Workshop “Bouwen onder de Wabo” mr. Monique Blokvoort en mr. Herbert Hams
Overzicht te behandelen onderwerpen De aanvraag –aanvraag volledig? –deelvergunning Bevoegd gezag –GS bevoegd gezag Procedure –regulier / uitgebreid –verklaring van geen bedenkingen
Overzicht te behandelen onderwerpen Projectomgevingsvergunning –Overgangsrecht –verklaring van geen bedenkingen Rechtsbescherming –ABRS 9 maart 2011 Omgevingsvergunningvrij bouwen en ‘kruimellijst’ –vergunningvrij: wijzigingen t.o.v. Bblb –Begripsbepalingen –art. 2 bijlage II Bor –art. 3 bijlage II Bor –art. 4 bijlage II Bor
De aanvraag
Aanvraag volledig? (1) aanvraag moet volledig zijn, zodat aanvraag ten volle kan worden getoetst op niet volledige aanvraag is art. 4:5 Awb van toepassing: vragen om aanvulling, op straffe van niet verder behandelen van de aanvraag
Aanvraag volledig? (2) aandachtspunt: blijkt uit aanvraag of Nbw-vergunning of Ffw- ontheffing nodig en verleend is? zie verderop aanhaakproblematiek
Aanvraag volledig? (3) aandachtspunt: artikel 2.7 Wabo: “onverminderd het bepaalde in art. 2.10, tweede lid, draagt de aanvrager van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit die behoort tot verschillende categorie en activiteiten als bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2 er zorgt voor dat de aanvraag betrekking heeft op elk van die activiteiten” onsplitsbare activiteiten: deelvergunning
Deelvergunning (1) onsplitsbaar zijn bijvoorbeeld: –verbouwen rijksmonument (activiteit art. 2.1 lid 1 sub a en f Wabo) twijfelgeval: –slopen gebouw in beschermd stadsgezicht t.b.v. bouw nieuw gebouw –bouwen steenfabriek Rb Utrecht 3 februari 2011 (LJN: BP 2987): kappen bomen t.b.v. groot onderhoud A28
Deelvergunning (2) splitsbaar is wel: a en c activiteit (bouwen en gebruiken in strijd met bestemmingsplan) -alternatief voor gefaseerde bouwvergunning -m.u.v. toets welstand Vzr rb 's-Hertogenbosch 2 maart 2011, LJN: BP 6693
Deelvergunning (3) Rb Middelburg 10 februari 2011 (LJN: BP 3923): nadat omgevingsvergunning al was verleend voor slopen in beschermd stadsgezicht, werd besluit gewijzigd door toevoegen vergunning voor slopen o.g.v. verordening indien deelvergunning niet mogelijk is, is gefaseerde vergunning nog wel een optie (art. 2.5 Wabo); niet te verwarren met de ‘oude’ gefaseerde bouwvergunningverlening
Bevoegd gezag
Bevoegd gezag (1) Hoofdregel: B&W bevoegd gezag (art. 2.4, lid 1 Wabo) Uitzondering o.a. in art. 3.1 Bor: –GS indien in PIP is bepaald dat GS bevoegd zijn vergunning te verlenen (geldt voor activiteit sub a, b, c of g) –GS indien met toepassing van art. 2.12, lid 1 sub a-3 Wabo wordt afgeweken van het bestemmingsplan t.b.v. ‘een project van provinciaal belang’; vb. uit NvT: rioolzuiveringsinstallatie, regionale verbindingsroute, grote haven
Bevoegd gezag (2) art. 3.1 Bor: GS ‘zijn bevoegd’ vgl. art en 3.27 Wro inzake projectbesluit: –gemeenteraad ‘kan een projectbesluit nemen’ –PS ‘kunnen een projectbesluit nemen’
Bevoegd gezag (3) art. 2.4, lid 5 Wabo: denk aan geldende milieuvergunning die door GS is verleend art. 8.2 Wabo: bij verschuiving bevoegd gezag
Procedure
2 soorten procedures reguliere procedure uitgebreide procedure
Reguliere procedure (1) is de hoofdregel (art. 3.7, lid 1 Wabo) geldt voor o.a.: –bouwen –gebruik in strijd met bestemmingsplan waarvoor binnenplanse ontheffing mogelijk is –gebruik in strijd met bestemmingsplan in categorieën gevallen genoemd in art. 4 van bijlage II Bor –sloopvergunning op grond van verordening –kapvergunning
Reguliere procedure (2) beslistermijn is 8 weken kan eenmaal met max. 6 weken worden verlengd (art. 3.9 Wabo) fatale beslistermijn: vergunning van rechtswege (art. 3.9, lid 3 Wabo)
Reguliere procedure (3) Vergunning van rechtswege: verplicht bekendmaken binnen 2 weken na van rechtswege verlenen (art. 4:20c Awb) sanctie bij niet tijdig bekendmaken: dwangsommen (art. 4:20d Awb) en rechtstreeks beroep (art. 8:55f Awb) na ingebrekestelling
Reguliere procedure (4) treedt pas in werking na bezwaartermijn of, indien bezwaar wordt gemaakt, na beslissing op bezwaar (art. 6.1, lid 4 Wabo) kan ingetrokken wegens ‘ontoelaatbaar ernstige nadelige gevolgen voor fysieke leefomgeving’ (art. 2.33, lid 1 sub e Wabo)
Uitgebreide procedure (1) geldt in gevallen genoemd in art Wabo, o.a.: –strijd met bestemmingsplan die alleen met ‘projectomgevingsvergunning’ kan worden weggenomen –oprichten van een inrichting –veranderen van een monument –“gebruiksvergunning” voor zorginstellingen –verklaring van geen bedenkingen vereist (denk aan Ffw en Nbw)
Uitgebreide procedure (2) Afd. 3.4 Awb van toepassing beslistermijn is 6 maanden (art. 3:18 Awb) kan eenmaal met max. 6 weken worden verlengd (art. 3.12, lid 8 Wabo) geen fatale beslistermijn, wel na ingebrekestelling: –beroep tegen niet tijdig beslissen (art. 8:55a e.v. Awb) –dwangsommen na ingebrekestelling (par Awb)
Verklaring van geen bedenkingen (1) indien vereist, dan geldt uitgebreide procedure (art Wabo) wat te doen bij twijfel of wel of geen v.v.g.b. vereist is? vooral probleem indien bij niet vereist zijn van v.v.g.b., de reguliere procedure geldt (met fatale beslistermijn): wachten op reactie bevoegd gezag v.v.g.b. is riskant
Verklaring van geen bedenkingen (2) Voorbeeld: aanvraag omgevingsvergunning voor verandering van een veehouderij met als gevolg een kleine toename van ammoniakemissie. Ook een kleine toename kan onder omstandigheden leiden tot verslechtering en/of significant verstorende effecten: dan is Nbw-vergunning nodig en dus (indien nog niet aangevraagd of verleend) is een v.v.g.b. vereist (art. 47b Nbw)
Verklaring van geen bedenkingen (3) Meerdere opties: bij uitgebreide procedure (om andere reden dan vereist zijn van v.v.g.b.): voortoets verlangen en afhankelijk daarvan alsnog aanhaken bij uitgebreide procedure (om andere reden dan vereist zijn van v.v.g.b.): doorsturen bij reguliere procedure: voortoets verlangen i.k.v. onvolledige aanvraag (beslistermijn wordt verlengd) en afhankelijk daarvan alsnog aanhaken bij reguliere procedure: aanhaken (en goed afstemmen met provincie over termijn en zelf ondertussen omgevingsvergunning voor het overige voorbereiden)
Verklaring van geen bedenkingen (4) Mogelijke consequenties: bericht dat geen v.v.g.b. vereist is, komt na fatale beslistermijn (bij reguliere procedure), waardoor (achteraf bezien) van rechtswege een omgevingsvergunning is verleend aangenomen wordt dat geen v.v.g.b. vereist is (zodat niet wordt aangehaakt), maar achteraf (nadat de omgevingsvergunning al onherroepelijk is) blijkt dat een v.v.g.b. wel vereist was
Verklaring van geen bedenkingen (5) Ad 1) achteraf bezien van rechtswege vergunning verleend Waarborgen Wabo bij van rechtswege verleende vergunning (zie eerder): inwerkingtreding pas na bezwaartermijn intrekkingsmogelijkheid
Verklaring van geen bedenkingen (6) Ad 2) achteraf bezien was v.v.g.b. nodig geweest discussie mogelijk: valt dit onder formele rechtskracht? mogelijkheden: –intrekken vergunning vanwege onvolledige/onjuiste aanvraag (art. 5.19, lid 1 Wabo) –GS/Minister kan verzoeken om intrekking vergunning voor activiteit bouwen (art. 2.29, lid 2 Wabo) –intrekken vergunning omdat uitvoering van verdrag dat vereist (art. 2.33, lid 1 sub a Wabo) –intrekken vergunning vanwege ontoelaatbaar ernstige nadelige gevolgen voor fysieke leefomgeving (art. 2.33, lid 1 sub e Wabo)
Projectomgevingsvergunning
Hiermee wordt bedoeld: een omgevingsvergunning voor de activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1 onder c Wabo, die is verleend met toepassing van 2.12, eerste lid, onder a, ten derde Wabo
Overgangsrecht art. 1.5 Invoeringswet Wabo: gelijkstelling projectbesluit met projectomgevingsvergunning alleen indien deze direct voor inwerkingtreding Wabo ‘van kracht en onherroepelijk is’ probleem: projectbesluit pas appellabel tegelijk met bouwvergunning, maar die bestaat niet meer en kan dus niet meer worden verleend (indien niet voor 1 oktober 2010 aangevraagd). niet de bedoeling van de wetgever, dus: wetsvoorstel: projectbesluit gelijkgesteld met eerste fase omgevingsvergunning voor activiteit als bedoeld in art. 2.1, lid 1 sub c Wabo (TK 2010 – 2011, , nr. 2)
Verklaring van geen bedenkingen (1) voor projectomgevingsvergunning is v.v.g.b. van gemeenteraad vereist (art Wabo jo. art. 6.5, lid 1 Bor) kan slechts worden geweigerd in belang van goede ruimtelijke ordening (art. 6.5, lid 2 Bor) gemeenteraad kan ‘categorieën van gevallen’ aanwijzen waarin geen v.v.g.b. is vereist (art. 6.5, lid 3 Bor)
Verklaring van geen bedenkingen (2) Voorbeeld Rijssen-Holten: ‘Geen verklaring van geen bedenkingen is vereist in alle gevallen waarin het college van burgemeester en wethouders bevoegd gezag is om een omgevingsvergunning te verlenen waarbij van het bestemmingsplan of de beheersverordening wordt afgeweken.’
Rechtsbescherming
Zeer belangrijke uitspraak over toepassing van art. 6:13 Awb bij omgevingsvergunningen: ABRS 9 maart 2011, nr /1/M2
‘2.4. Hoewel de Wabo op dit geding niet van toepassing is, acht de Afdeling het voor de rechtspraktijk van belang reeds thans de vraag te beantwoorden of de in overweging bedoelde rechtspraak inzake artikel 6:13 van de Awb moet worden voortgezet in gedingen over besluiten inzake een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het oprichten, veranderen of in werking hebben van een inrichting als bedoeld in artikel 2:1, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo.’
Hoofdlijnen van de uitspraak verschillende toestemmingen binnen een omgevingsvergunning zijn besluitonderdelen i.z.v. art. 6:13 Awb; verschillende categorieën milieugevolgen zijn m.b.t. vergunning voor oprichten etc. van een inrichting, géén besluitonderdelen deze lijn gaat in afwijking van eerdere rechtspraak ook gelden voor de ‘oude’ milieuvergunningen
Omgevingsvergunningvrij Bouwen en “Kruimellijst” Bijlage II Bor
Wettelijk kader Voor de Wabo: –Artikel 43, lid 1, onder c, Woningwet jo. Bblb bouwvergunningvrij –Artikel 3.23 Wro jo. artikel Bro kruimellijst Onder de Wabo: –Artikel 2.1, lid 3, Wabo jo. artikel 2.3 en bijlage II, art. 2 en 3 Bor omgevingsvergunningvrij –Artikel 2.1, lid 1, onder c, Wabo jo. artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2°, Wabo jo. artikel 2.7 en bijlage II, art. 4 Bor kruimellijst
Vergunningvrij Bouwen en Kruimellijst Opbouw Bijlage II Bor: –Hoofdstuk I: algemene bepalingen, waaronder begripsbepalingen (artikel 1) –Hoofdstuk II: activiteiten geheel geen vergunning nodig (artikel 2) –Hoofdstuk III: geen vergunning voor bouwen nodig (artikel 3) –Hoofdstuk IV: kruimellijst afwijken van bestemmingsplan (artikel 4) –Hoofdstuk V: bijzondere bepalingen (artikel 5, 6 en 7) –Hoofdstuk VI: overgangsrecht (artikel 8)
Vergunningvrij: wijzigingen Bor t.o.v. Bblb Vervallen lichte bouwvergunning Vergunningvrij bouwen met en zonder toets planologisch regime Toepasbaarheid verbeterd en verruimd –Voorbeelden: algemeen: bijbehorend bouwwerk ook bij ander hoofdgebouw dan een woning mogelijk artikel 3, lid 6, Bijlage II: agrarische bouwwerken zoals voeder-, mest- of sleufsilo Vergunningvrij of Vergunningsvrij?
Omgevingsbouwvergunningvrij ook regelvrij? Bouwbesluit (artikel 1b, lid 1, Woningwet) Bouwverordening (artikel 7b, lid 1, Woningwet) Repressief welstandstoezicht (artikel 12, lid 1, Woningwet) Burenrecht (boek 5, titel 4, Burgerlijk Wetboek)
Begripsbepalingen (1) Bijbehorend bouwwerk: –“uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak”
Begripsbepalingen (2) Hoofdgebouw: –“gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is”
Hoofdgebouw (let ook op artikel 6)
Begripsbepalingen (3) Vzr rb ‘s Hertogenbosch, 16 februari 2011, LJN: BP5782 –vraag naar procesbelang in verband met inwerkingtreding Wabo –‘oorspronkelijk’ hoofdgebouw hoeft nog niet te zijn gebouwd om vergunningvrij te bouwen
Begripsbepalingen (4) Achtererfgebied: –“erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1 m van de voorkant, van het hoofdgebouw” Voorerfgebied: –“erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied” Openbaar toegankelijk gebied: –“weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer”
Achtererfgebied, voorerfgebied, openbaar toegankelijk gebied
Artikel 2 Bijlage II Bor (1) Vergunningvrij bouwen ter uitvoering van een handhavingsbesluit: verdwenen Onderdeel 3: –binnen de “2,5 meter zone” –buiten de “2,5 meter zone”: bouwen binnen afstand van 1 meter tot naburig erf: max. 10 m² functionele ondergeschiktheid (let op artikel 7) niet meer dan 30 m² –achtererfgebied niet meer dan 50% bebouwd –1 meter afstand tot openbaar toegankelijk gebied; tenzij geen redelijke eisen van welstand
Artikel 2 Bijlage II Bor (2)
Artikel 3 Bijlage II Bor Toetsing aan planologisch regime Soepeler dan artikel 2 –Onderdeel 1: bijbehorend bouwwerk in achtererfgebied: alleen eis maximale hoogte 5 meter
Kruimellijst: artikel 4 Bijlage II Bor “Aantal woningen gelijk”: artikel 5 Twee nieuwe gevallen i.v.m. duurzame energie (onderdelen 6 en 7) Permanent bewonen recreatiewoning (onderdeel 10): eis persoonsgebondenheid in artikel 5.18 Bor Vzr rb ‘s Hertogenbosch, 2 maart 2011, LJN: BP6693 –begrip ‘gebruiken’ in 2.1, lid 1, onder c, Wabo –functionele verbinding bijbehorend bouwwerk
HARTELIJK DANK VOOR UW AANDACHT
Contactgegevens: mr. M.H. Blokvoort KienhuisHoving N.V. Postbus AC ENSCHEDE Tel. nr Contactgegevens: mr. H. Hams KienhuisHoving N.V. Postbus AC ENSCHEDE Tel. nr