Ontstaan van Nederland Klas 2, hoofdstuk 4
Hoe bouwde de natuur aan het landschap? Hoofdvraag Hoe bouwde de natuur aan het landschap?
Deelvragen Welke rol speelde het water? Welke rol speelde de wind? Welke rol speelde het ijs?
Het begin, Pleistoceen De tijd waarin Nederland voor het grootste deel gevormd is. Nederland was zeebodem, stond onder water. Afwisseling warme en koude tijden. Tijdens ijstijden kwam Nederland droog te liggen. Wind legde deken van zand over Nederland (Pleistoceen zand). Geen begroeiing om zand vast te houden
Het water, rivieren Rivieren monden uit in Nederland. Afkomstig uit Alpen, Ardennen en Eifel. Doorsnijden het landschap. Smeltwaterrivieren. Sedimentatie van zand, grind en klei. Zeespiegelstijging oorzaak sedimentatie
Stuwwal
Komst landijs IJstijd brengt landijs naar ons land. Bodem bevroren tot 100m diepte. IJs kwam tot de HUN-lijn. IJs nam keien, grind en zand mee. IJstongen zochten een weg door diepe rivierdalen.
Gevolgen Stuwwallengebied ontstaat. Rivieren buigen af, verleggen hun loop. Na ijstijd blijven de stuwwallen achter. Keileem in de bodem.
Wind Na ijstijden, toendraklimaat. Nauwelijks begroeiing. Wind had vrij spel. Deken van zand over ons land. Dekzand en löss. Komt aan de oppervlakte. Langzame stijging temperatuur. Er komt begroeiing. Zand wordt vastgehouden.
Duinen, veen
Duinen, veen
Veen
Veen, doorbraken zee
Zee, zand, rivieren
Test op internet http://www.nitg.tno.nl/ned/appl/general/geologie.shtml