18 november 2008 Studietijd meten eEen inleiding tot…
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 2 Overzicht 1. In den beginne… 2. Het aanbod 3. Welke methode gebruiken? 4. Voorbeelden
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 3 1. In den beginne ▪ Wettelijke vereisten ▪ Jaarprogramma (60 stp): à uur ▪ 1 stp = 25 à 30 uur ▪ Regelmatige opvolging ▪ Visitaties ▪ Aanvankelijk kwalitatieve metingen voldoende ▪ Geleidelijke verschuiving: kwantitatieve methodes ▪ Regelmatig ▪ Nieuwe curricula
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 4 En nu? Ruimere toepassing Onderdeel van kwaliteitszorgproces Bredere toepassing dan louter controleren van studietijd
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 5 2. Het aanbod De methodes: 1. Tijdschrijven (TS): wekelijks tijd schatten 2. Absoluut schatten achteraf (SA): einde semester schatten 3. (Relatief schatten) 4. Focusgroep: hearing/groepsinterview 5. Vragenlijst studeerbaarheid
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 6 Tijdschrijven (Kronos)
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 7 Tijdschrijven (Kronos)
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 8 Tijdschrijven (Kronos) ▪ Tijdschrijven ▪ Studenten houden wekelijks bij hoeveel tijd ze besteed hebben aan bepaalde activiteiten (maximum 5) ▪ OPO- en curriculumniveau ▪ Alle studenten of selectie
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 9 Schatten achteraf
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 10 Schatten achteraf ▪ Studenten schatten aan het eind van het semester (februari of oktober) hoeveel tijd ze besteed hebben aan bepaalde activiteiten ▪ Alle studenten ▪ Curriculumniveau ▪ Twee manieren: ▪ Online (bij voorkeur > 100 studenten) ▪ Papier
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling Welke methode gebruiken? Methode kiezen op basis van volgende vragen: ▪ Wat wil een opleiding te weten komen? ▪ Hoe ziet de context eruit waarin we willen meten?
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling Welke methode gebruiken? ▪ Wat wil de opleiding te weten komen? ▪ Reëel bestede studietijd versus begrote ▪ op opo-niveau en/of ▪ op opl-niveau ▪ Spreiding van de studietijd doorheen het semester ▪ Studentenkenmerken en studietijd ▪ Studiebevorderende en –belemmerende factoren ▪ Legende: ▪ - Studietijd betekent hier uitgedrukt in cijfers ▪ - TS: tijdschrijven, SA: Schatten achteraf, VL: vragenlijsten, FG: focusgroep/hearing ▪ - 1: 1° keuze methode voor deze vraag, 2: te overwegen methode met nadelen, 0: geeft geen antwoord op de vraag TSSAVLFG
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling Welke methode gebruiken? ▪ Hoe ziet de context er uit waarin we willen meten? ▪ Aantal studenten in de opleiding? ▪ Plichtvakken versus keuzevakken? (Aantal studenten per opo) ▪ Studentenkenmerken (subpopulaties)? ▪ Verwachte responsgraad online, papier, klassikaal? Streefcijfers voor kwantitatieve methodes: - Minstens 25 respondenten om statistisch zinvolle interpretaties te maken - Bij responsgraad van minder dan 50% is representativiteit niet gegarandeerd
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 14 Enkele voorbeelden 1. Opleiding X 2. Opleiding Y 3. Opleiding Z
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 15 Voorbeeld 1 – Opleiding X De slaagcijfers in eerste bachelor van middelgrote opleiding X blijken extreem laag te zijn. Studenten wijten dit aan de te grote studielast in het tweede semester. De POC wil de docenten verplichten hun cursus met 20 % in te krimpen.
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 16 Voorbeeld 1 – Opleiding X ▪ Oplossing (- 20 %) is paniekvoetbal ▪ Betere basis om beslissingen te nemen en nagaan waar probleem ligt ▪ Wat? ▪ Studielast opleiding en OPO’s ▪ Algemeen beeld ▪ Schatten achteraf
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 17 Voorbeeld 1 – Opleiding X ▪ Schatten achteraf: aandachtspunten ▪ Is opleiding groot genoeg? ▪ Papier of online? ▪ Grootte van de groep ▪ Eerdere ervaringen ▪ Bereikbaarheid (gemeenschappelijke colleges) en medewerking van docenten
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 18 Voorbeeld 1 – Opleiding X ▪ Respons online bevragingen: ▪ Grootte van de groep ▪ Timing ▪ Weerstand ▪ Methode ▪ Representativiteit?
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 19 Voorbeeld 2 – Opleiding Y Docenten in de reusachtige opleiding Y klagen over de inzet van de studenten. Ze zijn ervan overtuigd dat zij ‘te laat’ beginnen met studeren. De oorzaak daarvan is, volgens sommigen, dat de studenten tijdens het academiejaar te veel tijd besteden aan het opgelegde werkcollege en andere cursussen links laten liggen.
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 20 Voorbeeld 2 – Opleiding Y ▪ Subjectief aanvoelen docenten ▪ Beantwoordt dit (niet) aan realiteit? ▪ Nood aan kwantitatieve onderbouwing ▪ Wat? ▪ Evolutie in studiegedrag ▪ Verhouding tussen activiteiten ▪ Tijdschrijven aangewezen
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 21 Voorbeeld 2 – Opleiding Y ▪ Tijdschrijven: aandachtspunten ▪ Wie? ▪ Alle studenten ▪ Selectie: géén Chinese vrijwilligers ▪ ‘Roterend’: studenten vullen slechts om de x weken gegevens in ▪ Respons! ▪ Herinneringen ▪ Betrokkenheid
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 22 Opleiding Y (3) ▪ Respons: worst case scenario
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 23 Voorbeeld 3 – Opleiding Z Kleine opleiding Z krijgt komend academiejaar de visitatiecommissie over de vloer. De POC vraagt daarom een studietijdmeting (schatten achteraf) laten uitvoeren. Het curriculum bestaat echter uit enkele gemeenschappelijke opo’s en vele kleine keuzevakken.
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 24 Voorbeeld 3 – Opleiding Z ▪ Visitatie ▪ Dringt aan op kwantitatieve gegevens? ▪ Wat? ▪ Totale studietijd ▪ Studeerbaarheid ▪ Meetbaarheid?
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 25 Voorbeeld 3 – Opleiding Z ▪ Kwantitatieve bevraging: ▪ Aanzienlijk deel resultaten onbruikbaar wegens te lage respons ▪ Niet blind staren op cijfers ▪ Kwalitatieve bevraging ▪ Hearing nuttiger bij kleine aantallen ▪ Ev. gecombineerd met kwantitatieve meting voor grotere OPO’s
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 26 Praktisch ▪ Wie doet wat? ▪ DUO ▪ Online plaatsen meting of aanmaken vragenlijsten ▪ Verwerking resultaten en opmaken rapport ▪ Opleiding ▪ Aanleveren vakgegevens ▪ Opvolging
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 27 Tijdschema ▪ Absoluut schatten achteraf ▪ Februari: semester 1 ▪ Oktober: semester 2 ▪ Tijdschrijven ▪ Gedurende hele semester
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 28 Tijdschema ▪ 4 weken voor aanvang ▪ Overleg over methode, timing, gewenste resultaten ▪ 10 dagen voor aanvang ▪ Aanleveren vakgegevens ▪ 5 dagen voor aanvang (indien van toepassing) ▪ Vragenlijsten nagekeken door opleiding
18 november 2008 Onderwijsondersteuning: NETwerk in ontwikkeling 29 Tijdschema ▪ Afname ▪ Opstarten Kronos (tijdschrijven) ▪ In college ▪ Online gedurende ca. 2 weken (herinneringsmail na 1 week) ▪ Ca. 2 weken na afname ▪ Bespreking resultaten en rapport