Drogredenen.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Het verhaal van de twee keien.
Advertisements

Consensus Model Jeroen van Beuningen
Gewetensvrijheid.
voor iedereen die van zijn hond houdt…
Extra ondersteuning voor leesvaardigheid
Onderhandelen Zakelijk Nederlands.
Standpunt - argumenten Argumenten - conclusie
Mijn naam is Willem Wind. Mijn naam is Willem Wind En ik ben hoogbegaafd.
Debatteren college 2 luisteren en reageren.
DE GOEDE WEEK verzamelviering.
Michel Foucault ( ) De moed tot [de] waarheid “er bestaat geen vaststelling van de waarheid zonder een wezenlijke (op)stelling (position) ten opzichte.
Kinderen op De Schouw maken ook hun eigen keuze
Zakelijk lezen Nederlands.
Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek
Uitleg bij 82-89, historische vaardigheden
Overdenking 17 januari 2010 Vissen met Jezus n.a.v. Lukas 5:1-11.
Nederlands Gymnasium Centraal examen 2011.
Hoofdstuk 4 Argumentatieleer
straffen en belonen vanuit de montessori visie
© Wilma de Hond 2015.
Politieke partijen en populisme
Nederland = ZEURLAND.
Alcohol, roken en opvoeding
Iedereen gebruikt social media.
HET DEBAT Discussiëren met regels Basis = onenigheid Voor- en tegenstanders Een derde partij overtuigen (het publiek, de jury)
Retoriek, argumentatieleer en dialoog Definitiespel
Kritisch denken. Naam: Simon Burgers Functie: docent communicatie / docent onderzoeksvaardigheden Instelling: De Haagse Hogeschool Auteur van boekje voor.
Overtuigend argumenteren. 1. Wat is het standpunt in onderstaand fragment? “Hij had nooit naar DSB moeten gaan. Toentertijd zei iedereen al: ‘Gerrit,
Waarom kritisch denken?. WAAROM KRITISCH DENKEN? Kritisch denken is één van de 21 ste eeuwse vaardigheden nodig om vlot te functioneren in onze samenleving.
Het school jaar Het school jaar is al bijna geweest van Boschveld iedereen is heel erg blij. Iedereen gaat bijna op vakantie het schooljaar was heel.
Kan je zien of iemand holebi is?
KRITISCH DENKEN 20 Drogredenen © Kritisch Denken.
Argumenteren en betogen II
Is er een probleem? Landelijke cijfers en waar hebben we het over?
KRITISCH DENKEN 13 Deductieve redeneringen
Les 16 Stortplaats Wat doe ik hier vandaag?
VWO examen Nederlands
Een man wandelde op het strand
Les 9 Vader Wat doe ik hier vandaag? Ik leer mijn Vader beter kennen.
Les 15 Jezus sterft Wat doe ik hier vandaag?
Les 7 De Vader straft Wat doe ik hier vandaag?
Pruiken en revoluties 3.1 De pruikentijd
Pruiken en revoluties 4.1 De pruikentijd
1.
Lucas 15: Een vader had twee zonen..
Wat vind jij van het christelijk geloof?
Blok I Op zoek In de komende zes lessen ga je op zoek. Op zoek naar geloof en op zoek naar God.
Les 17 Jij en muziek Wat doe ik hier vandaag?
Nee Zeggen!.
Les 2 Jouw keus of Gods keus?
Betogende teksten Hoe herken ik de standpunten en argumenten in een betogende kijk-/luistertekst en hoe kan ik de kwaliteit van argumenten beoordelen?
Waarom kritisch denken?
Political Communication & Journalism
Iedereen heeft z’n eigen locker om
Argumentatie Stelling of mening onderbouwen
45 levenslessen Noorwegen. Teksten van: Regina Brett. Music: snowdream
Les 2 Lezen 3.3 en 4.1.
Nieuw Nederlands 4/5 havo, p
Les 3 Lezen 4.2, 4.3 en 4.4.
Iedereen heeft z’n eigen locker om
Morele dilemma’s.
SPREKEN: HET BETOOG Betoog: een spreekbeurt waarin je een standpunt inneemt ten aanzien van een stelling en dat standpunt verdedigt. Formuleer een duidelijk.
Iedereen heeft z’n eigen locker om
Iedereen heeft z’n eigen locker om
Wat doe jij?.
Vriendschap en verliefdheid
Doelen Aan het einde van de les weten jullie:
Vrouw in het ambt Voor of tegen?.
Uitnodiging voor het feest
Bidden.
Transcript van de presentatie:

Drogredenen

Drogredenen “Ik ben twee keer beroofd in Afrika. Overhaaste generalisatie algemene uitspraak op basis van te weinig gegevens “Ik ben twee keer beroofd in Afrika. Afrikanen zijn niet te vertrouwen.”

Drogredenen - “Natuurlijk doe ik mijn best, want ik ben niet lui.” Cirkelredenering Een bewering wordt aangevoerd als argument voor zichzelf. - “Natuurlijk doe ik mijn best, want ik ben niet lui.” - “Ik ben de baas omdat ik het hier voor het zeggen heb.”

Drogredenen Verkeerde oorzaak-gevolgrelatie “Als het regent liggen er overal plassen. Hier liggen er overal plassen. Dus het heeft geregend.”

Drogredenen - “Als je niet voor Groen bent dan ben je wel voor N-VA.” Vals dilemma Een denkfout waarbij alle redelijke alternatieven niet worden overwogen. - “Als je niet voor Groen bent dan ben je wel voor N-VA.” - “Of je gaat rustig werken of je gaat de klas uit!”

Drogredenen Valse vergelijking (zwart-wit-denken) Een logische misvatting waarbij twee zaken worden voorgesteld als gelijk aan elkaar, zonder dat de onderliggende verschillende in acht zijn genomen. “Het is niet goed dat een volk zijn eigen regering mag kiezen. Een kind mag toch ook niet zijn opvoeders kiezen.”

“God bestaat, niemand kan het tegendeel bewijzen.” Drogredenen Argument van de onwetendheid Een stelling is waar omdat niet bewezen is dat zij onwaar is. “God bestaat, niemand kan het tegendeel bewijzen.”

Drogredenen Wie zwijgt stemt toe “Toen ik aan Piet vroeg of hij de snoepjes had gestolen gaf hij geen antwoord. Dus Piet heeft de snoepjes gestolen.”

Drogredenen Non sequitur (het volgt er niet uit) “Bij een kwart van de dodelijke ongevallen had de bestuurder alcohol gedronken, bij driekwart van de dodelijke ongevallen had de bestuurder koffie gedronken. Het is dus veiliger als de bestuurder alcohol drinkt in plaats van koffie.”

Drogredenen Na dit, dus door dit “De zon komt altijd op nadat de haan gekraaid heeft. Dus de zon komt op omdat de haan gekraaid heeft.”

Drogredenen “Ik dacht net aan jou toen de telefoon ging. Met dit, dus door dit “Ik dacht net aan jou toen de telefoon ging. Dat kan toch geen toeval zijn!”

Drogredenen “Ik dacht net aan jou toen de telefoon ging. Met dit, dus door dit “Ik dacht net aan jou toen de telefoon ging. Dat kan toch geen toeval zijn!”

Drogredenen “Timmy kan daar niet over oordelen. Persoonlijke aanval (ad hominem) “Timmy kan daar niet over oordelen. Hij heeft niet eens zijn studies afgemaakt.”

“Roken is slecht voor de gezondheid.” Drogredenen Jij ook (tu quoque) Je ontzegt de ander recht van spreken vanwege zijn eigen gedrag, of uitspraken in het heden of verleden. “Roken is slecht voor de gezondheid.” “Jij rookt zelf!”

“Merk X is zeer goed, want iedereen koopt het.” Drogredenen Met het oog op het volk (ad populum) Wanneer men de juistheid van een stelling tracht te bewijzen door aan te voeren dat er een meerderheid voor te vinden is. “Merk X is zeer goed, want iedereen koopt het.”

“Dit geneesmiddel werd al in het oude Egypte gebruikt.” Drogredenen Beroep op traditie “Dit geneesmiddel werd al in het oude Egypte gebruikt.”

“Condooms verergeren de verspreiding van aids, Drogredenen Beroep op autoriteit “Condooms verergeren de verspreiding van aids, want dat zegt de paus.”

Drogredenen Hellend vlak Veronderstelt dat een bepaald standpunt onherroepelijk zal leiden tot heel schadelijke gevolgen. “Als we het homohuwelijk toestaan dan kunnen we net zo goed mensen en dieren laten trouwen.” - “Als we toestaan dat hij nu een sigaret rookt is hij straks verslaafd aan cocaïne.”

Drogredenen De stroman (stropop) Het toeschrijven van een standpunt aan een tegenstander dat hij niet heeft. “Een arts die mensen stimuleert er een einde aan te maken is geen arts, maar een moordenaar. Wat voor woord je er ook voor gebruikt: euthanasie is moord. Het leven is heilig.”

Drogredenen “Als jij twee weken vakantie wil dan Stok achter de deur Een mening wordt niet ondersteund door argumenten, maar door te wijzen op de nare gevolgen voor de luisteraar, als die de mening niet aanvaardt (chantage / intimidatie). “Als jij twee weken vakantie wil dan hoef je hier niet meer te komen werken.”

Drogredenen “O, dat weet ik gewoon.” Ontduiken van bewijslast Excuses om zelf geen argumenten te moeten zoeken. “O, dat weet ik gewoon.”

Drogredenen Beroep op emotie Argumenten om de toehoorder op een onredelijke wijze te overtuigen.