Financieel Hefboomeffect 25 april 2013 Alexandra van Bon Robert van Beurden
Vorige les Financiële kengetallen Vandaag Hefboomeffect En het effect op Solvabiliteit.
Vorige les Solvabiliteits ratio De solvabiliteit geeft aan in welke mate je in staat bent langlopende verplichtingen te voldoen. = Gemiddeld Eigen Vermogen x 100 % Gemiddeld Totale vermogen Rentabiliteits ratio’s Rentabiliteit Totale Vermogen = RTV = Nettowinst + rente + belasting Vpb x 100 % Gemiddeld totale vermogen Rentabiliteit Eigen vermogen = REV = Nettowinst x 100 % Gemiddeld eigen vermogen
Vorige les Solvabiliteits ratio De solvabiliteit geeft aan in welke mate je in staat bent langlopende verplichtingen te voldoen. = Gemiddeld Eigen Vermogen x 100 % Gemiddeld Totale vermogen Rentabiliteits ratio’s Rentabiliteit Totale Vermogen = RTV = Nettowinst + rente + belasting Vpb x 100 % Gemiddeld totale vermogen Rentabiliteit Eigen vermogen = REV = Nettowinst x 100 % Gemiddeld eigen vermogen Nieuw begrip: Rentabiliteit Vreemd Vermogen = RVV = Rente op Vreemd vermogen x 100 % Gemiddeld Vreemd vermogen
Balans per 31 december ( € x 1.000) Situatie 1 Balans per 31 december ( € x 1.000) Activa Passiva Activa 2.500 Eigen Vermogen 1.000 Vreemd Vermogen 1.500 2.500 2.500 De winst voor aftrek van Vpb bedraagt € 150.000 De interestkosten bedragen € 90.000 Voor de berekening hoeft geen rekening gehouden te worden met gemiddeld vermogen en Vpb. Opgave 1. Bereken de RTV ( 1 decimaal achter de komma) 2. Bereken de REV ( 1 decimaal achter de komma) 3. Bereken de RVV ( 1 decimaal achter de komma)
Situatie 1 Balans per 31 december ( € x 1.000) Activa Passiva Activa 2.500 Eigen Vermogen 1.000 Vreemd Vermogen 1.500 2.500 2.500 De winst voor aftrek van Vpb bedraagt € 150.000 De interestkosten bedragen € 90.000 Voor de berekening hoeft geen rekening gehouden te worden met gemiddeld vermogen en Vpb. Antwoorden 1. Bereken de RTV ( 1 decimaal achter de komma) = 150.000 + 90.000 x 100 % = 9,6 % 2.500.000 2. Bereken de REV ( 1 decimaal achter de komma) = 150.000 x 100 % = 15,0 % 1.000.000 3. Bereken de RVV ( 1 decimaal achter de komma) = 90.000 x 100 % = 6,0 % 1.500.000
4. De winst voor aftrek Vpb verandert. waarom? Situatie 2 Balans per 31 december ( € x 1.000) Activa Passiva Activa 2.500 Eigen Vermogen 500 Vreemd Vermogen 2.000 2.500 2.500 Het bedrijf heeft extra Vreemd vermogen aangetrokken en een aandeelhouder uitgekocht. Het Eigen Vermogen is daarmee gedaald van € 1.000.000 naar € 500.000 Het Vreemde vermogen is gestegen van € 1.500.000 naar € 2.000.000 De RTV en RVV zijn onveranderd. Opgave 2 4. De winst voor aftrek Vpb verandert. waarom? Hoeveel wordt de winst dan? 5. Bereken de nieuwe REV (1 decimaal achter de komma)
4. De rente kosten stijgen. € 2.000.000 x 6% = € 120.000 Situatie 2 Antwoorden 4. De rente kosten stijgen. € 2.000.000 x 6% = € 120.000 Deze was € 90.000 Geeft dus een stijging van € 30.000 Deze gaat ten laste van de winst. Deze was € 150.000 De winst wordt dus € 150.000 - € 30.000 = € 120.000 5. REV =
4. De rente kosten stijgen. € 2.000.000 x 6% = € 120.000 Situatie 2 Antwoorden 4. De rente kosten stijgen. € 2.000.000 x 6% = € 120.000 Deze was € 90.000 Geeft dus een stijging van € 30.000 Deze gaat ten laste van de winst. Deze was € 150.000 De winst wordt dus € 150.000 - € 30.000 = € 120.000 5. REV = 120.000 x 100 % = 24,0 % 500.000
Vergelijking Situatie 1 Situatie 2 EV € 1.000.000 € 500.000 VV € 1.500.000 € 2.000.000 Tot € 2.500.000 € 2.500.000 Winst € 150.000 € 120.000 Rentelasten € 90.000 € 120.000 RTV 9,6 % 9,6 % RVV 6,0 % 6,0 % REV 15,0 % 24,0 % 6. Wat is er gebeurd door het uitkopen van een aandeelhouder en het aangaan van een lening (beiden € 500.000)? Schrijf je toelichting op! 7. Hoe komt de toename van de REV?
Antwoord Situatie 1 Situatie 2 EV € 1.000.000 € 500.000 VV € 1.500.000 € 2.000.000 Tot € 2.500.000 € 2.500.000 Winst € 150.000 € 120.000 Rentelasten € 90.000 € 120.000 RTV 9,6 % 9,6 % RVV 6,0 % 6,0 % REV 15,0 % 24,0 % 6. Wat is er gebeurd door het uitkopen van een aandeelhouder en het aangaan van een lening (beiden € 500.000)? De REV is aanzienlijk toegenomen, RTV en RVV zijn gelijk gebleven. 7. Hoe komt de toename van de REV?
Antwoord Situatie 1 Situatie 2 omdat de RTV hoger is dan de RVV EV € 1.000.000 € 500.000 VV € 1.500.000 € 2.000.000 Tot € 2.500.000 € 2.500.000 Winst € 150.000 € 120.000 Rentelasten € 90.000 € 120.000 RTV 9,6 % 9,6 % RVV 6,0 % 6,0 % REV 15,0 % 24,0 % 6. Wat is er gebeurd door het uitkopen van een aandeelhouder en het aangaan van een lening (beiden € 500.000)? De REV is aanzienlijk toegenomen, RTV en RVV zijn gelijk gebleven. 7. Hoe komt de toename van de REV? Door de wijziging VV / EV en omdat de RTV hoger is dan de RVV Anders gezegd: als je meer verdient op je Eigen vermogen dan op het Vreemd vermogen neemt de REV toe!
Hoe zetten we dit in een formule? Hoe komt dat? Hoe zetten we dit in een formule? Dan bepalen we eerst de interestmarge. Interestmarge is RTV – RVV Situatie 1 9,6 % – 6,0 % = 3,6 % Situatie 2 9,6 % – 6,0 % = 3,6 %
Vervolgens bepalen we de Hefboomfactor: Hefboomfactor = VV / EV Situatie 1 1.500 / 1.000 = 1,5 Situatie 2 2.000 / 500 = 4,0
Vervolgens bepalen we het Hefboomeffect: REV = RTV + interestmarge x Hefboomfactor x 100 %
Vervolgens bepalen we het Hefboomeffect: Formule Vervolgens bepalen we het Hefboomeffect: REV = RTV + interestmarge x Hefboomfactor x 100 % of In formule: REV = RTV + ( RTV-RVV) x VV/EV x 100 %
Controle Hefboomeffect REV = RTV + interestmarge x Hefboomfactor x 100 % In formule: REV = RTV + ( RTV-RVV) x VV/EV x 100 % Klopt de formule? 8. Maak een controleberekening voor Situatie 1 9. Maak een controleberekening voor Situatie 2
Formule hefboomeffect: REV = RTV + ( RTV-RVV) x VV/EV x 100 % Situatie 1: RTV = 9,6 % RVV = 6 % > Interestmarge = 3,6 % Hefboomfactor = 1.500 / 1.000 = 1,5 REV = 9,6 % + 1,5 x 0,036 x 100 = 15,0 % Die klopt dus. Situatie 2:
Formule hefboomeffect: REV = RTV + ( RTV-RVV) x VV/EV x 100 % Situatie 1: RTV = 9,6 % RVV = 6 % > Interestmarge = 3,6 % Hefboomfactor = 1.500 / 1.000 = 1,5 REV = 9,6 % + 1,5 x 0,036 x 100 = 15,0 % Die klopt dus. Situatie 2: RTV = 9,6 % RVV = 6 % > Interestmarge = 3.6 % Hefboomfactor = 2.000 / 500 = 4,0 REV = 9,6 % + 4,0 x 0,036 x 100 = 24,0 % Die klopt ook.
Grafisch Hefboomeffect Situatie 2
Wat betekent dit nu voor de solvabiliteit? Solvabiliteit = de mate waarin je in staat bent langlopende verplichtingen te voldoen. Formule = Gemiddeld Eigen Vermogen x 100 % Gemiddeld Totale Vermogen Bereken de Solvabiliteit voor: Situatie 1 en Situatie 2
Wat betekent dit nu voor de solvabiliteit? Solvabiliteit = de mate waarin je in staat bent langlopende verplichtingen te voldoen. Formule = Gemiddeld Eigen Vermogen x 100 % Gemiddeld Totale Vermogen. Antwoord: Situatie 1: 1.000 / 1.500 x 100 % = 66,7 % Situatie 2: 500 / 2.000 x 100 % = 25 %
Wat betekent dit nu voor de solvabiliteit? Solvabiliteit = de mate waarin je in staat bent langlopende verplichtingen te voldoen. Formule = Gemiddeld Eigen Vermogen x 100 % Gemiddeld Totale Vermogen. Antwoord: Situatie 1: 1.000 / 1.500 x 100 % = 66,7 % Situatie 2: 500 / 2.000 x 100 % = 25 % De Solvabiliteit is dus veel slechter geworden!
Samenvatting Situatie 1 Situatie 2 EV € 1.000.000 € 500.000 VV € 1.500.000 € 2.000.000 Tot € 2.500.000 € 2.500.000 Winst € 150.000 € 120.000 Rentelasten € 90.000 € 120.000 RTV 9,6 % 9,6 % RVV 6,0 % 6,0 % REV 15,0 % 24,0 % Solvabiliteit 66,7 % 25,0 %
Afronding Wat hebben we nu geleerd?
Wat hebben we nu geleerd? Afronding Wat hebben we nu geleerd? Als je meer Vreemd vermogen aantrekt, en een aandeelhouder uitkoopt, stijgt de winst per € 1.000 geïnvesteerd vermogen; als?
De interestmarge positief is. Dit komt dan door het hefboomeffect. Afronding Wat hebben we nu geleerd? Als je meer Vreemd vermogen aantrekt, en een aandeelhouder uitkoopt, stijgt de winst per € 1.000 geïnvesteerd vermogen aanzienlijk; als: De interestmarge positief is. Dit komt dan door het hefboomeffect.