De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Bachelor Nursing 2020 Ontwikkelingen in het werk van eerstelijns verpleegkundigen V&VN Eerstelijnsverpleegkundigen drs Gia Wallinga - voorzitter.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Bachelor Nursing 2020 Ontwikkelingen in het werk van eerstelijns verpleegkundigen V&VN Eerstelijnsverpleegkundigen drs Gia Wallinga - voorzitter."— Transcript van de presentatie:

1

2

3

4

5 Bachelor Nursing 2020

6 Ontwikkelingen in het werk van eerstelijns verpleegkundigen
V&VN Eerstelijnsverpleegkundigen drs Gia Wallinga - voorzitter Kern: Uitdagingen vanuit de buitenwereld en klanten voor jeugd en wijk Kern van het werk en onze rol Indicatiestelling normenkader Speerpunten om daarin als beroepsgroep sterk te opereren, met als doel de zorg voor klanten te verbeteren: Professionalisering Om dat te bereiken is het nodig Bruggen Bouwen 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

7 Onze uitdagingen Wijk 20 juni 2014
Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

8 Onze uitdagingen Wijk 20 juni 2014
Uitdagingen zijn enorm: Vergrijzing: afname jeugd, toename ouderen (zeer hoge leeftijd) – toename zorgvraag, onvoldoende collega’s 2. betaalbaarhouden, afname zorgbehoefte en anders organiseren: ziekte en zorg/gezondheid en gedrag 3. Transitie: minder in ziekenhuis, meer en complexere vraag in de thuissituatie 4. Opleiden van nieuwe wijkverpleegkundigen, met rolmodellen en het gebruik van EBP 5. Gebruik van nieuwe technieken in de zorg en daar als vk mee om kunnen gaan en naast de klant blijven staan Wijkverpleegkundigen zijn van oudsher creatief en sterk in het leggen van verbindingen in de keten, vertrouwen van klanten/burgers Kracht aanboren van klant in zijn netwerk – zorg is niet altijd het antwoord 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

9 Onze uitdagingen Jeugd
Preventie en het totale jeugd-domein Transitie jeugdzorg van provincie naar gemeente Jeugdteams van gemeente Iedere geinvesteerde euro verdien je in veelvoud terug doordat kinderen niet in een jeugdzorg traject komen, maar in een jeugd 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

10 Jeugd- en Wijkverpleegkundige
20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

11 Jeugd- en Wijkverpleegkundige
20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

12 Beroepsprofiel Jeugd en Wijk
20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

13 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland
Zorgverlener centraal Extra focus op ontwikkelen reflective practitioner Professionele ruimte voor indicatiestelling 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

14 CONCEPT Indicatiestelling Normenkader vastgesteld
Professionele autonomie HBO of hoger opgeleide verpleegkundige Versterk eigen regie en zelfredzaamheid van cliënten(systeem) Besluitvorming obv verpleegkundig proces Verslaglegging conform V&VN richtlijn verslaglegging Verpleegkundige overdracht conform V&VN standaard CONCEPT Hervinden van vakvrijheid Shared decisionmaking 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

15 Speerpunten V&VN Klinisch redeneren
Ontwikkelen reflective practitioner Behoud rol zorgverlener Helder maken kwaliteit van ons werk: Gebruik maken van kwaliteitsregister Advies richtlijnen eerstelijn EBP = In beweging naar Excellente Zorg Klinisch redeneren: (niet alleen wat, wanneer doen, maar ook legitimeren waarom) Advies richtlijnen eerstelijn – vooronderzoek geweest – nu uitwerken en permanent doorontwikkelen Casus: Ronnie uit kritische beroepssituaties nr 1 Casus Sophia jeugd: Nog wel wat te mager: zelf overweging maken of je instructie geeft!!!! Voorbeeld: medicatiebeleid conform landelijke richtlijn, inkleuren met lokale situaties en hoe om te gaan met uitzonderingen (onderst. Beleidsmedewerker). Implementatie geheel bij wv-en: uitzoekvragen etc. doen ze zelf en presenteren zich naar collega’s. 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

16 Verpleegkundig leiderschap
Groot voorbeeld op dit gebied 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

17 Professionalisering Shared Decision Making
Verbinden opleidingen – onderzoek – zorginstellingen Inwerken & Stimulerende werkomgeving Bewust & georganiseerd V&VN Resultaat: kwalitatief goede klantenzorg Niet alleen beroepsgroep – instellingen ook – opleidingen ook Shared Decision Making met de klant – klant volwaardige plaats laten houden Verbinden opleidingen – onderzoek – zorginstellingen (Ac. Werkplaats) om onderzoek natuurlijk in te laten vloeien en ten goede te laten komen aan de klant. Degelijk inwerkprogramma & Stimulerende werkomgeving: scherpte Bewust bezig met professionalisering, leren van Canada, VS en Engeland Georganiseerd door lid te zijn van V&VN WAT NU TE DOEN!!!!! 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

18 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland
Bruggen bouwen, het maakt niet uit wat voor soort brug: Oud, romantisch klein, of superlang. 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

19 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

20 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

21 Bruggen bouwen: Naar BN 2020 als basis
Rolmodellen voldoende tijdens stage Ontvangst nieuwe professional Werkklimaat: 7 rollen met zorgverlener centraal Reflective practitioner Om hierbij te komen zullen we moeten bruggen bouwen; Peilers zijn: Van nu naar BN 2020 als normale basis Rolmodellen voldoende Klaarstaan voor ontvangst nieuwe professional Werkklimaat zorgverlener centraal – 7 rollen – reflective practitioner VAR en kwaliteit van publicaties borgen!!!! 20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

22 Tot slot Vragen? Bedankt voor uw aandacht g.wallinga@icare.nl
20 juni 2014 Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland

23

24 De wijkverpleegkundige is…
Iedereen heeft een beeld van de wijkverpleegkundige Ze wordt voor allerlei doelen ingezet Deze zin lijkt tegenwoordig naar believen in te vullen Maak hier uw statement door de zin af te maken Roept u maar De wijkverpleegkundige is terug – in voor zorg – de schakel tussen zorg en welzijn – vijf rollen in expertisegebied etc Ik maak er voor vandaag van: de wijkverpleegkundige is van niemand

25 De wijkverpleegkundige is een
zorg- en gezondheidsprofessional

26 Vernieuwing van wijkverpleegkundige werk laten zien
Nar voren Cliënt en wijkgericht

27 De wijkverpleegkundige is een verbinder
Kracht zit in communicatie en coördinatie -> kwaliteit van zorg (evaluatiestudie Zichtbare Schakels Rotterdam, maart 2013)

28 en in leggen van effectieve en stabiele verbindingen in de wijk
Huisartsenzorg wijkverpleegkundige zorg maatsch. ondersteuning en in leggen van effectieve en stabiele verbindingen in de wijk Huisartsenzorg wijkverpleegkundige zorg maatsch. ondersteuning

29 De wijkverpleegkundige is een
Zelfstandige discipline met eigen ruimte in eerstelijnszorg Verbonden met V&V teams – huisartsenzorg en sociaal wijkteam

30 maatschappelijke ondersteuning
Wijkverpleegkundige huisartsenzorg V&V teams maatschappelijke ondersteuning wijknetwerk

31 De wijkverpleegkundige is … van niemand!
Nog veel superlatieven te bedenken voor de wijkverpleegkundige en haar werk en rol in de eerstelijnszorg maar hier laat ik het bij. Dat niemand haar inlijft maar de ruimte geeft voor verdere professionalisering en ik daag daarom de makers van de bachelor nursing 2020 uit hier recht aan te doen.!

32

33

34

35 Doel: opleidingsprofiel dat anticipeert op:
Nieuw beroepsprofiel voor de verpleegkundige Rapport “Voortrekkers in verandering” Transities in de zorg Uitkomst het nieuwe beroepenhuis Twee niveaus voor verplegen * verpleegkundige (artikel 3 Wet BIG) * verpleegkundig specialist (artikel 14 Wet BIG) Twee niveaus voor verzorgen * zorgkundige (artikel 34 Wet BIG; individuele gezondheidszorg) * verzorgende/helpende (primair gericht op wonen, welzijn en maatschappelijke dienstverlening) De vier beroepen op een rij: Verpleegkundig specialist (artikel 14 Wet BIG, hbo-master) Verpleegkundige (artikel 3 Wet BIG, hbo-bachelor) De zorgkundige (artikel 34 Wet BIG, mbo-4) De allround zorgkundige (art. 34 Wet BIG, Associate Degree)

36

37

38 Opleidingsprofiel Resultaten proces: 3 themagroepen: 25 leden Klankbordgroepen: 700 deelnemers Beweging met werkveld Impuls van ZonMw Stagetraject NVZ NFU Publiciteit / Nieuwsbrief / website Metro O&G

39 Impuls ZonMw Extra impuls op eerste lijn Lange, korte en middellange termijn Gesprekken in Rotterdam, Amsterdam, Heerlen, Eindhoven, Groningen en afdelingen V&VN Andere regio's na de zomer

40

41

42

43 Knelpunten Imago van de wijkverpleegkundige Stages kwantitatief en kwalitatief Verleturen voor stagebegeleiding Docenten Huidige curriculum Beroepsperspectief: 0 uren contracten

44 Beweging korte termijn
Ontwikkeling van minoren voor Stages: kwantitatief en kwalitatief Docenten uit/ in praktijk en ambassadeurs Huidige curriculum wijzigingen

45 Beweging korte termijn
Bijscholingsvragen van huidige beroepsbeoefenaren naar niveau expertisegebied wijkverpleegkundige Indiceren, zelfmanagement, preventie, klinisch redeneren en patiëntproblemen

46 Beweging Afdelingen V&VN expertisegebieden Wijk,- Jeugd, ARBO, praktijk- Sociaal verpleegkundigen en casemanagers dementie Wat kan initieel en wat is daarna nog nodig?

47

48 Beweging langere termijn
Opleidingsprofiel 2020 toegerust op de wijkverpleegkundige / eerste lijn

49

50 De wijkverpleegkundige in het nieuwe curriculum BN 2020
Monique Jansen Schuiling (Lid themagroep 1)

51 Oud curriculum t.o.v. nieuw
Toen: leren rijden met een Solex Nu: leren rijden met Vespa

52 Oud curriculum t.o.v. nieuw
Toen: Vragen naar de weg Nu: Routeplanning via TOMTOM

53 Oud curriculum t.o.v. nieuw
Toen: gebruik van m.n. mechanische instrumentaria Nu: gebruik van m.n. digitale instrumenten

54 Oud curriculum t.o.v. nieuw
Toen: Mantelzorger maakt schoon Nu: Mantelzorger maakt schoon

55 Grote uitdagingen in de extramurale zorg
Zie: Expertisegebied wijkverpleegkundige, 2012 Herontdekte belang wijkverpleegkundige door verschillende ontwikkelingen op gebied van: - Demografie - Maatschappij - Zorginhoudelijk Demografie: vergrijzing (babyboom van na WOII), minder beroepsbevolking, meer chronisch zieken, meer behoefte aan preventie Maatschappij: sociaal culturele ontwikkelingen – meer mondige patiënten, minder mantelzorg, meer zelfredzaamheid, herinrichting zorgstelsel (mn financieel), kracht en efficientie duurdere professionals wordt weer erkend (o.a. CIZ) Zorginhoudelijk: meer behandelmogelijkheden, arbeidsbesparende technologie,verschuiving taken van medici naar vs en vpk. Herstel as wijkverpleging – huisarts, ver doorgevoerde functiedifferentiatie in de wijk.

56 Huidige werkomgeving van wijkverpleegkundige
Zeer diverse doelgroep met niet alleen individuele cliënt, maar ook systeem + mantelzorger als partner en zorgvrager Bij de cliënt thuis, in de wijk en met het wijknetwerk

57 Huidige werkomgeving van wijkverpleegkundige
Zelfstandig vanuit een team, geen continue aanwezigheid, vanuit mogelijk langdurige relatie, preventiegericht, integraal, vanuit zelf/samenredzaamheid Regievoering zoveel mogelijk bij cliënt en werken met teamleden van wisselend niveau

58 Rollen wijkverpleegkundige
“Een wijkverpleegkundige is eerst en vooral een (HBO) verpleegkundige” een generalist , een professional die de bekwaamheid van het verpleegkundig beroep goed onder de knie heeft, op basis daarvan kan doorstromen naar post-initiële (beroeps)opleidingen of bij specifieke vraagstukken kan doorverwijzen naar specialistische zorg- of hulpverlening

59 Wijkverpleegkundige en CanMEDS gebieden BN2020
Verweven in het Robuust Curriculum, zoals ook geldt voor andere contexten. Terug te vinden onder: -Kritische beroepssituaties -Competenties -Kernbegrippen -Kennis, vaardigheden, attitude -Boks Contexten: revalidatiesetting, intramurale somatische, beschermd wonen setting voor pg Geen aparte uitstroom, differentiatie voor MGZ. Wel komt het gedurende gehele opleiding aan bod en moeten KVAs kunnen worden toegepast en uitgevoerd in elke context

60 Zorgverlener (1) Klinisch redeneren
Vraagverheldering (ook vraag achter de vraag) Indicatiestelling en zorgtoewijzing op basis van gevalideerde instrumenten Preventie (individueel en/of collectief)

61 Zorgverlener (2) Uitvoeren van zorg
In woonomgeving zorgvrager met extra attentie voor privacy, autonomie, waarden en normen Financiële grenzen bewaken Wet regelgeving inzake o.a. beslissingen, vrijheid, veiligheid informeren, instrueren, inzet mantelzorger (systeem) als partner in de zorg met inachtname draaglast - draagkracht Zelfstandige bevoegdheid

62 Zorgverlener (3) Zelfmanagement versterken Zorgvrager als partner
Zorgtechnologie en creatieve op maat oplossingen

63 Communicator Persoonsgerichte communicatie
Samenwerken met vele partners verschillende organisaties en informele partners Kwetsbaarheid overdracht/transfers In dialoog met zorgvrager en systeem Inzet ICT Privacy i.v.m. gebruik internet, social media

64 Samenwerkingspartner (1)
Multidisciplinaire samenwerking Met wijknetwerk (formeel en informeel) Sociale kaart In ketens, transmuraal Coördinatie en ‘domein’ afstemming Professionele relatie In de thuissituatie, leefomgeving zorgvrager; nabijheid met behoud van distantie

65 Samenwerkingspartner (2)
Gezamenlijke besluitvorming Shared Decission Making Continuïteit van zorg Zorglogistiek (alarmering) Continuïteit in deskundigheid/kwaliteit

66 Reflectieve EBP professional (1)
Inzet EBP Participeren in/uitvoeren praktijkonderzoek m.n. in 0e en 1e lijn en overgang tussen 0e, 1e, 2e lijn Onderzoekend vermogen Wijkanalyse/Gezondheidsprofiel wijk en daarop interventies in samenhang inzetten Deskundigheidsbevordering Vanuit generalistische functie op wijkproblematiek, multidisciplinair en integraal

67 Reflectieve EBP professional (2)
Professionele reflectie Intervisie binnen team, met collega wijkverpleegkundigen en multidisciplinair team Morele sensitiviteit Niet alleen voor gezondheid, ook t.a.v. wonen Prominenter naar hele systeem

68 Gezondheidsbevorderaar (1)
Preventiegericht analyseren Aandacht voor verschillende financierders/wet en regelgeving o.a. gemeenten – zorgverzekeraar Individueel en collectief; Universele, selectieve, geïndiceerde en zorggerelateerde preventie

69 Gezondheidsbevorderaar (2)
Gezond gedrag bevorderen Opsporen, screenen, preventie en interventie bij kwetsbare groepen (wijkanalyse) Opsporen zorgmijders Verantwoordelijkheid in leefstijl

70 Organisator (1) Verpleegkundig leiderschap
Voor verpleging/verzorging team(s) in de wijk Coördinatie van zorg Tot waar eigen regie/regie in coördinatie/afstemming voor zorgvrager en/of mantelzorger Schaarste Formeel + informeel afstemmen , duidelijkheid/vastleggen in taken en verantwoordelijkheden

71 Organisator (2) Veiligheid 24/7 zonder continue aanwezigheid
- Veiligheid bevorderen Veiligheid 24/7 zonder continue aanwezigheid Veiligheid omgeving en spanning met privacy/leefnormen en waarden Eigen en teamleden veiligheid Signaleren mishandeling/agressie zorgvrager/ omgeving

72 Organisator (3) Verpleegkundig ondernemerschap Zelfsturende teams
Spanningsveld zorgvrager, teamleden en organisatiebelangen

73 Professional en kwaliteitsbevorderaar
Participeren in kwaliteitszorg LESA’s en andere multidisciplinaire afspraken/standaarden Professioneel gedrag Positionering wijkverpleging Domeinbegrenzing

74 Differentiatie MGZ? Opleiden om in elke context inzetbaar te zijn.
Mogelijk wel verdieping en keuzemogelijkheden bijv. via minoren Voorstel verdieping in: acute somatische zorg, intensieve somatische zorg, langdurige zorg, preventieve zorg, verpleegkundige GGZ, premaster

75 De wijkverpleegkundige voor een gezonde wijk
STELLING 1: Dat moet goed komen met dit Robuust Curriculum De wijkverpleegkundige voor een gezonde wijk

76 STELLING 2: Oude wijkverpleegkundige is terug in ‘nieuw jasje’

77

78 Zichtbare schakel fase 2
Ineke Voordouw Arnhem, 20 juni 2014

79 Missie ZonMw ZonMw stimuleert gezondheidsonderzoek en zorginnovatie
Vooruitgang vraagt om onderzoek en ontwikkeling. ZonMw financiert gezondheidsonderzoek én stimuleert het gebruik van de ontwikkelde kennis – om daarmee de zorg en gezondheid te verbeteren. ZonMw heeft als hoofdopdrachtgevers: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO)

80 Zichtbare schakel De wijkverpleegkundige voor een gezonde buurt
Motie Hamer (2008): Extra (tijd) wijkverpleegkundigen in m.n. de aandachtswijken - € 10 miljoen/jaar ZonMw-programma: 96 uitvoeringsprojecten Eind 2012: 400 wvp in de projecten werkzaam en 100 mbo-verpleegkundigen e.a. financiering via gemeenten Vanaf 2015 financiering Zvw

81 Waar staan ‘we’ nu voor? Huidige wijkverpleegkundigen  anders werken en meer taken Meer wijkverpleegkundigen nodig Nu in de wijk (cijfers VWS): hbo, waarvan wvp 7.500 mbo 2015: € 40 miljoen extra voor wvp 2016: € 80 miljoen extra voor wvp 2017: € 200 miljoen extra = fte

82 Zs fase 2: Opleidingsimpuls wvp
Start voorjaar 2014 voor twee jaar Budget: € 6,3 miljoen voor alle kosten Vier hoofdlijnen: Inwerktrajecten nieuwe wijkverpleegkundigen Deskundigheidsbevordering huidige wijkver-pleegkundigen Mbo-verpleegkundigen  wijkverpleegkundigen Impuls aan LOOV 2020  meer wijk en 1stelijn

83 Activiteiten in ontwikkeling (1)
Inwerken en deskundigheidsbevordering Verkenning ‘zelftest’ competenties wvp Verkenning wvp en (sociale) wijkteams: gevraagde competenties Voorbereiden subsidieronde deskundigheidsbe-vordering: indiceren en organiseren van zorg E-learning indiceren en organiseren van zorg Verder implementeren goede voorbeelden relevante deskundigheidsbevordering: train-de-trainers Pilots inwerktrajecten

84 Activiteiten in ontwikkeling (2)
Van mbo  hbo Verkenning nog uitzetten Initiatief ministerie OCW: Advies cie Rinnooy Kan Impuls aan LOOV 2020 = in uitvoering Leerlijnen in samenwerking hbo-opleidingen en praktijk, o.a. preventie (rol gezondheidsbevorderaar) Docenten en wijkverpleegkundigen samen als ambassadeurs Algemeen, o.a. Bijeenkomsten, kennis en ervaringen uitwisselen en bundelen, kosten-baten in kaart brengen, Onderwijs dwars (ZonMw)

85 Meer informatie Vandaag: Evelien Dijkstra en Ineke Voordouw
Bijeenkomst maandag 7 juli a.s.: Utrecht van – uur. M.m.v. ZN, V&VN, LOOV 2020 en Ministerie van OCW Opgeven tot 24 juni a.s.

86

87 Margriet van Iersel Promovenda aan Hogeschool van Amsterdam ‘Educating on complex care’

88 Werktitel De beeldvorming van de student hbo-verpleegkunde van de wijkverpleegkundige en wijkzorg, en de invloed van een nieuw curriculumontwerp op deze beeldvorming

89 (Ontwikkeling van) beeldvorming van de student ten aanzien van het werken in de wijk
Curriculum- herontwerp: definitie eindniveau & daarvan afgeleid elementen van wijkzorg in de opleiding

90 Beeldvorming Omvang Cognitieve aspecten Affectief aspect van het beeld
Rijkdom van het beeld van wijkzorg Cognitieve aspecten Kennis: ideeën over bepaalde aspecten Affectief aspect van het beeld Gevoel over de (combinatie van) ideeën

91 Onderzoeksontwerp Survey onderzoek cross-sectioneel longitudinaal
Literatuuronderzoek Meetinstrument ontwikkelen en valideren Meten in cohort aanvang (n=350) en einde opleiding

92 Curriculum Wijkzorg vraagt om nieuwe inhoudelijke thema’s
Eindniveau student vaststellen EBE: herontwerp 4C/ID-ontwerpmodel Zelf de focus verleggen als docententeam

93 Onderzoeksontwerp Ontwikkeling meetinstrument Toetsen en valideren instrument Twee maal afname bij historische controls: cohort en in jaar 4 (n=360) Afname bij 4e jaars die het nieuwe onderwijs hebben gevolgd = cohort P14 (n=210)

94

95

96

97

98

99 onderzoekend vermogen in landelijke perspectief
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Bevindingen van de Expertgroep Protocol onderzoekend vermogen in landelijke perspectief xxxxxxxxxxxxx

100 Kwaliteit als opdracht (2009)
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Kwaliteit als opdracht (2009) Gedegen theoretische basis Onderzoekend vermogen Professioneel vakmanschap Beroepsethiek en maatschappelijke oriëntatie xxxxxxxxxxxxx

101 Onderzoekend vermogen
2009: HBO raad (2009) “Kwaliteit als opdracht”: “In onze moderne samenleving is het cruciaal dat hbo-bachelors over een onderzoekend vermogen beschikken dat leidt tot reflectie, tot evidence based practice, en tot innovatie”.

102 Opdracht Expertgroep Protocol (2014)
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Opdracht Expertgroep Protocol (2014) “Onderzoek de wenselijkheid en mogelijkheid van een gezamenlijk, bottom-up opgesteld protocol of protocollen voor het beoordelen van (kern)werkstukken en adviseer over de wijze waarop deze tot stand dienen te komen en aan welke kwaliteitseisen deze dienen te voldoen” xxxxxxxxxxxxx

103 Onderzoekend vermogen moet leiden tot:
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Onderzoekend vermogen moet leiden tot: Reflectie: dit betreft het terugkijken op het eigen handelen in de beroepspraktijk, signaleren wat er niet goed ging, dat proberen te verklaren vanuit de kennisbasis en in diezelfde kennisbasis ook de uitgangspunten vinden voor een betere aanpak; Evidence-based practice: dit betreft het gebruiken van de kennisbasis om de juiste handelingen te kiezen; Innovatie: dit betreft het ontwikkelen van nieuwe handelingen om de beroepspraktijk te verbeteren. VERANTWOORDEN ONDERBOUWEN VERNIEUWEN xxxxxxxxxxxxx

104 Onderzoekend vermogen =
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Onderzoekend vermogen = Onderzoekend houding (Van der Rijst, 2009) kritisch zijn willen begrijpen willen bereiken willen delen willen vernieuwen en willen weten Onderzoeksresultaten van anderen toepassen Onderzoek doen xxxxxxxxxxxxx

105 Naar een definitie van onderzoek
Onderzoek is een doelbewust en methodisch zoeken naar nieuwe kennis in de vorm van antwoorden op tevoren gestelde vragen volgens een tevoren opgesteld plan (Verschuren, 1994).

106 Naar een definitie van onderzoek
Onderzoek is een methodisch zoeken naar nieuwe kennis in de vorm van antwoorden op tevoren gestelde vragen volgens een tevoren opgesteld plan.

107 Naar een definitie van onderzoek
Onderzoek is een methodisch zoeken naar nieuwe kennis in de vorm van antwoorden op vragen volgens een tevoren opgesteld plan.

108 Naar een definitie van onderzoek
Onderzoek is een methodisch zoeken naar nieuwe kennis in de vorm van antwoorden op vragen.

109 Een definitie van praktijkgericht onderzoek
Onderzoek is het methodisch beantwoorden van vragen dat leidt tot relevante kennis.

110 Rol van onderzoekend vermogen hangt samen met beroepsproduct
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Rol van onderzoekend vermogen hangt samen met beroepsproduct 1. Advies 2. Ontwerp 3. Eindproduct 4. Handeling 5. Onderzoek Mogelijke oplossing of een plan Verbeelding van een eindproduct Fysiek of digitale uitwerking van een ontwerp Professioneel gedrag naar cliënt of publiek Antwoorden en conclusies Organisatieadvies Pedagogisch advies Financieel advies Bouwontwerp Technisch ontwerp Bestemmingsplan Ondernemings-plan Schilderij ICT applicatie Apparaat Film Journalistieke tekst Les geven Voorstelling uitvoeren Hulpverlenen Verplegen Therapie geven Leiding geven Ondernemen Archeologisch rapport Laboratorium rapport Forensisch rapport Naar Losse (2012) xxxxxxxxxxxxx

111 Onderzoekend vermogen ondersteunt beroepsproduct
xxxxxxxxxxxxxxx Onderzoekend vermogen ondersteunt beroepsproduct 4/7/2017 Methodisch werken Probleem-stelling Diagnose Plan Ingreep Evaluatie Onderzoekscyclus Probleem-verkennend onderzoek V A Onderzoekscyclus Diagnostisch onderzoek V A Onderzoekscyclus Ontwerp- onderzoek V A Onderzoekscyclus Monitoring onderzoek V A Onderzoekscyclus Evaluatie- onderzoek V A Onderzoeken Naar Leen (2012) xxxxxxxxxxxxx

112 Samenvattend rol van praktijkgericht onderzoek
xxxxxxxxxxxxxxx Samenvattend rol van praktijkgericht onderzoek 4/7/2017 Praktijkgericht onderzoek = het methodisch beantwoorden van vragen dat leidt tot relevante kennis, Teneinde het beroepsproduct te VERANTWOORDEN, ONDERBOUWEN en VERNIEUWEN Rol verschilt per soort beroepsproduct Verslaglegging bv: Beroepsproduct voor de opdrachtgever Verantwoordingsverslag voor de opleiding xxxxxxxxxxxxx

113 Nederlands kwalificatieraamwerk
Niveau 6: “Brengt met begeleiding op basis van methodologische kennis een praktijkgericht of fundamenteel onderzoek tot een goed einde.” Niveau 7: “Brengt op basis van methodologische kennis een fundamenteel onderzoek zelfstandig tot een goed einde.”

114 Drie niveaus van onderzoekend vermogen
xxxxxxxxxxxxxxx Drie niveaus van onderzoekend vermogen 4/7/2017 Methodische grondigheid (MG) Praktische relevantie (PR) Naar Butter (2013) xxxxxxxxxxxxx

115 Drie niveaus van onderzoekend vermogen
xxxxxxxxxxxxxxx Drie niveaus van onderzoekend vermogen 4/7/2017 Methodische grondigheid (MG) Methodische grondigheid Praktische relevantie Bescheiden Diepgaander Uitgebreid Relevant voor de situatie / opdrachtgever BA Relevant voor het vakgebied MA Relevant voor wetenschap en maatschappij PhD Praktische relevantie (PR) Naar Butter (2013) xxxxxxxxxxxxx

116 Mogelijke dimensies van methodische grondigheid
xxxxxxxxxxxxxxx Mogelijke dimensies van methodische grondigheid 4/7/2017 Bescheiden Diepgaander Uitgebreid Gebruik literatuur Bewijskracht (Van Yperen, in press) Generalisatie Body of Knowledge Methodische grondigheid (MG) Vakliteratuur vs Wetenschappelijke literatuur Nederlands vs Engels Theoretisch, Indicatief, Causaal Geen, Beperkte groep, Grote groep Vereiste kennis van onderzoeksdesigns en -methoden xxxxxxxxxxxxx

117 Samenvattend eisen aan onderzoekend vermogen BA
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Het verantwoorden van de gekozen aanpak en de resultaten. Het reflecteren op de gekozen aanpak en de resultaten. Het toepassen van modellen, theorieën en onderzoeksresultaten van anderen. Een kritische houding ten aanzien van modellen, theorieën en onderzoeksresultaten van anderen. Het realiseren van vernieuwing in één specifieke situatie. Zelf kunnen uitvoeren van een onderzoekscyclus met een rode draad van vraag naar conclusie. Daarnaast vult iedere opleiding dit aan met het beschrijven van de body of knowledge & skills op het gebied van onderzoek. Voor de Associate Degree geldt alleen 1 t/m 4. xxxxxxxxxxxxx

118 Dank voor uw aandacht Daan.andriessen@hu.nl www.methodologie.hu.nl
xxxxxxxxxxxxxxx 4/7/2017 Dank voor uw aandacht @onderzoekcoach.nl xxxxxxxxxxxxx

119

120

121 Themagroep 1: Robuust Curriculum
Goedemiddag dames en heren, Mijn naam is Regula van Graas, lid en tevens secretaris van themagroep 1. Met trots presenteert themagroep 1 haar voorlopige uitwerking. Een uitwerking die moet leiden tot een goed beschreven eindniveau van de bachelor nursing die zorgt voor goed opgeleide verpleegkundigen in het jaar 2020! In deze presentatie neem ik u mee in het proces van de totstandkoming van deze uitwerking en worden de resultaten gepresenteerd die de themagroep tot nu toe heeft bereikt.

122 Onze kern bestond uit de mooie bloem met de canmeds zoals beschreven in het beroepsprofiel. Deze bloem hebben we van allerlei kanten bekeken, uit elkaar gehaald en weer gepoogd in elkaar te zetten. De themagroepleden hebben de bloem echt onder een vergrootglas gelegd. In het proces was mooi te zien dat we allemaal hetzelfde beeld hadden van DE verpleegkundige. Maar…..hoe leg je nu op papier vast wat je een goede verpleegkundige ziet doen op de werkvloer? En hoe beschrijf je dit nu zo dat het concrete aanwijzingen geeft om een curriculum mee te bouwen. Alle canmeds hangen tenslotte met elkaar samen in het functioneren van DIE goede verpleegkundige. Voor een opleidingsprofiel is het opdelen in kleinere overzichtelijke onderdelen echter belangrijk…… Naast het beroepsprofiel heeft de themagroep nog uit andere bronnen geput, denkend aan de projectopdracht, allerlei brieven, documenten maar ook de input van de klankbordgroepen. Soms ging de inhoud van de bron verder dan we nodig hadden voor het beschrijven van het eindniveau. Afgesproken is dat deze documenten aan de opleidingen beschikbaar worden gesteld in de vorm van een servicedocument. De opleidingen kunnen het dan gebruiken voor de invulling van het curriculum.

123 De totstandkoming van de beschrijving van het eindniveau in stappen
Themagroep 1 heeft gekozen om het eindniveau in stappen te beschrijven. Ons inziens konden we op deze wijze het meeste rechtdoen aan het beroepsprofiel zonder de gewenste overzichtelijkheid van een opleidingsprofiel uit het oog te verliezen. Uitgangspunt is voor ons steeds de concrete praktijk geweest met als kernvraag: ‘Wat doet een Hbo-verpleegkundige?’ Van daaruit hebben we de teksten van het beroepsprofiel erbij gepakt en zijn we gaan ‘rafelen’ richting het opleidingsprofiel.

124 “Wat doet een Hbo-verpleegkundige?” Canmed ‘Zorgverlener’
Kritische situaties als uitgangspunt: “Wat doet een Hbo-verpleegkundige?” Canmed ‘Zorgverlener’ Zoals gezegd stond de praktijk voor ons centraal. Een belangrijk onderdeel van onze uitwerking bestaat dan ook uit de zogenaamde kritische situaties. In deze kritische situaties worden voorbeelden gegeven uit de praktijk waarin het handelen in een bepaalde canmed centraal staat. Het totaal aan kritische situaties geeft niet het hele functioneren van een goede verpleegkundige weer; het zijn exemplarische voorbeelden van situaties in de praktijk. Wel hebben we gepoogd een zo groot mogelijk aantal settingen en patientproblemen weer te geven in de kritische situaties. Als illustratie voor het door ons beschreven eindniveau wordt nu het canmedsgebied ‘Zorgverlener’ uitgewerkt in de rest van de presentatie.

125 Stap 1: Van tekst beroepsprofiel naar competenties
Hoe: Analyseren van de kern van de Canmed Zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke beschrijving gebleven De verpleegkundige stelt op basis van klinisch redeneren de behoefte aan verpleegkundige zorg vast op lichamelijk, psychisch, functioneel en sociaal gebied en verleent deze zorg in complexe situaties, volgens het verpleegkundig proces, op basis van evidence based practice. 2. De verpleegkundige versterkt (zo ver als mogelijk) het zelfmanagement van mensen in hun sociale context. Ze richt zich daarbij op gezamenlijke besluitvorming met de zorgvrager en diens naasten en houdt hierbij rekening met de diversiteit in persoonlijke eigenschappen, etnische, culturele en levensbeschouwelijke achtergronden en ideologische overtuigingen. Voor stap 1 zijn we uitgegaan van de tekst van het beroepsprofiel zoals deze per canmed was omschreven. We hebben deze beschrijving geanalyseerd en de kern of kernen omschreven als competenties. Voor de zorgverlener zijn er zo 3 competenties omschreven. Eén over het vaststellen van verpleegkundige zorg, één over het versterken van zelfmanagement en één over uitvoeren van zorg. 3. De verpleegkundige functioneert binnen de kaders van de wet BIG ten aanzien van het indiceren en uitvoeren van voorbehouden handelingen op basis van zelfstandige bevoegdheid (injecties, katheterisaties en het voorschrijven van UR-geneesmiddelen) of functionele zelfstandigheid (onder andere voorbehouden handelingen)

126 Stap 2: Van competenties naar kernbegrippen
Hoe: Kern uit omschrijving beroepsprofiel gelicht; ‘waar gaat het nu om?’ Liggen over alle competenties van een Canmed heen Geeft mogelijkheid om KVA’s te clusteren Klinisch redeneren: Het continu procesmatig gegevens verzamelen en analyseren gericht op het vaststellen van vragen en problemen van de zorgvrager, en het kiezen van daarbij passende zorgresultaten en interventies. Uitvoeren van zorg : Het verlenen van zorg door zelfstandig alle voorkomende (inclusief voorbehouden en risicovolle) verpleegkundige handelingen in complexe zorgsituaties uit te voeren met in achtneming van de geldende wet- en regelgeving. Zelfmanagement versterken: Het ondersteunen van zelfmanagement van mensen, hun naasten en hun sociale netwerk, met als doel het behouden of verbeteren van het dagelijks functioneren in relatie tot gezondheid en ziekte en kwaliteit van leven. In deze 2e stap zijn we in eerste instantie de competentie uit gaan werken in kennis, vaardigheden en attitude-aspecten. Het bleken dan al gauw onoverzichtelijke lijsten te worden. Een clustering van deze KVA’s was echter wel mogelijk door er een begrip boven te hangen. Dit zijn de kernbegrippen geworden. Zij vormen de overgang tussen de competentie-omschrijving en de beschrijving van de KVA’s. Voor de canmed zorgverlener zijn zo de kernbegrippen ‘klinisch redeneren’ , ‘uitvoeren van zorg’ en ‘het versterken van zelfmanagement’ geformuleerd. Vanuit de integratieve gedachte van de zorgverlener als totale bloem, zijn eigenlijk alle kernbegrippen van alle canmeds van toepassing op de zorgverlener. Om het overzicht in het opleidingsprofiel te borgen is gekozen om alleen DIE kernbegrippen op te nemen die een centrale rol spelen binnen een canmed; dit zijn de kernbegrippen zoals uitgewerkt binnen de canmed en een beperkt aantal andere relevantie kernbegrippen van andere canmeds, zoals bij de zorgverlener ‘inzet EBP’, ‘Gezamenlijke besluitvorming’ en ‘persoonsgerichte communicatie’. Kernbegrippen die ook relevant zijn voor deze rol: Inzet EBP Gezamenlijke besluitvorming Persoonsgerichte communicatie

127 Zelfmanagement versterken
Stap 3: Van kernbegrippen naar Kennis, Vaardigheden en Attitude Zelfmanagement versterken Kennis Kent (ontwikkelings)psychologie, principes van zelfmanagement en copingstijlen en systeembenaderingen (systeem: de zorgvrager in relatie tot voor hem/haar belangrijke anderen ) Kent benaderingen van zorg die zelfmanagement bevorderen Kent de verschillende fasen in het versterken van zelfmanagement en past deze toe Kent (chronische) ziektebeelden en de gevolgen daarvan voor het leven van zorgvragers Vaardigheden Kan de zorgvrager ondersteunen in het realiseren of handhaven van een zo groot mogelijke mate van autonomie in het dagelijks functioneren Kan passende gespreksvaardigheden toepassen Attitude toont een open en respectvolle houding naar de zorgvrager en diens systeem toont een stimulerende houding bij het vaststellen en benutten van de mogelijkheden door de zorgvrager Stap 3 is dan de verdere concretisering van de kernbegrippen naar Kennis, vaardigheden en Attitude-aspecten, de zogenaamde KVA’s. In het voorbeeld is het kernbegrip Zelfmanagement versterken’ hiervoor uitgewerkt.

128 Kernbegrip: Zelfmanagement versterken
Stap 4: Van KVA’s naar de Body of Knowledge & Skills (BOKS) Kernbegrip: Zelfmanagement versterken Verpleegkunde Principes van zelfmanagement gericht op zorgvrager en naasten Fasen van versterken zelfmanagement Achterhalen Adviseren Afspreken Assisteren Arrangeren Gezamenlijke besluitvorming Benaderingen van zorg zoals zorgethische theorieën: presentietheorie, menslievende zorg, belevingsgerichte zorg, menslievende zorg. Verpleegkundige visies en theorieën zoals de klassiekers: Henderson, Neumann, Orem, Peplau, Grypdonck, en vdBrink Tjebbes Draaglast en draagkracht inschatten Ervaringsdeskundigheid (omgaan met) beperkingen Sociale kaart, mogelijkheden en het dienstenaanbod in de wijk/buurt, dorp/stad of regio Financiering van zorg- en welzijnsdiensten Religieuze en levensbeschouwelijke opvattingen en stromingen Etnische en culturele kenmerken en gebruiken De vierde en laatste stap is het nog verder concretiseren van de KVA’s naar een body of knowledge and skills, de zogenaamde Boks. Ook hier hebben we gepoogd een goede balans neer te zetten tussen enerzijds globaal formuleren en anderzijds te gedetailleerd zijn. Een boks geeft geen niveau aan en legt geen verbanden tussen begrippen. Om wel goed in beeld te hebben wat we van een hbo-verpleegkundige mogen verwachten, hebben we daarom de kritische situaties beschreven. Sociologie Patiëntsysteem, systeemtheoretische benadering Mantelzorg Interculturalisatie Zorgorganisatie, zorgsysteem en zorgverzekering Sociale omgeving (armoede, leefomgeving) Kwetsbare groepen Recht WMO (maatschappelijke ondersteuning) AWBZ Zorgverzekeringswet Wet langdurige zorg Psychologie Psychologische aspecten van ziekte en gezondheid Copingstijlen Ziekte inzicht

129 Totaal overzicht: 7 Canmedsgebieden ZORGVERLENER 17 Competenties
Communicator Persoonsgerichte communicatie Inzet ICT Prof. En kwaliteitsbewaker Kwaliteit van zorg leveren Participeren in kwaliteitszorg Professioneel gedrag ZORGVERLENER Klinisch redeneren Zelfmanagement versterken Uitvoeren van zorg Samenwerker Prof. Relatie Gezamenlijke besluitvorming Multidisciplinaire samenwerking Continuïteit van zorg Organisator Verpleegkundig leiderschap Coördinatie van zorg Veiligheid bevorderen Verpleegkundig ondernemerschap Kijkend naar de hele bloem zijn er uiteindelijk van 7 canmeds, 17 competenties en 23 kernbegrippen uitgewerkt. Refl. Professional Inzet EBP Onderzoekend vermogen Deskundigheids-bevordering Prof. Reflectie Morele sensitiviteit Gezondheids-bevorderaar Preventiegericht analyseren Gezond gedrag bevorderen 17 Competenties 23 Kernbegrippen

130 Aansluiting naar de Hbo-V
Cijfers: instroom, uitval, diplomarendement Groeiende instroom Gemiddeld aantal uitvallers na 1 en 3 jaar (resp. 16,8% en 22,7%) Mbo’ers vallen het meest uit, gevolgd door Havisten en daarna VWO’ers 62% heeft diploma binnen 5 jaar; snelst door VWO’ers, gevolgd door Mbo’ers en Havisten Ontwikkelingen in Hbo en Mbo Nieuw kwalificatiedossier Mbo Beperking vrije doorstroom van Mbo naar Hbo Ontwikkeling Associate Degree (Ad) Studiekeuzeactiviteiten in kader wet in Verscheidenheid Numerus fixus meeste Hbo-V’s Verkorte routes maken voor VWO’ers Knelpunten Flinke uitval, voornamelijk onder Mbo’ers en Havisten Onvoldoende uitdaging voor VWO’ers Onbekend effect nog van studiekeuzeactiviteiten en de numerus fixus Nog maar de vraag of een AD gewenst is ‘tussen’ de Mbo-V en de Hbo-V Adviezen Goede analyse reden van uitval en vertraging Hbo-V studenten Overleg tussen toeleverende VO en Mbo scholen en de Hbo instelling (convenanten) Evalueren effecten van studiekeuzeactiviteiten en numerus fixus op uitval en rendement Aansluitprogramma ontwikkelen tussen Mbo-V en Hbo-V gericht op voorbereiding op de Hbo-V en opvang tijdens de Hbo-V Onderzoek doen naar arbeidsmarktbehoefte van een Ad Een andere opdracht aan themagroep 1 was het uitwerken van de aansluiting naar de Hbo-V en de doorstroom vanuit de Hbo-V naar vervolgopleidingen. Nu eerst de aansluiting naar de Hbo-V. Om een beeld te krijgen van de aansluiting zijn eerst cijfers en ontwikkelingen en van daaruit knelpunten en adviezen geformuleerd. Cijfers doorlopen Ontwikkelingen doorlopen Knelpunten doorlopen Adviezen doorlopen

131 Aansluiting na de Hbo-V
Mogelijkheden binnen het verpleegkundig domein: Hbo-master Advanced Nursing Practice Heeft ook profiel in canmeds beschreven Nog ingedeeld in NLQF 6, wens is naar NLQF 7 te gaan Adviezen voor doorstroom: 2 profielen naast elkaar leggen, afstemmen waar de Hbo-V eindigt en de MANP begint Mogelijkheden onderzoeken om excellente Hbo-V studenten gelijk door te laten stromen naar MANP (zonder werkeis van 2 jaar) Master Verplegingswetenschappen Master pas te volgen na premaster van 30 EC Adviezen doorstroom In kaart brengen aantal studenten Hbo-V die premaster willen doen In overleg met master om premaster in te dikken naar half jaar zodat studenten Hbo-V 2 minorblokken hiervoor kunnen gebruiken Verpleegkundige Vervolgopleidingen (VVO) Hebben profielen ook in canmeds beschreven Minorruimte in Hbo-V gebruiken om deel opleiding VVO te volgen Studenten kunnen na de Hbo-V nog een aantal andere opleidingen binnen het verpleegkundig beroepsdomein kiezen. Het gaat hier dan om de Hbo-master Advanced Nursing Practice, ook we de verpleegkundig specialist genoemd, de master verplegingswetenschappen en de verpleegkundige vervolgopleidingen. Voor elke opleiding zijn adviezen beschreven door de projectgroep. MANP doorlopen Verplegingswetenschappen doorlopen Vervolgopleidingen doorlopen

132 Open eindjes V&VN: indiceren en uitvoeren van voorbehouden handelingen (brief minister) V&VN: normen voor indicering en toewijzing Onderzoek (Andriessen, expertgroep) Wel en niet indalen van (1e lijns) functiegerichte opleidingen Verwerken feedback conferentie Afstemmen met andere themagroepen Zoals ook al eerder vermeld, zijn we nog niet klaar met het project. Het is een stand van zaken die we graag met u delen en waarop we graag feedback ontvangen. De wereld om ons heen staat ook niet stil; tijdens de doorloop van het project kwamen er ook nog allerlei nieuwe ontwikkelingen en documenten op ons pad die we nu nog niet voldoende hebben kunnen verwerken in het eindprofiel, denk hierbij bijvoorbeeld aan documenten van de V&VN over indiceren/toewijzen en voorbehouden handelingen, input van Daan Andriessen over ‘onderzoek op het Hbo’ en een schrijven van Ans Grotendorst met een advies over het wel of niet indalen van 1elijns opleidingen in de Hbo-V. Tenslotte moet er op een aantal punten nog overlegd worden met de andere themagroepen waarin de feedback op deze conceptversie verwerkt gaat worden. Uiteindelijk zal er een mooi advies uitkomen. Een advies zonder open eindjes, door ons allemaal voor u allemaal!

133 Vragen: 1. Is de uitwerking van het eindniveau voldoende herkenbaar voor de diverse werkvelden? 2. Geeft de uitwerking van het eindniveau voldoende houvast om een curriculum te bouwen? Is door het uit elkaar halen van de canmeds evengoed de samenhang nog wel zichtbaar? Is de gedetailleerdheid van de diverse onderdelen voldoende? Tenslotte 2 vragen voor u, als toehoorders. De beantwoording hiervan geeft ons gerichte feedback op onze uitwerking. De stellingen zijn gebaseerd op kernvragen/dilemma’s die wij ons gesteld hebben tijdens de uitwerking van het eindniveau: Vraag 1 Vraag 2

134

135

136 Focus en differentiatie
Themagroep 2 Focus en differentiatie Welke speerpunten in de differentiaties zijn noodzakelijk, rekening houdend met de toekomstige maatschappelijke ontwikkelingen in de ouderenzorg en ontwikkelingen in de eerste lijn? Voldoen de huidige differentiaties AGZ, GGZ en MGZ voor de toekomst of moet er voor een andere indeling (bijvoorbeeld intra-extramuraal) gekozen worden?

137 Focus en differentiatie (2)
Werkwijze Bestudering documenten en literatuur Discussie Twee klankbordgroepen Discussie, voorlopige conclusie

138 Focus en differentiatie (2)
Speerpunten in differentiaties Verschuivende accenten in de zorg Transities in de zorg Multiculturele samenleving en zorg Organisatie van zorg

139 Focus en differentiatie (2)
Generalist of specialist Differentiaties AGZ, GGZ, MGZ?

140 Focus en differentiatie (2)
Differentiatie: wat? Acute somatische zorg Intensieve somatische zorg Langdurige zorg Preventieve zorg Verpleegkundige GGZ Premaster

141 Focus en differentiatie (2) Differentiatie: hoe?
6 scenario’s -> 3 scenario’s -> 1? 50 % / 2 jr 25 % / 2 jr 25 % / 2 jr

142 Focus en differentiatie (2)
Stelling 1: 25 % van de tijd in jaar 3 en 4 mag de student in een context naar keuze leren (bijvoorbeeld in een minor en/of stage)  

143 Focus en differentiatie (2)
Stelling 2: Het is goed om te differentiëren naar het model VBOC

144

145 Borging van het opleidingsprofiel in de praktijk & praktijkonderzoek
Thema groep 3 Borging van het opleidingsprofiel in de praktijk & praktijkonderzoek

146 Onze opdracht Beschrijf en adviseer hoe het opleidingsprofiel geborgd dient te worden in de praktijk Adviseer op welke wijze praktijkgericht onderzoek hier deel van uit zou moeten maken.

147 Praktijkonderzoek Verwarring over de term onderzoek in het hbo, beantwoord door Daan Andriessen en komt neer op: Praktijkgericht onderzoek= methodisch beantwoorden vragen dat leidt tot relevante kennis (het ondersteunt het maken van een beroepsproduct) Bachelors moeten over een onderzoekend vermogen beschikken = Onderzoekende houding Onderzoeksresultaten van anderen toepassen Onderzoek doen Praktijkgericht onderzoek heeft een vraag uit de praktijk en draagt direct bij aan die praktijk

148 Borging praktijk Uitgangspunt:
De snelle ontwikkelingen in de zorg vereisen een meer duurzame samenwerking tussen hgzo en werkveld die leidt tot een innovatief partnerschap. Dat is cruciaal om daadwerkelijk méé te bewegen met de ontwikkelingen in de zorg

149 Stages en opleidingscapaciteit
Regionaal opleiden Strategische opleidingsplanning in zogenaamde Zorgacademies (netwerkorganisaties van zorginstellingen met bestuurlijke commitment) Leren van het medische domein

150 Kwaliteitscriteria Van de docent Van de werkbegeleider
Van de stageplaats Van de student Van het LOOV….. De kwaliteit van werkplekleren is vooral afhankelijk van de interactie tussen de student en de werkbegeleider. Binnen het competentiegericht onderwijs is werkplekleren te typeren als een vorm van gepland bewust leren van een student in de authentieke werksituatie. De werkplekkenmerk die de meeste effectiviteit geeft is die werkplek die is ingericht als leeromgeving waarbij de interactie de directe input vormt voor het leerproces van de student. Hiermee wordt bedoeld: de wisselwerking met de werkbegeleiders (rolmodel) die net als de studenten meedraaien in het primaire proces en waarmee studenten regelmatig samenwerken. De werkbegeleider geeft een hoge mate van interactie als hij zich bewust is van de student en de taken die de student zich eigen moet maken. Het rendement van leren verhoogt naarmate de werkbegeleider zich structureel toelegt op de begeleiding en de student regelmatig aangeeft wat hij moet leren. Daarnaast geeft een koppeling tussen student en werkbegeleider ook een hoger rendement ( interactie tussen de student en de werkbegeleider in de authentieke werksituatie. werkplek ingericht als leeromgeving waarbij de interactie de directe input vormt voor het leerproces (de werkbegeleider als rolmodel) De werkbegeleider is zich bewust van de taken die de student zich eigen moet maken. Het rendement van leren verhoogt naarmate de werkbegeleider zich structureel toelegt op de begeleiding en de student regelmatig aangeeft wat hij moet leren. Een koppeling tussen student en werkbegeleider geeft een hoger rendement

151 Praktijk in de school, de school in de praktijk
Veel meer leerwerkplaatsen, learning communities, leerafdelingen of ZIC’s inrichten; Vanuit een andere mindset. (we hebben elkaar veel te bieden)

152 Jong gediplomeerde, de transitie
Eigen verwachtingen worden niet waargemaakt : Werkdruk en personele bezetting Er ontstaan conflicterende waarden De huidige Jong gediplomeerden bezitten: een bredere en diepere theoretische kennis dan voorheen, hebben minder praktische vaardigheden (of erkennen beter dat ze niet alles kunnen) Hebben een meer proactieve houding en meer gericht op levenslang leren In de echte praktijk dragen werkdruk en personele bezetting ertoe bij dat ze hun eigen verwachtingen omtrent kwaliteit van zorg, patiëntgerichte zorg, holistische zorg en gebaseerd op evidence niet waar kunnen maken (Higgins et al., 2010). Waarden die tijdens de opleiding zijn geleerd, zoals het stellen van kritische vragen en het openstaan voor nieuwe kennis staan in conflict met waarden van de praktijk . De huidige Jonggediplomeerden bezitten een bredere en diepere theoretische kennis dan voorheen, maar hebben minder praktische vaardigheden en minder praktische ervaring. Daarentegen hebben ze een meer proactieve houding, zijn beter in staat om vragen te stellen en meer gericht op levenslang leren

153 conclusie Er is fasering in de ontwikkeling
Mentorschap/rolmodel helpt bij de ontwikkeling Een goede werkomgeving: Autonomie Hulp collega’s Support leidinggevende etc. Ontwikkeltrajecten met bijv: Signal Post Development Scheme (Engeland)

154 Stelling 1 MBO en HBO functieprofielen in de praktijk zijn een voorwaarde om het opleidingsprofiel Bachelor Nursing 2020 te borgen in de praktijk

155 Stelling 2 De leerwerkplaats is de oplossing om het opleidingsprofiel Bachelor 2020 te borgen in de praktijk

156 Stelling 3 Een goede teamleider leidt tot twee maal zo veel stageplaatsen

157


Download ppt "Bachelor Nursing 2020 Ontwikkelingen in het werk van eerstelijns verpleegkundigen V&VN Eerstelijnsverpleegkundigen drs Gia Wallinga - voorzitter."

Verwante presentaties


Ads door Google