrag Beslissen
Psychopathologie v0or 1e jaars BBL 2017
Hoofdstuk 2 De fundamenten van individueel gedrag
Module 3 Het leven gaat door …
Consumentengedrag Leren I
Groepsdruk Sarah Benabdallah 2015/2016.
Reclamewijsheid: wat is dat?
Psychologie Persoonlijkheid en leefstijl
Psychologie Informatieverwerkingsproces
Communicatie Christel
Marktsegmentatie en positionering
Doel: De leerling kan, aan het einde van de les, benoemen hoe blootstelling en interpretatie van invloed zijn op het koopproces van de consument. Ook kan.
Psychologie Informatieverwerkingsproces
Hoofdstuk 1 Verkoopgesprekken
Psychopathologie v0or 1e jaars BBL 2017
Basics over communicatie
Consumenten-gedrag Het gezin
AFDELING 2 marketingbeleid.
Consumentengedrag Les 2: Consumentengedrag (paragraaf 1.1 – 1.3)
Aangeboren of aangeleerd?
Gedragsproblemen en stoornissen
Aangeboren of aangeleerd?
Verkoop De klant.
Doelen, verlangens, behoeftes en drijfveren
Hoofdstuk 1 Verkoopgesprekken
Transcript van de presentatie:

H5 – Consumentengedrag HOE EN WAAROM MENSEN KOPEN http://www.youtube.com/watch?v=HPI-m3JWhbg

5.2 Besluitvormingsproces consument ©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life

koopbeslissingsproces vijf fasen (B2C): 1 Probleemherkenning: bewustwording van een behoefte of ervaring van een probleem 2 Informatie zoeken: zowel intern (geheugen) als extern zoeken (raadplegen van ervaringsbronnen en internet). 3 Evalueren van alternatieven: beoordeling van producten in de evoked set op basis van keuzecriteria. 4 Product kiezen: beïnvloed door de koopintentie en ‘situationele factoren’. 5 Evaluatie na de koop: mate van tevredenheid en cognitieve dissonantie (gevoel van twijfel na de aankoopbeslissing).

5.2.1 Howard en Sheth: 3 vormen van oriëntatie- en koopgedrag: 1. Uitgebreid probleemoplossend aankoopgedrag (UPO) (Complex buying behaviour) De aanschaf is belangrijk (high-involvementproducten) 2. Beperkt probleemoplossend aankoopgedrag (BPO) (dissonance reducing buying behaviour) producten al enigszins bekend is, hooguit wat aanvullende informatie zoeken, bijvoorbeeld over de prijzen van onbekende merken. 3. Routinematig aankoopgedrag’)(RAG) (Habitual buying behaviour) Voor low-involvementproducten of impulsaankopen handelt de consument uit gewoonte (merkentrouw) of interesseren hem de eventuele verschillen tussen de merken niet.

©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life

Marketing op besluitvormingsproces ©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life

5.3 Invloeden op besluit ©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life

5.3 Psychologische (interne) factoren: 5.3.1 perceptie: het – selectief – waarnemen, verwerken en interpreteren van informatie; 5.3.2 motivatie: de krachten achter het gedrag behoeften: een fundamentele drijfveer van het gedrag 5.3.3. leerprocessen: NATURE OR NURTURE (stimulus-responsmodel (behavioristisch) (Pavlov)of cognitieve leertheorie) 5.3.4 attitudes: de aangeleerde neiging om op consequente manier te reageren op bepaalde zaken, ideeën of personen. 5.3.5 persoonlijkheid: de ervaringen, psychologische eigenschappen en gedragskenmerken die ieder mens uniek maken; 5.3.6 leeftijdsgroep: 5.3.7 gezinslevenscyclus: 5.3.8 levenstijl (Activiteiten, Interesses, Opinie)

Behoeften Pyramide Maslow

5.3.4.Attitudes/houding drie dimensies: 1 Cognitieve component (kennisaspect): kennis en opvattingen over het object 2 Affectieve component (gevoelsaspect): emoties en gevoelens ten opzichte van het object. 3 Conatieve component (gedragsaspect): geneigdheid om tot een bepaalde actie (zoals een aankoop) over te gaan. 3.6

5.3.1. Perceptie Perceptie : Hoe kijkt iemand tegen iets aan. Subjectief iedere consument denkt verschillend over product Selectief invloed van persoonlijke omstandigheden en ervaringen. Selectieve blootstelling: niet iedereen is in de gelegenheid een bepaalde communicatie uiting waar te nemen Selectieve aandacht: alleen aandacht voor reclame die op dat moment relevant is Selectieve interpretatie: consumenten houden vast aan een bepaald beeld wat zij hebben van een product Selectieve herinnering: consumenten onthouden alleen informatie uit de reclameboodschap die relevant is 3.5

5.4 Situationele invloeden ©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life

5.5 Sociale invloeden • cultuur: de normen en waarden, kennis en symbolen die op volgende generaties worden overgedragen om vorm te geven aan hun levenswijze Subcultuur: cultuur binnen cultuur: o.a. Punk, Gothic, Fries • sociale klasse: ‘welstandsklassen’ in de Nederlandse samenleving aangeduid met A, B1, B2, C en D; • referentiegroepen: beïnvloeden de houding en het gedrag (waaronder de merkkeuze) van iemand die zich met een lidmaatschapsgroep verbonden voelt; • gezin: huishouding van familieleden die in dezelfde woning regelmatig samen eten en slapen (verschillende rollen, gebruiker, beslisser etc) 3.7

Sociale klasse : indeling volgens beroep, opleiding, leeftijd Klasse A = welgestelden = 10 % (directeuren grote bedrijven, hoge ambtenaren en vrije beroepen) Klasse B1 = bovenlaag middengroep = 11.5 % (directeuren KMO’s, grotere middenstanders, semi-hoge ambtenaren, hogere managers) Klasse B2 = onderlaag middengroep = 22 % (ambtenaren in middenposities, middengroep middenstanders, middenkader) Klasse C = minder welgestelden = 40 % (kleine middenstanders, lager kantoorpersoneel, geschoolde arbeiders) Klasse D = minst welgestelden = 16.5 % (ongeschoolde werknemers)

Consumer-to-consumer e-commerce (we)blogs Communities Chatrooms Spellen Sites o.a vergelijkingssites als kieskeurig.nl, zoover.nl