TMA methode Vraag aan de zaal: wat zijn talenten? Welke vaardigheden, gedrag heeft een goede….. Welke vaardigheden, gedrag, competenties heeft een excellente……..
Wat zijn talenten? Heaven is where the police are British, the cooks Spanish, the mechanics German, the lovers Italian, and it's all organized by the Swiss. Hell is where the cooks are British, the mechanics Spanish, the lovers Swiss, the police German, and it's all organized by the Italian.
Analyse 15 jaar Murray Talenten EHRM VISION Behoeftetheorie Uitgever TMA Methode Talentmanagement Instrumenten Competentiemanagement 15 jaar Murray Competenties Talenten Gesprek Drijfveren Analyse Behoeftetheorie
Uitgangspunten TMA Methode Talenten zijn de unieke en stabiele bouwstenen van een persoon Talenten zijn gebaseerd op onbewuste drijfveren: al die factoren die mensen aanzetten tot gedrag – of juist remmen. Het zijn voor- en afkeuren, overtuigingen en zelfbeelden, behoeften, angsten en remmingen. Gedrag: datgene wat je iemand ziet, hoort, voelt doen. Competenties: waarneembare gedragsvaardigheden die iemand bezit Capaciteiten: cognitieve capaciteiten die iemand bezit. Als je de drijfveren en gedachtenstructuren kunt voorspellen, kun je gedrag voorspellen
TMA-model
Ervaringen Iedereen heeft een TMA-analyse gemaakt. Wat zijn jullie ervaringen? Ontwikkelingsgericht geschreven Veel vragen Moeilijk kiezen Thuis ben ik heel anders
TMA Analyse 22 drijfveren en 44 talenten Meting van consistentie TMA analyse zegt niets over intelligentie. TMA analyse is geen test maar een analyse… er moet altijd een gesprek volgen
TMA analyse Een TMA (geïsoleerd) is een prachtige foto van een persoon….. er is geen fout of goed. In relatie met een competentieprofiel kun je de TMA duiden….. Je kunt wel een competentie hebben, maar als de drijfveer/talent ontbreekt…. Vind je het dan wel leuk, krijg je er energie van of loop je er op leeg?
De 22 TMA drijfveren 9 Opmerking TMA; persoonlijkheid wordt in kaart gebracht door de behoeften te meten en onderscheid te maken in de prioriteitstelling in de denkwijze en voorkeuren. De scores geven een indicatie voor gedrag hetgeen in de TMA gecommuniceerd wordt in talenten. De talenten worden onafhankelijk van elkaar gemeten middels een ipsatieve methodiek, gedwongen discriminatie door stellingen te poneren van dezelfde sociale wenselijkheid. Benadrukken: Hoge scores geven prominent de voorkeur/ prioriteit aan zoals een kandidaat van zijn/haar natuur zal reageren. Lage scores idem dito, echter de lage score kan ook tot stand gekomen zijn ten koste van een andere voorkeur. Consistentiemeeting Vanaf vraag 30 tot triades. Er moet intuïtief geantwoord worden Triades worden gebruikt om de uitkomsten nader te nuanceren en te vertalen naar meest voorkomend gedrag Vraag welke vraag viel jou op tijdens analyse……. (evenveel vragen gesteld op elk talent) 9
De 22 drijfveren (zie notebook) Aanzienbehoefte Afwisseling Ambitie en uitdaging Besluitvaardigheid Conformeren Confrontatie Doelgerichtheid Dominantie Eigenwaarde Energie Extraversie
De 22 drijfveren deel 2 (zie notebook) Hulpvaardigheid Onafhankelijk denken Ontzag Orde en structuur Pragmatisme Socialbiliteit Sociale empathie Steunbehoefte Stressbestendigheid Verantwoording en leiderschap Volharding
Discussies bij bespreken TMA analyse In de analyse staat dat ik niet doelgericht ben, maar dat ben ik wel. In de analyse staat dat ik geen behoefte heb aan confrontaties, maar ik kan ze echt wel aangaan hoor… dat klopt niet!! In de analyse staat dat ik niet weinig ambitie heb… zo zie ik mezelf helemaal niet.
Koppeling TMA aan competenties Creativiteit Probleemoplossing Samenwerking Assertiviteit Flexibiliteit Commercieel vermogen Onafhankelijkheid
Koppeling TMA aan competenties Competentie Creativiteit originele of nieuwe ideeën en oplossingen kunnen bedenken; invalshoeken vinden die afwijken van de gevestigde denkpatronen Drijfveren: Conformeren (i) Orde en structuur (i) Onafhankelijk denken
Conformeren: de mate waarin de kandidaat zich graag schikt en aanpast aan kaders en cultuur Conformeren laag: meer informeel, onafhankelijk van regels, gaat sterk de eigen gang, avonturier, grensverleggend Conformeren midden: balans tussen formeel en informeel, past functioneel regels toe. Kan situationeel buiten regels treden Conformeren hoog: meer formeel, principieel en integer, houdt zich vast aan regels en procedures
Orde en structuur: de mate waarin de kandidaat behoefte heeft aan een planmatige aanpak, ordening en netheid Orde en structuur laag: focus op grote lijnen, creatief, soms slordig, flexibel in werkwijze Orde en structuur midden: evenwicht tussen details en grote lijnen, voldoende flexibel, kan met details omgaan Orde en structuur hoog: zeer geordend, accuraat, kan rigide zijn, werkt planmatig, houdt zich vaker aan afspraken.
Onafhankelijk denken & handelen: de mate waarin de kandidaat behoefte heeft aan autonomie en zelfstandigheid bij oordeelsvorming en handelen Onafhankelijk denken & handelen laag: functioneel groepsgericht, collegiaal, werkt graag in overleg, transparant, sneller te sturen Onafhankelijk denken & handelen midden: vrijheid en gezamenlijkheid in evenwicht, gebalanceerd zelfstandig en toegankelijk Onafhankelijk denken & handelen hoog: vrij, autonoom, denkt en handelt vanuit eigen kaders, sterke eigen mening, soms solistisch
Koppeling TMA aan competenties Competentie Samenwerken Op effectieve wijze (mee)werken aan een Gezamenlijk resultaat, ook wanneer het niet direct een persoonlijke belang dient Drijfveren: Hulpverlenen Sociabiliteit & contact
Hulpverlenen: de mate waarin de kandidaat behoefte heeft om anderen te helpen en te ondersteunen Hulpverlenen laag: zeer zakelijk, gaat sterk uit van de verantwoordelijkheid van anderen, van nature delegeren, taken overdragen Hulpverlenen midden: functioneel hulpbereid, uitgaan van eigen verantwoordelijkheid Hulpverlenen hoog: zeer hulpverlenend, filantropisch, wil faciliteren, verwacht van anderen minder verantwoordelijkheid
Sociabiliteit & contact: de mate waarin de kandidaat behoefte heeft aan vriendschap en sociaal contact Sociabiliteit & contact laag: individueel, kan goed alleen zijn, communiceert meer functioneel, gereserveerd, selectief in relaties Sociabiliteit midden: balans tussen op zichzelf en op anderen gericht zijn, redelijk communicatie- en teamgericht Sociabiliteit hoog: zeer sociaal, sneller amicaal in de omgang, communicatief, teamgericht, potentiële netwerken
Performance Matrix