jaar: 1801 vóór Christus plaats: Paddan Aram hoofdpersoon: Jakob leeftijd: 77 jaar andere hoofdrolspelers: Laban, Rachel, Lea 1
Israëls 20 eeuwen ballingschap Genesis 28 Jakob vlucht naar buitenland Genesis 32 Jakob keert na 20 jaar weer terug Israëls 20 eeuwen ballingschap 2
Jakob vertrekt... 11 En hij bereikte een plaats, waar hij bleef overnachten, omdat de zon ondergegaan was. Genesis 28 3
Jakob keert terug... 31 En de zon ging over hem op, toen hij door Penuel (=Pniël) getrokken was; en hij ging mank aan zijn heup. Genesis 32 4
Jakob keert terug... 31 En de zon ging over hem op, toen hij door Penuel (=Pniël) getrokken was; en hij ging mank aan zijn heup. Genesis 32 naamsverandering: Jakob > Israël waar: Jabok 5
scene 1: de weggewentelde steen 6
1 En Jakob begaf zich op weg ... 2 Toen hij rondkeek, zag hij een put in het veld, en zie, drie kudden kleinvee waren daarbij gelegerd, want men placht de kudden uit die put te drenken. De steen op de opening van de put was groot; Genesis 29 7
3 als alle kudden daar bijeengedreven waren, wentelde men de steen van de opening van de put en drenkte het vee ... 4 En Jakob zeide tot de herders... Genesis 29 8
5 Kent gij ook Laban, de zoon van Nachor? En zij zeiden: Ja. 6 Vervolgens zeide hij tot hen: Gaat het hem wel? En zij zeiden: Ja, maar zie daar komt zijn dochter Rachel aan met het kleinvee. Genesis 29 9
7 Toen zeide hij: Zie, het is nog volop dag, het is nog geen tijd, dat de kudde bijeengedreven wordt; drenkt het vee en gaat het weer weiden. Genesis 29 10
8 Maar zij zeiden: Dat kunnen wij niet, voordat al de kudden bijeengedreven zijn; dan wentelt men de steen van de opening van de put, en drenken wij het vee. Genesis 29 11
10 Zodra Jakob Rachel, de dochter van Laban, de broeder van zijn moeder, zag, en het kleinvee van Laban, de broeder van zijn moeder, trad Jakob toe, wentelde de steen van de opening van de put en drenkte het vee van Laban, de broeder van zijn moeder. Genesis 29 12
de steen wordt weggewenteld... TYPE VAN bron van levend water = geopende graf HOE door bovenmenselijke kracht WANNEER vóór de verzameling van de kudden VOOR WIE voor Rachel, de toekomstige bruid 13
26 God heeft in de eerste plaats VOOR U (= Israël) zijn Knecht doen opstaan en Hem TOT U gezonden, OM U te zegenen... Handelingen 3 14
scene 2: zie het was Lea 15
15 En Laban zeide tot Jakob: Zoudt gij, omdat gij mijn bloedverwant zijt, mij dienen om niet? Zeg mij, wat uw loon moet zijn. 16 Nu had Laban twee dochters; de oudste heette Lea en de jongste Rachel. Genesis 29 16
17 Lea’s ogen waren flets (St 17 Lea’s ogen waren flets (St.vert: teder), maar Rachel was schoon van gestalte en schoon van uiterlijk. Genesis 29 17
18 En Jakob had Rachel lief 18 En Jakob had Rachel lief. Daarom zeide hij: Ik wil u zeven jaren dienen om uw jongste dochter Rachel.. Genesis 29 18
19 En Laban zeide: Het is beter, dat ik haar aan u geef dan dat ik haar aan een andere man geef; blijf bij mij. Genesis 29 19
20 Derhalve diende Jakob zeven jaren om Rachel, en die waren in zijn ogen als enkele dagen, omdat hij haar liefhad. Genesis 29 20
21 Daarna zeide Jakob tot Laban: Geef mij mijn vrouw, want mijn tijd is om, opdat ik tot haar kome. 22 En Laban vergaderde al de mannen van die plaats, en richtte een maaltijd aan. Genesis 29 21
23 Des avonds echter nam hij zijn dochter Lea en bracht haar tot hem, en hij kwam tot haar. (...) Genesis 29 22
25 Maar des morgens, zie, het was Lea. Toen zeide hij tot Laban: Wat hebt gij mij daar gedaan? Heb ik niet om Rachel bij u gediend, waarom hebt gij mij dan bedrogen? Genesis 29 23
26 Daarop zeide Laban: Zo doet men niet hier ter plaatse, dat men de jongste ten huwelijk geeft vóór de eerstgeborene. Genesis 29 24
27 Breng de bruiloftsweek met deze ten einde, dan zal u ook de andere gegeven worden voor de dienst, waarmede gij nog eens zeven jaren bij mij dienen zult. Genesis 29 25
28 En Jakob deed zo; hij bracht de bruiloftsweek met haar ten einde; daarop gaf hij hem zijn dochter Rachel tot vrouw. (...) Genesis 29 26
30 (Jakob) kwam ook tot Rachel, en hij had Rachel lief, in tegenstelling met Lea. Aldus diende hij bij hem nog eens zeven jaren. Genesis 29 27
28
Daniël 9: 70 jaarweken tot het Koninkrijk van de Messias 70 x 7 jaar = 490 jaar 457 v. Chr. beginpunt: start herbouw van Jeruzalem 29
laatste 7 jaar: 27 AD - 33 AD 70 x 7 jaar = 490 jaar 457 v. Chr. 30
laatste jaarweek - bruiloftsweek... 33 AD: steniging Stefanus 30 AD: dood en opstanding van Chr. 27 AD: Jezus' doop 31
"zie, het was Lea..." einde (70-ste) jaarweek: NIET... het verwachtte Koninkrijk "zie, het was Lea..." 32
"zie, het was Lea..." einde (70-ste) jaarweek: NIET... het verwachtte Koninkrijk "zie, het was Lea..." ... 70-ste jaarweek eindigt in het (verborgen) Koninkrijk ... Saulus/ Paulus > pauze ... Israël in ballingschap 33
Lea => het overblijfsel van Israël in de tegenwoordige tijd > tedere (lees: verlichte) ogen... 34
Rachel => ... voor haar zal de jaarweek, (= de laatste week van Daniël) zich herhalen ... de geliefde bruid (= "gans Israël") van de toekomst > "schoon van gestalte en uiterlijk" 35