Het begrip en de algemene evolutie van de familie 5. Het begrip en de algemene evolutie van de familie
Inhoud Het begrip familie De algemene evolutie van de familie In het Romeinse recht Vanaf de late middeleeuwen De algemene evolutie van de familie
Het begrip familie in het Romeinse recht De familie in het vroegromeinse recht Patriarchaal geconcipieerd Drie cirkels Domus Agnatio Gens De familie in het klassieke en laatromeinse recht
Patriarchaal geconcipieerd Patriarchaal komt van het Latijnse woord pater dat vader betekent en het Griekse woord arché dat heerschappij betekent. Hield essentieel in dat men alleen familie had via de mannen Ratio : de bloedtheorie of economische nood? Familietype dat niet alleen in het Romeinse recht, maar ook in de Bijbel, het Griekse recht en het Arabische recht voorkwam Vertrok vanuit een bepaalde paterfamilias, waar-rond zich drie cirkels bewogen : de domus, de agnati en de gens
Domus : kleinste kern Bevatte de paterfamilias zijn echtgenote, hun gemeen-schappelijke zonen en hun ongetrouwde gemeenschap-pelijke dochters, de mannelijke kinderen van hun zonen en hun echtgenotes en de vrouwelijke kinderen van hun zonen die nog niet getrouwd waren. De paterfamilias was de enige die handelingsbekwaam (sui juris) was, de andere stonden onder zijn gezag (alieni juris) Duurde zolang de paterfamilias leefde, hoe oud de kin-deren ook waren. Had een religieuze, maar vooral een patrimoniale functie: de domus had maar één patrimonium, waarop de andere leden van de domus een virtueel (erf)recht hadden. De paterfamilias was ook aansprakelijk voor alle schade die door een van de familieleden was aangericht
Vader Moeder X MK1 SD MK2 SD VK1 X X MKK KSD VKK MKK KSD X X MAKK MAKK Sui Juris Vader X Moeder Alieni juris MK1 SD MK2 SD VK1 X X MKK KSD VKK MKK KSD X X MAKK MAKK VAKK
Vader M X MK1 SD MK2 SD VK1 X X MKK KSD VKK MKK KSD X X MAKK MAKK Sui Juris Vader X M Moeder overlijdt Alieni juris MK1 SD MK2 SD VK1 X X MKK KSD VKK MKK KSD X X MAKK MAKK VAKK
V Moeder X MK1 SD MK2 SD VK1 X X MKK KSD VKK MKK KSD X X MAKK MAKK Sui Juris V X Moeder Vader overlijdt Alieni juris MK1 SD MK2 SD VK1 X X MKK KSD VKK MKK KSD X X MAKK MAKK VAKK
Agnatio: bredere kring Wanneer overlijden een paterfamilias overleed werd zijn domus ontbonden. Sommige leden van die domus werden sui juris, namelijk de weduwe, de zonen en de ongetrouwde dochters van de overledene. Alle andere leden, namelijk de echtgenotes van de zonen, de kleinkinderen en hun echtgenotes en de achterklein-kinderen, kregen een andere pater en bleven dus alieni juris. Tussen al die personen bleef wel een (collaterale) band bestaan, die men de agnatio noemde. Die band werd ingeroepen om te erven wanneer de leden van de domus uitgeput waren en werd ook aangewend voor het uitoe-fenen van de voogdij
Gens Het agnaatschap kon zo onbeperkt voortgaan, zodat men de juiste afstamming niet meer kende, maar men nog wist of vermoedde dat er ooit een gemeenschappe-lijke stamvader moest geweest zijn. Alle afstammelingen van die (soms mythische) stam-vader droegen dan dezelfde naam (bijv. de Julii waartoe Caesar behoorde, de Claudii, de Cornelii enz.) De betekenis hiervan was religieus, maar soms ook economisch door het bezit van uitgestrekte collectieve landerijen. De leden van de gens steunden elkaar ook politiek
De familie in het klassieke en laatromeinse recht In het klassieke en laatromeinse recht onderging de familie twee belangrijke wijzigingen Het wegvallen van de gens en de vervanging van de agnatio door de cognitio (cum et nati), dit wil zeggen de bloedverwantschap aan zowel vaders- als moederszijde, die niet alleen een huwelijkbe-letsel maar uiteindelijk ook erfrecht opleverde (Novelle 118 van Justinianus van 543) Het inperken van de vaderlijke en de maritale macht (zie verder)
Cognati EGO B Z Ne Ni OGVV OGMV OGVM OGMM OGVM OGMM GMM GVV GMV GVM TV OM TM KM NiV B EGO Z Ne Ni
Begrip familie vanaf de middeleeuwen Familie in de enge zin (= het huisgezin) Vader & moeder & kinderen Soms uitgebreid tot al wie onder één dak woont (ook bedienden) Familie in zijn bredere betekenis (grote familie) Geheel van bloedverwanten Ook de aanverwanten Naar analogie de geestelijke verwanten (KR) Naar analogie de adoptieve verwanten (MR)
Bloedverwanten Begrip bloedverwantschap Opdeling van de bloedverwanten Berekening van de bloedverwantschap
Begrip bloedverwantschap Alle personen die door effectief of fictief seksueel verkeer afstammen van een be-paalde voorouder Vaderlijke en moederlijke afstamming, groot-vaderlijke en grootmoederlijke afstamming, overgrootvaderlijke en overgrootmoederlijke afstamming enz.
Opdeling van bloedverwanten Germaanse recht : Oudste opdeling : zeven concentrische cir-kels volgens de gewrichten in het boven-lichaam Latere opdeling : het parentelenstelsel Romeinse recht : gradueel stelsel (Aasdomsrecht): niet kennen
Ego OGVV OGMV OGVV OGMV OGVM OGMM OGVM OGMM GOV GVV GMV GVM GMM GTM A Tweede cirkel GOV GVV GMV GVM GMM GTM Eerste cirkel A O V M T G Ego C K B Z N H D AK N K1 K2 K3 N AN I AAN F AAK AN KK KK AN G 1°groep 3de 2de 2de 3de
Parentelenstelsel Ego GVV GMV GVM GMM O T V M K N B Z AK K1 K2 K3 AN N AAK AN KK KK AAN AN 3°par 2°par 1°par 2°par 3°par
rechte stijgende lijn of Graduele opdeling OGV GV rechte stijgende lijn of de ascendenten V Ego K rechte dalende lijn of de descendenten KK AKK
Descendenten en ascendenten OOGV OGV Ascendenten GVV V Ego K Descendenten KK AKK
Collateralen Collateralen Ego OGO GO T O X Q B K Y X N AK Z D AN AAK R F AAN AAAK S G Eerste zijlinie Tweede zijlinie Derde zijlinie Vierde zijlinie
Graduele opdeling Ascendenten Ego Collateralen Descendenten OOGV OGV OGO GVV GO T V O X Q Ego B K Y X Collateralen K N AK Z D Descendenten KK AN AAK R F AKK AAN AAAK S G Eerste zijlinie Tweede zijlinie Derde zijlinie Vierde zijlinie
Berekening van de bloedverwantschap Berekening volgens het Romeinse recht Berekening volgens het Germaanse (en het canonieke) recht : alleen in de zijlijn verschillend
Graadberekening in het Romeinse recht OGV GV V Ego K 1° KK 2° AKK 3°
Graadberekening in het Romeinse recht OGV 3° GV 2° V 1° Ego K 1° KK 2° AKK 3°
Graadberekening in het Romeinse recht OGV 3° GV 2° GO 4° V 1° O 3° X 5° Ego B 2° KO 4° P 6° K 1° N 3° AK 5° Z 7° KK 2° AN 4° AAK 6° R 8° AKK 3° AAN 5° AAAK 7° W 9°
Graadberekening in het Germaanse recht OGV 3° GV 2° V 1° Ego K 1° KK 2° AKK 3°
Graadberekening in het Germaanse recht OGV 3° GV 2° GO3° V 1° O 2° X 3° Ego B 1° KO 2° P 3° K 1° N 2° AK 3° Z 4° KK 2° AN 3° AAK 4° R 5° AKK 3° AAN 4° AAAK 5° W 6°
Graadberekening in het Romeinse en Germaanse recht OGV 3°3° GV 2°2° GO 4°3° V 1°1° O 3°2° X 5°3° Ego B 2°1° KO 4°2° P 6°3° K 1°1° N 3°2° AK 5°3° Z 7°4° KK 2°2° AN 4°3° AAK 6°4° R 8°5° AKK 3°3° AAN 5°4° AAAK7°5° W 9°6°
Grens van de familie Alleen in de zijlijn, nooit in de rechte lijn Verschillende systemen Tiende graad in het Romeinse recht Zevende graad in het Germaanse recht Vierde graad in het oudcanonieke recht …. Vierde Romeinse graad in het B.W. … om te erven
Grens van de erfgerechtigdheid (Alleen voor collateralen !!!) OOGV4°/4° - Canoniek recht (4°) - Romeins recht (10°) - Modern recht (4°) OGV3°/3° OGO5°/4° GV2°/2° GO4°/3° L6°/4° V1°/1° 4° M. graad O3°/2° X5°/3° U7°/4° Erflater B2°/1° KO4°/2° P6°/3° J8°/4° 4° M. graad 4 C. graad K1°/1° N3°/2° AK5°/3° Z7°/4° G9°/5° enz. KK2°/2° AN4°/3° AAK6°/4° R8°/5° H10°/6° 4 C. graad 4° M. graad 10 R. graad AKK3°/3° AAN5°/4° AAAK W9°/6°
Aanverwantschap Begrip : alle bloedverwanten van de echt-genoot en omgekeerd Komt uit het Romeinse recht (cognatio) Niet in Germaanse recht, wel in costumiere recht via het canonieke recht Opdeling van de aanverwanten in de rechte lijn en in de zijlijn Berekening van de aanverwantschap
Berekening aanverwantschap volgens Romeins en canoniek recht SOOGV4°/4° SOGV3°/3° SOGO5°/4° SGV2°/2° SGO4°/3° SH6°/4° SV1°/1° SA5°/3° SI7°/4° SO3°/2° Ego X Echtg SB2°/1° SKO4°/2° SC6°/3° SJ8°/4° SK1°/1° SN3°/2° SAK5°/3° SD7°/4° SK9°/5° SAN4°/3° SF8°/5° SKK2°/2° SL10°/6° SAKK3°/3° SM11°/7° SG9°/6°
Analogische verwantschap(pen) Geestelijke verwantschap: zie later Adoptieve verwantschap : zie later
Algemene evolutie van de familie Drie constanten Evolutie van de kleine familie Evolutie van de grote familie
Drie constanten De grondslag van de familie was het hu-welijk Bijgevolg werden buitenhuwelijkse relaties gene-geerd of negatief behandeld De monogamie domineerde Een overwicht van de man … tot vrij recent
Evolutie in de kleine familie Van een vrouw die totaal onderworpen is naar een totaal zelfstandige vrouw Van een sterke vaderlijke macht over de kinderen, naar een door de rechter gecon-troleerde ouderlijke macht, zelfs al zijn de ouders gescheiden Vul aan met latere gegevens !!!
Evolutie in de grote familie Van een brede naar een beperkte familie Van veel rechten en plichten, naar een beperkt aantal rechten en plichten Hulp en bijstand wanneer een familielid werd aangevallen (wraakrecht en zoengeld) vallen weg Economische bijstand van familieleden valt bijna weg Verschaffen van levensonderhoud blijft beperkt Behoud van de onroerende familie-eigendom door naasting (valt weg) en erfrecht (wordt beperkt) Staat nam de taak van het verschaffen van veiligheid en verschaffen van levensonderhoud over