Opdracht Nederlands Je doet in een groepje van vijf personen een klein literatuuronderzoek. De uitkomsten van dit onderzoek beschrijf je in een verslag Het cijfer van deze periode is een gemiddelde van het verslag en een theoretische toets
De eisen Je bedenkt een onderzoeksvraag. Om antwoord te geven op deze vraag is het nodig om een aantal deelvragen te bedenken Er moet gebruik worden gemaakt van tenminste vier bronnen (waarvan twee boeken)
De opbouw van een verslag
Voorblad De titel van het verslag Eventueel een illustratie Je persoonlijke gegevens (naam, studentnummer, klas, vak, docent, datum)
Inhoudsopgave Zorg dat de inhoudsopgave overzichtelijk is Je kunt gebruik maken van Word
De inleiding (1 pagina) De aanleiding/het doel van het verslag Het onderwerp Eventueel het belang/de relevantie (wat heeft de lezer aan jouw verslag?) De opbouw van je verslag. Wat wordt er in de verschillende hoofdstukken beschreven? Tevens noemen dat je eindigt met een conclusie.
De hoofdstukken (4 pagina’s) Bij iedere deelvraag hoort een korte inleiding. Beschrijf wat de lezer kan verwachten. Maak bruggetjes! Neem de lezer mee in jouw verhaal (maak het de lezer makkelijk!). Maak gebruik van voorbeelden om je verhaal te verduidelijken.
De conclusie (1 pagina) Je brengt de belangrijkste punten uit het verslag samen. Je geeft in één a-4tje antwoord op de onderzoeksvraag. Denk na over het einde van je verslag. Probeer niet te abrupt te eindigen, rond je verhaal af.
Bronvermelding Volgens APA regels
Tot slot: In de komende weken komen verschillende onderdelen uit het verslag aan bod, zoals de bronvermelding, het verwijzen naar auteurs etc.
Huiswerk Volgende week in de les bespreken we: - de voorlopige onderzoeksvraag en de bijbehorende deelvragen een overzicht van de vier bronnen die je gebruikt (twee boeken) - een planning - een taakverdeling