Marktconsultatie Capaciteitsplan 2003-2009 EINDRAPPORTAGE deel 2 Reacties en antwoorden op stellingen en vragen Juli 2003
Marktconsultatie Capaciteitsplan 2003-2009 De stellingen en vragen in het consultatiedocument betreffen de ontwikkelingen van de volgende thema’s: Transportcapaciteit Belasting Grootschalig productievermogen Warmtekrachtvermogen Duurzaam vermogen Interconnectorcapaciteit Gas- en kolenprijzen Beurzen en prijzen Marktspelers
1. Ontwikkeling transportcapaciteit Observaties en stellingen Prognoses voor de ontwikkeling van de behoefte aan transportcapaciteit zijn gebaseerd op een uitgebreide scenario-analyse. Naast de ontwikkeling van belasting en productie werden als scenario-drivers geselecteerd: Uitbreiding duurzaam vermogen Uitbreiding van interconnectorcapaciteit Ontwikkelingen in gas- en kolenprijzen Concurrentieverhoudingen Alle genoemde drivers zijn voor zowel Nederland als omringende landen beschouwd. De vragen Op welke wijze worden door uw bedrijf de ontwikkelingen in de markt gevolgd ? Zijn dit voor u ook de belangrijke variabelen ? 3. Op welke landen richt u zich in uw marktverkenning?
1. Ontwikkeling transportcapaciteit De vragen Op welke wijze worden door uw bedrijf de ontwikkelingen in de markt gevolgd ? Zijn dit voor u ook de belangrijke variabelen? Op welke landen richt u zich in uw marktverkenning? De antwoorden Diverse bedrijven hebben een systeem van marktmonitoring. Publicaties, persberichten, openbare datasets, regelgeving, gegevens van informanten en relaties vormen de input voor eigen analyses. Hierbij wordt vaak gebruik gemaakt van modellen toegespitst op de core business van bedrijven (bijvoorbeeld handel of productie). Voorbeelden van modellen: prognosticeren van prijzen, vraag en aanbod, inzet productiemiddelen en integrale kosten en load flow. Enkele geïnterviewden werken met eigen scenario’s om de lange-termijn-strategie te bepalen. Een ander deel kan of moet terugvallen op de analyse-resultaten van moeder- of zusterorganisaties. “We houden TenneT scherp in de gaten !” “Knelpunten in het transportnet, niet ons probleem !” “Wij hebben alleen een korte termijnstrategie !”
1. Ontwikkeling transportcapaciteit De vragen Op welke wijze worden door uw bedrijf de ontwikkelingen in de markt gevolgd ? Zijn dit voor u ook de belangrijke variabelen? Op welke landen richt u zich in uw marktverkenning? “Uitbreiden van de interconnectorcapaciteit drukt gasgestookte eenheden weg !” De antwoorden Men kan zich vinden in de door TenneT gekozen scenario-drivers. Echter de belangrijke factor die alle scenario’s beïnvloedt, is de politiek, zowel nationaal als internationaal. Een level playing field op vele beleidsterreinen, zoals implementatie Kyoto, liberalisering, unbundling, mededinging, subsidiëring, tarifering en emissierechtenhandel, wordt node gemist. Handel in emissierechten ziet een groot deel van de bedrijven ook als een belangrijke scenario-driver voor de toekomst. Over verruiming van de transportcapaciteit via de interconnectoren zijn de meningen verdeeld. Duitse en Nederlandse prijsniveaus zouden nivelleren. “Worden de uitbreidingskosten afgewenteld op gebruikers?” is een gehoorde tegenvraag en “koperen plaat is fysiek niet haalbaar”. Anderen juichen elke actie richting koperen plaat toe. Enkele geïnterviewden pleiten voor de combinatie TSO-elektriciteit en TSO-gas. “Doel van de politiek zou moeten zijn: creëren van een level playing field. ” “Maximaliseren die interconnectorcapaciteit !” “Kyoto wordt nooit gehaald !” “In 2010 Europese markt in emissierechten met een omzet tussen 20 en 50 mld Euro !”
1. Ontwikkeling transportcapaciteit De vragen Op welke wijze worden door uw bedrijf de ontwikkelingen in de markt gevolgd ? Zijn dit voor u ook de belangrijke variabelen? Op welke landen richt u zich in uw marktverkenning? “We kijken niet naar Frankrijk !” De antwoorden Nagenoeg alle geïnterviewden richten zich op Nederland en de grenslanden als het gaat om de marktverkenning. De grote Nederlandse spelers zijn Europees georiënteerd en benutten ook marktkansen in bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk en de voormalige Oostbloklanden. De ontwikkelingen ten aanzien van mogelijke interconnectie met Engeland en Noorwegen worden met wisselend gevoel ontvangen. (zie ook Uitbreiding interconnectorcapaciteit) Sommige geïnterviewden houden ook de ontwikkelingen ten aanzien van de liberalisering van de gasmarkt en de verwachte connectie met Russische en Algerijnse gasleidingen nauwlettend in de gaten. “Kabel Engeland? Voorgesorteerde mening zonder feitelijke analyse vooraf !” “Nederland doen we er eigenlijk alleen maar bij !” “Als de Oekraïne kansen biedt, gaan we daar heen !” Bron: UCTE
2. Ontwikkeling belasting Observaties en stellingen Belastingontwikkeling gekoppeld aan ontwikkeling BBP. Kwaliteit raming dus afhankelijk van voorspellingen CPB. Er zijn géén grote trendbreuken te verwachten De vragen Deelt u onze analyse over groeicijfers omringende landen ? Verwacht u dat de koppeling tussen groei elektriciteitsverbruik en groei economie blijft bestaan ? Verwacht u verschillen in belastinggroei tussen regio’s in Nederland onderling? Bron: Brattle Group
2. Ontwikkeling belasting De vragen Deelt u onze analyse over groeicijfers omringende landen? Verwacht u dat de koppeling tussen groei elektriciteitsverbruik en groei economie blijft bestaan? Verwacht u verschillen in belastinggroei tussen regio’s in Nederland onderling? De antwoorden Het merendeel kan zich in hoofdlijn vinden in de analyse over de groeicijfers. Diverse geïnterviewden geven aan dat de groeicijfers voor Duitsland te laag waren ingeschat en die voor Nederland te hoog. Enkele geïnterviewden zeggen dat de besparingen in elektriciteitsgebruik flink zullen toenemen. Eén grote Nederlandse speler rekent met groeicijfers tussen 1 en 2 % voor zowel Nederland als grenslanden. Er worden twijfels geuit over de lagere groei in het elektriciteitsverbruik in het Groen-scenario omdat verduurzaming vaak gepaard gaat met een toenemende elektrificatie. “Verschil Duitsland en Nederland niet realistisch !” “Er is een structureel optimisme over het inschatten van het besparingspotentieel !” Bron: Finergy Report
2. Ontwikkeling belasting De vragen Deelt u onze analyse over groeicijfers omringende landen? Verwacht u dat de koppeling tussen groei elektriciteitsverbruik en groei economie blijft bestaan? Verwacht u verschillen in belastinggroei tussen regio’s in Nederland onderling? De antwoorden De meeste geïnterviewden kunnen zich ook voor de toekomst vinden in de koppeling tussen economie en elektriciteitsverbruik. Eén geïnterviewde stelde dat de koppeling realistisch is, maar wel haaks staat op de Kyoto-doelstellingen. Eén geïnterviewde stelde dat de één-op-één koppeling tussen groei elektriciteitsverbruik en groei economie feitelijk niet bestaat, maar dat het elektriciteitsverbruik autonoom met een vast percentage groeit. Voor sommigen hangt de koppeling af van de feitelijke economische groei. Bij een neergaande economie zal de correlatie verminderen vanwege ingestelde basisniveaus van diverse industrieën. daarnaast zal door efficiency-verbeteringen het verbruik in de toekomst minder hard groeien. “Cijfers worden zó geconstrueerd dat de effecten gunstig zijn !” “Je zou vrieskasten in huizen moeten kunnen afschakelen !” Bron: Finergy Report
2. Ontwikkeling belasting De vragen Deelt u onze analyse over groeicijfers omringende landen? Verwacht u dat de koppeling tussen groei elektriciteitsverbruik en groei economie blijft bestaan? Verwacht u verschillen in belastinggroei tussen regio’s in Nederland onderling? De antwoorden Regionale binnenlandse belastingprognoses is slechts voor enkele geïnterviewden een thema waaraan aandacht wordt besteed. Een nadere sectoranalyse wordt door de meeste geïnterviewden als meer interessant genoemd, want de belastinggroei zal per sector verschillen. Enkele marktspelers en onderzoeksbureaus voeren daadwerkelijk een sectoranalyse uit. De relevantie van de verschillen in belastinggroei per regio voor de geïnterviewden is grotendeels afhankelijk van de reikwijdte van hun horizon: regionaal, nationaal of Europees. “Tien jaar geleden werd ook gezegd dat de groei van het verbruik zou afne- men door bespa- ringen in sectoren, maar dat is nooit uitgekomen !” “Patroon per netvlak wijzigt nauwelijks !” Bron: ECN Bron: Finergy Report
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (1) Observaties en stellingen Nieuwbouw en amovering van productie met name op de langere termijn zijn moeilijk in te schatten. Ontwikkelingen in productievermogen (locatie en omvang) kunnen wel cruciaal zijn voor netontwikkeling en stabiliteit van totale systeem. Medio 2002 had totale productiepark een omvang van 19.600 MW. Hierbij zijn eenheden Flevo 30 en Lage Weide 5 niet inbegrepen. De vragen Waarop worden beslissingen voor nieuwbouw/levensduurverlenging geselecteerd? (Spark en dark spread, risk management) Spelen Kyoto en andere milieu-eisen hierbij een rol? Houdt u bij uw locatiekeuze ook nog rekening met de locaties uit het SEV? Spelen de aansluitvoorwaarden van netbedrijven nog een rol bij de selectie van nieuwbouwlocaties?
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (1) De vragen Waarop worden beslissingen voor nieuwbouw/levensduurverlenging geselecteerd? (Spark en dark spread, risk management) Spelen Kyoto en andere milieu-eisen hierbij een rol? Houdt u bij uw locatiekeuze ook nog rekening met de locaties uit het SEV? Spelen de aansluitvoorwaarden van netbedrijven nog een rol bij de selectie van nieuwbouwlocaties? De antwoorden Bepalend voor investeringen in nieuwe productiemiddelen is het financiële plaatje. Het inschatten van lange termijn prijsontwikkelingen is hiervoor cruciaal. Dit is momenteel moeilijk omdat het de markt ontbreekt aan lange termijn transparantie. De oorzaak hiervan is gelegen in de onzekerheden waarmee marktpartijen momenteel worden geconfronteerd. Als belangrijkste onzekerheid worden nagenoeg unaniem het politieke beleid en de regelgeving in de verschillende Europese landen genoemd. Het overheidsbeleid wordt gekenmerkt door een gebrek aan duidelijke beslissingen over de implementatie van Kyoto afspraken, de-commissioning van nucleaire eenheden, beslissingen ten aanzien van privatisering en tijdspaden betreffende liberalisering. Daarnaast speelt een grote rol dat de bestaande regelgeving niet is geharmoniseerd waardoor een Europees level playing field ontbreekt. Ook wordt het verkrijgen van vergunningen voor nieuwbouw vermogen in sommige landen als een een zeer groot obstakel ervaren. Gevolg van het gebrek aan lange termijn transparantie is dat producenten terughoudend zijn bij investeringen in grootschalig productievermogen. “Steeds weer zie je onzekerheden opduiken in de driehoek politiek-economie-milieu binnen de elektriciteitsproductie in Europa” “De politiek lijkt meer dan ooit incident gedreven en daardoor zijn marktpartijen terughoudend met betrekking tot lange termijn investeringen”
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (1) De vragen Waarop worden beslissingen voor nieuwbouw/levensduurverlenging geselecteerd? (Spark en dark spread, risk management) Spelen Kyoto en andere milieu-eisen hierbij een rol? Houdt u bij uw locatiekeuze ook nog rekening met de locaties uit het SEV? Spelen de aansluitvoorwaarden van netbedrijven nog een rol bij de selectie van nieuwbouwlocaties? De antwoorden Geïnterviewden zijn unaniem van mening dat Kyoto, en ook andere milieu eisen, zeer belangrijke factoren zijn bij het nemen van investeringsbeslissingen. Hierbij is over Kyoto opgemerkt dat er binnen Europa geen level playing field bestaat door o.a.: verschillen in startvectoren verschillen in methodieken voor het bereiken van de doelstellingen verschillen in verdiscontering per land van CO2-credits via Joint Implementation en Clean Development Mechanism. Verder is de invoering van Kyoto nog omgeven met onzekerheden rondom de omgang van de voormalige Oostbloklanden met hun CO2-credits (hot air credits). Bovenstaande verschillen en onzekerheden leiden ertoe dat de hoogte van de prijs voor emissierechten zeer onzeker is, waardoor investeringen in nieuw (kolen) productievermogen worden gedempt. Verder is vaak genoemd dat Kyoto een negatief effect heeft op de economische merites van levensduurverlenging ten opzichte van een vervangingsinvestering. “Kyoto en milieu-eisen spelen zeker een rol bij het doen van investeringen, alleen worden deze eisen op dit moment bij ons meegenomen als risico's. Dit is een van de grootste onzekerheden die investeringen voor nieuwbouw remmen” “Voor Kyoto bestaat er nu een Europees raamwerk maar in de uitvoering van de maatregelen (zoals allocatie van emissieplafonds) is het toch weer ieder voor zich”
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (1) De vragen Waarop worden beslissingen voor nieuwbouw/levensduurverlenging geselecteerd? (Spark en dark spread, risk management) Spelen Kyoto en andere milieu-eisen hierbij een rol? Houdt u bij uw locatiekeuze ook nog rekening met de locaties uit het SEV? Spelen de aansluitvoorwaarden van netbedrijven nog een rol bij de selectie van nieuwbouwlocaties? De antwoorden Een groot deel van de geïnterviewden is niet op de hoogte van het bestaan van SEV-locaties. Wel wordt aangegeven dat bestaande locaties voor grootschalig productievermogen een zeer grote waarde hebben omdat er geen nieuwe locatie hoeft te worden ontsloten waarvoor hoge kosten moeten worden gemaakt en lange vergunningsprocedures moeten worden doorlopen. Bestaande spelers hebben daarom een voorsprong bij realisatie van nieuwbouw ten opzichte van nieuwkomers. Nieuwkomers maken volgens geïnterviewden wel een kans bij nieuwbouw van industriële WKK, omdat de locatie niet het eigendom is van bestaande spelers en het vergunningsregime voor WKK milder is dan voor eenheden die alleen elektriciteit als product hebben. Het mildere vergunningsregime is volgens velen ook de belangrijkste reden dat veel nieuwbouw als WKK wordt gerealiseerd. De meeste geïnterviewde partijen geven aan dat de aansluittarieven van netbedrijven geen rol spelen bij de locatiekeuze. “Indien nieuwbouw op nieuwe locaties wordt uitgevoerd, is het ontsluiten van de locatie een zeer grote kostenpost.”
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (2) Observaties en stellingen Geïdentificeerde nieuwbouwprojecten: Intergen (800 MW – 2003) Lyondell (68 MW – 2002) Delta- Sloe (800 MW – 2006) Onbenoemd (600 MW – 2006 op zeelocatie) In zichtperiode geen amoveringen, maar her-inbedrijfname van Lage Weide 5 en Flevo-30 Voor buitenland aangenomen dat reservemarge niet daalt beneden 20 %. De vragen Kent u nog meer projecten/initiatieven voor nieuwbouw? Deelt u onze conclusie over amoveringen van eenheden? Is er op termijn nog plaats voor nieuw: basislast kolenvermogen, eventueel in combinatie met bijstoken biomassa. middenlasteenheden. pieklasteenheden. Wat is uw idee over de toekomst van kernenergie in Nederland en Europa?
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (2) De vragen Kent u nog meer projecten/initiatieven voor nieuwbouw? Deelt u onze conclusie over amoveringen van eenheden? Is er op termijn nog plaats voor nieuw: basislast kolenvermogen, eventueel in combinatie met bijstoken biomassa. middenlasteenheden. pieklasteenheden. Wat is uw idee over de toekomst van kernenergie in Nederland en Europa? “Door aanscherping van milieu-eisen kan er een incentive voor nieuwbouw komen ten koste van levensduurverlenging.” De antwoorden De meeste geïnterviewden kunnen zich vinden in de door ons geïdentificeerde projecten. Er is wel gemeld dat de Intergen-eenheid pas in 2005 in bedrijf komt en niet 2003. Met betrekking tot de aannames van TenneT ten aanzien van amoveringen van eenheden zijn de meningen verdeeld. Met name worden nuanceringen geplaatst ten aanzien van de optie levensduurverlenging. Een aantal partijen is van mening dat deze optie weliswaar als eerste zal worden onderzocht, maar dat dit voor sommige eenheden niet aantrekkelijk zal blijken te zijn. De reden hiervoor is de invoering van systemen van emissiehandel die zullen leiden tot aanzienlijke milieu-investeringen of hoge kosten voor het verkrijgen van emissierechten bij de oudere typen eenheden. “Het credo in de sector is "life time extension". De technische levensduur van eenheden is nu de bepalende factor en niet een economische levensduur zoals vroeger werd gehanteerd.”
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (2) De vragen Kent u nog meer projecten/initiatieven voor nieuwbouw? Deelt u onze conclusie over amoveringen van eenheden? Is er op termijn nog plaats voor nieuw: basislast kolenvermogen, eventueel in combinatie met bijstoken biomassa. middenlasteenheden. pieklasteenheden. Wat is uw idee over de toekomst van kernenergie in Nederland en Europa? De antwoorden De eerder genoemde politieke onzekerheden leiden ertoe dat er geen duidelijk beeld kan worden geschetst over toekomstige investeringen in (kolen)centrales. Sommige geïnterviewden voorzien geen toekomst meer voor kolen in Nederland, terwijl anderen dit op de lange termijn wel als een realistische optie zien, zeker ter vervanging van het bestaande kolenvermogen. Een groot aantal zien wel perspectief voor nieuw kolenvermogen in andere Europese landen, zoals Duitsland. De meeste geïnterviewden denken dat aan het eind van dit decennium grote hoeveelheden nieuwbouw nodig zullen zijn ter vervanging van bestaand productievermogen. Over de invulling van deze vervangingen (gas versus kolen) zijn de meningen verdeeld. “Besluiten over nieuwbouw van kolenvermogen zullen pas genomen worden op het moment dat er meer duidelijkheid is over de CO2-emissiehandel” “De uitbreiding van kolenvermogen in Europa is sterk afhankelijk van de toekomst van nucleair. Bij sluiting van veel nucleaire eenheden zal er een hogere kostenvloer voor elektriciteitsopwekking komen. Hierdoor wordt het toekomstperspectief voor kolenvermogen vergroot” “In Duitsland is er op termijn zeker plaats voor nieuw kolenvermogen omdat het overschakelen op gas in Duitsland zeer grote kosten met zich zal meebrengen. Tevens heeft Duitsland een grote mijnbouwindustrie. De Duitse overheid zal deze niet willen saneren”
3. Ontwikkeling in grootschalig productievermogen (2) De vragen Is er op termijn nog plaats voor nieuw: basislast kolenvermogen, eventueel in combinatie met bijstoken biomassa. middenlasteenheden. pieklasteenheden. Wat is uw idee over de toekomst van kernenergie in Nederland en Europa? “Lakmoesproef voor de serieusheid van Duitsland ten aanzien van de sluiting van kerncentrales is de stillegging van de Biblis-centrale in 2006” De antwoorden De meeste geïnterviewde partijen zijn van mening dat kernenergie een rol zal blijven spelen in Europa. Er worden namelijk grote vraagtekens geplaatst bij de sluitingsplannen van kerncentrales in o.a. Duitsland, België en Frankrijk, omdat onvoldoende geld is gereserveerd voor ontmanteling. Verder wordt gesteld dat er na sluiting problemen zullen ontstaan met het realiseren van Kyoto-doelstellingen. Bovendien wordt er een afname van de publieke weerstand tegen kernenergie geconstateerd. In Nederland zal vanwege de hoge bevolkingsdichtheid en het ongunstige politieke klimaat de rol van nucleair beperkt blijven tot het in bedrijf houden van de kerncentrale Borssele. Ook ten aanzien van nieuwbouw van kerncentrales zien verschillende partijen perspectieven in sommige landen ontstaan (Finland en Frankrijk). Daarbij worden met name de passief veilige pabble reactoren met een beperkte schaalgrootte genoemd. Staatsgaranties zullen wel een must moeten zijn vanwege de niet te verzekeren risico’s. “Als kernenergie wordt stilgelegd, zullen prijzen door het plafond gaan” “Mochten de Duitse plannen voor sluiting realiteit worden dan zal dit leiden tot grote problemen in de elektriciteitsvoorziening”
4. Ontwikkeling warmtekracht Observaties en stellingen Meer dan de helft van de opgewekte elektriciteit komt uit warmtekracht-vermogen (40 % van totale capaciteit). Marktomstandigheden voor WKK niet al te gunstig. Geen significante uitbreidingen, ook niet voor micro-WKK verwacht voor periode tot 2010. De vragen Wat zijn uw verwachtingen over ontwikkelingen (decentrale) WKK? Blijven subsidiemaatregelen bepalend voor succes van deze optie? Kan WKK een belangrijke vormen bij het behalen van de Kyoto-doelstellingen? Hoe ervaart u de huidige situatie m.b.t de inzet van warmtekracht?
4. Ontwikkeling warmtekracht De vragen Wat zijn uw verwachtingen over ontwikkelingen (decentrale) WKK? Blijven subsidiemaatregelen bepalend voor succes van deze optie? Kan WKK een belangrijke vormen bij het behalen van de Kyoto-doelstellingen? Hoe ervaart u de huidige situatie m.b.t de inzet van warmtekracht? De antwoorden Het perspectief voor WKK wordt niet groot geacht. De algemene verwachting is dat met name in de tuinbouwsector in de komende jaren enkele honderden MW’s aan gasmotoren en gasturbines zullen worden stilgelegd. Grootschalige stadsverwarmingeenheden zullen naar verwachting in bedrijf blijven. Er worden investeringen gemeld om de flexibiliteit te vergroten, bijvoorbeeld door plaatsing warmtebuffers. Ook de situatie op de langere termijn is ongewis en afhankelijk van de wijze waarop CO2-credits uit WKK zullen worden gewaardeerd. De huidige MEP regeling gaat in de goede richting maar is nog onvoldoende voor een goede toekomst van WKK. Bovendien is het potentieel niet meer zo groot omdat de meest rendabele projecten al zijn gerealiseerd. Ten aanzien van de toekomstige rol van micro WKK wordt uiteenlopend gedacht. Wel is nagenoeg iedereen het over eens dat een rol met enige betekenis voor deze vorm van opwekking voor 2010 niet is te verwachten. “In de kleinschalige WKK markt is er een grootschalige herstructurering op komst” “WKK heeft geen toekomst, tenzij draconische ondersteuningsmaatregelen worden genomen” “We verwachten voorlopig nog enige krimp in het opgesteld WKK vermogen. Maar met de subsidie mogelijkheden van het MEP zou er op termijn toch weer enige uitbreiding kunnen plaatsvinden.” “De krenten van rendabele WKK’s zijn uit de pap. Toekomstige investeringen zullen daarom voornamelijk vervangingsinvesteringen zijn”
4. Ontwikkeling warmtekracht De vragen Wat zijn uw verwachtingen over ontwikkelingen (decentrale) WKK? Blijven subsidiemaatregelen bepalend voor succes van deze optie? Kan WKK een belangrijke vormen bij het behalen van de Kyoto-doelstellingen? Hoe ervaart u de huidige situatie m.b.t de inzet van warmtekracht? “WKK lijdt een kwijnend bestaan. Ik vind dat onterecht en een zeer te betreuren situatie. Er gaat te veel subsidie naar duurzame opwekking zoals wind, terwijl dit per vermeden ton CO2 veel minder oplevert dan een zelfde subsidie naar WKK” De antwoorden Algemene mening is dat subsidie maatregelen ook in de toekomst bepalend zullen zijn voor het succes van WKK. Velen vinden dat er momenteel te veel subsidiestromen richting duurzame opwekking vloeien, terwijl dit per vermeden ton CO2 veel minder oplevert. Sommigen denken dat WKK in een toekomstig systeem van emissiehandel nieuwe kansen zal krijgen en in staat zal zijn haar eigen broek op te houden. De meeste ondervraagden onderkennen daarnaast ook dat WKK een belangrijk instrument blijft om de Kyoto-doelstellingen te realiseren. Daarom kan er geen sprake zijn van een grootschalige sanering. “Het is op termijn noodzakelijk dat de subsidies op WKK vervangen worden door de systemen voor verhandelbare emissierechten. Binnen deze systemen zal WKK zich dan economisch moeten bewijzen” “Het huidige beleid t.a.v. WKK is dramatisch. Ik vind dat WKK ook op lange termijn in stand moet worden gehouden als middel voor energiebesparing” “WKK is in de hele geschiedenis ondersteund en zal dat ook moeten blijven om enigszins rendabel te blijven”
4. Ontwikkeling warmtekracht De vragen Wat zijn uw verwachtingen over ontwikkelingen (decentrale) WKK? Blijven subsidiemaatregelen bepalend voor succes van deze optie? Kan WKK een belangrijke vormen bij het behalen van de Kyoto-doelstellingen? Hoe ervaart u de huidige situatie m.b.t de inzet van warmtekracht? De antwoorden De ondervraagden zijn unaniem van mening dat de huidige marktomstandigheden voor WKK ronduit slecht zijn vanwege de hoge gasprijs en de lage elektriciteitsprijzen. Vele geïnterviewden hebben aangegeven dat door de slechte marktomstandigheden de WKK eenheden momenteel minder ingezet worden. Sommige, met name in de tuinbouw, worden zelfs stilgelegd. Het gebrek aan flexibiliteit wordt door velen als een groot probleem ervaren. WKK-eenheden moeten ten tijde van lage marktprijzen in bedrijf blijven vanwege de warmteleveringsverplichting. Momenteel worden met name bij stadsverwarmingeenheden investeringen gedaan om de inzetflexibiliteit te verhogen. Voorbeeld hiervan is het installeren van warmtebuffers. “In de huidige markt bestaat een grote hang naar flexibilisering: dit geeft een extra probleem met WKK.” “Waarschijnlijk gaan we investeren in flexibiliteit”
5. Ontwikkeling duurzaam vermogen (1) Observaties en stellingen Ontwikkelingen van met name windvermogen vertoonden in 2002 een sterke groei, maar liepen nog steeds achter bij doelstellingen overheid. In 2002 extreme groei in vraag naar duurzaam, door REB-maatregel. Hierdoor additionele druk op importcapaciteit. Ontwikkelingen voor periode 2003-2009 afgestemd op doelstellingen van overheid. Deze berusten op twee pijlers: wind biomassa De vragen Heeft uw bedrijf plannen op het terrein van duurzame elektriciteitsopwekking? Zal duurzame opwekking een rol gaan spelen bij het doen van investeringsbeslissingen voor grootschalige elektriciteits-opwekking? Bron: Brattle Group
5. Ontwikkeling duurzaam vermogen (1) De vragen Heeft uw bedrijf plannen op het terrein van duurzame opwekking? Zal de groei van duurzame opwekking een negatief effect hebben op investeringen in conventionele elektriciteitsopwekking? De antwoorden Op dit moment zijn er vergunningsaanvragen ingediend voor de bouw van 1000 MW windvermogen voor de kust van Noord- en Zuid- Holland. Deze aanvragen hebben betrekking op drie locaties, die zich op 50 en 75 kilometer uit de kust bevinden. De totale omvang van de projecten voor wind op land van de geïnterviewden bedraagt enige honderden megawatten. Sommige elektriciteitproducenten en grote verbruikers onderzoeken de mogelijkheden om op bestaande productielocaties windmolens te kunnen bouwen. Enkele geïnterviewden hebben plannen voor de bouw van kleinschalige biomassa-installaties met een schaalgrootte tot 50 MW. Realisatie zal afhangen van de duurzaamheid van de MEP-regeling. Een mogelijke differentiatie in MEP-subsidie wordt door enkele geïnteresseerden wel als een bedreiging voor het succes van deze optie gezien. Andere bedrijven hebben aangegeven hierop gestudeerd te hebben, maar zijn tot de conclusie gekomen dat milieu-eisen en beschikbaarheid van afval te grote obstakels zijn voor een succesvol project. “ Offshore windver- mogen is een goede ontwikkeling maar wel graag geografisch gespreid bouwen” Bij plotselinge verandering in windsterkte kunnen er problemen met de voorzieningszekerheid ontstaan als er grote hoe-veelheden windvermogen die geconcentreerd zijn opgesteld, uit bedrijf gaan.
5. Ontwikkeling duurzaam vermogen (1) De vragen Heeft uw bedrijf plannen op het terrein van duurzame opwekking? Zal de groei van duurzame opwekking een negatief effect hebben op investeringen in conventionele elektriciteitsopwekking? De antwoorden Vele geïnterviewden hebben aangegeven dat de groei van wind- en zonvermogen zal leiden tot een toename in de vraag naar regelvermogen. Hierdoor zal op termijn de behoefte aan nieuwbouw van piek- en middenlast-eenheden toenemen en de behoeft aan nieuwbouw van basislast-eenheden afnemen. Essentieel voor de flexibilisering van de elektriciteitsproductie is wel dat Gasunie haar tarieven aanpast, omdat het huidige boetesysteem een flexibele inzet van gasgestookte productiemiddelen niet toestaat. “ Misschien moeten we toch eens gaan denken aan energieopslag als duurzaam maar blijft groeien.“ Met de groei van duurzaam neemt de behoefte aan flexibiliteit sterk toe. Opslag van energie zou hiervoor een uitstekende optie kunnen zijn.
5. Ontwikkeling duurzaam vermogen (2) Observaties en stellingen Toename windvermogen op land van 500 tot 1200 MW in de periode 2003-2009. Via stand-alone of relatief klein-schalige parken. “Off-shore”- wind: drie projecten geïdentificeerd: 1000 MW voor kust Noord-holland 1000 MW bij Eemshaven 1000 MW bij Lelystad Biomassa: Uitbreiding bijstoken in kolencentrales van ruim 100 MW naar 475 MW. De vragen Wat zijn de consequenties van het bijstoken van biomassa voor de inzet van de koleneenheden? Wordt duurzame elektriciteit een Europees product of blijft het een fiscaal- of subsidiegedreven product? Zijn de systemen voor balanshandhaving, zoals ontwikkeld door TenneT, een belemmering bij de ontwikkeling van duurzaam vermogen?
5. Ontwikkeling duurzaam vermogen (2) De vragen Wat zijn de consequenties van biomassa bijstoken voor de inzet van koleneenheden? Wordt duurzame elektriciteit een Europees product of blijft het een fiscaal-/subsidie gedreven product? Hebben de systemen van balanshandhaving invloed op de ontwikkeling van duurzaam vermogen? De antwoorden Bijstoken van biomassa in kolencentrales leidt in zijn algemeenheid, vanwege een relatief lage calorische waarde van biomassa, tot een verlaging van het vermogen(MW’s ) van eenheden. Convenant Kolencentrales en CO2-Reductie: artikel 2 Doelstelling voor eerste budgetperiode 2008-2012 uit Kyoto-protocol
5. Ontwikkeling duurzaam vermogen (2) De vragen Wat zijn de consequenties van biomassa bijstoken voor de inzet van koleneenheden? Wordt duurzame elektriciteit een Europees product of blijft het een fiscaal-/subsidie-gedreven product? Hebben de systemen van balanshandhaving invloed op de ontwikkeling van duurzaam vermogen? De antwoorden Alle geïnterviewden zijn de mening toegedaan dat duurzame elektriciteit in de periode tot 2010 een een fiscaal/subsidie-gedreven product blijft. Over de vorm van stimulering liepen de meningen echter sterk uiteen. Sommige geïnterviewden stelden dat zij niet verwachten dat er in de periode tot 2010 een uniform subsidiesysteem in de EU zal komen. Anderen waren positiever en stelden dat vanaf 2006 duurzame elektriciteit en fiscaal/subsidie-gedreven Europees product zal zijn, waarbij zelfs afspraken gemaakt zouden kunnen worden tussen lidstaten over een verplicht aandeel duurzaam in de elektriciteitsvoorziening. Een derde groep verwacht dat de verschillende subsidiemogelijkheden voor duurzaam op termijn ondergebracht zullen worden in systemen voor verhandelbare emissierechten. Enkele geïnterviewden waren kritisch over het langdurig subsidiëren van duurzaam. Volgens hen zouden subsidiemaatregelen uitsluitend gebruikt mogen worden voor de introductie van nieuwe technologieën; volwassen technologieën moeten zich zelfstandig kunnen handhaven. “ Subsidies zijn onvermij-delijk, maar het is wel eens goed dat ook de verborgen kosten van duurzaam in kaart worden gebracht.“ Met de inpassing van grote hoeveelheden duurzaam vermo-gen zijn ook verzwaringen in het net, in reservestelling door conventioneel vermogen en in de systemen voor balanshandhaving nodig. “Naast verborgen kosten zijn er ook verborgen opbrengsten zoals extra werkgelegenheid”
5. Ontwikkeling duurzaam vermogen (2) De vragen Wat zijn de consequenties van biomassa bijstoken voor de inzet van koleneenheden? Wordt duurzame elektriciteit een Europees product of blijft het een fiscaal-/subsidie gedreven product? Hebben de systemen van balanshandhaving invloed op de ontwikkeling van duurzaam vermogen? De antwoorden De meeste geïnterviewden hebben deze vraag positief beantwoord. Afhankelijk van de positie in de elektriciteitsmarkt vonden geïnterviewden dit een goede of slechte zaak. “Ja... maar dit is geen goede zaak, omdat de systemen voor balans-handhaving geen rekening houden met niet-regel- bare duurzame bronnen” “Ja.... en dat is maar goed ook, want gelijk aan het conventionele vermogen zal ook duurzaam zijn eigen broek moeten ophouden. Ook nog subsidiëren bij balanshandhaving is te veel van het goede”
6. Uitbreiding interconnectorcapaciteit Observaties en stellingen Voor de zichtperiode zijn twee projecten in de beschouwing betrokken: Aanleg van een zeekabelverbinding met Groot-Brittannië met een capaciteit van 1320 MW Aanleg van een zeekabelverbinding met Noorwegen met een capaciteit van 600 MW Voorlopig geen verdere uitbreiding van de transportcapaciteit met België en Duitsland. De vragen Hoe ziet u de kansen voor de Nederlandse productiebedrijven bij een verdere uitbreiding van de interconnectorcapaciteit?
6. Uitbreiding interconnectorcapaciteit De vraag Hoe ziet u de kansen voor de Nederlandse productiebedrijven en de totale markt bij een uitbreiding van interconnectorcapaciteit ? De antwoorden Vele geïnterviewden waren bezorgd over de actuele ontwikkeling van de uitbreiding van de importcapaciteit met de dwarsregelaars. Met name de gebrekkige informatie door TenneT werd hierbij als een probleem ervaren. Sommige geïnterviewden zagen de uitbreiding van alle soorten verbindingen met het buitenland als positieve mogelijkheden voor internationale handel. Anderen maakten onderscheid tussen de verschillende mogelijkheden voor uitbreiding. De marktkansen voor een kabelverbinding tussen Nederland en Groot-Brittannië wordt door het merendeel van de geïnterviewden laag ingeschat. Voornaamste reden hiervoor is de vergelijkbaarheid van de elektriciteitssystemen in Nederland en Groot-Brittannië. De waarde van deze kabel zou met name uit de volatiliteit en de verschillen in belastingpatroon vanwege het tijdsverschil tussen Nederland en Groot-Brittannië moeten komen. De aanleg van gaspijpleidingen naar Groot-Brittannië wordt door geïnterviewden als meer serieuze optie gezien Een kabelverbinding naar Noorwegen heeft volgens geïnterviewden meer kans van slagen omdat hierdoor een waterkrachtsysteem gekoppeld wordt aan een elektriciteitssysteem op basis van fossiele brandstoffen. “De handel in Nederland wordt bepaald door wat TenneT zegt over beschik -bare importcapaciteit. De hele whole sale-markt drijft op deze berichten” “ Met de aanleg van kabelverbindingen kan Nederland een hub voor elektriciteit in Europa worden“
6. Uitbreiding interconnectorcapaciteit De vraag Hoe ziet u de kansen voor de Nederlandse productiebedrijven en de totale markt bij een uitbreiding van interconnectorcapaciteit? De antwoorden Spelers uit verschillende marktsegmenten zijn het eens dat er voorlopig geen behoefte is aan extra uitbreiding van interconnectorcapaciteit met België en Duitsland. Belangrijk signaal hiervoor is het oplopen van de forward-prijzen in Duitsland, die het gevolg zijn van: het uitbedrijf nemen van thermische capaciteit; de groei van duur windvermogen veiligheidsproblemen in kerncentrales het oplopen van prijzen voor regelvermogen Een kleine groep geïnterviewden daarentegen is voorstander van een zo groot mogelijke interconnectorcapaciteit om alle handelsmogelijkheden maximaal te kunnen benutten en om de reservecapaciteiten internationaal te kunnen verkleinen. Enkele spelers signaleren dat het hebben van interconnectorcapaciteit een schijngarantie voor de leveringszekerheid kan zijn, omdat het onduidelijk is of het buitenlandse aanbod ook werkelijk beschikbaar is. Met name wanneer lidstaten een zelfvoorzieningsbeleid gaan invoeren. “Met het streven naar zelfvoorzienendheid van lidstaten kunnen wij over een aantal jaar weer terug zijn bij de oude situatie, dat de interconnectoren alleen gebruikt worden voor wederzijdse bijstand bij storingen. ”
7. Ontwikkeling in gas- en kolenprijzen Twee situaties beschouwd Kolen blijft vanuit financieel oogpunt aantrekkelijk als brandstof voor elektriciteitsopwekking. Het verschil tussen gas- en kolenprijs wordt zodanig dat een aanzienlijk deel van het kolenvermogen verdrongen wordt door gasgestookt vermogen. De tweede situatie kan ontstaan door: Geslaagde liberalisering gasmarkt. Vergroten rol Rusland als gasleverancier Lagere transport- en systeemdiensttarieven Implementatie CO2-belasting of -handel De vragen Hoe hoog schat u de concurrentiekansen in voor gas in de zichtperiode tot 2010? Heeft Nederland hierbij door zijn uitgebreide gasinfrastructuur een voorsprong ten opzichte van het buitenland? Bron: Finergy Report
7. Ontwikkeling in gas- en kolenprijzen De vragen Hoe schat u de concurrentiekansen in voor gas in de zichtperiode tot 2010 ? Heeft Nederland hierbij door zijn uitgebreide gasinfrastructuur een voorsprong ten opzichte van het buitenland ? De antwoorden Slechts twee bedrijven waren uitgesproken positief over de concurrentiekans voor gas in de zichtperiode tot 2010. Enkele bedrijven sluiten dit totaal uit waarbij als argument wordt genoemd dat een competitieve gasmarkt niet tot stand komt vanwege het beperkt aantal machtige spelers (“Gaspec”) en de harde koppeling tussen gas- en olieprijzen. Het merendeel van de geïnterviewden onderkent wel verdringing van kolen door gas op de langere termijn wanneer de prijs voor CO2-emissierechten stijgt tot een niveau boven 25 Euro/ton. De meeste partijen zijn unaniem over het feit dat de onduidelijk heden met betrekking tot de splitsing van de Gasunie de transparantie in de markt niet bevordert (rol voor Dte!). Verschillen in visie zijn er te constateren over de mogelijkheden van LNG: sommige geïnterviewden beoordelen de technologische ontwikkelingen als veelbelovend, andere geïnterviewden geven aan dat er te weinig aanlandingsmogelijkheden in Europa zijn. Na 2010 zou deze optie aan belang kunnen toenemen door een stijgende vraag en het uitgeput raken van goedkope velden in Europa “ Gas maakt een kans ” Verschillen tussen gas- en kolenprijzen zullen afnemen door de impact van Kyoto-afspraken, de vondst van enkele kleine gasvelden op de Noordzee en het transparant worden van de gasmarkt in Nederland. “ Nee, de nationale schatkisten hebben de macht ” Er zijn omvangrijke reserves (Rusland, Noorwegen, Algerije en Nederland) maar worden niet transparant voor de markt ontsloten.
7. Ontwikkeling in gas- en kolenprijzen De vragen Hoe schat u de concurrentiekansen in voor gas in de zichtperiode tot 2010 ? Heeft Nederland hierbij door zijn uitgebreide gasinfrastructuur een voorsprong ten opzichte van het buitenland ? De antwoorden Vele geïnterviewden vinden dat Nederland een voorsprong heeft ten opzichte van het buitenland door de goede gasinfrastructuur. Met name de mogelijkheden voor opslag worden hierbij genoemd. Enkelen gingen nog specifiek in op de situatie in Duitsland. Duitsland heeft een minimale gasinfrastructuur. De benodigde investeringen zijn dermate hoog dat ook op de lange termijn gas moeilijk de concurrentie met kolen aan zal kunnen. Bron: Finergy Report
8. Ontwikkelingen beurzen en prijzen Observaties en stellingen Prijzen op beurzen in Nederland en Duitsland zijn in 2002 naar elkaar toegegroeid. Contractprijzen in Nederland nog steeds circa 7 Euro per MWh boven niveau in Duitsland en Frankrijk. De vragen Is de APX voor u een goed medium voor prijsstelling? Zijn de huidige prijzen voor elektriciteit voldoende om de langetermijn continuiteit te kunnen waarborgen? Is er behoefte aan nieuwe producten en diensten zoals een ICAP-markt? Bron: Platts European Power Daily
8. Ontwikkelingen beurzen en prijzen De vragen Is de APX voor u een goed medium voor prijsstelling? Zijn de huidige prijzen voor elektriciteit voldoende om de langetermijn continuiteit te kunnen waarborgen? Is er behoefte aan nieuwe producten en diensten zoals een ICAP-markt? De antwoorden Enkele geïnterviewden die niet actief in de markt participeerden vonden de APX een goed medium voor prijsstelling. Actieve marktparticipanten waren in twee groepen te verdelen. Een aantal geïnterviewden vond de APX geen goed medium. Verschillende argumenten zijn daarbij genoemd: APX is uitsluitend day-ahead en wordt voor onverwachte gebeurtenissen gebruikt. De APX is qua volume te klein, waarbij een groot deel van het volume nog bestaat uit de verplichte inbieding van dagimporten. De APX wordt gekarakteriseerd als een restantenmarkt, waarvan de prijzen te volatiel zijn (dit duidt erop dat er wel degelijk situaties van schaarste zijn). De rest van de marktparticipanten beschouwt de prijzen op de APX als één van de verschillende referenties naast informatie van brokers, EEX, ENDEX, Platts en Argus. De forwardprijzen wordt door hen vaak wel als een beter medium voor prijsstelling aangemerkt. “ APX is leidend voor onze beslissingen, de pieken laat het verborgen potentieel zien ” Omdat er verder géén markt in Nederland is, is de APX voor ons een tool bij risicomanagement en lange termijn investeringen. Gemiddelde prijzen 2002 zijn zeer reëel. Met de komst van andere markten wordt de markt volwassen. “ Er zijn géén betrouwbare prijzen ” De APX markt is te klein en te volatiel, de forward markt en ENDEX hebben te weinig volume. Bron: Platts European Power Daily
8. Ontwikkelingen beurzen en prijzen De vragen Is de APX voor u een goed medium voor prijsstelling? Zijn de huidige prijzen voor elektriciteit voldoende om de langetermijn continuiteit te kunnen waarborgen? Is er behoefte aan nieuwe producten en diensten zoals een ICAP-markt? De antwoorden (vervolg) In aanvulling op de antwoorden over de APX is met veel geïnterviewden gediscussieerd over de rol van van de Nederlandse balancing markt in relatie tot investeringen in nieuw vermogen. De algemene mening van de geïnterviewden is dat de balancing markt een factor van ondergeschikt belang is bij het nemen van nieuwbouw beslissingen. Enkele geïnterviewden geven aan dat de balancing markt wel een zekere waarde heeft voor new entrants. Deze hebben namelijk geen middelen waarmee ze risico's in hun dagelijkse bedrijfsvoering kunnen afdekken. Op het moment dat een speler toegang tot een middel bezit zou de balancing markt geen rol meer spelen bij verdere investeringsbeslissingen. “Balancing markt? We kijken er niet eens naar”
8. Ontwikkelingen beurzen en prijzen De vragen Is de APX voor u een goed medium voor prijsstelling? Zijn de huidige prijzen voor elektriciteit voldoende om de langetermijn continuiteit te kunnen waarborgen? Is er behoefte aan nieuwe producten en diensten zoals een ICAP-markt? De antwoorden Circa de helft van de geïnterviewden doet géén concrete uitspraken omdat dit onderwerp te dicht bij de eigen strategische informatie ligt (producenten, geïntegreerde energiebedrijven) respectievelijk omdat voor andere spelers deze kennis juist ver van de eigen core business is. Eén geïnterviewde partij was zeer stellig dat er nog ruimte in de markt is om te investeren in nieuwbouw. Het leeuwendeel van de geïnterviewden geeft aan dat producenten vooral nu bezig zijn de levensduur van de huidige productie-eenheden op te rekken. Zij motiveren dat het investeringsklimaat voor nieuwbouw op dit moment zeer ongunstig is: lage prijzen, veel onzekerheid door weinig consistente (inter) nationale politiek en het ontbreken van geharmoniseerde Europese regelgeving. Met name het laatste zorgt voor marktverstoringen: op dit moment wordt op bepaalde plaatsen in Europa kernenergie gedumpt en koolgestookte productie gesubsidieerd uit hoofde van werkgelegenheid. Een aantal geïnterviewden geeft aan dat de markt zijn eigen werk gaat/moet doen: door stijging in de prijzen zal er weer geïnvesteerd worden, mogelijk met “boom and bust” effecten. Over het ontstaan van een “boom en bust”-cyclus verschillen de meningen. Sommige partijen zeggen dat dit zeker tot de mogelijkheden behoort. Andere stellen dat dit niet zal gebeuren omdat projecten voor nieuwbouw lang van te voren aan de markt bekend zijn en de belasting-ontwikkeling relatief eenvoudig is in te schatten. “ Er zit nog ruimte in prijzen en lange- termijncontracten om in nieuwbouw te investeren” “ Nee, prijzen zijn te laag en het politieke klimaat is te onzeker ”
8. Ontwikkelingen beurzen en prijzen De vragen Is de APX voor u een goed medium voor prijsstelling? Zijn de huidige prijzen voor elektriciteit voldoende om de langetermijn continuiteit te kunnen waarborgen? Is er behoefte aan nieuwe producten en diensten zoals een ICAP-markt? De antwoorden Ruim een derde van de geïnterviewden is niet bekend met vangnetconstructies, zoals een ICAP-markt. Onder degenen die daar wel mee bekend zijn, waren geen uitgesproken tegenstanders van vangnetten. Wel werd door verschillenden aangegeven dat ICAP slechts één van de mogelijkheden is. Andere opties, zoals forward-markten en contracteren van extra regel- en reservevermogen werden vaak genoemd. Eén geïnterviewde noemde als alternatief voor ICAP een markt van verhandelbare opties op het produceren van stroom. Deze markt zou een soort analogie zijn van de optiemarkt voor aandelen. Met deze opties zou een soort recht gekocht worden op het produceren van stroom, wanneer de prijs boven een afgesproken niveau zou komen. “Wij hebben de noodzaak van een ICAP nooit zelf onderzocht. We kunnen ons wel voorstellen dat de overheid naar een dergelijk middel grijpt om perioden met hoge prijzen te vermijden. Hoge prijsperioden zijn namelijk onvermijdelijk in een totale vrije-marktsituatie“ “Er een markt nodig om risico's af te kunnen dekken in aanvulling op de huidige producten, bijvoorbeeld een forward-markt. Het hoeft dus niet noodzakelijkerwijs een ICAP-markt te zijn“
8. Ontwikkelingen beurzen en prijzen De vragen Is de APX voor u een goed medium voor prijsstelling? Zijn de huidige prijzen voor elektriciteit voldoende om de langetermijn continuiteit te kunnen waarborgen? Is er behoefte aan nieuwe producten en diensten zoals een ICAP-markt? De antwoorden (vervolg) Door velen werd benadrukt dat leveringszekerheid een politiek issue is en niet de verantwoordelijkheid van marktpartijen. Voor marktpartijen is alleen het nakomen van hun contracten van belang. Een aantal geïnterviewden geeft aan dat ze bilaterale lange-termijn-contracten met producenten hebben afgesloten. “ Ik vind dat EZ aanvullende maatregelen moet nemen om de leveringszekerheid voor de lange termijn te waarborgen. Een ICAP markt is echter te ingrijpend voor Europese markt “ “In Nederland kan men vrij kiezen, aan de inkoop- en aan de verkoopzijde. Niet iedereen is zich bewust geweest van de consequenties van een geliberaliseerde elektriciteitsmarkt. Mochten er problemen zijn dan zou een andere partij (bijvoorbeeld TenneT) de tekorten moeten contracteren. Dit is in parallel met de "strategische voorraden" olie“
9. Ontwikkeling marktspelers Observaties en stellingen In een aantal omringende landen (bijv. België en Frankrijk) nog steeds sprake van dominante positie van marktspelers. Bron: congres Eurelectrics 2002 De vragen Wat is de rol van buitenlandse spelers op de Nederlandse markt? Wat zijn volgens u nu en in de toekomst de belangrijkste internationale spelers? Verwacht u nog een verdere concentratie van marktspelers? Hoe zullen internationale partijen hun productievermogen “spreiden” binnen de landen waar zij actief zijn ?
9. Ontwikkeling marktspelers De vragen Wat is de rol van buitenlandse spelers op de Nederlandse markt? Wat zijn volgens u nu en in de toekomst de belangrijkste internationale spelers? Verwacht u nog een verdere concentratie van marktspelers? Hoe zullen internationale partijen hun productievermogen “spreiden” binnen de landen waar zij actief zijn ? De antwoorden Alle geïnterviewden geven aan dat het spel gespeeld gaat worden door een paar grote Europese spelers, waarbij genoemd worden EdF. RWE, E.on en in mindere mate Endesa en Enel. Naast deze grote marktmachten is er géén ruimte voor Nederlandse spelers. Aangezien één groot Nederlands energiebedrijf niet goedgekeurd zal worden, zullen ook Nederlandse spelers opgaan in het Europese geheel. Amerikaanse bedrijven hebben zich grotendeels teruggetrokken uit Europa, verschillende redenen worden genoemd: (informatie)achterstand ten opzichte van Europese spelers, cultuurverschillen en het ontbreken van cash voor het investeren in Europa. De consolidatie van Europese spelers zal nog tot circa 2010 doorgaan met verbreding naar Oost-Europa. Verticale integratie is het leidende motief, omdat een wholesale-markt niet echt tot stand gekomen is. Circa de helft van de geïnterviewden geeft aan dat dit een normale (bedrijfs)economische ontwikkeling is, aangezien energie een commodity product is. Deze marktordening kent géén grote nadelen. Grote spelers hebben de kracht om te standaardiseren, kosten terug te brengen en de benodigde R&D uit te voeren. Opponenten stellen dat oligopolie leidt tot minder transparantie. De partijen die een mening gaven over spreiding van productievermogen door Europese spelers stelden dat de nationale politiek leidend is. Immers de nationale politiek bepaalt de Europese dan wel nationale strategie ten aanzien van lange termijn leveringszekerheid. “ Energie is een commodity product, de markt wordt een oligopolie: een paar sumoworstelaars bepalen het spel ” “ Door netrestricties is er géén sprake van een pan- Europese energiemarkt ” “Bij de ontwikkeling van productievermogen speelt op dit moment de neiging van not haves om haves te worden een grote rol”