Modellen en Stromingen

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Maar ze kunnen er niet uit Het kan heel somber zijn Maar ook heel fijn
Advertisements

Kinderen van depressieve moeders: het integratieve model van Goodman en Gotlib Cassie Claeys 1BaTP.
De integratie van Lichaam, intellect, ziel en geest
Psychodynamische Psychotherapie
Sigmund Freud Joycka Neirinck.
Thema 6 Gedrag Paragraaf 1 Gedrag
Ouderen en relaties, hechten en onthechten
Workshop Relationele en seksuele vorming
Meten van het emotioneel functioneren bij 9- tot 15-jarigen met een gehoorverlies Universiteit Leiden Instituut Psychologie, Sectie Onderwijs- en Ontwikkelingspsychologie.
Sigmund Freud.
Zes uitgangspunten voor een goed pedagogisch klimaat
Grondlegger van de psychoanalyse
Over het psychoanalytische psychotherapie bij senioren
Inleiding Komende periode gaan we het hebben over kinderen die ziek-zijn: Verzorging, Het herkennen van de symptomen/de klachten Wat kun/moet je doen.
Neurotische en structurele pathologie
Dans van Vos Weg van Wolf
MENSELIJKE ONTWIKKELING OUDER-KIND RELATIE 0 – 3 JAAR
Gezondheid, basis voor jouw toekomst!
Mindfulness.
Stromingen binnen de Psychologie
Volksuniversiteit Zwolle
Gesloten vs. Open: Freud en Rogers
Hoorcollege 5 en 6 Persoonlijkheid besluitvorming en gedrag in groepen
Kind in ontwikkeling A Gedrag vs. Gedachten Dagindeling:
Sociale ontwikkeling 2 Sociale cognitie en gedrag sekserollen
Kind in ontwikkeling B Gedrag vs. Gedachten Dagindeling:
Onderzoeksvaardigheden 3
Les 5 Twee weken over de sociale ontwikkeling : de ontwikkeling van het individu in relatie tot de sociale omgeving Interactie met anderen, mensen reageren.
Ontwikkeling van het jonge kind
Ontwikkeling van het jonge kind
Week 2 : Ontwikkelingspsychologie, Liesbeth van Beemen:
Modellen en Stromingen
Gesloten vs. Open: Freud en Rogers
Ontwikkeling van het jonge kind
Opvoedstijlen en interculturele communicatie
Gesloten vs. Open: Freud en Rogers
Ontwikkeling en de basisschool
ONTWIKKELING VAN HET JONGE KIND College 1 Inleiding module.
Opvoedrelaties onder spanning Bijeenkomst 4. Debat passend onderwijs Lees §1.1 Sipman goed door. In de maatschappij lijkt het aantal kinderen met gedragsproblemen.
Week 3: Systeemtheorie versus biologische psychologie
 Schoolleeftijd 3  6-12 jaar 4  Geheugen – KTG/werkgeheugen, snelheid  Aandacht - selectief  IQ – Binet-Spearman-Gardner  Executieve functies.
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 1
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 2
Het wonder van de mens Wie is de mens. Wie is de mens? De mens onderscheidt zich van dieren door: Cultuurscheppend te zijn  creativiteit en structuur.
Stromingen in de psychologie Werkcollege 4 Jennifer de Vries-Aydogdu med.hro.nl/vrije.
Stromingen in de psychologie
Gesloten vs. Open: Freud en Rogers
Stromingen in de psychologie Hoorcollege 5
Stromingen in de psychologie Werkcollege 2
Levenslooppsychologie werkcollege 2 Jennifer de Vries-Aydogdu Med.hro.nl/vrije
Stromingen in de psychologie
Stromingen in de psychologie Werkcollege 1
Kind in ontwikkeling B Gedrag vs. Gedachten Dagindeling:
Jennifer de Vries-Aydogdu med.hro.nl/vrije
Opvoeding en ontwikkeling van het jonge kind
Seksualiteit Het bespreekbaar maken van seksualiteit in het contact met de cliënt als onderdeel van de hulpverlening.
Les 6  vragen naar aanleiding van de vorige les  van diagnose naar doelen en een plan  werken aan eindopdracht.
Sowebatraining bovenbouw. Doel van de Sowebalessen! Het aanleren van sociaal competent gedrag en de daarbij behorende vaardigheden Het aanleren van sociale.
Van bovenbouwer naar brugpieper … en de rol van ouders in deze fase.
Problemen in de interactie en communicatie bij kinderen met een aan autisme verwante stoornis. M. Serra & R.B. Minderaa.
Psychopathologie v0or 1e jaars BBL 2017
Agressie Les 2.
Psychopathologie v0or 1e jaars BBL 2017
Gedragsproblemen en stoornissen
Gedragsproblemen en stoornissen
Intensieve begeleiding
Intensieve begeleiding
Havo lesboek deel 1 ~ Hoofdstuk 1
Ontwikkelingspsychologie
Transcript van de presentatie:

Modellen en Stromingen College 3 Psychoanalyse

E-mail: i.s.nojoredjo@hro.nl Sheets: www.med.hro.nl/nojis Kamer: ML. 02,423

Vandaag H2 Psychoanalyse

What’s on a man’s mind?

Grondlegger De grondlegger van de psychoanalyse is de Weense neuroloog Sigmund Freud (1856 – 1939)

Uitgangspunten Subjectieve ervaringen van een persoon zijn essentieel Aansturing van gedrag geschiedt bewust en onbewust Mensen hebben een onbewuste Gedrag wordt aangestuurd door (onbewuste) wensen en verboden op wensen (conflictmodel) Toevallig gedrag bestaat niet, alles is betekenisvol Ervaringen uit de eerste levensjaren zijn vaak bepalend voor later gedrag

Geschiedenis van de psychoanalyse Gestart met Sigmund Freud Inzichten uit de psychoanalyse zijn vaak veranderd Natuurwetenschappelijke benadering Romantische benadering Belangrijke levensmomenten van Freud hadden invloed op zijn theorievorming: Hypnose Publicatie ziektegeschiedenis Standaardwerk ‘Droomduiding’

Veel verschillende ‘soorten’ psychoanalyse Verschillende soorten psychoanalyse. Te vergelijken met een rivierdelta Na Freud veel bekende ‘andere’ psychoanalytici Carl Jung Alfred Adler Anna Freud

Pessimistisch mensbeeld Wij zijn geen baas in eigen brein, maar ons leven wordt mede bepaald door irrationele en onbewuste wensen Bij onze geboorte hebben we twee – tegengestelde – driften: seksualiteitsdrift en agressiedrift. Ons leven wordt mede bepaald door onze levensgeschiedenis: ervaringen kindertijd Elk mens heeft zowel normaal als gestoord gedrag. Optimistisch: de mensheid is gebaat bij bewustwording

Indeling van de psychoanalyse Mensbeeld De psychoanalyse kent twee mensbeelden Mechanistisch mensbeeld: complex gedrag wordt gereduceerd tot zijn essentie Personalistisch mensbeeld: zingeving door bewustwording van onderliggende oorzaken van gedrag Biopsychosociale model Moderne psychoanalyse stelt het psychische niveau centraal Biologische en omgevingsinvloeden worden gefilterd door subjectieve ervaringen

De klassieke theorie Onbewuste mentale processen Psychische structuur Psychoseksuele ontwikkeling Verdedigingsmechanismen Praktijktheorie

Onbewuste mentale processen Het bewuste. Dat wat zich onder onze aandacht afspeelt Secundair proces: realiteitsprincipe Het voorbewuste. Kennis en ervaringen die met moeite op te roepen zijn Het onbewuste. Kennis, gevoelens en wensen waarvan we geen weet hebben maar die ons gedrag wel sturen Primair proces: lustprincipe

Psychische structuur Het Id Het Ego Het Superego Functioneert onbewust en irrationeel Psychische structuur van baby bestaat volledig uit het Id Het Ego Functioneert bewust maar ook ten dele onbewust Ontstaat in het eerste levensjaar en functioneert rationeel Het Superego Bevat waarden en normen: het geweten Functioneert als ‘tot de orde roepende’ Ontstaat rond het vierde en vijfde levensjaar

Psychische structuur Een model van Id, Ego en Superego en het bewuste en onderbewuste

Alcohol beïnvloedt ons oordeelsvermogen en geweten

Psychoseksuele ontwikkeling Vroegkinderlijke ontwikkeling kent opeenvolgende fasen Psychische en seksuele ontwikkeling volgen de lichamelijke ontwikkeling Bij normale ontwikkeling doorloopt het kind de achtereenvolgende fasen Bij een problematische ontwikkeling kan een kind blijven steken in een fase of terugvallen Fixatie Regressie

Psychoseksuele fasen Orale fase Anale fase Fallische fase Oedipale fase Latentiefase Genitale fase

Orale fase (0-1 jaar) Mond is erogene zone Conflict rond het thema ‘afhankelijkheid’ Leren om de verzorgende te vertrouwen

Anale fase (1-3 jaar) Anus is de erogene zone Thema ‘autonomie en zelfcontrole’ Eigen wil en eigen ik Kind kan omgeving beïnvloeden en controleren

Fallische fase (3 – 6 jaar) Geslachtsdeel is erogene zone Erotische activiteit wordt afgekeurd: lust en schuldgevoel Gaat over in Oedipale fase: Rivaliteitsconflict met vader Incestueuze drang naar ouder van andere sekse Jongens: castratieangst. Oplossing: identificatie met vader Meisjes: penisnijd. Oplossing: identificatie met moeder

Latentiefase (6-12 jaar) Periode van emotionele rust Duurt tot puberteit

Genitale fase (vanaf 12 jaar) Fase van volwassenheid Ontwikkeling van intieme relaties

Ontwikkelingen na Freud: hechtingstheorie John Bowlby Hoe werkt kindertijd door in de volwassenheid? Meer mechanistische werkwijze Kijkt minder naar subjectieve beleving Hechting als soortspecifiek gedrag met kritieke periodes Directe kindobservaties Maakt gebruik van kennis over dierengedrag

Ontwikkelingen na Freud: objectrelatietheorie Verschillen met klassieke psychoanalyse: Minder nadruk op de rol van fantasie Driften zijn niet per se aangeboren en kunnen later in het leven ontstaan. Driften zijn gericht op objecten Kinderen beseffen veel eerder dan tijdens de oedipale fase hun seksuele identiteit Uitgangspunten: Fase 1: eerst een symbiotische relatie tussen moeder en kind Fase 2: separatie-individuatieproces Fase 3: emotionele objectconstantie

Psychische stoornissen Psychische stoornissen zijn uitingen van onbewuste conflicten Vroegkinderlijke ervaringen spelen een rol Een stoornis is een symptoom van een onbewust conflict Voorbeeld Depressie Als gevolg van symbolisch verlies van een persoon Een streng Superego produceert schuldgevoelens als er (onbewuste) agressieve gevoelens zijn Verschil tussen Superego en de werkelijkheid Angst Angst als symptoom van een onbewust conflict tussen Id en Superego

Toepassingen in hulpverlening en opvoeding ‘Onbegrijpelijk’ gedrag begrijpelijk maken. Psychoanalyse als uitlegkunde Belangrijke begrippen aangeleverd voor de praktijktheorie Verdedigingsmechanismen Overdracht en tegenoverdracht

Verdedigingsmechanismen Onze psyche kent processen met als doel onbewuste wensen, trauma’s niet actief te herinneren Weerstand is een ander begrip Functie: bescherming tegen ‘psychische’ pijn Er zijn er veel en ze zijn heel verschillend

Soorten verdedingsmechanismen Neurotische Iedereen heeft ze We kunnen er helemaal geen weet van hebben, maar soms beseffen we de werking wel Verdringing, verplaatsing, reactieformatie, isoleren van gevoel, ongedaan maken, somatiseren, vermijden, rationaliseren Volwassen Gewenste mechanismen Sublimatie, altruïsme, humor Primitieve Moeilijk te behandelen Vaak vroeg in kindertijd ontstaan Ontkenning, splitsen, projectie

Projectie Wat zie je in dit figuur?

Overdracht Het verplaatsen van gevoelens door de cliënt Gevoelens afkomstig uit de kindertijd Van een persoon uit de kindertijd naar een ander persoon uit het heden (meestal de hulpverlener) Vaak onbewust proces Het is een herhaling Het is inadequaat Het kunnen positieve en/of negatieve gevoelens zijn

Tegenoverdracht Gevoelens van de hulpverlener in reactie op de overdrachtsgevoelens van de cliënt Gevoelens kunnen bewust of onbewust zijn Tegenoverdracht speelt in elke hulpverleningsrelatie

Tegenoverdracht

Kanttekeningen Risico dat de psychoanalyse als ‘gesloten’ theorie wordt gebruikt Moeizaam met wetenschappelijk onderzoek te combineren In ‘evidence based’ onderzoek komt de psychoanalyse er niet goed van af

Volgende week H3 behaviorisme

Vragen In de psychoanalytische theorie wordt mede uitgegaan van het conflictmodel. Waartussen speelt dit conflict zich af? Tussen ervaringen uit de kinderjaren en hoe iemand als volwassene terugkijkt op zijn kindertijd. Tussen de twee driften: de levensdrift en de doodsdrift. Tussen (onbewuste) wensen en het verbod om deze te verwezenlijken.

De (vermeende) pessimistische visie van de psychoanalyse wordt vooral verbonden met: de nadruk op invloed van de ervaringen uit de eerste levensjaren en de passieve rol van het kind hierin.  het standpunt dat de mens geen baas is over zijn eigen brein en gedrag, want het onbewuste – dat we slecht kunnen beïnvloeden – stuurt altijd mee.   het standpunt dat ons leven mede door de aangeboren doodsdrift en levensdrift bepaald wordt.

De (latente) inhoud van een droom zou volgens Freud informatie verschaffen over:   het Superego.   het Id.   het onbewuste.

De hechtingstheorie van Bowlby kan verbonden worden met meerdere mensbeelden uit de psychologie. Van welk mensbeeld kan met zekerheid gezegd worden dat deze niet goed verbonden kan worden met Bowlby’s theorie?   Het mechanistische mensbeeld.   Het personalistische mensbeeld.   Het organistische mensbeeld.

De hechtingstheorie van Bowlby kan verbonden worden met meerdere mensbeelden uit de psychologie. Van welk mensbeeld kan met zekerheid gezegd worden dat deze niet goed verbonden kan worden met Bowlby’s theorie?   Het mechanistische mensbeeld.   Het personalistische mensbeeld.   Het organistische mensbeeld.

Werkcollege Het bestaan van het onbewuste is niet ‘hard’ te bewijzen. Freud leverde een aantal argumenten om het bestaan aannemelijk te maken. Wat vind jij van deze argumenten en welke bezwaren kun je er eventueel tegen aanvoeren? Zijn jouw bezwaren zo stevig dat je niet in het onbewuste ‘gelooft’? Als je wel in het onbewuste ‘gelooft’, wat zijn jouw overwegingen dan?

Werkcollege Lees kader 6 (Een sociale fobie: je eigen naam niet durven noemen, p. 81). In dit verhaal is een aantal verdedigingsmechanismen te herkennen. Welke verdedigingsmechanismen zijn dit? Leg ze uit.

Werkcollege Vorm kleine groepjes,en kies waar je het over wilt hebben. Droomanalyse aan de hand van psychoanalyse Analyse van ruzies/stress situatie aan de hand van verdedigingsmechanismen