Opvolginstrument van de activeringen: voorstelling van de eerste resultaten
Doelstelling Groep A: cohortes 1 van de artikelen 60, §7 en 61 Groep B: cohortes van de andere activeringen (Activa, SINE, DSP, invoeginterim en partnerschapsovereenkomst) Groep C: cohortes van de leefloners die niet meer afhangen van het OCMW Groep D: cohortes van de equivalent leefloners die niet meer afhangen van het OCMW Trajectopvolging van de personen die een activering hebben beëindigd of die het OCMW hebben verlaten. 1 Een cohorte is een geheel van individuen die eenzelfde gebeurtenis hebben beleefd tijdens eenzelfde periode.
Methode Opvolging van elke cohorte gedurende 12 kwartalen volgens de situatie op de arbeidsmarkt van de individuen waaruit zij bestaat: werknemers code n1 werkzoekenden code n2 inactieven (bruggepensioneerden, leefloners, equivalent leefloners, arbeidsongeschiktheid, …) code n3 andere situaties (personen gekend bij de KSZ en die geen positie n1, n2 of n3 hebben) code n4
Indicatoren (fase 1) Onmiddellijke activiteitsgraad De onmiddellijke activiteitsgraad komt overeen met het aantal personen dat een beroepsactiviteit heeft uitgeoefend tijdens het eerste kwartaal van opvolging, in vergelijking met alle personen binnen een groep. Globale activiteitsgraad op een jaar De globale activiteitsgraad op een jaar is het aantal gewerkte kwartalen op het totale aantal geobserveerde kwartalen (d.w.z. de som van het aantal personen aanwezig in elke kwartaal)
Eerste resultaten Effectieven per groep volgens de toestand op de arbeidsmarkt
Onmiddelijke activiteitsgraad Groep AGroep BGroep CGroep D Werknemers33,4%58,3%26,8%33,1% Werk- zoekenden50,7%26,8%21,9%2,2% Inactieven7,5%4,9%22,1%3,7% Andere situatie8,4%10,0%29,2%61,0% TOTAAL
Art. 60§7 en 61 : toestand op een jaar
Art. 60§7 en 61: totale activiteitsgraad Aantal personenPercentage personen Globaal activiteits- percentage op 1 jaar Activiteit ,2%73,2% T1/ ,5%5,0% T2/ ,1%7,7% T3/ ,5%12,1% T4/ ,2%48,3% Inactiviteit ,8% Totaal opvolging %
Andere activeringen: situatie op een jaar
Andere activeringen: totale activiteitsgraad Aantal personenPercentage personen Globaal activiteits- percentage op 1 jaar Activiteit84073,4%84,6% T1/48410,0%2,5% T2/49711,5%5,8% T3/4728,6%6,4% T4/458769,9% Inactiviteit30426,6% Totaal opvolging %
Uitstroom leefloners : situatie op een jaar
Uitstroom leefloners: totale activiteitsgraad Aantal personenPercentage personen Globaal activiteits- percentage op 1 jaar Activiteit ,8%76,8% T1/ ,6%4,3% T2/ ,1%7,0% T3/ ,1%10,5% T4/ ,9%55,0% Inactiviteit ,2% Totaal opvolging %
Uitstroom equivalent leefloners : situatie op een jaar
Uitstroom equivalent leefloners: totale activiteitsgraad Aantal personenPercentage personen Totale activiteitsgraad op 1 jaar Activiteit ,4%91,0% T1/44444,4%1,2% T2/45455,4%3,1% T3/47797,7%6,6% T4/ ,8%80,1% Inactiviteit ,6% Totaal opvolging %
Indicatoren (fase 2) Evolutie van de onmiddellijke activiteitsgraad Jaarlijkse opvolging van de onmiddellijke activiteitsgraad Duurzaamheid van de activiteit over drie jaren Overwicht van de beroepsbezigheid gedurende de 12 opvolgingskwartalen: –Hoofdzakelijk actieven: ten minste 9 kwartalen gewerkt –Loopbaan hoofdzakelijk ononderbroken: van 6 tot 8 gewerkte kwartalen en geen enkele onderbreking van meer dan 2 kwartalen –Loopbaan hoofdzakelijk onderbroken: van 3 tot 5 gewerkte kwartalen –Hoofdzakelijk inactieven: van 0 tot 2 gewerkte kwartalen
Indicatoren (fase 2) Verdeling van de indicatoren per : -arrondissement -geslacht -leeftijd -arbeidsregeling -arbeidsduur