De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Juridische en fiscale samenwerking in de non-profit sector

Verwante presentaties


Presentatie over: "Juridische en fiscale samenwerking in de non-profit sector"— Transcript van de presentatie:

1 Juridische en fiscale samenwerking in de non-profit sector
Decreet betreffende maatwerk bij collectieve inschakeling (MW-decreet) Niet verspreiden zonder voorafgaande toestemming Ontwerp d.d. 1 september 2014

2 Inhoud Inhoud Uitgangspositie Juridische structuren van samenwerking
Fiscale structuren van samenwerking Combinaties juridische en fiscale structuren van samenwerking © 2014 Deloitte Belgium | Laga

3 Uitgangspositie © 2014 Deloitte Belgium | Laga

4 Uitgangspositie Erkenning als maatwerkbedrijf (MWB) aanvragen – voorwaarden: 20 doelgroepwerknemers (DGWN) – schakelaantal op heden 16; 65% personeel DGWN; rechtsvorm: vzw – vso; en statutaire verankering sociale economie. In functie van schakelaantal: op heden 16 > DGWN: integratie/schaalvergroting tot minimumaantal DGWN; integratie als maatwerkafdeling (5 DGWN). op heden 16 < DGWN: integratie gezamenlijke diensten; governance.

5 Juridische structuren van samenwerking
Algemeen overzicht © 2014 Deloitte Belgium | Laga

6 Juridische structuren van samenwerking – overzicht
Integratie: volledige: fusie; gedeeltelijke: maatwerkafdeling (MWA) in bestaande onderneming; bestuurlijke: personele unie. Structurele dienstverlening: intern: economisch samenwerkingsverband (ESV); intern en/of extern: verbonden entiteit. Contractuele dienstverlening: intern en/of extern: samenwerkings- en/of dienstverleningsovereenkomsten; extern: enclavewerking tussen MWB en andere entiteit.

7 Juridische structuren van samenwerking
Bespreking structuren © 2014 Deloitte Belgium | Laga

8 Structuur samenwerking – integratie I. Fusie tussen vzw’s – algemeen
Omschrijving: volledige integratie via een inbreng om niet van een algemeenheid waarbij (i) een bestaande entiteit haar vermogen integraal inbrengt bij een andere bestaande entiteit (fusie door overneming) of (ii) (een) bestaande entiteit(en) een nieuwe entiteit opricht(en) waarin zij haar/hun gehele vermogen(s) inbrengen (fusie door oprichting) en die een erkenning als MWB zal aanvragen. Gevolgen: één overblijvende rechtspersoon – rechtsautomatische overgang te algemene titel van vermogen (uitzondering voor sommige vergunningen – erkenningen – leden vzw); van rechtswege tegenwerpelijk aan derden vanaf de bekendmaking in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad; automatische overdracht van personeel overeenkomstig CAO32bis; individuele kwalificatie als ‘aanbestedende entiteit’ voor aankoop van werken, leveringen en diensten onder overheidsopdrachtenreglementering indien maatwerkbedrijf: opgericht is met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang die niet van industriële of commerciële aard zijn; rechtspersoonlijkheid heeft; en waarvan de werkzaamheden in hoofdzaak gefinancierd worden door overheden of instellingen (subsidies) of die overheden of instellingen toezicht houden over het beheer of deze de helft van de leden van de direct, raad van bestuur of raad van toezicht kunnen aanduiden Uitzondering: ‘in house-relatie’. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

9 Structuur samenwerking – integratie I
Structuur samenwerking – integratie I. Fusie tussen vzw’s – aandachtspunten Vennootschapsrechtelijk: onmogelijkheid fusie tussen vennootschap en non-profit entiteit (uitgezonderd VSO) – alternatieve procedure; geen rechtsautomatische overgang leden overgenomen vzw; naleving wettelijke bepalingen overblijvende/nieuw opgerichte entiteit: winstbesteding, werknemersparticipatie (vso), stemkrachtbeperking (vso); geen rechtsautomatische ontbinding overdragende entiteit; naleving procedure schuldeiserbescherming; mogelijk boekhoudkundige continuïteit mits voldaan aan wettelijke bepalingen (o.a. V&S en W.Venn.); statuten en governance van overblijvende/nieuw opgerichte entiteit. Sociaalrechtelijk: informatie- en consultatie werknemers(vertegenwoordigers); 1 juridische entiteit = in principe 1 bevoegd paritair comité (uitz. mogelijk); bepalen technische bedrijfseenheden; drempel sociale verkiezingen afhankelijk van technische bedrijfseenheden; harmonisatie loon- en arbeidsvoorwaarden waar nodig en mogelijk; overdraagbaarheid gesco-medewerkers? Publiekrechtelijk mogelijk wijziging van de kwalificatie als aanbestedende entiteit bij wijziging in financiering, controle,… (zie Annex – Aanbestedende overheid); mogelijk niet langer vervulling subsidievoorwaarden na fusie. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

10 Structuur samenwerking – integratie I
Structuur samenwerking – integratie I. Fusie tussen vzw’s – aandachtspunten Fiscaalrechtelijke aandachtspunten fusie is fiscaal neutraal voor wat betreft directe belastingen indien alle bij de fusie betrokken entiteiten vzw’s zijn die aan de rechtspersonenbelasting zijn onderworpen; gedetailleerde analyse nodig van fiscale gevolgen indien één van de betrokken entiteiten onderworpen is aan vennootschapsbelasting. Risico op taxatie in hoofde van de aan vennootschapsbelasting onderworpen entiteit; fusie tussen vzw’s die onderworpen zijn aan de rechtspersonenbelasting heeft op zich geen impact op de onderworpenheid aan de rechtspersonenbelasting van de overblijvende entiteit na fusie; indien één van de betrokken entiteiten onderworpen is aan de vennootschapsbelasting is een evaluatie nodig van het fiscaal regime van de entiteit post fusie; overdracht algemeenheid goederen of bedrijfsafdeling mogelijk zonder btw mits overnemer gedeeltelijk recht op aftrek; probleem indien overnemer volledig vrijgesteld van btw (geen recht op aftrek van btw): btw zal verschuldigd zijn op overdracht/fusie; btw-vrijstelling mogelijk voor: levering van goederen indien gebruikt voor een vrijgestelde activiteit en de btw op de aankoop van de goederen niet in aftrek werd gebracht (artikel 44 §2, 13° BTW-wetboek): goed moet met toepassing van btw verworven zijn. Goederen die gratis werden verkregen zijn uitgesloten; enkel voor levering van goederen: diensten zijn in principe uitgesloten; ruime interpretatie van bepaling door rulingcommissie (in casu voor overdracht specifieke software). overdracht cliënteel of het verlenen van rechten op cliënteel. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

11 Procedure – cfr. Wet 30 december 2009
Structuur samenwerking – integratie I. Fusie tussen vzw’s – tijdslijn Overdracht personeel met afsluiten/opstarten payroll (bv. Dimona, verzekeringen) en ondertekening addendum bij de arbeidsovereenkomst Procedure – cfr. Wet 30 december 2009 Goedkeuring inbreng/fusie door de algemene vergadering van leden (voor notaris – in principe enkel van inbrengende vereniging ↔ advies: beide verenigingen gelet op bestuurdersaansprakelijkheid) Max. 7 maanden boekhoudkundige retro-activiteit. Info & consultatie personeel Voorbereiden bijzondere procedures (bv. overdracht gesco’s) Neerlegging en publicatie van het gezamenlijk inbrengvoorstel ter griffie rechtbank koophandel 1 2 3 4 5 Wettelijk verplichte documentatie op de maatschappelijke zetel leggen Versturen uitnodiging aan de leden voor de BAV Voorbereiding van: gezamenlijk inbrengvoorstel RVB inbrengverslag RVB (verkrijgende) vergadering RVB voor notaris uitnodiging leden RVB (geen verslag commissaris!) Informatie aan de leden: Specifieke inbrengdocumentatie dient 1 maand voor de BAV te worden meegedeeld Wettelijke periode van 2 maanden inzake schuldeisersbescherming Raad van Bestuur voor notaris: Goedkeuring inbrengvoorstel Gewone Raad van Bestuur Goedkeuring inbrengverslag Tussentijdse cijfers bijeenroeping BAV Wettelijke wachttermijn van minimaal 6 weken – discussie 8 weken © 2014 Deloitte Belgium | Laga

12 Structuur samenwerking – integratie II. Maatwerkafdeling – algemeen
Omschrijving: gedeeltelijke integratie door middel van de oprichting van een afdeling binnen een bestaande onderneming (al dan niet commerciële) die minstens 5 DGWN tewerkstelt. Gevolgen: onderneming op zich blijft bestaan; bedrijfstak binnen de onderneming die DGWN tewerkstelt en erkenning als MWA aanvraagt; binnen de werking van MW-Decreet – subsidiëring; en automatische overdracht van personeel overeenkomstig CAO32bis indien de MW- activiteit van een andere entiteit wordt overgenomen. Onderneming MWA © 2014 Deloitte Belgium | Laga

13 Structuur samenwerking – integratie II
Structuur samenwerking – integratie II. Maatwerkafdeling – aandachtspunten Vennootschapsrechtelijk: duidelijke omschrijving van bedrijfstak en werkzaamheden; statutair doel onderneming; interne operatie vs. externe inbreng uit een andere onderneming: procedure afhankelijk van rechtsvorm betrokken entiteiten. Sociaalrechtelijk: indien MWA een louter interne operatie is, geen specifieke gevolgen, tenzij mogelijks als aparte technische bedrijfseenheid te kwalificeren; indien MWA wordt opgericht met externe inbreng uit een andere onderneming: informatie- en consultatie werknemers(vertegenwoordigers); 1 juridische entiteit = in principe 1 bevoegd paritair comité (uitz. mogelijk); bepalen technische bedrijfseenheden; drempel sociale verkiezingen afhankelijk van technische bedrijfseenheden; harmonisatie loon- en arbeidsvoorwaarden waar nodig en mogelijk; overdraagbaarheid gesco-medewerkers? Publiekrechtelijk: de kwalificatie als aanbestedende entiteit dient nagegaan te worden op niveau van de rechtspersoon, niet op niveau van de bedrijfstak (zie Annex – Aanbestedende entiteit); na te gaan op basis van de subsidiereglementen van de subsidies waarvan de betrokken entiteit geniet of de entiteit blijvend beantwoordt aan de voorwaarden voor het verkrijgen van de subsidie(s). © 2014 Deloitte Belgium | Laga

14 Structuur samenwerking – integratie II
Structuur samenwerking – integratie II. Maatwerkafdeling – aandachtspunten Fiscaalrechtelijk analyse nodig of nieuwe activiteiten een invloed kunnen hebben op btw-statuut van de onderneming waarbinnen MWA wordt opgericht; in veronderstelling dat onderneming waarin maatwerkactiviteit wordt ondergebracht een vzw is die onderworpen aan de rechtspersonenbelasting, in beginsel geen invloed op fiscaal statuut voor zover: maatwerkactiviteit “bevoorrechte” activiteit is in de zin van artikel 181 WIB92 (bv. beschutte werkplaats); of onderbrengen maatwerkactiviteit geen aanleiding geeft tot de exploitatie van een onderneming (nijverheids-, handels-, of landbouwonderneming) of verrichtingen van winstgevende aard in hoofde van de vzw of louter bijkomstig is aan het onbaatzuchtige doel van de vzw (zie annex voor verdere verduidelijking). concrete impact onderbrengen MWA dient geval per geval te worden nagegaan en zal sterk afhangen van het regime toepasselijk op de onderneming waarin wordt ingebracht (zie supra) en de aard van de activiteit van de afdeling (cfr. rechtspraak met betrekking tot kringloopcentra, sociale werkplaatsen en dienstenchequebedrijven). © 2014 Deloitte Belgium | Laga

15 Structuur samenwerking – integratie III. Personele Unie – algemeen
Omschrijving: benoeming van dezelfde bestuursleden binnen de entiteiten die lid zijn van de personele unie, maar de rechtspersonen die deel uitmaken van de personele unie blijven als juridisch onafhankelijke entiteiten bestaan. Gevolgen: verschillende, van elkaar te onderscheiden rechtspersonen blijven bestaan; louter strategische samenwerking – geen nieuwe rechtspersoon: mogelijkheid om een gemeenschappelijk beleid of strategie te ontwikkelen door raden van bestuur; geen overdracht van personeel, maar mogelijks 1 technische bedrijfseenheid afhankelijk van de eenheid die zou blijken uit de sociale en economische criteria; fiscaal regime van elk van de entiteiten blijft behouden. NPE A Bestuurder A Bestuurder B Bestuurder C NPE B Bestuurder A Bestuurder B Bestuurder C NPE C Bestuurder A Bestuurder B Bestuurder C © 2014 Deloitte Belgium | Laga

16 Structuur samenwerking – integratie III
Structuur samenwerking – integratie III. Personele Unie – aandachtspunten Vennootschapsrechtelijk: verplichtingen – meervoudige corporate compliance, boekhouding; expliciteren in welke hoedanigheid een bestuurder optreedt/welke entiteit hij vertegenwoordigt; belangenvermenging – conflictregeling; governance afspraken – statutaire verankering. Sociaalrechtelijk: elke entiteit dient op zich de DGWN-drempel te halen; DGWN werken enkel voor eigen werkgever; bepalen technische bedrijfseenheden; drempel sociale verkiezingen afhankelijk van technische bedrijfseenheden. Publiekrechtelijk: kwalificatie als aanbestedende entiteit te beoordelen per rechtspersoon; toepassing van de subsidiereglementen op elke entiteit afzonderlijk. Fiscaalrechtelijk geen specifieke aandachtspunten inzake (in)directe belastingen. Fiscaal regime van elk van de entiteiten blijft behouden. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

17 Structuur samenwerking – structurele dienstverlening I. ESV – algemeen
Omschrijving: pooling van gemeenschappelijke ondersteunende diensten aan de leden van het economisch samenwerkingsverband (ESV). Gevolgen: creatie nieuwe rechtspersoon voor louter interne dienstverlening (bv. boekhouding en HR); of mogelijkheid om ESV op te richten als werkgeversgroepering met exclusief maatschappelijk doel om (DG)WN ter beschikking te stellen aan de leden van de groepering (KB nog vereist voor inwerkingtreding relevante bepalingen). ESV NPE A NPE C NPE B © 2014 Deloitte Belgium | Laga

18 Structuur samenwerking – structurele dienstverlening I
Structuur samenwerking – structurele dienstverlening I. ESV – aandachtspunten Vennootschapsrechtelijk: louter interne diensten door het ESV aan haar leden (evenwel verbod op inmenging in het bestuur van de leden van het ESV) – geen externe dienstverlening; externe hoofdelijke en onbeperkte aansprakelijkheid leden ESV – interne regeling (vergoedings- en vrijwaringsregeling) mogelijk; bijdrageplicht leden ESV voor verliezen van het ESV; bepalingen oprichtingsovereenkomst ESV – lidmaatschapsrechten, inbreng, stemrechten, …; niet mogelijk voor ESV om te participeren in ESV of in een vennootschap/verenging – mogelijk voor entiteit om te participeren in verschillende ESVs. Sociaalrechtelijk: informatie werknemers(vertegenwoordigers); bepalen technische bedrijfseenheden; drempel sociale verkiezingen afhankelijk van technische bedrijfseenheden; uitvoerend KB nog vereist voor werkgeversgroepering; toelating Minister van Werk voor werkgeversgroepering; hoofdelijke aansprakelijkheid leden werkgeversgroepering voor fiscale en sociale schulden. Publiekrechtelijk: kwalificatie als aanbestedende entiteit te beoordelen per rechtspersoon – mogelijk toepassing “in house”-doctrine t.a.v. ESV; kwalificatie als aanbestedende entiteit afzonderlijk te beoordelen voor het ESV; toepassing van de subsidiereglementen op elke entiteit afzonderlijk. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

19 Structuur samenwerking – structurele dienstverlening I
Structuur samenwerking – structurele dienstverlening I. ESV – aandachtspunten Fiscaalrechtelijk: fiscaal transparant voor inkomstenbelasting: de leden van het ESV zijn de belastingplichtigen in de inkomstenbelastingen; kosten en opbrengsten ondergaan het fiscaal regime dat geldt in hoofde van elk respectievelijk lid; winsten worden geacht te zijn toegekend aan de leden op datum afsluiting jaarrekening of bij afwezigheid van boekhouding op 31 december van het jaar; het deel van de niet uitgekeerde winst of baten dat geacht wordt aan ieder lid te zijn toegekend, wordt vastgesteld overeenkomstig de bepaling van het contract of de overeenkomst van de associatie of nog, bij gebreke daarvan, volgens het hoofdelijk aandeel; geen roerende voorheffing verschuldigd op verdeling van opbrengsten aan de leden. lidmaatschap van ESV heeft in beginsel geen invloed op het fiscaal statuut van de leden; ESV wel belastingschuldige voor bedrijfsvoorheffing, roerende voorheffing, onroerende voorheffing en registratierechten; aanrekenen diensten aan leden zonder winstmarge is mogelijk (caveat indien lid van het ESV onderworpen aan de vennootschapsbelasting). © 2014 Deloitte Belgium | Laga

20 Structuur samenwerking – structurele dienstverlening II
Structuur samenwerking – structurele dienstverlening II. Verbonden entiteit (intern en/of extern) – algemeen Omschrijving: gemeenschappelijke rechtspersoon die diensten verleent (intern aan de leden en/of aan externe partijen). Gevolgen: creatie bijkomende rechtspersoon die zelf dienstverleningsovereenkomsten kan afsluiten met groepsvennootschappen en externe partijen; mogelijkheid om diensten te centraliseren in verbonden entiteit en intern/extern te poolen. NPE B NPE A NPE C Verbonden entiteit dienstverlener Externe partij © 2014 Deloitte Belgium | Laga

21 Structuur samenwerking – structurele dienstverlening II
Structuur samenwerking – structurele dienstverlening II. Verbonden entiteit (intern en/of extern) – aandachtspunten Vennootschapsrechtelijk; geen groepsinterne diensten en commerciële activiteiten in één juridische entiteit; keuzevrijheid rechtsvorm van verbonden entiteit (behoudens in geval van erkenning als MWB) – link sociale economie; wettelijke – jurisprudentiële bepalingen gekozen rechtsvorm respecteren o.a. wat betreft: governance en aandelenstructuur binnen de verbonden entiteit; verantwoordelijkheid voor beslissingen binnen de verbonden entiteit; werknemersparticipaties; winstuitkeringen. sluiten van overeenkomsten. Sociaalrechtelijk: bepalen technische bedrijfseenheden; Dienstverlening afhankelijk van de diensten al dan niet via enclave-overeenkomsten; geen werkgeversgroepering mogelijk; MWB kan niet fungeren als uitzendbureau. Publiekrechtelijk; kwalificatie als aanbestedende entiteit te beoordelen per rechtspersoon – mogelijk toepassing “in house”-doctrine t.a.v. verbonden entiteit/dienstverlener; kwalificatie als aanbestedende entiteit afzonderlijk te beoordelen voor de verbonden entiteit/dienstverlener; toepassing van de subsidiereglementen op elke entiteit afzonderlijk. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

22 Structuur samenwerking – structurele dienstverlening II
Structuur samenwerking – structurele dienstverlening II. Verbonden entiteit (intern en/of extern) – aandachtspunten Fiscaalrechtelijk activiteiten van de verbonden entiteit (per hypothese een vzw) alsook van de entiteit waaraan diensten worden verleend zijn bepalend voor het fiscaal statuut van de entiteit: onderworpen aan rechtspersonenbelasting indien geen exploitatie van onderneming of geen verrichtingen van winstgevende aard; indien louter interne ondersteuning aan de leden (i.e. vzw speelt in groep van vzw’s een centrale of ondersteunende rol, hoewel zelf niet actief op het betrokken domein): rechtspersonenbelasting verdedigbaar onder bepaalde voorwaarden; dienstverlening aan verbonden vennootschap /vzw onderworpen aan vennootschapsbelasting doet risico onderworpenheid vennootschapsbelasting ontstaan; indien dienstverlening aan externe partijen, aard van de activiteiten en mogelijke kwalificatie als exploitatie van onderneming / verrichtingen van winstgevende aard en eventuele bijkomstigheid aan het onbaatzuchtig hoofddoel moet worden nagegaan. eventueel rulingaanvraag om fiscaal regime af te toetsen. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

23 (groepsentiteit/extern)
Structuur samenwerking – contractueel I. Contractuele samenwerking buiten MW-decreet – algemeen Omschrijving: samenwerking door middel van afsluiten van (gemeenrechtelijke) dienstverlenings- en samenwerkingsovereenkomsten, intern dan wel met externe partners, als gebruiker dan wel als dienstverstrekker. . Gevolgen: geen creatie bijkomende rechtspersoon; onafhankelijkheid van betrokken rechtspersonen; bindende overeenkomsten buiten het kader van het MW-Decreet – geen subsidiëring op grond van MW- Decreet; geen overdracht van personeel, terbeschikkingstelling van personeel vermijden NPE A (groepsentiteit/extern) Dienstverlener Gebruiker NPE B © 2014 Deloitte Belgium | Laga

24 Structuur samenwerking – contractueel I
Structuur samenwerking – contractueel I. Contractuele samenwerking buiten MW-decreet – aandachtspunten Vennootschapsrechtelijk: samenwerking tussen betrokken NPE’s (als gebruiker en/of dienstverlener); schriftelijke overeenkomsten (bewijsproblematiek); buiten werking van het MW-decreet - soepele en ad hoc invulling mogelijk; modaliteiten van de overeenkomsten. Sociaalrechtelijk (indien NPE’s als dienstverstrekker): naleven wettelijke voorwaarden inzake terbeschikkingstelling; opstellen van dienstverleningsovereenkomsten. Publiekrechtelijk (indien NPE’s als gebruiker) kwalificatie als aanbestedende entiteit te beoordelen per rechtspersoon – mogelijk toepassing “in house”-doctrine t.a.v. bepaalde dienstverleners; toepassing van de subsidiereglementen op elke entiteit afzonderlijk. Fiscaalrechtelijk fiscaal regime van betrokken rechtspersonen blijft behouden; opletten indien één van de leden onderworpen is aan de vennootschapsbelasting: niet markt-conformiteit van modaliteiten kan leiden tot heffing vennootschapsbelasting. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

25 Structuur samenwerking – contractueel II. Enclavewerking – algemeen
Omschrijving: contractuele samenwerking tussen maatwerkbedrijf met private en/of publieke entiteit o.b.v. schriftelijke overeenkomst waarbij DGWN in entiteit wordt ingezet onder toezicht van een begeleider (artt. 32 e.v. MW-Decreet). Gevolgen: onafhankelijkheid van betrokken rechtspersonen – louter contractuele relatie met elkaar; subsidiëring – indien voldaan aan de vereisten van het MW-Decreet; geen overdracht van personeel. Maatwerkbedrijf Private/publieke entiteit DGWN + begeleider © 2014 Deloitte Belgium | Laga

26 Structuur samenwerking – contractueel II
Structuur samenwerking – contractueel II. Enclavewerking – aandachtspunten Vennootschapsrechtelijk enkel mogelijk voor MWB; opstellen enclave-overeenkomst op basis decretale vereisten. Sociaalrechtelijk: geen overdracht van personeel – blijven DGWN binnen MWB. Publiekrechtelijk; statuut private/publieke entiteit waar DGWN worden ingezet – in-concurrentiestelling MWB met andere bedrijven; mogelijkheid voor publieke entiteiten bepaalde opdrachten voor te behouden voor MWB; beoordeling van vervulling subsidievoorwaarden in geval van terbeschikkingstelling. Fiscaalrechtelijk Activiteiten van het maatwerkbedrijf (per hypothese vzw) zijn bepalend voor fiscaal regime: Indien vzw activiteit voert die valt onder artikel 181 WIB (beschutte werkplaats) en geen winstoogmerk: rechtspersonenbelasting; Activiteit die kwalificeert als exploitatie onderneming/verrichtingen winstgevende activiteit (niet ondergeschikt aan de onbaatzuchtige hoofdactiviteit): vennootschapsbelasting; Case by case analyse noodzakelijk (cf. annex met onder meer rechtspraak inzake sociale werkplaatsen, kringloopcentra vs. dienstenchequebedrijven). eventueel rulingaanvraag om fiscaal regime af te toetsen. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

27 Fiscale structuren van samenwerking
Algemeen overzicht © 2014 Deloitte Belgium | Laga

28 Fiscale structuren van samenwerking – Overzicht
Kostendelende vereniging (KDV) BTW-eenheid © 2014 Deloitte Belgium | Laga

29 Fiscale structuren van samenwerking
Bespreking structuren © 2014 Deloitte Belgium | Laga

30 Diensten vrijgesteld van btw
Fiscale structuren van samenwerking – I. Kostendelende vereniging (KDV) - algemeen Omschrijving: een permanente belangengemeenschap die is opgericht met het oog op de rationalisering en vermindering van de beheers- en exploitatiekosten. Er bestaan twee types KDV’s: KDV met aparte, nieuwe rechtspersoonlijkheid: kosten die door KDV ten laste van de leden worden gelegd zijn niet aan btw onderworpen; KDV kan de btw die haar door de dienstverrichter wordt aangerekend niet in aftrek brengen. KDV in onverdeeldheid: vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die onder een eigen benaming als afzonderlijke groepering tegenover haar leden optreedt; er moet geen nieuwe rechtspersoon worden opgericht; KDV heeft niet de hoedanigheid van belastingplichtige: geen btw verschuldigd in relatie tussen KDV en de leden; onderzocht door btw-administratie - mogelijk wijzigingen in de toekomst. Diensten vrijgesteld van btw MWB/Lid Dienstverrichter KDV MWB/lid MWB/lid © 2014 Deloitte Belgium | Laga

31 Fiscale structuren van samenwerking – Kostendelende vereniging (KDV) – gevolgen & aandachtspunten
fiscale structuur van de KDV laat toe bepaalde gemeenschappelijke functies van de leden (vb. IT, boekhouding) uit te besteden aan ander MWB (‘outsourcing’); mogelijk om bepaalde functies te groeperen en zonder toepassing van btw te verstrekken aan verschillende MWB’en. Aandachtspunten: MWB kwalificeren doorgaans niet als volledig vrijgestelde belastingplichtige: quid vervulling basisvoorwaarde KDV? voordeel van KDV beperkt tot diensten, biedt geen soelaas indien MWB goederen verkopen. Indien louter interne dienstverlening door verbonden entiteit: in beginsel onderworpen aan rechtspersonenbelasting (indien vzw) indien louter centraliserende, dirigerende en sturende of ondersteunende rol; eventueel kan rulingaanvraag worden overwogen om fiscaal regime af te toetsen. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

32 Fiscale structuren van samenwerking – II. BTW-eenheid – algemeen
Omschrijving: groepering louter voor btw-doeleinden van meerdere Belgische btw-plichtigen tot één btw-plichtige. Gevolgen: Juridische transacties tussen leden van btw-eenheid worden onttrokken aan toepassingsgebied van btw (uitzonderingen) Buiten toepassingsgebied van btw MWB MWB Btw-eenheid Binnen toepassingsgebied van btw Derde partij © 2014 Deloitte Belgium | Laga

33 Fiscale structuren van samenwerking – II. BTW-eenheid – aandachtspunten
elke belastingplichtige kan slechts lid zijn van max. één btw-eenheid; bestaan van verbondenheid tussen leden op economisch, financieel en organisatorisch vlak vereist (problematiek vzw’s); hoofdelijke aansprakelijkheid leden; recht op aftrek in hoofde van de btw-eenheid bepaald a.h.v. een algemeen verhoudingsgetal. Alternatief: toepassing werkelijk gebruik; impact herzieningen bij toetreding tot btw-eenheid? handelingen tussen leden-MWB, zowel leveringen van goederen als diensten, vallen buiten toepassingsgebied van btw – geen impact op transacties tussen MWB en derden. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

34 Combinatie structuren van samenwerking
combinaties juridische – fiscale structuren mogelijk; combinatiemogelijkheden afhankelijk van betrokken entiteiten. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

35 Combinatie(s) – Juridisch & Fiscaal
Personele Unie ESV Verbonden entiteit Dienstovk Enclave BTW-eenheid KDV * : Combinatie mogelijk, mits voldaan aan basisvoorwaarden : Combinatie niet mogelijk *: bij aandeelhoudersstructuur kan toetreding tot de btw-eenheid verplicht worden © 2014 Deloitte Belgium | Laga

36 Annex: aanbestedende entiteit
Maatwerkbedrijven zullen erkend worden als ‘aanbestedende entiteit’ indien zij ongeacht hun vorm en aard, op de datum van de beslissing om tot een opdracht over te gaan (cumulatieve criteria): opgericht zijn met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang die niet van industriële of commerciële aard zijn, en rechtspersoonlijkheid hebben, en waarvan ofwel de werkzaamheden in hoofdzaak gefinancierd worden door de overheden of instellingen vermeld in 1°, a, b of c; ofwel het beheer onderworpen is aan het toezicht van die overheden of instellingen; ofwel de leden van de directie, van de raad van bestuur of van de raad van toezicht voor meer dan de helft door die overheden of instellingen zijn aangewezen. → Of aan deze criteria voldaan is, dient voor elk van de maatwerkbedrijven op basis van de individuele situatie nagegaan te worden. Indien het betrokken maatwerkbedrijf aangeduid wordt als aanbestedende entiteit op basis van deze criteria, dient het te handelen conform de overheidsopdrachtenreglementering voor de aankoop van werken, leveringen en diensten. Hierop bestaan evenwel enkele uitzonderingen, waarvan de belangrijkste de ‘in house-relatie’ is, dewelke luidt als volgt: Wanneer een overheidsopdracht door een aanbestedende entiteit aan een andere privaat- of publiekrechtelijke rechtspersoon wordt gegund, valt deze buiten het toepassingsgebied van de overheidsopdrachtenreglementering wanneer aan elk van de volgende voorwaarden is voldaan: de aanbestedende dienst oefent op die rechtspersoon toezicht uit zoals op zijn eigen diensten; meer dan 80 % van de activiteiten van de gecontroleerde rechtspersoon wordt uitgeoefend in de vorm van taken die hem zijn toegewezen door de controlerende aanbestedende dienst of door andere, door diezelfde aanbestedende dienst gecontroleerde rechtspersonen. Voorwaarden « in house » conform de nieuwe richtlijn 2014/24/EU (omzetting verwacht uiterlijk 18/04/2016) © 2014 Deloitte Belgium | Laga

37 Annex: aanbestedende entiteit
Interpretatie van de criteria: opgericht zijn met het specifieke doel te voorzien in behoeften van algemeen belang die niet van industriële of commerciële aard zijn → Opgericht zijn met het specifieke doel: ruime betekenis, te bepalen op basis van de werkelijke activiteiten van de entiteit (niet enkel het doel conform de statuten) → Te voorzien in behoeften van algemeen belang: volgende indicaties kunnen wijzen op het voorzien in een behoefte van algemeen belang: het betreft activiteiten waarin de staat of een territoriaal lichaam om redenen van algemeen belang in het algemeen besluit zelf te voorzien of ten aanzien waarvan zij een beslissende invloed willen behouden; de uitgeoefende activiteit komt minstens onrechtstreeks een ruimere gemeenschap van personen ten goede en is niet uitsluitend gericht op behoeften van welbepaalde personen; er bestaat een verplichting voor de overheid om de activiteit te behartigen als derden dit niet doen; de activiteit vertoont een band met de openbare ordehandhaving. → Die niet van industriële of commerciële aard zijn: volgende indicaties kunnen een aanwijzing bieden of de behoeften waarin voorzien wordt van industriële of commerciële aard zijn: er worden goederen of diensten op de markt aangeboden; er worden goederen of diensten aangeboden aan commerciële ondernemingen; de activiteit wordt uitgeoefend in (sterke) concurrentie met andere marktspelers; de activiteit wordt (niet) uitgeoefend door een persoon die terug te vinden is op de lijst met aanbestedende overheden gevoegd als bijlage bij de richtlijnen inzake overheidsopdrachten; er bestaat een winstoogmerk of er wordt gewerkt op basis van criteria van rendement, doelmatigheid en rentabiliteit; er is geen mechanisme, gebruik of aanwijzing dat eventuele verliezen gecompenseerd zullen worden (het economisch risico van de activiteit wordt zelf gedragen); er is geen overheidsfinanciering. waarvan ofwel de werkzaamheden in hoofdzaak gefinancierd worden door de overheden of instellingen vermeld in 1°, a, b of c; → zowel de subsidies in het kader van het maatwerkdecreet als andere subsidies die ontvangen worden door de entiteit dienen in rekening gebracht te worden om te bepalen of de entiteit voor minimaal 50% gefinancierd wordt door overheden of andere aanbestedende entiteiten © 2014 Deloitte Belgium | Laga

38 Annex: Vennootschapsbelasting vs. rechtspersonenbelasting
Onderscheid vennootschapsbelasting / rechtspersonenbelasting: Een entiteit onderworpen aan de vennootschapsbelasting wordt in principe in haar geheel (dus voor al haar activiteiten) onderworpen aan de vennootschapsbelasting. Zij is belastbaar op haar globaal nettoresultaat, waarbij de wereldwijd gerealiseerde winst, zoals die blijkt uit haar boekhouding, na een aantal fiscale correcties (zowel positief als negatief) in de regel wordt belast aan het algemeen tarief in de vennootschapsbelasting van 33,99%; Bij een entiteit onderworpen aan de rechtspersonenbelasting zijn enkel limitatief opgesomde inkomsten belastbaar. Zo is een RPB-belastingplichtige onderworpen aan belasting op roerend inkomsten en bepaalde onroerende inkomsten. Verschillende tarieven zijn van toepassing naargelang de aard van de belastbare inkomsten. Criteria die fiscaal statuut bepalen: Zijn op basis van artikel 220, 3° onderworpen aan de rechtspersonenbelasting: “De rechtspersonen die in België hun maatschappelijke zetel, hun voornaamste inrichting of hun zetel van bestuur of beheer hebben en die geen onderneming exploiteren of zich niet met verrichtingen van winstgevende aard bezighouden of ingevolge artikel 181 en 182 [WIB92] niet aan vennootschapsbelastingzijn onderworpen” © 2014 Deloitte Belgium | Laga

39 Annex: Vennootschapsbelasting vs. rechtspersonenbelasting
Begrip: “een onderneming exploiteren” een “nijverheids-, handels-, of landbouwonderneming exploiteren” waarvan de winst, indien die zou gerealiseerd worden door een natuurlijk persoon of door een vennootschap, vereniging, enz., zonder rechtspersoonlijkheid, als beroepsinkomen in de personenbelasting zou belast worden (Com.IB n° 179/10) Vereist geheel van verrichtingen die zich vaak genoeg voordoen en met elkaar verbonden zijn om een voortdurende en gewone bedrijvigheid op te leveren en die een beroepskarakter hebben (Cass. 6 mei 1969) Het is essentieel dat dit wordt verduidelijkt in de statuten van de entiteit, doch in de praktijk ook werkelijk wordt nageleefd. De werkelijke activiteiten zijn immers doorslaggevend. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

40 Annex: Vennootschapsbelasting vs. rechtspersonenbelasting
Begrip: “verrichtingen van winstgevende aard” Omvat de “winstgevende bezigheden”: bezigheden met als doel winst te maken Omvat eveneens: “bezigheden van winstgevende aard, maar zonder winstoogmerken”, gekenmerkt door een voortdurende beroepswerkzaamheid bestaande uit: Verrichtingen van nijverheids-, handels- of landbouwkundige aard zie zo vaak worden herhaald dat ze een “bezigheid” vormen; De aanwending van nijverheids- of handelsmethoden. Het gaat dus om bezigheden die uiteraard normaal winsten of baten afwerpen, zelfs indien de rechtspersoon die zich eraan wijdt, volgens zijn statuten of in feite, geen winst nastreeft. © 2014 Deloitte Belgium | Laga

41 Annex: Vennootschapsbelasting vs. rechtspersonenbelasting
De wetgever heeft eveneens in enkele uitzonderingen voorzien voor vzw’s en andere rechtspersonen die geen winstoogmerk nastreven, op grond waarvan een aantal verrichtingen – expliciet in de wet – toch niet worden aangemerkt als verrichtingen van winstgevende aard, nl.: Alleenstaande of uitzonderlijke verrichtingen (art. 182, 1° WIB92) Verrichtingen die bestaan in een bedrijvigheid die slechts bijkomstig op nijverheids-, handels- of landbouwverrichtingen betrekking heeft of niet volgens nijverheids- of handelsmethoden worden uitgevoerd (art. 182, 3° WIB92); Niet volgens nijverheids- of handelsmethoden worden uitgevoerd (reclame, verkoop- en distributiemethodes, aard cliënteel (voor iedereen toegankelijk of voor beperkte groepen), financiering, concurrentie met commerciële actoren, prijszetting,etc.); Bijkomstig karakter (verwantschapscriterium: noodzakelijk voor uitvoering belangeloze hoofdwerkzaamheid en kwantitatief criterium (inzet mensen en middelen winstgevende vs. belangeloze activiteit)); De uitzonderingen ingevolge het verrichten van “bevoorrechte” actiedomeinen (art. 181 WIB92), zoals bijvoorbeeld beschutte werkplaatsen.

42 Annex: Vennootschapsbelasting vs. rechtspersonenbelasting
Voorbeelden uit de rechtspraak / rulingpraktijk: Rb. Bergen dd. 13 januari 2014: dienstenchequeactiviteit geeft aanleiding tot onderworpenheid vennootschapsbelasting; Parlementaire vraag nr. 995 dd. 21 november 2005: De door erkende ondernemingen (PWA’s) uitgeoefende activiteiten inzake dienstencheques en de levering van onderliggende prestaties zullen in principe de exploitatie van een onderneming inhouden. Rechtbank en Hof van Beroep Gent inzake kringloopcentra / sociale werkplaatsen: uitbating van de kringwinkel (commerciële activiteit) is slechts een middel om haar fundamentele onbaatzuchtige doelstellingen (arbeidszorg, armoedebestrijding en maatschappelijke / sociale re- integratie) concreet te realiseren; Antwerpen dd. 2 februari 2010: VZW met statutair doel het verlenen van bijstand aan en andere VZW (beschutte werkplaats) voert activiteiten die louter ondergeschikt zijn aan het onbaatzuchtig doel en onontbeerlijk zijn voor de verwezenlijking van het onbaatzuchtige doel van de VZW, nl. ondersteuning van de activiteiten van de beschutte werkplaats. Rechtspraak en rulings over onderworpenheid aan rechtspersonenbelasting van VZW die louter ondersteuning biedt aan andere VZW’s mits bepaalde voorwaarden zijn voldaan.

43 © 2014 Deloitte Belgium | Laga
43


Download ppt "Juridische en fiscale samenwerking in de non-profit sector"

Verwante presentaties


Ads door Google