Terugblikken en vooruitzien in het licht van Jezus Een open einde Terugblikken en vooruitzien in het licht van Jezus Ken je die traditie, van de knieperties en de nieuwjaarsrolletjes? Het schijnt vooral in het oosten van Nederland voor te komen. Ja, ook bij ons staan de winkels opeens vol met nieuwjaarsrolletjes. Maar voor het complete verhaal moet je op het platteland zijn. Platte wafeltjes, knieperties, die eet je met Oudjaar. Het jaar dat voorbij gegaan is, dat ligt als een afgerolde doek open en bloot voor je, je kunt precies zien wat er is gebeurd. Maar dan het nieuwe jaar: je kunt zo’n rolletje als een koker voor je ogen houden – net als een verrekijker van de piraten – en dan zie je maar een heel klein stukje. Maar de traditie gaat nog verder: de nieuwjaarsrolletjes stoppen we aan beide kanten vol met slagroom. Heerlijk natuurlijk, je hoopt dat het nieuwe jaar net zo smakelijk wordt, zoet en romig. Maar nu kun je er niet meer doorheen kijken. De toekomst is ondoorzichtig, je kunt niet eens een week vooruitkijken. Dat kan bij Oud en Nieuw een wat treurig gevoel geven. Het oude jaar ligt open en bloot voor je. OK, maar wat heeft het je gebracht? Dingen die je liefst snel zou vergeten, maar je wordt er vandaag weer mee geconfronteerd. Prachtige gebeurtenissen ook, de bruiloft van je dochter of de dag dat je de vlag kon uitsteken omdat je geslaagd was voor school. Maar ach, het ligt alweer achter je. Dat blije gevoel van toen kun je niet meenemen. Kijk je terug op het voorbije jaar, dan heb je de teleurstelling over verwachtingen die niet uitkwamen. En nu kun je heel dapper hopen dat 2013 het dan wél zal brengen, maar hoe weet je wat er van terecht komt? * Op het eerste gezicht zou je ook die oude Simeon zo treurig kunnen bekijken. Een man die zijn leven heeft besteed aan wachten, wachten op de troost die eindelijk voor het volk van God zou komen.
Op de uitkijk “In vrede heengaan” – levensmoe? Wachten – maar niet hopeloos Op wacht voor Israëls redding Nu: het eerste streepje licht! Nachtwacht mag naar huis En nu zegt hij tegen God: “Nu laat u, Heer, uw dienaar in vrede heengaan.” Heengaan – sterven, denk je dan, want zo stond het ook in vers 26. Is dit de zucht van een man die levensmoe is? Gestrand in het zicht van de haven? Maar dan hebben we Simeon toch niet goed begrepen. Inderdaad: zijn hele leven bestond uit wachten. Maar het was geen hopeloos wachten, zoals dat na de oorlog wel gebeurde in families waar iemand vermist was. Tegen beter weten in bleef je hopen dat je broer, je zoon, ooit weer terug zou komen. Simeon heeft op wacht gestaan, niet voor een verloren gewaande broer, maar voor de redding van zijn volk. En het was geen illusie die hem op de been hield, het was de herhaalde belofte van de HEER. Zo’n belofte als wij gelezen hebben in Jesaja 40: Troost, troost mijn volk! En het bijzondere is: door al dat wachten is bij Simeon de hoop niet gaan slijten, niet steeds zwakker geworden, maar juist steeds sterker. Zijn leven is gerijpt door de hoop waarmee hij uitzag naar Gods redding. Prachtig, om zo’n oude man te zien die maar voor één ding leeft: dat God komt met zijn verlossing. Dat is toch nog steeds heerlijk, als je zo oud mag worden: niet dat je elke dag klaagt over de dingen die je niet meer kunt, of dat je met je gezicht naar het verleden staat, toen alles nog zoveel beter was. Maar met je gezicht naar voren, uitzien naar God, en daar vol van zijn en daar over praten. Oude mensen die gloeien als ze het over Jezus hebben. Oude mensen, en jonge mensen evengoed, die in de gaten hebben dat ze het beste nog tegoed hebben. [KLIK] Simeon voelde zijn einde naderen. Maar nu geeft hij het niet op met een laatste zucht. Hij is als een nachtwaker die op de uitkijk staat. Het laatste stuk van de nacht: wanneer zal het licht worden? En als dan het eerste streepje zonlicht boven de horizon kruipt, dan roept hij blij uit: nu kan ik wel gaan, het is dag geworden! Zo roept Simeon zijn vreugde uit tegenover zijn Heer, die hem zolang op de post heeft laten staan.
Nu kan ik wel gaan, Heer, want nu neemt u het zelf over Nu kan ik wel gaan, Heer, want nu neemt u het zelf over. Het einde van mijn dienst is het begin van uw dag. Het einde wordt een nieuw begin, en dus: een open einde. * Daar staat hij, met het kindje in zijn armen. Voor buitenstaanders lijkt het niets bijzonders. Er zijn vast heel wat mensen voorbijgelopen in de tempel die het niet eens zagen. Maar Simeon heeft iets gezien: in dit kind dat hij in de armen houdt, geeft God redding en licht en eer. Dit is de kostbaarste schat die hij ooit heeft vastgehouden, dit kind maakt heel zijn leven de moeite waard. En meer nog: dit kind brengt vrede. Dat woord had al geklonken in het veld bij Betlehem, in de nacht toen de engelen het uitriepen: Vrede op aarde! Nu, een paar weken later, betrekt Simeon het op zichzelf: u, Heer, laat mij in vrede heengaan. En nog een keer: laten we niet te snel denken dat dit gaat over het sterven dat Simeon ziet naderen. Alsof hij alleen in vrede wil sterven. Met dit kind is de vrede gekomen, alles waar Simeon voor geleefd heeft en waar hij zo naar heeft uitgezien. Nu is alles goed. Het is goed als zijn leven er nu op zit, het is ook goed als het nog een poos doorgaat. Want de vrede van Jezus gaat boven alles uit.
Het licht zien Jezus: vrede in Simeons armen Jaarwisseling: pak je leven op, en weeg het – vreugde en verdriet Neem Jezus in je armen: redding, troost, licht in jouw leven Hoe ziet mijn leven eruit met Jezus? Als wij er nu eens naast gaan staan, naast die oude man in de tempel. Het is Oudejaarsavond, en dan neem je om zo te zeggen je leven nog eens in handen. Je pakt alles beet wat belangrijk voor je was in het afgelopen jaar, je weegt het: je vreugde en je verdriet. En je pakt alvast erbij wat je voor het nieuwe jaar verwacht. Misschien ga je wel met pensioen, en hoe komt je leven er dan uit te zien? Je gaat examen doen voor school, wordt het met vlag en wimpel of krijg je een her? [KLIK] Je hoopt gelukkig te worden in de liefde, misschien heb je de trouwdatum al wel gepland. Je moet verder met behandeling voor je ziekte, en als er dan nieuwe uitslagen komen, hoe zal het eruit zien? Zo sta je daar met het hele pakket van je leven, van nu en van straks. En hoe voelt dat dan in je armen? Maar nu nemen we daarbij ook het kind Jezus in onze armen. Niet zo als Simeon, natuurlijk. Maar ook wij hebben Kerst gevierd. Redding en troost en licht, dat krijg je mee in het evangelie. Pak dat er nu eens bij. En zie hoe dat je leven verandert. Bij Simeon hoort het bij elkaar: wat zijn handen aanraken en wat zijn ogen zien. Met handen en ogen is hij vol van de messias. Wij doen mee met de handen en de ogen van ons geloof. We tasten met onze handen naar heil en redding die God ons laat ervaren. We speuren met onze ogen naar het licht dat Jezus doet opgaan. Als je jong bent en de toekomst lacht je toe, vraag je dan ook eens af: lacht Jezus mij ook toe? Als ik de zonzijde van het leven zie, heeft dat iets te maken met dat ik Jezus ken en dat Hij voor mij alles goed maakt? Bij de lichtpuntjes die ik nodig heb om vooruit te kunnen, heb ik er dan ook iets aan dat er iemand is gekomen om mij van alle donkere kanten te verlossen? Als je wat ouder bent, en je maakt je zorgen om wat er van je leven terechtkomt, zie je dan Jezus ook staan in het plaatje van je leven? Als het komend jaar moeilijk wordt om qua geld je hoofd boven water te houden, of je weet eigenlijk al dat je kopje-onder zult gaan – heb je er dan wat aan dat Jezus met je mee gaat? Als je merkt dat je gezondheid stap voor stap achteruit gaat, dat je steeds minder kunt, gaat dan alleen maar het licht langzaam uit? Of kan het ook zijn dat het licht van Jezus steeds helderder gaat stralen? Hoe minder je het leven in eigen hand hebt, hoe belangrijker het voor je wordt om het nieuwe leven uit de hand van je Verlosser Jezus te ontvangen. En je gaat merken dat die band met Jezus er tegen kan, dat die kracht geeft ook als de krachten van je geest en je lichaam het laten afweten. Als je leeft met ziekte in je lijf, dan is dat leven tussen hoop en vrees. Gelukkig dat dokters en medicijnen zoveel kunnen. Misschien heb je goede prognoses. De behandeling slaat aan. De toekomst gaat weer een beetje open. En toch: zonder zorgen ben je niet. De percentages uit de statistiek kunnen er goed uit zien, maar wie zegt dat jij aan de goede kant zit? Je hart blijft bang: zal ik het redden? En hoe stel je daar die andere vraag doorheen: zal Hij mij redden? Met die vraag krijg je toch een heel ander antwoord: zeker zal Hij mij redden, want daar is Hij voor gekomen, daar geeft God zelf Hem voor. Alleen zit je dan op een ander spoor. Het licht van Jezus in je leven, dat ziet er zo anders uit dan de lichtpuntjes waarmee mensen proberen je moed in te praten. Redding is nog wat meer dan of je beter wordt, dat hoop je ook natuurlijk, maar als je met je leven en je ziekte en je hoop en je vrees maar bij Jezus terechtkunt, dan zit je voor altijd goed. Vrede zul je dan ervaren, vrede tussen hoop en vrees. Zomaar een paar situaties. En ik zet het als open vragen neer: hoe zie je in die dingen van je leven het licht van Jezus, hoe ervaar je dan zijn redding? Open vragen, want daar zul je zelf mee aan de slag moeten. We kunnen dat voor elkaar niet invullen. En het is ook niet simpel, alsof de schijnwerpers van Jezus alle licht- en schaduwpartijen van ons concrete leven wegblazen.
Maar er gaat wel iets gebeuren, want dit licht is echt gekomen in de wereld. Die oude man Simeon heeft de eerste streepjes zien verschijnen boven de horizon, en toen zag heel zijn leven er anders uit. Dat moet kunnen dan, toch? In het licht van Christus kijken naar je leven van nu en je leven van straks? En dan hoop krijgen en met goede moed de toekomst in? Jaarwisseling vieren we na Kerst, met Jezus in onze armen, en zo wordt het een open einde. * Het is bij Simeon nog meer een open einde. Het tafereel in de tempel is klein: vier mensen bij elkaar – het kindje in de armen van de oude man, en Jozef en Maria die erbij staan. Maar een onderonsje is het niet. Simeon ziet het licht opgaan nu het kind Jezus is gekomen, de redding die God geeft. En als de zon opgaat, dat weet je zelf ook wel, dan wordt het overal licht. Die zon kun je niet in een doosje of in een klein kamertje opsluiten.
Voor alle volken Klein tafereel – geen onderonsje! Troost voor Israël – licht voor de volken Jesaja 49:6 “Hij zei: ‘Dat je mijn dienaar bent om de stammen van Jakob op te richten en de overlevenden van Israël terug te brengen, dat is nog maar het begin. Ik zal je maken tot een licht voor alle volken, opdat de redding die ik brengen zal tot aan de einden der aarde reikt.’” Zo ziet Simeon meteen de redding om zich heen grijpen, over de grenzen van zijn eigen volk heen. We denken nog even terug aan de troost voor Israël waar deze oude man naar uitzag. We hebben er een stukje van gelezen uit Jesaja 40. Als je doorleest in dat tweede stuk van Jesaja, dan kom je nog veel meer beloften tegen. Uit de narigheid van de ballingschap gaat God weer een nieuwe toekomst geven. Maar dan gaat God breder dan alleen het volkje Israël. Dit eigen volk van God krijgt een taak, ze worden aangesproken als knecht van de HEER. Ik lees één stukje voor uit de opdracht die deze knecht krijgt (Jesaja 49:6): “Hij zei: ‘Dat je mijn dienaar bent om de stammen van Jakob op te richten en de overlevenden van Israël terug te brengen, dat is nog maar het begin. Ik zal je maken tot een licht voor alle volken, opdat de redding die ik brengen zal tot aan de einden der aarde reikt.’” Vast en zeker heeft Simeon dat in zijn hart gehad toen hij die woorden uitsprak over “redding ten overstaan van alle volken: een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen.” Wat bij Jesaja nog algemeen gaat over Israël als knecht, dat loopt uit op deze speciale knecht, de messias die in Davids stadje geboren werd en die nu als kind van een paar weken in de tempel is gebracht.
Licht in je ogen Volken leren Jezus kennen ontdekken waar ze met God aan toe zijn Voorbeelden te over: kracht van evangelie Toekomst gaat open door Gods redding Hier ziet Simeon de redding voor Israël en tegelijk voor alle volken. Als je Gods beloften in je hart hebt, dan ben je niet eenkennig. Dan wil je het niet beperkt houden tot jouzelf en je eigen club of je eigen volk. Zie je het licht van Jezus opgaan, dan zie je het meteen de hele wereld overgaan. Alle volken gaan straks met God te maken krijgen, als de boodschap over Jezus het ene land na het andere bereikt. En alle volken gaan dan ontdekken hoe ze ervoor staan: dat God ze niet aan hun lot overlaat, maar ze allemaal erbij wil hebben in zijn grote koninkrijk, en dat ze daarom tot inkeer moeten komen, en de messias Jezus als koning gaan eren. In dat grote proces, deze grote lichtshow van God – als ik het eens zo mag zeggen – zitten wij vandaag nog volop. In de overgang van 2012 naar 2013 gaat dat door: de lichtstralen van Jezus die nog steeds nieuwe donkere hoekjes bereiken. Houd daar maar goed je ogen voor open. We gaan het natuurlijk gezellig maken vanavond, lekker met je familie of je vrienden bij elkaar om de jaarwisseling te vieren. Maar houd het niet bij een klein onderonsje. Je mag als christen groter leven. Gods werk en de redding van Jezus gaan zoveel verder dan ons landje en ons leven. [KLIK] Al die nieuwe christenen die er elk jaar bij komen in China en andere landen in Azië, of Afrika of Zuid-Amerika. De kracht die het evangelie bewijst in zoveel miljoenen levens die veranderen. De kracht die zich ook laat voelen in wat er in samenlevingen verandert, als mensen hun hart aan Jezus geven, en zich dan gaan inzetten voor recht en vrede, niet alleen voor de eigen club maar voor iedereen. Met die wijde blik kun je hoopvol het nieuwe jaar in. Boven alle zorgen en boven alle vreugde van je eigen leven straalt het licht van Christus. De toekomst van jezelf en de toekomst van de wereld gaat open door het grote ingrijpen van God, door het kind dat gekomen is als redding voor alle mensen. Zo is het een open einde, open naar God, open naar zijn nieuwe wereld.