De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

College 2 Hoofdstuk 3 Consumentengedrag werkvorm: “Woordwiel” Vragen over inhoud Hoofdstuk 4 Segmenteren en doelgroep werkvorm: “Flip Flop”

Verwante presentaties


Presentatie over: "College 2 Hoofdstuk 3 Consumentengedrag werkvorm: “Woordwiel” Vragen over inhoud Hoofdstuk 4 Segmenteren en doelgroep werkvorm: “Flip Flop”"— Transcript van de presentatie:

1 College 2 Hoofdstuk 3 Consumentengedrag werkvorm: “Woordwiel” Vragen over inhoud Hoofdstuk 4 Segmenteren en doelgroep werkvorm: “Flip Flop”

2 HOE EN WAAROM MENSEN KOPEN

3 (© Noordhoff: )

4 Oriëntatie- en koopgedrag Howard en Sheth: 1.Uitgebreid probleemoplossend aankoopgedrag (UPO) (Complex buying behaviour) Aanschaf belangrijk (high-involvement) producten 2. Beperkt probleemoplossend aankoopgedrag (BPO) (dissonance reducing buying behaviour) zoekt aanvullende informatie, bijvoorbeeld over prijzen 3.Routinematig aankoopgedrag’)(RAG) (Habitual buying behaviour) (low-involvement)producten of impulsaankopen uit gewoonte (merkentrouw) of desinteresse © Economie Leer Kracht 2011

5 Model consumentengedrag (© Noordhoff: Bron: Verhage, inleiding Marketing, Noordhoff 978-90-207-3308-2)

6 Persoonlijke omstandigheden waaronder: demografische kenmerken geslacht, leeftijd, opleiding, inkomen, geloof, burgerlijke staat, gezinsgrootte levensstijl iemands normen en waarden en zijn Activiteiten, Interesses en Opinies: (AIO-variabelen) situationele factoren fysieke en sociale omgeving, toevalligheden. © Economie Leer Kracht 2011

7 Psychologische factoren: behoeften: fundamentele drijfveer van gedrag motivatie: positieve of negatieve krachten achter gedrag perceptie: het – selectief – waarnemen, verwerken en (subjectief) interpreteren van informatie; leerprocessen: veel gedrag is aangeleerd (conform het stimulus-responsmodel of de cognitieve leertheorie); “NATURE OR NURTURE” persoonlijkheid: ervaringen, psychologische eigenschappen en gedragskenmerken; attitudes: neiging om op bepaalde manier te reageren op bepaalde zaken, ideeën of personen. © Economie Leer Kracht 2011

8 Behoeften Pyramide Maslow (© Noordhoff: Bron: Verhage, inleiding Marketing, Noordhoff 978-90-207-3308-2)

9 Perceptie Hoe kijkt iemand tegen iets aan. Subjectief: wat denkt consument Cumulatief: bij elkaar opgeteld Selectief: invloed persoonlijke omstandigheden en ervaringen. Selectieve blootstelling: niet iedereen neemt waar Selectieve aandacht: alleen aandacht voor wat op dat moment relevant is Selectieve interpretatie: eigen uitleg Selectieve herinnering: alleen onthouden bepaalde informatie © Economie Leer Kracht 2011

10 Sociale invloeden cultuur: de normen en waarden, kennis en symbolen die worden overgedragen om vorm te geven aan hun levenswijze (Ook Subcultuur) sociale klasse: ‘welstandsklassen’ in de Nederlandse samenleving aangeduid met A, B1, B2, C en D; referentiegroepen: beïnvloeden houding en gedrag door invloed van anderen. gezin: huishouding van familieleden die in dezelfde woning regelmatig samen eten en slapen (verschillende rollen, gebruiker, beslisser etc). © Economie Leer Kracht 2011

11 Referentiegroep: Vier groepen: -primaire groep/ face to face: naaste omgeving/ peergroup - secundair: lidmaatschap -Aspiratie: is een groep waarbij iemand niet behoort maar wel graag deel zou van uitmaken. -Dissociatie:iemand wil er geen lid van zijn. Testimonial advertising: bekende personen worden voor reclames ingeschakeld om op basis van “eigen ervaring” positieve Informatie te geven. © Economie Leer Kracht 2011

12 (© Noordhoff: )

13 Kenmerken B2B-markt Minder kopers, maar grotere transacties Klanten geografisch geconcentreerd industriële vraag afgeleid van consumentenvraag Koper en verkoper zijn van elkaar afhankelijk (relatieopbouw) koopproces is formeler (professionele inkopers) Teamwerk is noodzaak (DMU) © Economie Leer Kracht 2011

14 Deelnemers aan het koopproces Decision Making Unit (buying center): een “ groep mensen” om belangrijke aankoop voor te bereiden. Rollen: initiator: neemt initiatief beïnvloeder: formuleert technische specificaties en geeft informatie of advies gatekeeper: beheerst en filtert de informatie beslisser: bepaalt in de praktijk (soms informeel) wie de leverancier wordt inkoper: is formeel verantwoordelijk en bevoegd om – na de onderhandelingen – de leverancier te kiezen gebruiker: moet werken met het product en beïnvloedt zo de besluitvorming © Economie Leer Kracht 2011

15 Typen koopsituaties in B2B Eerste aankoop (new task) organisatie koopt product of dienst voor eerste keer, uitgebreid besluitvormingsproces. Gewijzigde heraankoop (modified rebuy) koper wil bij vervolgaankoop wijzigingen doorvoeren (in productspecificaties, prijsstelling, inkoopcondities of keuze van leverancier) Ongewijzigde heraankoop (straight rebuy) inkoper laat de productspecificaties ongemoeid, evalueert geen nieuwe alternatieven en bestelt routinematig bij de huidige leverancier. © Economie Leer Kracht 2011

16 Soorten B2B markten ©: Pearson: Solomon: Marketing Real Life

17 Samenvatting Het koopbeslissingsproces Oriëntatie- en koopgedrag Persoonlijke omstandigheden Psychologische factoren: Model consumentengedrag Perceptie Attitudes Sociale invloeden Kenmerken B2B-markt Deelnemers aan het koopproces Typen koopsituaties in B2B © Economie Leer Kracht 2011

18 18


Download ppt "College 2 Hoofdstuk 3 Consumentengedrag werkvorm: “Woordwiel” Vragen over inhoud Hoofdstuk 4 Segmenteren en doelgroep werkvorm: “Flip Flop”"

Verwante presentaties


Ads door Google