Jodendom
Indeling Abraham De Thora Hoe bidden Joden? Feesten Eindwoord
Abraham De geschiedenis van het Jodendom begint bij Abraham hij leefde 4000 jaar geleden. De mensen daar geloofden in heel veel goden. Op een dag hoorde hij een stem die hem zei dat hij weg moest gaan van zijn land en zijn vader. Abraham deed dat en vertelde aan iedereen dat er maar een god was. Dat was bijzonder in die tijd. God stuurde Abraham naar het land kanaän. Daar ligt nu Israël.
De Thora De thora is het heilige boek van de Joden. De thora is in het Hebreeuws geschreven. Een thorarol is gemaakt van perkament en bevat de eerste 5 boeken van de bijbel. Aan beide uiteinden zit een stok, zodat deze de aan elkaar genaaide vellen perkament gemakkelijk opgerold kan worden. Omdat de thora het kostbaarste bezit van het joodse volk is, worden thorarollen mooi aangekleed met een speciaal gemaakt fluwelen 'manteltje'. De uiteinden van de stokken worden versierd met zilveren siertorens met belletjes erin, die zacht rinkelen wanneer de thorarol wordt rondgedragen. Soms is er ook nog een mooi schild op bevestigd.
Hoe bidden Joden? Joden bidden drie keer per dag. 's Morgens, 's middags en 's avonds. Bidden kan zowel thuis als in de synagoge. Bij het morgengebed dragen de mannen behalve hun keppeltje, ook een gebedskleed of tallith. Op werkdagen dragen strenge joden 's morgens ook twee gebedsriemen met daaraan twee kleine doosjes. Dit zijn tefillien. In die doosjes zitten stukjes tekst uit de thora. Eén doosje komt op het voorhoofd en één aan de linkerarm. Zo is de thora het dichtst bij je verstand en bij je hart.
Symbolen Davidster Chanoeka kandelaar
Chanoeka Lang geleden, bijna 200 jaar voor de gebruikelijke jaartelling, werd de Tempel ingepikt door een heidense koning, Antiochius, die de baas speelde over de Joden. Antiochius was een verwaande kwast en noemde zichzelf Antiochius Epifanes. Dat betekent Antiochius de levende god. maar wij vinden dat hij zich beter Antiochius Epimanes, Antiochius de gek, had kunnen noemen. Hij ging er varkens offeren aan de afgod Zeus. Antiochius zei dat de Joden G’d niet meer mochten aanbidden en zich niet meer aan Zijn regels mochten houden. Ze moesten onrein eten gaan eten en mochten de Torah niet meer lezen. Ze mochten de Shabbat en de feesten van G’d niet meer vieren. En ook mochten zij hun pasgeboren jongentjes niet besnijden. Daarna gingen ze de Tempel opruimen en schoonmaken. Ze deden de Menora weer aan. Maar er was nog maar genoeg olie voor 1 dag. Toen gebeurde er een groot wonder. De Menora bleef wel 8 dagen branden. Lang genoeg om nieuwe olie te maken.
Rosh Hashana Rosh hashana is de joodse nieuwjaarsdag, die eigenlijk valt op de eerste dag van de zevende maand, tisjri de eerste maand is immers die van de uittocht nissan spreekt er over: ‘in de zevende maand, op de eerste dag der maand, zult gij een rustdag hebben, aangekondigd door bazuingeschal het blazen op de sjofar. Volgens de traditie is de wereld geschapen op rosh hashana, en zal die ook worden geoordeeld op rosh hashana. Ook deze dag begint natuurlijk ’s avonds. Na de dienst in de synagoge wenst men elkaar toe: ‘moge u voor een goed nieuwjaar opgeschreven zijn’. Bij het eten wordt een stukje zoete appel in honing gedoopt en gegeten, waarbij de wens uitgesproken wordt dat het een ‘zoet’ en goed jaar zal worden. Rosh hashana is vooral een dag van inkeer en verootmoediging. In de maand ervoor, Elloel, bereidt men zich al voor: er worden bijzondere gebeden om vergeving (slichot) gezegd en er wordt al op de sjofar geblazen. Velen zijn gewoon om op rosh hashana naar een zee of rivier te gaan om daar symbolisch citerend, de zonden van zich af te schudden, de zakken en kleren uit te schudden, om ‘de zonden te werpen in de diepten der zee’. Rosj hashana is zelf ook weer in zekere zin voorbereiding op de Grote Verzoendag. Het is de eerste van ‘de tien geduchte dagen’, ook wel ‘de tien dagen van omkeer/bekering’ genoemd. Op rosh hashana neemt het sjofar-blazen een centrale plaats in; op jom kippoer klinkt het nog eens, dan als afsluiting van een bijzondere dag en tijd.
Soekot (Loofhuttenfeest) Wanneer het koren op de dorsvloer is gedorst en de druiven in de perskuip zijn geperst, vier dan zeven dagen lang het loofhuttenfeest. Het is een feest vol vreugde. Vreugde om de goede oogst. Vreugde om de zegen van God. Vreugde om de bevrijding uit Egypte. Vreugde omdat dat de Here God onder alle omstandigheden voor hen zorgt en voor hun voorvaderen heeft gezorgd. Vreugde om de wet die God gegeven heeft.
Einde van ons project: Aan dit project werkten mee: Zino Tobias Mirjam Maxime Vincent Julian
DOEI!