Consciously, we teach what we know; unconsciously, we teach who we are (D. Hamachek - Effective teachers. What they do, how they do it and the importance of self-knowledge)

Aspecten van het daltondocentschap - Vakdeskundige °weet inhoudelijk waar hij/zij het over heeft - Didacticus °gebruikt een ruime bak met werkvormen - Leerpsycholoog °weet hoe pubers leren, houdt daar rekening mee - Pedagoog °kan met pubers omgaan, wil ze begrijpen - Mens °handelt vanuit eigen context/levenservaring

Daltongedrag van docenten ruimte geven respect, waardering positieve spanning zelfontplooiing initiatief bij leerling keuzevrijheid, autonomie laisser-faire stijl alles mag ‘succes!’ als je me nodig hebt…’ geen spanning meer vrijblijvendheid uit contact met leerlingen in contact met leerlingen sfeer, welkom in overleg met elkaar keuzes bieden warm geaccepteerd gezag autoritaire stijl negatieve spanning rigide regels koud macht grenzen stellen

het schoolklimaat van een leerling

onderzoek naar effectief docentgedrag wanneer leer jij eigenlijk iets? (in wat voor omstandigheden?) wat doet een leerkracht waardoor jij iets leert? noem vijf voorbeelden van ‘handelingen’ die goed werken (noem als je wilt ook vijf voorbeelden van ‘handelingen’ die niet goed werken)

respons (aantallen) brugklasleerlingen leerkrachten deelnemers: 214 respondenten: 214 gemiddelde bedenktijd: 10 minuten verschillende antwoorden: 200 (gemiddeld bijna 1 per deelnemer) 2/3 positief, 1/3 negatief leerkrachten deelnemers: 50 respondenten: 34 gemiddelde bedenktijd: 10 weken verschillende antwoorden: 250 (gemiddeld 7 per deelnemer) 2/3 positief, 1/3 negatief

respons, ordening volgens Costa

het waarneembare gedrag van de leerkracht niveau: doen-doen-doen, onmiddellijk handelen aard: grotendeels geautomatiseerd en geroutiniseerd

(P.J. Palmer – The courage to teach) Een van de conclusies? Good teaching cannot be reduced to technique, good teaching comes from the identity and integrity of the teacher. (P.J. Palmer – The courage to teach)

de ontwikkeling van ons schoolklimaat een klimaat waarin je oppervlakkig leert accent op kennis korte termijndoelen (cijfers!) feiten, foefjes, trucs afhankelijkheid afwisseling de vakdocent verstrooiing, verbrokkeling (50 minuten rooster?) b een klimaat waar leren diepgang heeft accent op proces lange termijndoelen inzicht, leren ontdekken zelfstandigheid metacognitie de pedagoog rust, concentratie (75 minuten rooster?)