Handelingen 2:1-4 (5-11) 1 En toen de Pinksterdag aanbrak, waren allen tezamen bijeen. 2 En eensklaps kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en vulde het gehele huis, waar zij gezeten waren; 3 en er vertoonden zich aan hen tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen; 4 en zij werden allen vervuld met de heilige Geest 5 Nu waren er Joden te Jeruzalem woonachtig, vrome mannen uit alle volken onder de hemel; 6 en toen dit geluid gekomen was, liep de menigte te hoop en verbaasde zich, want een ieder hoorde hen in zijn eigen taal spreken.
Handelingen 2:1-4 (5-11) 7 En buiten zichzelf van verwondering zeiden zij: Zie, zijn niet al dezen, die daar spreken, Galileeers? 8 En hoe horen wij hen dan een ieder in onze eigen taal, waarin wij geboren zijn? In vers 9 en 10 volgt dan een hele opsomming van alle soorten talen, en in vers 11 lezen we verder Kretenzen en Arabieren, wij horen hen in onze eigen taal van de grote daden Gods spreken.
Efeze 5:18 18 En bedrinkt u niet aan wijn, waarin bandeloosheid is, maar wordt vervuld met de Geest, (maar hoe?)
Door te drinken (Joh 7:37-38) 37 Jezus en riep, zeggende: Indien iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke! 38 Wie in Mij gelooft, gelijk de Schrift zegt, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien.
11 Onze mond heeft zich tegen u geopend, Door overgave (2 Corinthe 6:11-13) 11 Onze mond heeft zich tegen u geopend, Korintiërs, ons hart staat wijd open; 12 bij ons vindt gij niet te weinig ruimte, maar in uw binnenste is het eng – ik spreek als tot mijn kinderen – gij moet ook ruimer worden.
1 Zie, de hand des Heren is niet te kort om te Door reiniging (Jesaja 59:1-2) 1 Zie, de hand des Heren is niet te kort om te verlossen, en Zijn oor niet te onmachtig om te horen; 2 Maar uw ongerechtigheden zijn het, die scheiding brengen tussen u en uw God, en uw zonden doen Zijn aangezicht voor u verborgen zijn, zodat Hij niet hoort.
(Galaten 5:16-17) 16 Dit bedoel ik: wandelt door de Geest en voldoet Door remmingen op te heffen (Galaten 5:16-17) 16 Dit bedoel ik: wandelt door de Geest en voldoet niet aan het begeren van het vlees. 17 Want het begeren van het vlees gaat in tegen de Geest en dat van de Geest tegen het vlees – want deze staan tegenover elkander – zodat gij niet doet wat gij maar wenst.