Moab.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Gezegend wie op God vertrouwt
Advertisements

1 19 jan Urk. 2 de context van 2Korinthe 3  Paulus reageert op beschuldigingen dat hij onbevoegd zou zijn (3:1,2);  Paulus plaatst zijn Evangelie.
Paulus' eerste brief aan Korinthe (20) 23 januari 2013 Bodegraven.
gekocht maar terzijde gesteld
Betuigd door een vuurkolom.. Exodus 3:2 Daar verscheen hem de Engel des HEREN als een vuurvlam midden uit een braamstruik. Hij keek toe, en zie, de braamstruik.
Water, schapen en vrouwen
Genesis 25: 27 Toen de jongens opgroeiden, werd Esau een man, ervaren in de jacht, een man van het veld, maar Jakob was een huiselijk man, die in tenten.
27 februari 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe 12 1 Ten aanzien van de uitingen des geestes, broeders, wil ik u niet onkundig laten. 2.
De Heilige Geest in het Oude Testament
Het dak eraf Marcus21-12.
Israël in de wildernis.
de genezing te Bethesda
Het Brood des levens Niek vorige week gesproken over je vastheid vinden bij God.
Waarom zijn er zoveel oorlogen ?
De dood in de pot 2Koningen
1 7 nov Rijnsburg 7 nov Rijnsburg. 2 Hebreeën 7 15 En nog veel duidelijker wordt het, als naar het evenbeeld van Melchisedek een andere priester.
1 17 okt 2013 Rijnsburg 17 okt 2013 Rijnsburg. 2 het voorgaande: Melchisedek voor het eerst ter sprake in 5:6 en 5:10 10 door God aangesproken als hogepriester.
13 maart 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe Want gelijk het lichaam één is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, een lichaam.
De bloedbruidegom Exodus 4.
de krijgsgevangen vrouw
1. Gereformeerde Synode dr. J.G. Geelkerken 3.
Bij het kolenvuur Johannes
Pasen & Pinksteren op één dag!
"in geen ding bezorgd" 1.
de bloeiende staf van Aäron
Romeinen Maar de gerechtigheid uit het geloof… nl. in Gods onvoorwaardelijke BELOFTE 2.
NIET: waarom moest Christus sterven? Om op te kunnen staan en zó de dood te overwinnen! 2.
1Korinthe 6 : Korinthe 6 : Alles is mij geoorloofd, maar niet alles is nuttig...
Groot geloof 1.
1 19 dec Rijnsburg 19 dec Rijnsburg. 2 Hebreeën 8 1 De hoofdzaak VAN ONS ONDERWERP is, dat wij zulk een hogepriester hebben, die gezeten is.
13 oktober 2013 Zoetermeer 1. de voorgeschiedenis in Handelingen 21:  Paulus arriveert in Jeruzalem (± 60 AD) 21:17  de ontmoeting met Jakobus e.a.
Paulus' toespraak in Antiochië (II)
Genesis Genesis Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij zeide tot hem: Abraham, en deze zeide: Hier ben ik.
Zondag 31 maart 2013 Zoetermeer 1. Jozua 5:9 Marcus 16:4 Lucas 24:2 2.
Tien treden terug Jesaja 38. tien treden terug Jesaja 38.
Wie is mijn naaste? Lucas
Richteren 13: 1 De Israelieten deden opnieuw wat kwaad is in de ogen des HEREN; toen gaf de HERE hen over in de macht der Filistijnen, veertig jaar. 2.
Math.23 : 39,  Want Ik zeg u, gij zult Mij van nu aan niet meer zien, totdat gij zegt: Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren !
1 Gen 37:3 En Israël (Jacob) had Jozef lief boven al zijn zonen, omdat hij hem een zoon des ouderdoms was; en hij maakte hem een pronkgewaad. 4 Toen zijn.
Leviticus 15:25 Wanneer bij een vrouw lange tijd bloed vloeit … dan zal zij gedurende al de tijd dat zij vloeit, onrein zijn.
Welkom in de samenkomst
12 december 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe Gij kunt niet de beker des Heren drinken en de beker der boze geesten, gij kunt niet aan de tafel des Heren.
1 donderdag 1 november 2012 bespreking vanaf Kolosse 3 1 donderdag 1 november 2012 bespreking vanaf Kolosse 3 1.
10 aug Zoetermeer. de context...  Paulus' derde 'zendingsreis' (Hand – ) > ± AD.  Lucas' verslag als reisgenoot van Paulus:
2 Petrus 1:21 21 want nooit is profetie voortgekomen uit de wil van een mens, maar, door de Heilige Geest gedreven, hebben mensen van Godswege gesproken.
Verlangen naar licht.
24 augustus 2014 Tollebeek. 'DE TWAALF ARTIKELEN VAN HET ALGEMEEN ONGETWIJFELD CHRISTELIJK GELOOF'... Die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd,
NIEMAND IETS SCHULDIG 12 oktober 2014 Zoetermeer.
31 augustus 2014 Zoetermeer 1. de vorige keer... Handelingen 20  Paulus' derde 'zendingsreis'  is op doorreis naar Jeruzalem  passeert Efeze (waar.
1 2 oktober 2014 Rijnsburg 2 oktober 2014 Rijnsburg.
Geest beweegt nog steeds gelovigen
14 november 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe 9 19 Want hoewel ik vrij sta tegenover allen, heb ik mij allen dienstbaar gemaakt, om er zoveel mogelijk te winnen;
1 16 jan Rijnsburg 16 jan Rijnsburg. 2 de vorige keer:  "de hoofdsom van het gezegde" (8:1)  de aankondiging van een nieuw verbond (8:8)
Lucas 15: 11 En Hij zeide: Iemand had twee zonen
12 sept 2013 Bodegraven 1. 2  vooraf lezen: 1Kor.7:12 t/m 24  indeling 1Korinthe 7  1 t/m 9: over het huwelijk  10 t/m 16: over echtscheiding  16.
Water, schapen en vrouwen Jacob’s ideetje. Genesis En Laban zeide tot Jakob: Zoudt gij, omdat gij mijn bloedverwant zijt, mij dienen om niet?
13 november 2014 Bodegraven 1. 2 de vorige keer: 1Kor.15:29-34 indien er geen doden opgewekt worden...  vs 29: waarom dopen?  vs.30-32: waarom doodsgevaren.
Zondag 7 HC Franeker 21 februari 2010
10 januari 2013 bijbelstudie nr. 3 Vanaf hoofdstuk 1:19.
2 juni 2013 Rotterdam 1. Galaten 4 21 Zegt mij, gij, die onder de wet wilt staan, luistert gij niet naar de wet? 2.
De gezouten waarheid.
De nieuwe levenswandel Efeze
28 november 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe Dit is hun overkomen tot een voorbeeld voor ons en het is opgetekend ter waarschuwing voor ons, over wie.
De Hebreeën-brief (6) donderdag 18 april 2013 vanaf Hebreeen 31.
Op heterdaad... Johannes
15 december 2013 Rotterdam 1. Caesarea – een haven, een poort 2.
1Korinthe 10: Korinthe 10 1 Want ik stel er prijs op, broeders, dat gij weet... Lett. Want ik wil niet dat jullie onbekend zijn, broeders...
26 sept 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe 8 1 Wat het offervlees aangaat, wij weten, dat wij allen kennis bezitten. De kennis maakt opgeblazen, maar de liefde.
2 13 Daarop zeide Mozes tot God: Maar wanneer ik tot de Israelieten kom en hun zeg: De God uwer vaderen heeft mij tot u gezonden, en zij mij vragen:
Hartstocht en wereldliefde
Transcript van de presentatie:

Moab

Masee - yewm van Massa – ewm opbreken Masee - yewm

Masee - yewm NBV: pleisterplaatsen NBG: ze gingen van plaats tot plaats HSV: rustplaatsen NBG: pleisterplaatsen SV: reizen WV: etappen DV: woningen LV: reysen KJ: journeys NV: opbreekpunten Tora van Buijs en Storm: trektochten Masee - yewm

De wandelende Jood Masee - yewm

Masee - yewm De wandelende Jood ? 14+20+8=42 14 jaar tot Torah 8 jaar na  Mosjé Masee - yewm

Bemidbar/Numeri 33:1-36:13 lLarsy-ynb yewm hla  eleh masee bene jisraël Dit zijn de reizen van de kinderen Israëls

Hsm b[kyv Wa jiktov Mosjè Num.33:2 Op bevel van JHWH heeft Mosje de plaatsen waar ze het kamp hadden opgeslagen genoteerd.

1 wwmer Rameses kind van de zon

van rjm mitzar: benauwdheid, nauwe enge plaats Myrjm Mitzraïm-Egypte van rjm mitzar: benauwdheid, nauwe enge plaats 1e Pesach 1 Kor.10:1 Dit is hun overkomen tot een voorbeeld (voor ons) en het is opgetekend ter waarschuwing voor ons, over wie het einde der eeuwen gekomen is.

Door benauwdheden te overwinnen groeien we

Door benauwdheden te overwinnen groeien we

UITTOCHT wwmer [vkw M[a [ryxh-yp hrm Mlya Fvw-My KAMPPLAATS HEBR. BETEKENIS GEBEURTENIS 1. Rameses wwmer Kind v.d. zon 1e Pesach 2. Soekot [vkw Tenten/stallen Wolk & vuurkolom 1e kamp 3. Etam M[a Stevig/verdragend Op de grens v.d. woestijn 4. Pi Hachirot [ryxh-yp Mond van de kloof Farao & leger doortocht 5. Marah hrm Bitter (water) Hout - etz 6. Elim Mlya Van Ajil: pilaar 70 palmen & 12 waterbronnen 7. Jam Soef Fvw-My Zee riet/ruisen doortocht Openb. 22:2 2 In het midden van het plein van de stad en aan weerskanten van de rivier stond een levensboom, die twaalf vruchten gaf, elke maand zijn eigen vrucht. De bladeren van de boom brachten de volken genezing. 

UITTOCHT Nyw hqfd svla Mydyfr ynyw hHva[h [vrbq [vrjx KAMPPLAATS HEBR. BETEKENIS GEBEURTENIS 8. Sin Nyw Doorn 9. Dophka hqfd Slaan/kloppen/drijven 10. Aloesj svla Ik zal kneden Eerste manna, kwakkels 11. Refidim Mydyfr Rustplaats van refidah/ondersteunen Water uit de rots/ staf Strijd met Amalek Masa & meriba Verleiding & opstand 12. Sinaï ynyw Stekelig doornig 13. Kivrot Hataäva hHva[h [vrbq Graven van lust Num11: 34 Die plaats kreeg de naam Kibrot-Hattaäwa, naar het onverzadigbare volk dat daar begraven werd. 14. Chatserot [vrjx Kamp/erf/hof/binneplaats Kritiek Aäron & Mirjam

40 JAREN hHm[r Jrp-Nvmr hnbl hwr h[lhq rfs-rah hdrx KAMPPLAATS HEBR. BETEKENIS GEBEURTENIS 15. Ritma hHm[r Hitte (woestijn) Plaats in de woestijn. Start omzwerving 16. Rimon Perets Jrp-Nvmr Granaatappel v.d. breuk, Perez: uitbreken, bres 17. Livna hnbl Voetpad, plaveisel van livneh: Populier, melkwitte gom 18. Risa hwr Ruïne, van rassas: bevochtigen, nat maken, betten 19. Kehelata h[lhq Vergadering, van kahal: verzamelen 20. Sjeferberg rfs-rah Berg schoonheid 21. Charada hdrx Vrees, angst, sidderen

40 JAREN [lhqm [x[ xr[ hHq[m hHnmsx [vrwm Nqey-ynb KAMPPLAATS HEBR. BETEKENIS GEBEURTENIS 22. Makhelot [lhqm Plaats van vergadering 23. Tachat [x[ Onder, aan de voet van, aan de onderkant, 24. Terach xr[ Station 25. Mitka hHq[m zoetigheid 26. Chasjmona hHnmsx Vettigheid, dikte 27. Moserot [vrwm verbonden 28. Bené Jaäkan Nqey-ynb Zonen van twist Levi streed met de Israelieten die terug wilden keren

40 JAREN Ddgdg-rx Hh[bty Hhnrbe Hrbg-Nvyje Hsdq rh KAMPPLAATS HEBR. BETEKENIS GEBEURTENIS 29. Chor Hagidgad Ddgdg-rx Spelonk van de slachtplaats 30. Jotvata Hh[bty Gerieflijkheid, aantrekkelijkheid 31. Avrona Hhnrbe doorgang 32. Etsjon Geber Hrbg-Nvyje Etsjon:ruggegraat Geber: sterke man, strijder 33. Kadesj Hsdq Heilig spionnen 34. De berg Hor rh berg

INTOCHT hnmlj Nnvp [ba Myrbeh yye Ddg Nbyd Mi[lbd Nmle vbn bavm KAMPPLAATS HEBR. BETEKENIS GEBEURTENIS 35. Tsalmona hnmlj schaduwrijk 36. Poenon Nnvp duisternis Vurige slangen 37. Ovot [ba waterzak 38. Ijé Haävariem Myrbeh yye Ruïne v.d. oversteek 39. Divon Gad Ddg Nbyd Verspilling v.d. troep Van goed: aanval, invasie 40. Almon Divlatajim Mi[lbd Nmle Verborgen/bedekt vijgenkoek 41. De berg Nevo vbn profeet Mosjé sterft 42. Vlakte v. Moab bavm Van zijn vader

1 Kor.10:1 Dit is hun overkomen tot een voorbeeld (voor ons) en het is opgetekend ter waarschuwing voor ons, over wie het einde der eeuwen gekomen is.

Haftara: Jeremia 1 1 De woorden van Jeremia, de zoon van Chilkia, uit het priestergeslacht te Anatot in het land van Benjamin; 2 tot wie het woord des HEREN kwam ten tijde van Josia, de zoon van Amon, de koning van Juda, in het dertiende jaar van diens regering,3 en verder ten tijde van Jojakim, de zoon van Josia, de koning van Juda, tot aan het einde van het elfde jaar van Sedekia, de zoon van Josia, de koning van Juda, tot de wegvoering van Jeruzalem in de vijfde maand.

Haftara: Jeremia 1 Ntb Mxr beten rechem 4 Het woord des HEREN nu kwam tot mij: 5 Eer Ik u vormde in de moederschoot, heb Ik u gekend, en eer gij voortkwaamt uit de baarmoeder, heb Ik u geheiligd; tot een profeet voor de volkeren heb Ik u gesteld. 6 Doch ik zeide: Ach, Here HERE, zie, ik kan niet spreken, want ik ben jong. 7 De HERE echter zeide tot mij: Zeg niet, ik ben jong, want tot een ieder, tot wie Ik u zend, zult gij gaan, en alles wat Ik u gebied, zult gij spreken. 8 Vrees niet voor hen, want Ik ben met u om u te bevrijden, luidt het woord des HEREN. 

Haftara: Jeremia 1 dqs dqs Sjeked Sjakad Amandel waken  9 Toen strekte de HERE zijn hand uit en roerde mijn mond aan, en de HERE zeide tot mij: Zie, Ik leg mijn woorden in uw mond; 10 merk op, Ik stel u heden over de volken en de koninkrijken om uit te rukken en af te breken, om te verdelgen en te verwoesten, om te bouwen en te planten. 11 En het woord des HEREN kwam tot mij: Wat ziet gij, Jeremia? Toen zeide ik: Ik zie een amandeltwijg. 12 Daarop zeide de HERE tot mij: Gij hebt goed gezien, want Ik waak over mijn woord om dat te doen.

Jeremia 1:11 & 12 Rvhymry harh[a -hm rmal yla hvhy-rbd yhyv Wajhi davar JHWH elaj lemor ata roeh jirmejahoe Het woord van de Ene geschiedt aan mij en zegt: wat zie je, Jeremia? Lhar yna dqs lqm rmav Waomar maqel sjaqet ani roeh en ik zeg: een tak van een waakamandel zie ik! yna dqs-yk [varl [btyh yla hvhy rmayv Wajomer JHWH elaj hetavta lirot ki sjoqet ani De Ene zegt tot mij: dat heb je goed gezien,- v[sel yrbd -le Al devari la asoto want ik waak over mijn woord om dat te doen!

Jeremia 1 13 En het woord des HEREN kwam andermaal tot mij: Wat ziet gij? Toen zeide ik: Ik zie een kokende pot, verschijnende van de noordzijde. 14 Daarop zeide de HERE tot mij: Uit het Noorden zal het onheil losbreken over alle inwoners van het land;15 want zie, Ik roep alle geslachten der koninkrijken van het Noorden, luidt het woord des HEREN, en zij zullen komen en zetten elk zijn troonzetel in de poorten van Jeruzalem en tegen al zijn muren rondom en tegen al de steden van

Haftara: Jeremia 1 De lessen gaan door! Juda;16 dan zal Ik mijn oordelen over hen uitspreken om al hun boosheid, dat zij Mij verlaten en voor andere goden offers ontstoken hebben, en zich hebben nedergebogen voor de voortbrengselen hunner handen. 17 Gij dan, gord uw lendenen, maak u op en spreek tot hen al wat Ik u gebieden zal; verschrik niet voor hen, opdat Ik u niet voor hen doe verschrikken.

Jeremia 1 18 En Ik, zie Ik zelf stel u heden tot een versterkte stad, een ijzeren zuil en een koperen muur tegen het gehele land, tegen de koningen van Juda, zijn vorsten, zijn priesters en het volk des lands; 19 al zullen zij tegen u strijden, zij zullen u niet overmogen, want Ik ben met u, luidt het woord des HEREN, om u te bevrijden.

Jeremia 2  Het woord des HEREN nu kwam tot mij: 2 Ga, predik ten aanhoren van Jeruzalem: Zo zegt de HERE: Ik gedenk de genegenheid van uw jeugd, de liefde van uw bruidstijd, toen gij Mij gevolgd waart in de woestijn, in onbezaaid land; 3 Israël was de HERE geheiligd, de eersteling zijner opbrengst; allen die daarvan wilden eten, zouden schuld op zich laden, onheil zou over hen komen, luidt het woord des HEREN.

Brit Chadasja: Jacobus 4: Refidim - Ex.17:2 Het volk begon met Mozes te twisten en zeide: Geeft ons water, zodat wij kunnen drinken.  Woestijn Sin - Ex.16:3 Och, dat wij door de hand des HEREN in het land Egypte gestorven waren, toen wij bij de vleespotten zaten en volop brood aten Brit Chadasja: Jacobus 4: 41 Waaruit komt bij u strijden en vechten voort? Is het niet hieruit: uit uw hartstochten, die in uw leden zich ten strijde toerusten? 2 Gij begeert, doch gij hebt niet; gij zijt moorddadig en naijverig en gij kunt er niets mede verkrijgen; gij vecht en gij strijdt. Gij hebt niets, omdat gij niet bidt. 3 (Of,) gij bidt wel, maar gij ontvangt niet, doordat gij verkeerd bidt, om het in uw hartstochten door te brengen. 4 Overspeligen, weet gij niet, dat de vriendschap met de wereld vijandschap tegen God is? Wie dus een vriend der wereld wil zijn, wordt metterdaad een vijand van God. 5 Of meent gij, dat het schriftwoord zonder reden zegt: De geest, die Hij in ons deed wonen, begeert Hij met jaloersheid? 6 Maar Hij geeft dan ook des te grotere genade. Daarom heet het: God wederstaat de hoogmoedigen, maar de nederigen geeft Hij genade. 7 Onderwerpt u dus aan God, maar biedt weerstand aan de duivel, en hij zal van u vlieden. 8 Nadert tot God, en Hij zal tot u naderen. Reinigt uw handen, zondaars, en zuivert uw harten, gij, die innerlijk verdeeld zijt. 9 Beseft uw ellende, treurt en weent; uw gelach moet veranderen in treurigheid, en uw vreugde in neerslachtigheid. 10 Vernedert u voor de Here, en Hij zal u verhogen. Num.12:3 Mozes nu was een zeer zachtmoedig man, meer dan enig mens op de aardbodem. Num.25:1 Terwijl Israël in Sittim verbleef, begon het volk ontucht te plegen met de dochters van Moab.  Korach, Datan & Abiram Num.16:3 Zij dan liepen te hoop tegen Mozes en Aäron

Brit Chadasja: Jacobus 4: Num.12:1 Mirjam nu sprak met Aäron over Mozes naar aanleiding van de Ethiopische vrouw, die hij genomen had, want hij had een Ethiopische vrouw genomen, 2 en zij zeiden: Heeft de HERE soms uitsluitend door Mozes gesproken, heeft Hij ook niet door ons gesproken? En de HERE hoorde het.  11 Spreekt geen kwaad van elkander, broeders. Wie van zijn broeder kwaad spreekt of hem oordeelt, spreekt kwaad van de wet en oordeelt haar; en indien gij de wet oordeelt, zijt gij geen dader, doch een rechter der wet. 12 Eén is wetgever en rechter, Hij, die de macht heeft om te behouden en te verderven. Maar wie zijt gij, dat gij uw naaste oordeelt?

Brit Chadasja: Jacobus 4: 11 Spreekt geen kwaad van elkander, broeders. Wie van zijn broeder kwaad spreekt of hem oordeelt, spreekt kwaad van de wet en oordeelt haar; en indien gij de wet oordeelt, zijt gij geen dader, doch een rechter der wet. 12 Eén is wetgever en rechter, Hij, die de macht heeft om te behouden en te verderven. Maar wie zijt gij, dat gij uw naaste oordeelt?