Omgaan met Krimp “Alleen er in en samen er uit” VO Congres 26 maart 2015
Rita Damhof > voorzitter CvB openbaar onderwijs Zwolle en regio ( leerlingen) Marcel Klaverkamp> directeur bestuurder Dockinga College (2000 lln.) > bestuurder JJ Boumanschool (220 lln. ) > bestuurder Inspecteur Boelensschool Schiermonnikoog (37 lln.) door
“Krimp komt alleen voor aan de randen van ons land”
Krimp en anticipeerregio’s
Noord Oost Friesland (meer dan 10%)
Wie zit waar ?
Dokkum:Dockinga x Piter Jelles (Leeuwarden en NW Friesland) (vmbo) Dockinga x Lauwerscollege (vwo) Dockinga x de Saad (vmbo T) Buitenpost Lauwerscollege x Dockinga (vwo) Lauwerscollege x Nordwin (AOC geheel Friesland) KollumLauwerscollege x Piter Jelles SurhuisterveenLauwerscollege x OSG Singelland (vmbo) (samenwerkingslocatie………….gedoogconstructie) Waar wordt samengewerkt en door wie?
Fusie is geen optie Want dan ontstaat er één groot Fries schoolbestuur. conclusie
Niet samenwerken betekent: Sluiting vmbo afdelingen; enorme verschraling. * geen technische afdelingen * geen afdelingen Handel en Administratie * geen agrarisch onderwijs * beetje Zorg & Welzijn. Twee VWO afdelingen (samen nu nog net 450 leerlingen) gaan dicht. Leerlingen moeten ver reizen voor vwo-onderwijs. Wat dan?
Thuisnabij onderwijs voor leerjaar 1 en 2 (vmbo) 1,2 en 3 HV; Bovenbouw vmbo in Dokkum en Kollum/Surhuisterveen ergens is de afdeling van de keuze van de leerling te vinden; bovenbouw VWO in Dokkum en Buitenpost; door Maximaal gebruik van de 50% regeling (zonder 5 jaars termijn) Inzetten van nieuwe technieken ICT / afstandsleren (ook voor de eilanden) leerlingenvervoer Oplossingen
2013 Houtskoolschets 2014 Intentieplan; gecommuniceerd met Raden van Toezicht / directies / medezeggenschapsraden / gemeenten en provincie 2015 Beleidsplan (met steun van de regeling regiegelden leerlingdaling) 2017invoering? Stand van zaken
Aan de hand van stellingen Hoe is dit mogelijk geworden?
1.Als antwoord op de krimp zet ik meer energie en middelen in op het bestrijden van onze concurrenten. a.Ja b.Nee
2. Een levensvatbare afdeling vmbo heeft per leerjaar minimaal in de bovenbouw nodig: a.20 leerlingen b.40 leerlingen c.60 leerlingen d.80 leerlingen
3. de maximale reisafstand voor een 14 jarige is: a.5 km b.10 km c.25 km d.40 km
4. De identiteit van een school vormt een bedreiging in de samenwerking met een andere school: a.Ja b.Nee
5. De school moet open blijven al gaat dit vanwege de gevolgen van krimp, ten koste van de kwaliteit van het onderwijs. a.Ja b.Nee
6. Vervoer van leerlingen moet worden betaald door: a.School zelf b.Ouders c.Gemeente en/of provincie d.Allen
7. In een samenwerkingsovereenkomst met een andere school, moet in ieder geval worden geregeld: a.Werkgelegenheid van de medewerkers ja of nee b.Wie de eindverantwoordelijk schoolleider isja of nee c.Bij wie de leerlingen staan ingeschrevenja of nee
8. Indien de wet een samenwerkingslocatie onmogelijk maakt, zet ik de samenwerking toch voort anders sluiten twee locaties. a.Ja b.nee
De krimp is/komt er in ieder geval Samenwerken is de enige oplossing Start op tijd Laat je niet (teveel) beperken door wet- en regelgeving Neem het voortouw; wacht niet op (lokale) overheden Zoek verbinding met PO en MBO/HBO; maar laat je niet afremmen. Dank voor de aandacht; succes en ook veel plezier! Conclusies
tips