De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Onze fictieve school Katholiek Jenaplan met basisontwikkeling “De Libra” Carola van Rijn, Sabine Riswick, Manita Vermeire en Sabine van Zadelhoff.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Onze fictieve school Katholiek Jenaplan met basisontwikkeling “De Libra” Carola van Rijn, Sabine Riswick, Manita Vermeire en Sabine van Zadelhoff."— Transcript van de presentatie:

1 Onze fictieve school Katholiek Jenaplan met basisontwikkeling “De Libra” Carola van Rijn, Sabine Riswick, Manita Vermeire en Sabine van Zadelhoff.

2 De Fictieve school: “De Libra” Ik ben een ouder Ik ben een leerkracht Schoolgids

3 De Fictieve school: “De Libra” Beste ouders en verzorgers, Dit de digitale schoolgids van basisschool de Libra. In deze schoolgids vindt u veel informatie over onze school en leest u waar we voor staan. Naast de plattegrond van de school en de schooltuin maakt de gids ook duidelijk wat er zoal op school gebeurt en waarom we het op die manier doen. Deze visie is gebaseerd op verschillende theorieën en overtuigingen, maar bovenal is dit onze visie, die gebaseerd is op onze eigen mening en ervaringen met kinderen. Natuurlijk zijn er altijd nog zaken waar we u apart over zullen informeren. Het laatste nieuws melden wij in de maandelijkse nieuwsbrief en op onze website www.libraschool.nl. Heeft u na het lezen nog vragen dan kunt u altijd contact opnemen met een van de leerkrachten of de directeur van de school.

4 De Fictieve school: “De Libra” Beste leerkracht, Dit de digitale schoolgids van basisschool de Libra. In deze schoolgids vindt u veel informatie over onze school en leest u waar we voor staan. Naast de plattegrond van de school en de schooltuin maakt de gids ook duidelijk wat er zoal op school gebeurt en waarom we het op die manier doen. Wij hebben ervoor gekozen onze schoolgids zelf te schrijven, wij wilden niet een knip- en plakwerk uit andere schoolgidsen maar een eigen verhaal. Deze visie is een weerspiegeling van onze ervaringen in stages en de geleerde theorie op de opleiding PABO Arnhem. We hebben meerdere avonden met elkaar gesproken over wat we belangrijk vinden en hoe we dat graag in onze school terug willen zien. Hierbij hebben we gekeken naar de praktijk en onze ervaringen daarover gedeeld. Wij hebben ervoor gekozen om alleen de onderwijsorganisatorische zaken en stukken rondom visie uit te werken. De algemene zaken en regelingen hebben we achterwege gelaten. Omdat dit een fictieve school is konden we uitgaan van de ideale omstandigheden en voorwaarden. We zijn ons er van bewust dat de praktijk vaak vraagt om keuzes en compromissen. En niet altijd het ideale mogelijk is. Carola van Rijn, Sabine Riswick, Manita Vermeire en Sabine van Zadelhoff. Verantwoording Bronvermelding

5 Ga naar: Buitenruimte van de school Ga naar: Multifunctionele ruimte Ga naar: Sport en spel ruimte Ga naar: De klassen en de hal N O Z W De Fictieve school: “De Libra” theater Leraren kamer Materialen Atelier Techniek gymzaal speelzaal en koken schuur RT Groep 1,2,3 Groep 7,8 Groep 4,5,6 opslag kleed ruimtes

6 N O Z W De klassen en hal Groep 1,2,3 Groep 7,8 Groep 4,5,6 Bekijk groep 1,2,3 wc Bekijk Groep 4,5,6 documentatie Bieb Jenaplanonderwijs Basisontwikkeling Omgeving Identiteit en situering Ons geloof Bekijk Ingang

7 N O Z W De multifunctionele ruimte theater Leraren kamer Materialen Atelier Techniek en koken schuur RT Binnenstebuiten Expressie Drama en muziek Techniek en koken Klik op de zwarte woorden voor een foto

8 N O Z W De multifunctionele ruimte Binnenstebuiten Expressie Drama en muziek Techniek en koken theater Leraren kamer Materialen Atelier Techniek en koken schuur RT

9 gymzaal speelzaal opslag kleed ruimtes N O Z W Sport en spel ruimte Bewegingsonderwijs Binnenstebuiten

10 Digitaal schoolbord Groep 1, 2 en 3 materialenkast gr. 3 kast 6 7 Kast voor huishoek 1 Lage kast Kiesbord 2 3 Opberg Lage kast 4 5 Ruimte voor kring Legenda 1.Themahoek 2.Huishoek 3.Zand/water tafel 4.Bouwhoek 5.Knutsel/teken hoek 6.Cijfer en letterhoek 7.Instructietafel = Wastafel = Plant = Uitschuifbare wand Stamgroepen Werkvormen Lezen en schrijven

11 Groep 4, 5 en 6 Legenda 1.Themahoek 2.Taalhoek 3.Instructietafel 4.Tafel leerkracht 5.Rekenhoek = Wastafel = Plant = Uitschuifbare wand = Ruimte voor kring Digitaal schoolbord materialenkast kast Opberg Lage kast 1 2 materialenkast 5 4 3 4 Zorg voor de kinderen Stamgroepen Werkvormen

12 De buitenruimte van de school Legenda 1.Pipo wagen 2.Picknicktafels 3.Boomstammen 4.Kleuterplein 5.Zand/water 6.Smalle tafels + banken 7.Glooiend heuveltje met glijbaan, toren en doorkruipbuis 8.Evenwichtsbalken 9.Grote schommel 10.Waterpomp 11.Multifunctioneel speelveld 12.Plein 13.Basketkorven 14.Water met bruggen 15.Atelier 16.Werktafels 17.Hout bewerkplaats 18.Lage boomstammen 19.Losse boomstammen 20.Lage grasheuvel 21.schooltuintjes = Struik/lage planten = Bomen = Bankjes Ga naar uitvergroting van de buitenruimte N O Z W Afdak 7 8 5 10 4 6 2 3 1 11 19 14 18 12 13 20 17 16 9 15 21 14

13 7 8 5 10 4 6 2 3 1 11 19 14 18 12 13 20 17 16 9 15 N O Z W 21 14 21 Klik op de zwarte cijfers voor foto’s van de schooltuin

14 7 8 5 10 4 6 2 3 1 11 19 14 18 12 13 20 17 16 9 15 N O Z W 21 14 21

15 Materialen voor PP = voor de deuren N O Z W

16 De identiteit en situering van de school De Libra is een Jenaplan basisschool met rooms-katholieke grondslag. Wij zijn een school voor iedereen, wat betekent dat kinderen en ouders van alle gezinnen welkom zijn. Wij gaan uit van gelijkwaardigheid. Wel verwachten we van alle betrokkenen een positieve houding ten aanzien van onze grondslag. Wie voor onze school kiest, kiest ook voor onze werkwijze en visie. Wij willen de kinderen belangrijke waarden en normen uit de christelijke traditie meegeven. We praten met de kinderen over zingeving en staan stil bij belangrijke momenten in het leven. Wij laten ons ook inspireren en leiden door het gedachtegoed van Peter Petersen. Peter Petersen was de grondlegger van het Jenaplan onderwijs. Hij vond dat op school de totale persoonlijkheid van een kind tot ontplooiing moet kunnen komen. Situering De Libra ligt midden in de rustige bosrijke omgeving van Ideaaldorp. Het bos, park en de kinderboerderij liggen op loopafstand. De school is gevestigd op eigen terrein, in een prachtig nieuw gebouw met daaromheen veel speelruimte. We zijn goed bereikbaar met de fiets, de auto en het openbaar vervoer. Als het mogelijk is hebben wij het liefst dat u uw kinderen lopend of op de fiets naar school brengt. Dit voorkomt een grote toestroom van auto’s en de daarbij komende onveilige situaties. Het ronde gebouw huisvest alle klassen, de twee vierkante gebouwen huisvesten de sporthal, speelzaal, theaterzaal en andere activiteitenruimtes. Alle ruimtes zijn met elkaar verbonden door twee ruime hallen. Op dit moment zitten op onze school voornamelijk kinderen uit Ideaaldorp. Hoewel de school als Jenaplanschool nadrukkelijk openstaat voor kinderen uit de hele regio

17 De school en haar omgeving Een school staat niet alleen, zij maakt onderdeel uit van haar omgeving. Wij willen graag dat de kinderen in contact komen met deze omgeving. Dit doen we door regelmatig buiten lessen te volgen en uitstapjes te maken. Een aantal van onze buurtcontacten willen we hier uitlichten. De kinderboerderij Regelmatig gaan we met een groep of groepje kinderen naar de kinderboerderij. Hier verzorgen we de dieren, werken mee met de vrijwilligers en krijgen lessen natuuronderwijs. In groep 5 gaan de kinderen eens in de twee weken een hele ochtend werken op de kinderboerderij. Ze krijgen hier al doende belangrijke lessen over natuur, dier en milieu. Maar dat niet alleen want om goed te kunnen werken is ook een goede samenwerking nodig, overleg en afspraken. We merken dat de kinderen in deze betekenisvolle omgeving veel meer leren dan je misschien op het eerste oog ziet. De bibliotheek In onze school hebben we een uitgebreid documentatiecentrum, waar we naast boeken ook projectverslagen van de kinderen uitlenen. Toch gaan we regelmatig naar de bibliotheek met een groep of groepje kinderen. Hier is weer andere, en vaak ook meer informatie te vinden. Uitstapjes Binnen projecten maken we gebruik van de omgeving, tijdens het project ‘Bakken’, gaan we bij de bakker op bezoek. Hij vertelt en laat zien hoe het er echt aan toe gaat. Soms komen de professionals ook naar school. Zo kwam vorig jaar de brandweer en mochten de kinderen zelf blussen. Op deze manier willen we de leerstof voor kinderen koppelen naar de werkelijkheid. Het Bos Ons schoolplein loopt aan de achterkant over in het bos. We maken veel gebruik van deze prachtige omgeving. Het leren ligt hier voor het oprapen. Met de hele klas of een groepje is er in alle seizoenen van het jaar van alles te zien en te ontdekken. De boswachter loopt regelmatig mee om te vertellen over het bos en haar bewoners.

18 Jenaplanonderwijs Een Jenaplanschool is geen school voor kinderen alleen. We willen in het verlengde staan van de opvoeding thuis. Een nauwe samenwerking met ouders vinden wij daarom heel belangrijk. Zo maken we er samen: kinderen, ouders en leerkrachten, de allerbeste basisschool voor onze kinderen van! Onze school is een open leef- en werkgemeenschap van kinderen en volwassenen, waarbij een ieder gelijkwaardig is. We zijn dus niet "gelijk" aan elkaar. Ieder heeft zo zijn eigen karakter, verantwoordelijkheden en taken. Wij gaan ervan uit dat de mens is, en wordt wat hij is, door de werkelijkheid om hem heen. Daarom moet op school de totale persoonlijkheid van een kind tot ontplooiing kunnen komen.

19 Stamgroepen De Libra werkt met stamgroepen. De kinderen zijn verdeeld in drie groepen: - De onderbouw groep 1 t/m 3 - De Middenbouw groep 4 t/m 6 - De bovenbouw groep 7 en 8 Kinderen van verschillende leeftijden zitten hierdoor bij elkaar in de klas. Zij leren van en met elkaar. Ook doen kinderen ervaring op in verschillende rollen in de klas. Van jongste, naar middelste en tenslotte oudste in een groep. De vakken worden in niveaugroepen gegeven. Ook werken we met enige regelmaat in keuzegroepen waar kinderen met dezelfde interesses aan een project of creatieve activiteit werken. De kinderen in een stamgroep zijn samen met hun leerkracht verantwoordelijk voor de groep. Ze praten daarom mee over de inrichting en regels. Ook de dagelijkse zorgtaken worden samen uitgevoerd. Wij hebben er voor gekozen de kinderen van groep 1 t/m 3 bij elkaar in een groep te laten spelen en werken. Hiermee geven we vorm aan onze visie op het spelend leren dat bij deze doelgroep past.

20 Stamgroepen De Libra werkt met stamgroepen. De kinderen zijn verdeeld in drie groepen: - De onderbouw groep 1 t/m 3 - De Middenbouw groep 4 t/m 6 - De bovenbouw groep 7 en 8 Kinderen van verschillende leeftijden zitten hierdoor bij elkaar in de klas. Zij leren van en met elkaar. Ook doen kinderen ervaring op in verschillende rollen in de klas. Van jongste, naar middelste en tenslotte oudste in een groep. De vakken worden in niveaugroepen gegeven. Ook werken we met enige regelmaat in keuzegroepen waar kinderen met dezelfde interesses aan een project of creatieve activiteit werken. De kinderen in een stamgroep zijn samen met hun leerkracht verantwoordelijk voor de groep. Ze praten daarom mee over de inrichting en regels. Ook de dagelijkse zorgtaken worden samen uitgevoerd. Wij hebben er voor gekozen de kinderen van groep 1 t/m 3 bij elkaar in een groep te laten spelen en werken. Hiermee geven we vorm aan onze visie op het spelend leren dat bij deze doelgroep past.

21 Basisontwikkeling Door de omgang met het kind en door een geschikte en uitdagende leeromgeving te creëren speelt de leerkracht een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen. Zone van de naaste ontwikkeling De Russische psycholoog Vygotsky introduceerde het begrip ‘de zone van de naaste ontwikkeling. Volgens deze psycholoog heeft een kind twee ontwikkelingsniveaus. De zone van de actuele ontwikkeling, dat wat hij kan zonder hulp en de zone van de naaste ontwikkeling, dat wat een kind kan met hulp. Die laatste zone is het gebied waar een kind in zijn ontwikkeling mee bezig is. Op dit niveau heeft de leerling oefening nodig. Zo creëer je bij een kind weer nieuwe zones van de naaste ontwikkeling. De sociaal-culturele context Kinderen hebben allemaal een eigen achtergrond, die brengen ze mee naar onze school. Bij het ontwerpen van lessen proberen we zo veel mogelijk bij de leefwereld en de werkelijkheid van onze kinderen aan te sluiten. Activiteiten moeten zinvol en betekenisvol zijn voor de kinderen. Hierdoor zijn de kinderen betrokken op de lesstof en willen ze leren. We kijken ook goed naar het niveau en de mogelijkheden van ieder kind. Door passende activiteiten breiden we deze mogelijkheden uit. Door de activiteiten zinvol en uitdagend te maken blijven de kinderen nieuwsgierig en willen ze nog meer leren. Kinderen verschillen Ieder kind is uniek. Niet alle kinderen ontwikkelen zich in hetzelfde tempo en hebben dezelfde mogelijkheden. Hierdoor heeft ieder kind een andere aanpak nodig. Om te weten wat een kind aan leerstof en begeleiding nodig heeft, kijken de leerkrachten goed naar ieder kind. Op basis van observaties en gesprekken kijkt de leerkracht wat het kind nodig heeft. Ook is de leerkracht alert op de onderwerpen die leven in de groep. Hij maakt deze bespreekbaar en koppelt zijn lesstof hieraan. Dit maakt dat de lesstof bij de kinderen nog meer gaat leven.

22 Actieve rol van de leerkracht De leerkracht heeft een actieve rol, hij kijkt naar ieder kind en zoekt naar mogelijkheden om hem te begeleiden en uit te dagen. De leerkracht is verantwoordelijk voor het in balans houden van de individuele belangen van het kind en het belang van de hele groep. Hij leert de kinderen kritisch, creatief, zelfverzekerd te zijn en samen met anderen deel te nemen aan grote en kleine samenlevingsverbanden. Dit doet hij door zoveel mogelijk de alledaagse werkelijkheid te betrekken in de school. Ook werkt hij zo veel mogelijk met actuele thema’s. Deze thema’s moeten betekenis hebben voor de kinderen, dit maakt het leren zinvol en interessant. De leerkracht zorgt er samen met de kinderen voor dat ieder kind zich veilig en prettig voelt op school. Hierdoor zijn alle kinderen in staat zich breed te ontwikkelen. Brede ontwikkeling Om zich goed te kunnen ontwikkelen is het belangrijk dat een kind vrij is van emotionele belemmering, dat het onderzoekend, nieuwsgierig en ondernemend is en dat het zelfvertrouwen heeft en een positief zelfbeeld (F. Jansen-Vos). Hiervoor is een veilig schoolklimaat nodig waarin de kinderen worden uitgedaagd en bewonderd om wie ze zijn. Thema’s en Methodes De kinderen werken in de onderbouw in hoeken. De hoeken worden aangepast aan het thema waar op dat moment mee gewerkt word. Door alle activiteiten rond een thema te organiseren vormt het een samenhangend geheel en krijgt het betekenis voor een kind. De thema’s worden soms door de leerlingen en soms door de leerkracht gekozen. Er wordt ongeveer drie weken aan een thema gewerkt. Alle vakken komen binnen het thema aan bod. In de middenbouw en bovenbouw gaan kinderen naast het werken in hoeken ook werken met bestaande lesmethodes. Het werken met lesmethodes voor taal, schrijven, rekenen, engels en wereldoriëntatie biedt een houvast en duidelijke leerlijn voor de kinderen en leerkrachten. We vinden het belangrijk dat in de hogere groepen ook betekenis wordt gegeven aan de leerstof. Dit doen we door de theorie zoveel mogelijk te koppelen aan de praktijk. Werkbezoeken, professionals, ervaringen van thuis en concreet materiaal helpen ons hierbij. De leerkrachten vragen zich voortdurend af: hoe maak ik mijn les uitdagend, boeiend en interessant voor de kinderen in mijn groep.

23

24

25

26

27

28

29

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39 Deze digitale schoolgids is gemaakt door: Carola van Rijn, Sabine Riswick, Manita Vermeire en Sabine van Zadelhoff. Voordat we aan het schrijven en het ontwerpen toe kwamen hebben we meerdere malen onze visies op goed onderwijs besproken. Deze gesprekken zijn de basis geweest voor het ontwerpen van deze fictieve school en schooltuin. Het basisplan van zowel de school als de tuin hebben we gezamenlijk ontworpen. Vervolgens hebben we voor de uitwerking van details en het invullen van de PowerPoint als volgt verdeeld: Tekening van het schoolgebouw en de algemene ruimtes. Manita Vermeire, Sabine van Zadelhoff, Sabine Riswick en Carola van Rijn. Opzetten PowerPoint presentatie en bewaken van de grote lijn. Manita Vermeire. Invulling details en hyperlinks schoolgebouw. Manita en Sabine van Zadelhoff. Uitwerken schoolgids en hyperlinks voor tekstaanvulling. Sabine van Zadelhoff. Ontwerpen tuin met hyperlinks. Sabine Riswick en Carola van Rijn. Wij zijn zelf erg tevreden over het eindresultaat en we vonden de samenwerking goed en vanzelfsprekend. Bronvermelding Verantwoording

40 Spel en ontwikkeling, spelen en leren in de onderbouw; Frea Janssen-Vos Basisontwikkeling in de onderbouw; Frea Janssen-Vos Werken in het basisonderwijs; Marijke van Eijkeren Praktische didactiek voor natuuronderwijs; Els de Vaan en Jos Marell Natuurlijk beginnen; Cora Oostendorp-Bourgonjon en Paul Oostendorp Reader LE 200; Pabo Arnhem Diverse artikelen rondom buitenspelen, de natuur en speelplaatsen; zie onderwijstijdschrift www.speeldernis.nl www.techniekcoach.nl www.jenaplan.nl Verantwoording Bronvermelding

41 Ons geloof Op onze school zijn alle leerlingen welkom, uitsluitingen op grond van geloofsredenen of levensbeschouwelijke redenen zijn niet aan de orde. De Libra is een katholieke school. Zo vinden wij, dat de zorg voor elkaar in het middelpunt staat en dat we elkaar met respect horen te behandelen. De identiteit van onze school moet tot uitdrukking komen door een positieve houding in de dagelijkse omgang met elkaar, zowel bij leerlingen als medewerkers. Ons voorbeeld daarbij zijn de christelijke waarde en normen. Op school werken wij met catecheseprojecten waarin thema’s als: respect hebben voor elkaar, wat kan ik voor anderen betekenen, is er meer dan wij werkelijk kunnen waarnemen, etc. centraal staan. Verder proberen we de waardering voor ieder mens tot uitdrukking te laten komen in de sfeer op school. Deze sfeer is er een van openheid en veiligheid. Waar voor ieder kind de ruimte is om te praten over zijn wensen en gevoelens. Als er gebeurtenissen zijn die aanleiding zijn voor een gesprek over zingeving, dan zullen we dat doen. Hierdoor krijgen belangrijke gebeurtenissen in het leven van een kind (bijv. bruiloft, doop, geboorte en dood) ook een plekje op school en kunnen we met elkaar vieren en rouwen. Wij zien het als onze taak de kinderen op te voeden tot mensen die levensbeschouwelijk in het leven staan. Mensen die bewust kunnen omgaan met zingeving en daar met anderen over kunnen praten. We vinden het belangrijk dat de kinderen begrip voor elkaar krijgen. Wij besteden ook aandacht aan gewoonten, gebruiken en feesten van andere religies, dit vinden wij belangrijk om het onderlinge begrip te vergroten Door mee te doen aan derde wereldprojecten als operatie schoenendoos, willen we de wereldbetrokkenheid van de leerlingen vergroten. Aan zo’n project werkt de hele school mee: ouders medewerkers en leerlingen.

42 Werkvormen Op onze school wordt in alle groepen gewerkt met verschillende werkvormen. In tegenstelling tot een traditioneel lesrooster met vakken en uren, zijn er perioden waarin plaats is voor verschillende werkvormen. Kenmerkend voor deze opstelling is het ritmisch afwisselen de grondvormen gesprek, spel, werk en viering. Dit weekplan is altijd flexibel: Wát er precies gebeurd ligt niet vast. Ontspanning, inspanning, individueel en groepswerk, spel en gesprek moeten elkaar zoveel mogelijk afwisselen. In het ritmisch weekplan wordt uitgegaan van de behoeften en mogelijkheden van de kinderen. Zo wordt samenwerken en zelfstandig werken afgewisseld. Samenwerken gebeurt op verschillende manieren. In de stamgroep en de jaargroep, maar er wordt ook gekeken naar het niveau van kinderen. Soms zet je kinderen van hetzelfde niveau samen aan het werk, een andere keer bewust kinderen met een verschillend niveau. Zo kunnen de kinderen optimaal van en met elkaar leren. De kinderen werken ook regelmatig aan projecten, in groepjes kunnen ze een onderwerp uitdiepen en hun kennis hierover vergroten. Ze leren samenwerken, onderzoeken en conclusies trekken. Van zo’n project maken de kinderen een verslag. Dit verslag komt in de bibliotheek zodat andere kinderen het kunnen gebruiken als naslagwerk. Het zelfstandig werken krijgt vooral handen en voeten tijdens de blokuren. In een periode van twee klokuren achter elkaar werken de kinderen aan werkzaamheden op het gebied van rekenen, taal, natuur- en cultuuroriëntatie, ze bereiden dagopeningen en -sluitingen of leeskringen voor, of andere geplande werkzaamheden. Het doel van deze blokuren is dat kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen voor het uitvoeren van werk dat hen is opgedragen en dat ze zelf hebben gekozen. We werken met een plannenblad. Dit houdt in dat een kind voorstelt wat het denkt te kunnen doen en de verantwoordelijkheid heeft om te zorgen dat het werk ook binnen die tijd afkomt. In de onderbouw doen ze dit voor een dagdeel, in de middenbouw wordt dit opgebouwd tot een plan voor de week. Kinderen maken tijdens het werk veel gebruik van de computer. In onze school hebben we twee laptopkasten waar kinderen gebruik van kunnen maken. Door het gebruik van Internet als informatiebron halen we de echte wereld in de school. Ook zijn alle klassen actief op onze website pagina’s. Een keer in de maand kunnen de kinderen een hele middag op basis van hun eigen interesse workshops volgen. In de ideeënbus mogen ze voorstellen doen voor activiteiten, de leerkrachten organiseren vervolgens workshops op basis van deze interesses. De kinderen mogen kiezen waaraan ze deelnemen.

43 Werkvormen Op onze school wordt in alle groepen gewerkt met verschillende werkvormen. In tegenstelling tot een traditioneel lesrooster met vakken en uren, zijn er perioden waarin plaats is voor verschillende werkvormen. Kenmerkend voor deze opstelling is het ritmisch afwisselen de grondvormen gesprek, spel, werk en viering. Dit weekplan is altijd flexibel: Wát er precies gebeurd ligt niet vast. Ontspanning, inspanning, individueel en groepswerk, spel en gesprek moeten elkaar zoveel mogelijk afwisselen. In het ritmisch weekplan wordt uitgegaan van de behoeften en mogelijkheden van de kinderen. Zo wordt samenwerken en zelfstandig werken afgewisseld. Samenwerken gebeurt op verschillende manieren. In de stamgroep en de jaargroep, maar er wordt ook gekeken naar het niveau van kinderen. Soms zet je kinderen van hetzelfde niveau samen aan het werk, een andere keer bewust kinderen met een verschillend niveau. Zo kunnen de kinderen optimaal van en met elkaar leren. De kinderen werken ook regelmatig aan projecten, in groepjes kunnen ze een onderwerp uitdiepen en hun kennis hierover vergroten. Ze leren samenwerken, onderzoeken en conclusies trekken. Van zo’n project maken de kinderen een verslag. Dit verslag komt in de bibliotheek zodat andere kinderen het kunnen gebruiken als naslagwerk. Het zelfstandig werken krijgt vooral handen en voeten tijdens de blokuren. In een periode van twee klokuren achter elkaar werken de kinderen aan werkzaamheden op het gebied van rekenen, taal, natuur- en cultuuroriëntatie, ze bereiden dagopeningen en -sluitingen of leeskringen voor, of andere geplande werkzaamheden. Het doel van deze blokuren is dat kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen voor het uitvoeren van werk dat hen is opgedragen en dat ze zelf hebben gekozen. We werken met een plannenblad. Dit houdt in dat een kind voorstelt wat het denkt te kunnen doen en de verantwoordelijkheid heeft om te zorgen dat het werk ook binnen die tijd afkomt. In de onderbouw doen ze dit voor een dagdeel, in de middenbouw wordt dit opgebouwd tot een plan voor de week. Kinderen maken tijdens het werk veel gebruik van de computer. In onze school hebben we twee laptopkasten waar kinderen gebruik van kunnen maken. Door het gebruik van Internet als informatiebron halen we de echte wereld in de school. Ook zijn alle klassen actief op onze website pagina’s. Een keer in de maand kunnen de kinderen een hele middag op basis van hun eigen interesse workshops volgen. In de ideeënbus mogen ze voorstellen doen voor activiteiten, de leerkrachten organiseren vervolgens workshops op basis van deze interesses. De kinderen mogen kiezen waaraan ze deelnemen.

44 Leren lezen en schrijven in de onderbouw Wij hebben er voor gekozen voor een onderbouwgroep tot en met groep 3. Dit hebben we gedaan omdat kinderen tot 7 jaar het beste spelend kunnen leren. Nieuwe pedagogische inzichten hebben ons de afgelopen 10 jaar laten zien dat kinderen tot ongeveer 7 jaar het beste leren door spel. Dit betekent niet dat onze kinderen minder leren, het tegengestelde is waar. Bij ons op school beginnen kinderen zodra ze op school komen met leren lezen en schrijven, althans, met de voorbereiding hierop. De beginnende geletterdheid van ieder kind zullen we in de onderbouw zo stimuleren dat ze in groep 3 kunnen beginnen met lezen en schrijven. In kleine groepjes wordt dan instructie gegeven door de leerkracht. Daarnaast wordt door middel van spel en andere activiteiten betekenis gegeven aan het geleerde. Als er kinderen zijn die moeite hebben met het leren lezen en schrijven dan zullen we ze extra begeleiden. Kinderen kunnen altijd een stapje terug doen en naast de instructies door middel van spelactiviteiten de geletterdheid verder ontwikkelen. De kinderen die in groep 2 al aan lezen en schrijven toe zijn kunnen in overleg met de ouders ook meedoen met de instructies.

45 Zorg voor de kinderen Ieder kind is uniek en daarom ook bijzonder en ondanks het feit dat ze dezelfde ontwikkelingsfasen doorlopen, is geen kind gelijk aan een ander. Kinderen verschillen in ervaring, tempo, uithoudingsvermogen, in aanleg en karakter. Wij vinden dan ook dat ieder kind recht heeft op een individuele benadering. Om te weten wat een kind nodig heeft is het belangrijk goed te kijken naar het kind. We gebruiken hiervoor verschillende observatiemethoden, onder andere om de betrokkenheid en het welbevinden van kinderen in kaart te brengen. De leerkracht heeft hierin een actieve rol. Daarnaast gebruiken we het leerlingvolgsysteem. Deze observaties en toets uitslagen gebruiken we om een compleet beeld te krijgen van de ontwikkeling van een kind. Ook de gesprekken met ouders zijn hiervoor van essentieel belang. Het leerlingvolgsysteem Onze school maakt gebruik van het leerlingvolgsysteem van het CITO. Het leerlingvolgsysteem volgt de kinderen op diverse leergebieden gedurende hun schoolloopbaan. Toetsen en testen zijn er op gericht het leerproces van een kind te volgen, niet om kinderen met elkaar te vergelijken of etiketten te plakken. Het kind wordt vergeleken met zichzelf. Wel geeft het leerlingvolgsysteem de leerkrachten een beeld waar extra aandacht nodig is, individueel of voor de hele groep.

46 Binnenstebuiten Onze school heeft een prachtig nieuw gebouw en een mooie buitenruimte. Mede dankzij de inspanning van ouders en kinderen is de buitenruimte een plek geworden waar we heel trots op mogen zijn. We willen de beide ruimtes dan ook zo veel mogelijk gebruiken. O willen we buiten zoveel als kan naar binnen halen. En binnen zoveel mogelijk naar buiten. Maar hoe doe je dat dan? Buiten naar Binnen Naast de lokalen hebben we prachtige schooltuinen. De kinderen zijn hier zelf verantwoordelijk voor. In het begin onder begeleiding van de leerkracht maar uiteindelijk doen ze dit helemaal zelf. Wat de kinderen planten en oogsten gebruiken we in de lessen. Zo worden de bloemen neergezet op tafel maar ook goed bekeken tijdens de lessen natuuronderwijs. De groentes worden gebruikt tijdens de kooklessen. We willen zoveel mogelijk werken met echt materiaal, bijvoorbeeld de eikels uit het bos kunnen zomaar gebruikt worden in een rekenles of voor een taalles. Binnen naar Buiten Wat ons betreft hoeft een rekenles niet altijd binnen aan de tafel te zijn en ook een engelse les kan prima buiten. We willen de kinderen veel laten werken met echt materiaal en de echte wereld, deze is buiten de school volop aanwezig! In ons buitenatelier kunnen kinderen lekker aan de slag, met gips, beeldhouwen of schilderen op groot vlak. De activiteiten waar binnen vaak geen ruimte of gelegenheid is kunnen buiten wel. Ook zijn kinderen buiten veel meer in beweging dan binnen, wij denken dat dit heel goed is, niet alleen voor een betere conditie maar ook om je even lekker uit te leven zodat je je daarna weer goed kunt concentreren. De kinderen van groep 5 werken een keer in de twee weken een ochtend mee op de nabijgelegen kinderboerderij. Ze leren hier heel veel van en zijn ontzettend enthousiast. In deze werkochtenden komen kinderen problemen tegen die ze op moeten lossen, het wegen van voer, het afmeten van hoeveelheden, hoeveel eieren legt iedere kip in een week. Allemaal vragen die aanleiding geven om te rekenen, taal te gebruiken en te onderzoeken.

47 Binnenstebuiten Onze school heeft een prachtig nieuw gebouw en een mooie buitenruimte. Mede dankzij de inspanning van ouders en kinderen is de buitenruimte een plek geworden waar we heel trots op mogen zijn. We willen de beide ruimtes dan ook zo veel mogelijk gebruiken. O willen we buiten zoveel als kan naar binnen halen. En binnen zoveel mogelijk naar buiten. Maar hoe doe je dat dan? Buiten naar Binnen Naast de lokalen hebben we prachtige schooltuinen. De kinderen zijn hier zelf verantwoordelijk voor. In het begin onder begeleiding van de leerkracht maar uiteindelijk doen ze dit helemaal zelf. Wat de kinderen planten en oogsten gebruiken we in de lessen. Zo worden de bloemen neergezet op tafel maar ook goed bekeken tijdens de lessen natuuronderwijs. De groentes worden gebruikt tijdens de kooklessen. We willen zoveel mogelijk werken met echt materiaal, bijvoorbeeld de eikels uit het bos kunnen zomaar gebruikt worden in een rekenles of voor een taalles. Binnen naar Buiten Wat ons betreft hoeft een rekenles niet altijd binnen aan de tafel te zijn en ook een engelse les kan prima buiten. We willen de kinderen veel laten werken met echt materiaal en de echte wereld, deze is buiten de school volop aanwezig! In ons buitenatelier kunnen kinderen lekker aan de slag, met gips, beeldhouwen of schilderen op groot vlak. De activiteiten waar binnen vaak geen ruimte of gelegenheid is kunnen buiten wel. Ook zijn kinderen buiten veel meer in beweging dan binnen, wij denken dat dit heel goed is, niet alleen voor een betere conditie maar ook om je even lekker uit te leven zodat je je daarna weer goed kunt concentreren. De kinderen van groep 5 werken een keer in de twee weken een ochtend mee op de nabijgelegen kinderboerderij. Ze leren hier heel veel van en zijn ontzettend enthousiast. In deze werkochtenden komen kinderen problemen tegen die ze op moeten lossen, het wegen van voer, het afmeten van hoeveelheden, hoeveel eieren legt iedere kip in een week. Allemaal vragen die aanleiding geven om te rekenen, taal te gebruiken en te onderzoeken.

48 Bewegingsonderwijs Bewegingsonderwijs vinden wij zeer belangrijk, zeker in deze tijd waarin kinderen steeds minder bewegen. We gaan met de onderbouw twee keer per dag naar buiten of naar de speelzaal. Met de midden- en bovenbouw gaan we iedere dag twee keer naar buiten en twee keer per week hebben we gym. Zowel buiten als in de speelzaal zijn de kinderen actief bezig. De leerkracht biedt verschillende activiteiten aan, er is ook ruimte voor vrij spel. Buiten hebben we een prachtig sportveld waar we veel gebruik van maken, ook als het wat kouder is, een lange sportbroek bij de gymkleding is dus gewenst. Voor de gymlessen in de midden- en bovenbouw hebben we een vakleerkracht aangesteld. Hij geeft de lessen binnen of buiten al gelang de activiteit en het weer.

49 Expressie Expressievakken vinden we belangrijk omdat zij naast het leren van vaardigheden, de kinderen de ruimte geven hun gevoelens en gedachten te uiten. We hebben daarom in onze school veel ruimte gemaakt voor deze vakken. In de weekopening, weeksluiting, en vieringen laten de kinderen hun kunsten aan medeleerlingen en ouders zien. Hierdoor leren ze zichzelf presenteren. Beeldende vorming Zowel binnen als buiten is er een atelier om creatief met beeldende vorming bezig te zijn. Hierbij is het proces altijd belangrijker dan het resultaat. Vooral in de onderbouw levert het ontdekken van materialen en het manipuleren van grondstoffen eindeloos veel plezier op. Langzaam zie je dat voor de kinderen het resultaat van hun werk belangrijker wordt. Ze leren niet alleen om dingen te maken maar ook om naar hun eigen werk en het werk van anderen te kijken. Hierdoor ontstaan weer nieuwe inzichten en vaardigheden. We geven de kinderen altijd een opdracht, richting van werken, hierdoor krijgt het werk meer betekenis en kunnen ze de resultaten met elkaar vergelijken.

50 Drama en muziek Drama In onze theaterzaal hebben alle groepen dramales, in de onderbouw beginnen we met spelletjes en het meespelen van korte verhalen. In de middenbouw gaan kinderen hele voorstellingen spelen en in de bovenbouw zijn ze verantwoordelijk voor het hele proces. Aan het eind van groep 8 maken de kinderen een eigen musical, waarbij de tekst, muziek en regie ook door de kinderen wordt uitgevoerd. Uiteraard worden ze hierbij begeleidt door meester Thé Ater die naast de PABO ook een theateropleiding heeft gevolgd. Er zijn iedere week in de weeksluiting wel stukjes van kinderen te zien. Ook voor de vieringen werken groepjes aan een voorstelling voor medeleerlingen en ouders. Muziek Muziek is een vak dat op vele manieren terug te vinden is op onze school. Naast de wekelijkse muziekles van onze vakdocent, is muziek in vele vakken vertegenwoordigd. In de vaklessen ligt het accent op het bespelen van instrumenten soms samen met zang en dans. In de onderbouw wordt veel gezongen met de kinderen, dit is goed voor de sfeer, taalontwikkeling en leert de kinderen te luisteren naar tekst en muziek. Ook tijdens de lessen bewegingsonderwijs, bewegen de kinderen veel op muziek, zelf gezongen of gespeeld, of van een bandje. In de middenbouw zingen de kinderen regelmatig in de klas. Er worden niet alleen Nederlandse liedjes gezongen, maar ook liedjes in andere talen en uit andere culturen. Zo komen ze in aanraking met de wereld buiten die van zichzelf. In de bovenbouw wordt veel aandacht geschonken aan het schrijven of kiezen van liedjes voor de eindmusical. Daarnaast wordt bijvoorbeeld in de lessen Engels ook regelmatig gezongen.

51 Techniek en koken We hebben een lokaal voor techniek en koken, hier maken alle klassen regelmatig gebruik van, soms klassikaal vaker in kleine groepjes. Hier staat het ontdekkend leren, onderzoeken en uitproberen centraal. Techniek Onze school heeft sinds vorig jaar speciale aandacht voor techniek. In de middenbouw en bovenbouw zijn we wekelijks met techniek bezig. We hebben een techniekcoach die gedurende vier jaar groep 4 t/m 8 les komt geven in techniek. Daarnaast geven de leerkrachten van de bovenbouwgroepen wekelijks, met behulp van onze techniekouders, uitdagende technieklessen. Kinderen kunnen ook zelfstandig aan techniekopdrachten werken of in kleine groepjes. Techniek is een goede betekenisvolle manier om bezig te zijn met vakken als wiskunde, scheikunde en natuurkunde. Ook is het een goede voorbereiding op het vervolgonderwijs. En de kinderen vinden het echt fantastisch. Koken Een keer per week mag uit iedere bouw een clubje kinderen koken, deze clubjes wisselen steeds van samenstelling. Ze kiezen hun eigen recept.Kinderen in de midden- en bovenbouw doen hun eigen boodschappen met een vast budget. Vervolgens maken ze het eten samen klaar. Dit vereist een goede samenwerking, taakverdeling en behoorlijk wat andere vaardigheden. Voor de kinderen van de onderbouw en middenbouw zijn er iedere week drie fantastische hulpouders aanwezig om te adviseren en te helpen. Na het samen koken wordt ook altijd samen gegeten, aan tafel ontstaan dan vaak goede gesprekken en nieuwe plannen! Kinderen brengen zelf recepten in en doen deze als ze gemaakt zijn met een evaluatieverslag in ons grote kookboek. Zo kunnen andere kinderen weer inspiratie opdoen voor hun kookclubje.

52

53

54 “ Ieder kind is geniaal en wij mogen ontdekken waarin”


Download ppt "Onze fictieve school Katholiek Jenaplan met basisontwikkeling “De Libra” Carola van Rijn, Sabine Riswick, Manita Vermeire en Sabine van Zadelhoff."

Verwante presentaties


Ads door Google