Schrijfvaardigheid Doelen: De leerling oefent in het zich schriftelijk uit drukken; De leerling past de geleerde spellingsregels toe; De leerling oefent de opbouw van verschillende soorten teksten (brief, mail, opstel); De leerling leert te reflecteren; De leerling leert samen met anderen. Klas: - brugklas havo/vwo Benodigdheden: fictief verhaal, Jilster, schrijfopdrachten
Inleiding: Fragment: Ik start met een filmpje over Mauro, de jongen die het land uitgezet moest worden. Voorlezen: Ik lees een deel van het verhaal “Blauw” van Joyce Pool voor. In dit verhaal staat Nienke centraal die op school te horen krijgt, dat haar klasgenoot Senna, die uit Koerdistan komt, het land is uitgezet. De klas reageert erg emotioneel op dit nieuws. Voor Nienke zijn de emoties nog heftiger, als blijkt dat haar moeder als politieagente is betrokken bij de uitzetting. Eerste reacties: Wat vind je van dit verhaal? Hoe zou het voor Senna of Mauro zijn om uitgezet te worden? Hoe zou jij reageren wanneer jij in Nienkes schoenen stond?
Kern: Verwerking: De leerlingen kiezen een schrijfopdracht uit. Ze kunnen kiezen uit het schrijven van een mail, het schrijven van een brief of het schrijven van een opstel. Ze hebben van mij allemaal een uitnodiging gekregen om een pagina te vullen op de website van Jilster. Bij elkaar wordt het dan een boekje met alle schrijfopdrachten van de leerlingen.
Slot: Klassengesprek: In tweetallen hebben de leerlingen het boekje met de verhalen voor zich. Allereerst mogen ze alle verhalen lezen en houd ik daar een klassengesprek over: Wat vind je van de verhalen? Welke opdracht is vaak gekozen en waarom zou dat zo zijn? Welke opdracht is nauwelijks gekozen en kun je daar een reden voor bedenken? Reflectie: Met behulp van een formulier beoordelen ze samen elkaars teksten. Nabespreking: Hoe vond je het om te werken met Jilster? Wat vind je van het resultaat? Wat ging goed en wat ging minder goed?
Bijlagen: Blad met schrijfopdrachten Beoordelingsformulier