Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdHugo Veenstra Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
En wat met de buitenhuwelijkse kinderen? Eindversie
10. En wat met de buitenhuwelijkse kinderen? Eindversie
2
Het statuut van de buitenhuwelijkse kinderen
De gevolgen worden geregeld in het hoofdstuk afstamming en verspreide artikelen Algemene evolutie (verplichte lectuur !) Begrip/soorten buitenhuwelijkse kinderen (idem) Buitenhuwelijkse moederschap (geen examenstof !) Begrip buitenhuwelijkse moederschap Vaststelling buitenhuwelijkse moederschap Gevolgen buitenhuwelijkse moederschap Buitenhuwelijkse vaderschap (wel examenstof!) Begrip buitenhuwelijkse vaderschap Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap Gevolgen buitenhuwelijkse vaderschap
3
Algemene evolutie afstamming buitenhuwelijkse kinderen (1)
Oudcanonieke recht : om ouders van buitenhu-welijks seksueel verkeer te weerhouden kende dit recht voor de buitenhuwelijkse kinderen een dubbele discriminatie : Buitenhuwelijkse kinderen hadden minder rechten dan de huwelijkse kinderen Binnen de buitenhuwelijkse hadden overspelige en incestueuze kinderen nog minder rechten dan de eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Franse revolutie : de eenvoudige buitenhuwe-lijkse kinderen werden gelijkgesteld met de hu-welijkse kinderen
4
Algemene evolutie afstamming buitenhuwelijkse kinderen (2)
‘Code Civil’ van 1804 : herinvoering van de dub-bele discriminatie Vanaf 1850 tot 1987: streven naar een verbetering van het statuut van het buitenhuwelijkse kind Rechtspraak kent indirect levensonderhoud toe aan het buitenhuwelijkse kind op basis van artikel 1382 B.W. Wet van 1908 maakte ‘vaderen’ van bepaalde buiten-huwelijkse kinderen mogelijk, maar slechts beperkte rechtsgevolgen Wet van 1958 : vrijwillige erkenning van een overspelig kind werd mogelijk
5
Algemene evolutie afstamming buitenhuwelijkse kinderen (3)
Wet van 1987 : opheffen van (bijna) elke discriminatie Wet van 9 mei 2007 : aantal techni-sche verbeteringen
6
Begrip en soorten buitenhuwelijkse kinderen
Begrip : kind van ouders die niet met elkaar ge-huwd zijn omwille van : 1° Willen niet met elkaar huwen : eenvoudige buiten-huwelijkse kinderen 2° Kunnen niet met elkaar huwen wegens een huwe-lijksverbod : overspelige of incestueuze (buitenhu-welijkse) kinderen Soorten : Eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Overspelige (buitenhuwelijkse) kinderen Incestueuze (buitenhuwelijkse) kinderen
7
Buitenhuwelijkse moederschap (niet kennen)
Begrip buitenhuwelijkse moederschap Vaststelling buitenhuwelijkse moeder-schap Gevolgen buitenhuwelijkse moederschap
8
Begrip buitenhuwelijkse moederschap
Een vrouw is bevallen van een kind dat niet van haar echtgenoot is Vrouw is niet getrouwd Vrouw is wel getrouwd, maar haar kind is niet van haar echtgenoot Identiteit tussen dat kind en diegene die beweert (of van wie men beweert) van haar af te stammen In alle tijden hetzelfde
9
Vaststelling buitenhuwelijkse moederschap
ME en NT : een vrij bewijs (‘Mater semper certa est, etiam si vulgo conceperit’) Franse revolutie : een gereglementeerd bewijs C.C. : een gereglementeerd bewijs, maar anders B.W. : een gereglementeerd bewijs, maar nog anders
10
Vaststelling buitenhuwelijkse moederschap in ME en NT
Vrij bewijs : alle bewijsmiddelen toegelaten, in concreto door bekentenis van de moeder, erkenning in een ge-schrift (authentiek of onderhands), getuigen, bezit van staat Waarom vrij bewijs? : natuurlijke band met moeder kan gemakkelijk bewezen worden … en heeft weinig gevol-gen Voor wie ? Aanvankelijk : voor alle eenvoudige, overspelige en inces-tueuze kinderen Vanaf contrareformatie : niet meer voor de overspelige en incestueuze kinderen (overwonnen bastaarden), dus alleen voor de eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Voor wat ? : soms erfrecht … en naar analogie naam, le-vensonderhoud, voogdij
11
Vaststelling buitenhuwelijkse moederschap in het FRR
Teksten FFR Uitwerking FFR
12
Teksten in FFR Decreet van 2 november 1793
Art. 1: erfrecht van buitenhuwelijks kind (« enfant nés hors du mariage ») is gelijk aan dit van huwelijks kind Art. 8 Art. 13
13
Teksten in FFR Decreet van 2 november 1793
Art. 8. Pour être admis à l'exercice des droits ci-dessus, dans la succession de leur père décédé, les enfants nés hors du mariage seront tenus de prouver leur possession d'état. Cette preuve ne pourra résulter que de la représentation [1°] d'écrits publics ou privés du père, ou [2°] de la suite des soins donnés, à titre de paternité et sans interruption, tant à leur entretien qu'à leur éducation. La même disposition aura lieu pour la succession de la mère.
14
Teksten in FFR Decreet van 2 november 1793
Art. 13. Sont exceptés ceux de ces enfants dont le père ou la mère était, lors de leur naissance, engagé dans les liens du mariage. Il leur sera seulement accordé, à titre d'aliments, le tiers en propriété de la portion à laquelle ils auraient droit s'ils étaient nés dans le mariage.
15
Uitwerking in het FRR Gereglementeerd bewijs, namelijk door (bewijs van bezit van staat) : 1° Het voorleggen van een privaat of openbaar geschrift uitgaande van de moeder waarin zij uitdrukkelijke verklaard dat zij van een kind bevallen is en dat het door haar aangewezen kind dat kind is (= erkenning) 2° Het bewijs (door getuigen) van een door de moeder ononder-broken verschaffen van levensonderhoud en opvoeding Waarom reglementering? : omdat er een zeer belangrijk gevolg (name-lijk erfrecht) wordt toegekend Voor wie ? Voor alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen (art. 1-12) Voor alle overspelige kinderen (art. 13) … zij het beperkt erfrecht Niet voor de incestueuze ( ‘a contrario’ artikel 13 … en de voor-bereidende werken) Voor wat ? : erfrecht … en naar analogie naam, levens-onderhoud (art. 13), voogdij
16
Vaststelling buitenhuwelijkse moederschap in de CC
Teksten Uitwerking
17
Teksten in CC Artikel 334 en 335
Art La reconnaissance d'un enfant na-turel sera faite par un acte authentique, lorsqu'elle ne l'aura pas été dans son acte de naissance. Art Cette reconnaissance ne pourra avoir lieu au profit des enfants nés d'un commerce incestueux ou adultérin.
18
Teksten in CC Artikel 341 en 342 C.C.
Art La recherche de la maternité est ad-mise. L'enfant qui réclamera sa mère sera tenu de prouver qu'il est identiquement le même que l'enfant dont elle est accouchée. Il ne sera reçu à faire cette preuve par témoins que lorsqu'il aura déjà un commencement de preuve par écrit. Art Un enfant ne sera jamais admis à la re-cherche soit de la paternité, soit de la mater-nité, dans les cas où, suivant l'article 335, la reconnaissance n'est pas admise.
19
Uitwerking in de CC van 1804 Gereglementeerd bewijs: kon alleen door :
Een authentieke erkenning(sakte) Een onderzoek naar het moederschap, indien begin van bewijs in geschriften Waarom reglementering ? : omdat er zeer belangrijke rechten worden toegekend (levensonderhoud, beperkt erfrecht) Voor wie ? Niet voor overspelige (art. 335 en 342 C.C.) Niet voor incestueuze (art. 335 en 342 C.C.) ‘A contrario’ alleen voor alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Voor wat? Levensonderhoud, beperkt erfrecht … en naar analogie naam en voogdij
20
Erkenning van het moederschap Aanvankelijk in C.C. van 1804
Wat ? : uitdrukkelijke wilsverklaring van een be-paalde vrouw dat zij de moeder is van een be-paald kind Hoe ? : in een ‘authentieke akte’ Voor wie ? Alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Niet voor incestueuze kinderen Niet voor overspelige kinderen Voor wat? Levensonderhoud, beperkt erfrecht … en naar analogie naam en voogdij
21
Erkenning van het moederschap In C.C. vanaf 1908
Wat ? : uitdrukkelijke wilsverklaring van een be-paalde vrouw dat zij de moeder is van een be-paald kind Hoe ? : in een ‘authentieke akte’ Voor wie ? Alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen 1908: erkenning sommige incestueuze kinderen 1958: erkenning sommige overspelige kinderen Voor wat? Levensonderhoud, beperkt erfrecht … en naar analogie naam en voogdij
22
Onderzoek naar het moederschap In C.C. van 1804 tot 1987
Wat ? : gerechtelijke vaststelling dat een bepaal-de vrouw bevallen is van een kind en er identiteit is tussen dat kind en diegene die beweert van haar af te stammen Hoe ? : alle bewijzen toegelaten, maar indien met getuigen begin van bewijs in geschrifte nodig Voor wie ? Voor alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Niet voor incestueuze kinderen Niet voor overspelige kinderen Voor wat ? Levensonderhoud, beperkt erfrecht … en naar analogie naam en voogdij
23
Vaststelling buitenhuwelijkse moederschap vanaf 1987
Teksten : Art. 312 B.W. Art 313 B.W. Art. 313 B.W. Uitwerking
24
Uitwerking in B.W. vanaf 1987 Gereglementeerd bewijs: kon alleen door
Geboorteakte (art B. W.) Erkenning(sakte) (art. 313 B.W.) Onderzoek naar het moederschap (art. 314 B.W.) Waarom reglementering? : door gelijkschakeling met huwelijkse kinderen worden zeer belangrijke rechten toegekend Voor wie ? Alle buitenhuwelijkse kinderen, behalve sommige incestueuze kinderen (313 §3 en 314, lid 2 B.W.) Voor wat? Naam, levensonderhoud, erfrecht en ouderlijke macht
25
Geboorteakte (art. 312 B.W.) Begrip : akte opgesteld door ambtenaar burgerlijke stand (art. 55 B.W.) Voor wie ? : geen beperking dus voor Alle eenvoudige Alle overspelige Alle incestueuze N.B. Het aldus vastgesteld moederschap kan betwist worden (art. 312 §2 en 3)
26
Erkenning door de moeder (art. 313, 327 en 329bis B.W.)
Wat? : uitdrukkelijke wilsverklaring van een bepaal-de vrouw dat zij van een kind bevallen is en dat het door haar aangewezen kind dat kind is Hoe ? in een authentieke akte die geen testament is (art. 327 B.W.) Voor wie ? Alle eenvoudige Alle overspelige Alle Incestueuze, behalve sommige (art. 313 §2 B.W.) ! Nieuw in 1987: indien erkenning door gehuwde moe-der is er mededeling aan haar echtgenoot nodig op sanctie van niet-tegenstelbaarheid Nieuw in 2006 : soms toestemming kind nodig (art. 329bis B.W.)
27
Onderzoek naar het moederschap (art. 314 B.W.)
Begrip : gerechtelijke vaststelling op grond van de moederschapsfeiten dat een bepaalde vrouw de moeder is van een buitenhuwelijks kind Voor wie ? Alle eenvoudige Alle overspelige Alle Incestueuze, behalve sommige (art. 314, lid 2 B.W.) ! Bewijs? Bezit van staat en zoniet alle wettelijke bewijsmiddelen (art. 314, lid 4 en 5).
28
Gevolgen van het buitenhuwelijkse moederschap
Naam Levensonderhoud, opvoeding, opleiding Hoederecht, later ouderlijke macht Erfrecht
29
Naam buitenhuwelijkse kind
Geregeld door het gewoonterecht tot 1987, nu door art. 335 §2 en 3 B.W. Buitenhuwelijks kind krijgt de naam van de moe-der indien alleen de moederlijke afstamming vaststaat, d.w.z. : Vader heeft niet erkend Vader is niet vastgesteld door een onderzoek naar het vaderschap Indien vader wel heeft erkend of er een onder-zoek naar het vaderschap wel slaagde, krijgt het kind de naam van de vader
30
Levensonderhoud en opvoeding buitenhuwelijkse kind
ME en NT : in costumen moeder in de eerste zoogwe-ken, rest voor de vader Franse revolutie : niet geregeld, dus idem C.C.: niet geregeld, maar door de rechtsleer en recht-spraak a fortiori afgeleid voor eenvoudige buitenhuwe-lijkse kinderen uit art. 762 C.C. dat levensonderhoud toekende aan een overspelig of incestueus kind van wie de afstamming impliciet kwam vast te staan Onderhoudsverplichting verviel van zodra het kind een am-bacht of beroep was aangeleerd (art. 764 B.W.) Wet van 6 april 1908 : art. 337 B.W., laatste zin kende levensonderhoud toe ten aanzien van de moeder Nu : voor vader en moeder en geregeld in art. 203 B.W. in combinatie met art. 334 B.W.
31
Artikel 762 C.C. Art Les dispositions des articles 757 et 758 (= regelden erfrecht buitenhuwelijks kind) ne sont pas applicables aux enfants adultérins ou incestueux. La loi ne leur accorde que des aliments. A fortiori ook voor eenvoudige buitenhuwelijkse kin-deren Kon alleen na impliciete vaststelling moederschap! Na een geslaagde vaderschapsbetwisting Na een veroordeling van de moeder wegens overspel Na de nietigverklaring van een huwelijk wegens incest
32
Hoederecht/ouderlijke macht
ME en NT : volgens costumen was het hoede-recht voor de moeder indien de vaderlijke afstam-ming niet vaststond Franse revolutie en C.C. Wettelijk niets geregeld De rechtspraak kende soms voogdij toe aan de natuurlijke moeder B.W. kent het co-ouderschap toe : ouderlijke macht door vader en moeder zelfs al zijn ze niet ge-huwd
33
Erfrecht buitenhuwelijkse kind (1)
ME en NT : in de regel geen erfrecht in de nala-tenschap van de moeder of van de moederlijke bloedverwanten Uitzondering in bepaalde costumen : ‘Moeder maakt geen bastaard’ Uitzondering op de uitzondering vanaf 17de eeuw : ‘Moeder maakt geen bastaard’ gold niet meer voor overspelige en incestueuze kinderen Franse revolutie (decreet van 2 november 1793) Volwaardig erfrecht voor eenvoudig buitenhuwe-lijks kind Breukdeel (1/3) voor overspelig kind (artikel 13) ‘A contrario’ geen erfrecht voor incestueus kind!!
34
Erfrecht buitenhuwelijkse kind (2)
C.C. : beperkt erfrecht voor de eenvoudig buitenhu-welijkse kinderen (art C.C.) Art. 756 en 762 C.C.: niet voor overspelige en incestueuze kinderen Konden alleen erven van zijn (vader of) moeder en dus niet van zijn (vaderlijke of) moederlijke ver-wanten Ontvingen meestal slechts een breukdeel van het erfdeel van een huwelijks kind 1987 : voerde een volwaardig erfrecht in voor alle buitenhuwelijkse kinderen wier afstamming vaststaat, dus niet voor bepaalde incestueuze kinderen (lees en ken art. 745 B.W.)
35
Artikel C.C. Art.756. Les enfants naturels ne sont point héritiers; la loi ne leur accorde de droits sur les biens de leur père ou mère décédés que lorsqu'ils ont été légalement reconnus. Elle ne leur accorde aucun droit sur les biens des parents de leur père ou mère. Art.757. Le droit de l'enfant naturel sur les biens de ses père ou mère décédés est réglé ainsi qu'il suit. Si le père ou la mère a laissé des descendants légitimes, ce droit est d'un tiers de la portion héréditaire que l'enfant naturel aurait eue s'il eût été légitime; il est de la moitié lorsque les père ou mère ne laissent pas de descendants, mais bien des ascendants ou des frères ou sœurs; il est des trois quarts lorsque les père ou mère ne laissent ni descendants ni ascendants ni frères ni sœurs. Art.758. L'enfant naturel a droit à la totalité des biens, lorsque ses père ou mère ne laissent pas de parents au degré successible.
36
Artikel 745 B.W. Art De kinderen of hun afstammelingen erven van hun ouders, grootouders of ver-dere bloedverwanten in de opgaande lijn, zonder onderscheid van geslacht of van eerstgeboor-terecht, ook al hebben zij niet dezelfde ouders en ongeacht de wijze waarop hun afstamming is vastgesteld. Zij erven voor gelijke delen en bij hoofden …
37
Buitenhuwelijkse vaderschap
Begrip buitenhuwelijkse vaderschap Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap Gevolgen buitenhuwelijkse vaderschap
38
Begrip vaderschap van een buitenhuwelijkse kind
Een bepaalde man is de verwekker van kind bij een vrouw met wie hij niet is getrouwd
39
Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap: twee systemen
Arbitrair systeem : een man bepaalt in een uitdrukkelijke wilsverklaring dat hij de vader is van een bepaald kind (= vaderlijke erken-ning) Gerechtelijk systeem : de rechter bepaalt de vader (= onderzoek van het vaderschap)
40
= Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap in loop van de tijden
Door een erkenning : een man bepaalt in een uitdrukkelijke wilsverklaring dat hij de vader is van een bepaald buitenhuwelijks kind Door een onderzoek naar het vaderschap : de rechter bepaalt op grond van voor hem bewezen feiten dat een bepaalde man de verwekker is van een bepaald buitenhuwelijks kind = “De” twee examenvragen, maar dan beperkt in de tijd!
41
Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap in vijf perioden
Late ME en NT Franse revolutie ‘Code Civil’ van 1804 tot 1908 Wet van 1908 tot 1987 Wet van 1987 tot nu
42
Vaststelling vaderschap in ME en NT
Door erkenning Door onderzoek naar vaderschap
43
Vaderlijke erkenning in late ME en NT
Hoe? In een privaat of openbaar geschrift Voor wie? Alle buitenhuwelijkse kinderen tot 16de eeuw Onder invloed van contrareformatie (seksuele discipline geëist) werd een verbod ingevoerd van erkenning van overwonnen bastaarden (= overspelige en incestueuze kinderen). Alleen eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen konden nog erkend worden.
44
Onderzoek naar vaderschap in de late Middeleeuwen
Hoe ? : vrij bewijs Door gelijk welke moeder … Tegen gelijk welke man … Op gelijk welk tijdstip … Met alle middelen … Waarom vrij bewijs ? Omwille van de recht-vaardigheid: Wie een kind verwekte, moest er-voor instaan : “Qui fait l’enfant, le doit nourrir” Voor wat ? Verschaffen van levensonderhoud aan het buitenhuwelijkse kind en geen andere gevolgen!
45
Vrij bewijs in late Middeleeuwen
Door gelijk welke moeder : ongehuwde of gehuwde, eerbare moeder of lichtekooi Tegen gelijk welke man : ongehuwd of gehuwd, fami-lielid of niet-familielid, leek of geestelijke en dus voor eenvoudige, overspelige en incestueuze kinderen Op gelijk welk tijdstipt zolang de onderhoudsplicht gold Met alle middelen, in concreto door : Bezit van staat (nomen, fama en vooral tractatus) Gedingbeslissende eed van de moeder over het vaderschap Bewijs van seks tijdens de verwekkingperiode (op basis van bekentenis van de man of vermoedens) aangevuld met eed van moeder van geen geslachtsgemeenschap met andere man
46
Onderzoek naar vaderschap in de Nieuwe tijd
Gereglementeerd bewijs Nog alleen door ongetrouwde, eerbare moeders … Nog alleen tegen ongetrouwde leken … Met beperkte middelen … Man kreeg verweermiddelen … Waarom reglementering ? : de afkeer van de con-trareformatie voor seks buiten het huwelijk: “Nemo turpitudinem suam allegatur” Voor wat ? Verschaffen van levensonderhoud aan het buitenhuwelijkse kind en geen andere gevol-gen
47
Gereglementeerd bewijs in de Nieuwe tijd
Niet meer door oneerbare vrouwen (lichtekooien, meiden, toneelspeelsters) en door gehuwde vrouwen en dus nog alleen door eerbare, ongetrouwde meisjes Niet meer tegen gehuwde mannen, tegen familiele-den en tegen geestelijken en dus nog alleen tegen ongetrouwde leken die geen familielid waren Gevolg van deze twee maatregelen : nog alleen voor eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen, niet meer voor overspelige en incestueuze kinderen Met beperkte middelen : drie stappen nodig Aangewezen man kreeg drie verweermiddelen om de derde stap te voorkomen
48
Bewijs met beperkte middelen
Aanwijzing onder eed van de vader tijdens haar barensweeën en Bewijs van seks met de gedaagde tijdens de verwekkingperiode en Eed van de moeder dat zij geen geslachts-verkeer had met een andere man tijdens de vermoedelijke verwekkingperiode
49
Drie verweermiddelen voor de aangewezen man
Bewijs van fysische onmogelijkheid tot geslachtsver-keer in de vermoedelijke verwekkingperiode Analogieredenering! Exceptio plurium concubentium : = bewijs dat de vrouw met meerdere mannen seks had in de ver-moedelijke verwekkingperiode In dit geval werd meestal de vordering van moeder afge-wezen Soms : gedeelde verantwoordelijkheid uitgesproken Zuiveringseed op te leggen door de rechtbank : eed van de man dat hij in de vermoedelijke verwekking-periode geen seks had met de moeder van het kind Toegestaan wanneer rechtbank twijfelde aan seks tij-dens de verwekkingperiode
50
Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap in het FRR
Teksten van het Franse revolutio-naire recht (FRR) Uitwerking in het Franse revolutio-naire recht
51
Teksten in FRR Decreet van 2 november 1793
Art : erfrecht van buitenhuwelijkse kinderen (« enfants nés hors du maria-ge ») is gelijk aan dit van huwelijkse kin-deren (volgens ingewikkelde redenering) Art. 8 Art. 13
52
Teksten in FRR Decreet van 2 november 1793
Art. 8. Pour être admis à l'exercice des droits ci-dessus, dans la succession de leur père décédé, les enfants nés hors du mariage seront tenus de prouver leur possession d'état. Cette preuve ne pourra résulter que de la représen-tation [1°] d'écrits publics ou privés du père, ou [2°] de la suite des soins donnés, à titre de paternité et sans interruption, tant à leur entretien qu'à leur éducation. La même disposi-tion aura lieu pour la succession de la mère.
53
Teksten in FRR Decreet van 2 november 1793
Art. 13. Sont exceptés ceux de ces enfants dont le père ou la mère était, lors de leur naissance, engagé dans les liens du mariage. Il leur sera seulement accordé, à titre d'aliments, le tiers en propriété de la portion à laquelle ils auraient droit s'ils étaient nés dans le mariage.
54
Uitwerking in het FRR Gereglementeerd bewijs, namelijk door :
1° Het voorleggen van een privaat of openbaar geschrift uitgaande van de vader waarin hij uitdrukkelijke verklaard dat hij de verwekker is van een bepaald kind (= erkenning) 2° Het bewijs (door getuigen) van een door de vader ononder-broken verschaffen van levensonderhoud en opvoeding Waarom reglementering? : omdat er een zeer belangrijk gevolg (erf-recht) wordt toegekend A contrario : geen of slechts zeer beperkt onderzoek naar het vaderschap mogelijk: drie redenen! Voor wie ? Voor alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen (art. 1-12) Voor alle overspelige kinderen (art. 13) … zij het beperkt erfrecht Niet de incestueuze ( ‘a contrario’ artikel 13 … en de voorberei-dende werken) Voor wat ? : erfrecht … en naar analogie naam, levensonderhoud (art. 13), voogdij
55
Drie redenen voor impliciet verbod onderzoek naar het vaderschap
Liberaal motief : tegen dwang Idealistisch motief : geen seksuele taboes meer Vrouwvijandelijk motief : gevaar van licht-zinnige vrouwen
56
Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap in de CC
Teksten van de C.C. Uitwerking van recht van de C.C.
57
Teksten in CC Artikel 334 en 335
Art La reconnaissance d'un enfant naturel sera faite par un acte authentique, lorsqu'elle ne l'aura pas été dans son acte de naissance. Art Cette reconnaissance ne pourra avoir lieu au profit des enfants nés d'un commerce incestueux ou adultérin.
58
Teksten in CC Artikel 341 en 342 C.C.
Art La recherche de la paternité est inter-dite. Dans le cas d’enlèvement, lorsque l’épo-que de cet enlèvement se rapportera à celle de la conception, le ravisseur pourra être, sur la demande des parties intéressées, déclaré père. Art Un enfant ne sera jamais admis à la re-cherche soit de la paternité, soit de la mater-nité, dans les cas où, suivant l'article 335, la re-connaissance n'est pas admise.
59
Uitwerking in de CC van 1804 Gereglementeerd bewijs: kon alleen door :
Een authentieke erkenning(sakte) Een zeer beperkt onderzoek naar het vaderschap: alleen ingeval van schaking Waarom reglementering ? : omdat er zeer belangrijke rechten worden toegekend (levensonderhoud, beperkt erfrecht) Voor wie ? Niet voor overspelige (art. 335 en 342 C.C.) Niet voor incestueuze (art. 335 en 342 C.C.) ‘A contrario’ alleen voor alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Voor wat? Levensonderhoud, beperkt erfrecht … en naar analogie naam en voogdij
60
Erkenning van het vaderschap in C.C. van 1804
Wat ? : uitdrukkelijke wilsverklaring van een be-paalde man hij de verwekker is van een bepaald kind Hoe ? : in een ‘authentieke akte’ Voor wie ? Alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen Niet voor incestueuze kinderen Niet voor overspelige kinderen Voor wat? Levensonderhoud, beperkt erfrecht … en naar analogie naam en voogdij
61
(Zeer beperkt) onderzoek naar het vaderschap in de C.C.
In beginsel verbod, maar Uitzondering na een schaking (met geweld) van de moeder : dan wel onderzoek mogelijk, met alle gevolgen van dien Dit beperkt onderzoek kon wel niet voor over-spelige of incestueuze kinderen (art. 342 C.C.) en dus a contrario alleen voor eenvoudige buitenhu-welijkse kinderen Waarom verbod? : zelfde drie redenen als die van het impliciet verbod van de Franse revolutie
62
Evolutie verbod in de rechtspraak van de 19de eeuw
Wettelijk verbod bleef bestaan Maar de Belgische rechtspraak verzachtte het verbod door : Het toekennen van een schadevergoeding aan de verleidde vrouw op basis van art B.W. : Vrouw verleiden is fout, schade is levenskost van het kind, schadevergoeding prijs ervan Theorie van de natuurlijke verbintenis : een-maal de man betaling van een levenson-derhoud was begonnen, moest hij dit verder zetten
63
Wet van 1908 Eerste vrouwenwet : doel was bescherming van de ongehuwde moeders tegen de willekeur van be-paalde mannen Nam drie maatregelen : Erkenning door vader (en moeder) van sommige incestueuze kinderen werd mogelijk, namelijk wan-neer huwelijksbeletsel kon worden opgeheven Uitbreiding van het beperkte onderzoek naar het vaderschap Invoeren vordering tot levensonderhoud tegen de ‘waarschijnlijke’ vader van buitenhuwelijks kind
64
Wet van 1908 Teksten van wet Uitwerking van wet
65
Teksten Art.340a. Het onderzoek naar het vaderschap is enkel toe-gelaten in de volgende gevallen: 1° Wanneer er is bezit van de staat van onecht kind, onder de omstandigheden voorzien bij art. 321; 2° Indien er, gedurende het wettelijke tijdperk der bevruch-ting, heeft plaats gehad schaking met geweld, list of be-dreiging, willekeurige hechtenis of opsluiting of verkrach-ting. Art.340b. Het onecht kind kan van hem die gedurende het wettelijk tijdperk der bevruchting in gemeenschap heeft geleefd met zijne moeder, een jaarlijksch pensioen vorderen voor zijn onderhoud en zijne opvoeding totdat het den leeftijd van 18 jaren heeft bereikt (…).
66
Teksten Art.340d. Onverminderd de andere middelen van verde-diging, worden de vorderingen voorzien bij de artikelen 340a, 340b en 340c (= bevallingskosten moeder) afgewe-zen, indien bewezen wordt dat gedurende het wettelijke tijdperk der bevruchting de moeder gemeenschap heeft gehad met een anderen man of dat zij van bekend slecht levensgedrag was. Art.342b. De verbodsbepalingen vervat in de artikelen 331 (= wettiging kinderen) 335 (moeder of vaderlijke erken-ning) en 342 (onderzoek vaderschap of moederschap) betreffen niet de kinderen geboren uit bloed- of aanver-wanten tusschen wie het huwelijk door dispensatie kon worden toegelaten
67
Erkenning van het vaderschap In C.C. vanaf 1908 tot …
Wat ? : uitdrukkelijke wilsverklaring van een be-paalde man hij de verwekker is van een bepaald kind Hoe ? : in een ‘authentieke akte’ Voor wie ? Alle eenvoudige buitenhuwelijkse kinderen 1908: erkenning sommige incestueuze kinderen 1958: erkenning sommige overspelige kinderen Voor wat? Levensonderhoud, beperkt erfrecht … en naar analogie naam en voogdij
68
Onderzoek naar het vaderschap In CC vanaf 1908 tot 1987
Beginsel van verbod van onderzoek blijft, maar nu wel meer uitzonderingen. Onderzoek is nu wel toegelaten indien er is: Bezit van staat Schaking met geweld, list of bedreiging, willekeurige hechtenis of opsluiting of verkrachting gedurende het wettelijke tijdperk der bevruchting Beperkt onderzoek kon alleen voor eenvoudige buiten-huwelijkse kinderen, niet voor overspelige of incestueuze kinderen (art. 342 C.C.), tenzij voor incestueuze kinderen van ouders die met elkaar konden trouwen (art. 342b B.W.) Waarom verbod? : zelfde drie redenen als die van het impliciet verbod van de Franse revolutie
69
Vordering tot levensonderhoud tegen de ‘waarschijnlijke’ vader
Vordering van buitenhuwelijk kind tot jaarlijks bedrag voor levensonderhoud en opvoeding tegen de man die tijdens de vermoedelijke verwekkingperiode geslachtsgemeenschap had met de moeder van het buitenhuwelijks kind (waarschijnlijke vader) Verweerder had “Exceptio plurium concuben-tium” (art. 340d B.W.)
70
Vaststelling buitenhuwelijkse vaderschap vanaf 1987
Teksten van de wet van 1987 Uitwerking van de wet van 1987
71
Teksten Afdeling II. Erkenning
Art Wanneer het vaderschap niet vaststaat krachtens de artikelen 315 (of 317), kan de vader het kind erkennen onder de bij artikel 329bis be-paalde voorwaarden (= toestemming minder-jarige) Art De vader kan het kind niet erkennen wan-neer uit die erkenning een huwelijksbeletsel zou blijken tussen hem en de moeder waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen …
72
Teksten Afdeling III. Onderzoek naar het vaderschap
Art Wanneer het vaderschap niet vaststaat krach-tens de artikelen 315 (of 317), noch op grond van een erkenning, kan het bij vonnis worden vastgesteld onder de bij artikel 332quinquies bepaalde voorwaar-den (= toestemming minderjarige) Art Het onderzoek naar het vaderschap is onont-vankelijk, wanneer uit het vonnis een huwelijksbe-letsel tussen de vermeende vader en de moeder zou blijken waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen …
73
Uitwerking 1° Vaststelling vaderschap door een erken-ning 2° Vaststelling vaderschap door een onder-zoek naar het vaderschap
74
Erkenning door de vader (art. 319-321 en 327 B.W.)
Wat ? uitdrukkelijke wilsverklaring van een be-paalde man dat hij de verwekker is van een bepaald kind Hoe? In een authentieke akte die geen testa-ment is (art. 327 B.W.) Voor wie? Eenvoudige, overspelige en ‘som-mige’ incestueuze kinderen (art. 321 B.W.) Erkenning is niet meer eenzijdig (art. 319 B.W., laatste zinsnede) Erkenning door gehuwde vader : mededeling aan zijn echtgenote nodig op straffe van niet-tegenstelbaarheid (art. 319bis B.W.)
75
Onderzoek naar het vaderschap (art. 322-325 B.W.)
Begrip : gerechtelijke vaststelling van het vader-schap (art. 322 B.W.) Wanneer? Indien er geen vermoeden van vader-schap en geen erkenning is Voor wie? Voor eenvoudige, overspelige en som-mige incestueuze kinderen Hoe? Alle bewijzen zijn toegelaten (o.a. DNA-test) Bijzondere voorwaarde? Bij onderzoek tegen een gehuwde vader moet de echtgenote hierin betrokken worden op straffe van niet-tegenstel-baarheid
76
Gevolgen buitenhuwelijks vaderschap
Kind krijgt naam van de vader Kind krijgt levensonderhoud Kind staat onder het hoederecht, en in 2de helft 20ste eeuw de vaderlijke of ouderlijke macht Kind heeft erfrecht vanaf de Franse re-volutie, maar beperkt onder de ‘Code Civil’ tot 1987
77
Familienaam van het buitenhuwelijks kind
Geregeld door het gewoonterecht tot 1987, nu artikel 335 §2 B.W. Buitenhuwelijks kind krijgt de familienaam van de vader indien vaderlijke afstam-ming vaststaat, d.w.z. : De vader heeft erkend Het onderzoek naar het vaderschap is ge-slaagd
78
Levensonderhoud en opvoeding buitenhuwelijkse kind
ME en NT : in de costumen moest de moeder instaan in de zoogweken, de rest was voor de vader Franse revolutie : niet geregeld, dus idem C.C.: niet geregeld, maar door de rechtsleer en recht-spraak a fortiori afgeleid voor eenvoudige buitenhuwe-lijkse kinderen uit art. 762 C.C. dat levensonderhoud toekende aan een overspelig of incestueus kind van wie de afstamming impliciet kwam vast te staan Onderhoudsverplichting verviel van zodra het kind een ambacht of beroep was aangeleerd (art. 764 B.W.) Wet van 6 april 1908 : art. 337 B.W., laatste zin kent levensonderhoud toe ten aanzien van de vader Nu : voor vader geregeld in art. 203 B.W. in combina-tie met art. 334 B.W.
79
Artikel 762 C.C. Art Les dispositions des articles 757 et 758 (= regelden erfrecht buitenhuwelijks kind) ne sont pas applicables aux enfants adultérins ou incestueux. La loi ne leur accorde que des aliments. A fortiori ook voor eenvoudige buitenhuwelijkse kin-deren Kon alleen na een impliciete vaststelling van het vaderschap! Na een veroordeling van de vader wegens overspel Na een nietigverklaring van een huwelijk wegens incest
80
Hoederecht/ouderlijk gezag
ME en NT : hoederecht indien vaderlijke afstamming vaststond (= gewoonterecht) Franse revolutie en C.C. : niets geregeld; rechtspraak kende soms voogdij toe Nu in B.W. : co-ouderschap door vader en moeder, zelfs al zijn ze niet gehuwd
81
Erfrecht buitenhuwelijks kind (1)
ME en NT : geen erfrecht in de nalatenschap van vader of de vaderlijke verwanten Geen uitzonderingen! Franse revolutie (decreet van 2 november 1793) Volwaardig erfrecht voor de eenvoudige buiten-huwelijkse kinderen Breukdeel (1/3) voor de overspelige kinderen (art. 13) A contrario geen erfrecht voor incestueuze kin-deren!
82
Erfrecht buitenhuwelijks kind (2)
C.C. : beperkt erfrecht voor het eenvoudige buitenhu-welijkse kind (art C.C.) Art. 756 en 762 C.C.: niet voor overspelig of inces-tueus kind Kon alleen erven van zijn vader (of moeder) en dus niet van zijn vaderlijke (of moederlijke) ver-wanten Ontving meestal slechts een breukdeel van het erfdeel van een huwelijks kind 1987 : voerde een volwaardig erfrecht in voor elk buitenhuwelijkse kind van wie de afstamming vast-staat, dus niet voor bepaalde incestueuze kinderen (lees art. 745 B.W.)
83
Levensonderhoud te verschaffen door de ‘waarschijnlijke’ vader
Ingevoerd door de wet van 1908 en overgeno-men in artikel 336 e.v. B.W. : vordering tot le-vensonderhoud, opvoeding en passende op-leiding tegen elke man die tijdens verwek-kingperiode geslachtsgemeenschap had met de moeder van het buitenhuwelijks kind (= waarschijnlijke vader) Verweerder kan (via DNA-test) bewijs van niet-vaderschap leveren (art. 338bis B.W.)
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.