Werkpakket 1: Polycentrisme Polycentrisme als leidend concept voor analyse en toekomstig ruimtelijk beleid dr. Veronique Van Acker (promotor: prof. dr.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
PBL Ruimteconferentie Rotterdam,
Advertisements

Geschiedenis van het Nederlands Het Nederlands in het Zuiden
Werkgroep: ruimtelijke ordening en stedelijke omgeving Voorzitter: George Allaert Secretaris: Axel Verachtert.
Samenvatting: Stedelijke gebieden
Korte inleiding, expertmeeting woonwerkmilieu’s Atelier Zuidvleuigel, 11 juli 2007 Pieter Tordoir Stedelijke samenhang en synergie komen niet vanzelf RUIMTELIJK.
3 november Infrastructuur in een zich ontwikkelend Flevoland 1e en 2e discussieronde zaal 1Actuele dilemma's Dr. Luca Bertolini van de Universiteit van.
5 vwo Stedelijke gebieden § 5
Expertmeeting 3 Kansen en initiatieven tussen regionale en locale economie.
(Gebieds)kenmerken Regio Groningen en Assen
Concurrentie, Complementariteit en Buitenlandse Investeringen Martijn J. Burger.
Economie in stedelijke netwerken - samenvatting essay - lastige vragen
Par 3.1: Van stad naar stedelijke zone
Bloeiende clusters Energie Landschappen in een hoogwaardig landschap
Vervoer en ruimtelijke inrichting Hoofdstuk 1
AARDRIJKSKUNDE in het VLAAMSE S.O.
Begrippen par. 1 t/m 3 Global cities: diversiteit > integratie of segregatie Favela’s en ‘gated communities’ Megasteden > drie factoren verklaring groei.
Ruimte en bereikbaarheid
Wat vooraf ging ViA-rondetafel 3 december 2010 Partnerdialoog 6 oktober 2011 Beslissing Vlaamse Regering 28 januari 2011 Lentecampagne Partnerdialoog.
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)
Hst 3: De wereld van de stad
Wonen in Nederland Hst 3: Stedelijke vraagstukken van grote en middelgrote steden in Nederland.
4. Landschapsinrichting in “De Bergen” Landschap beoordelen Overblijfsel omwalling van een Keltische burcht = HISTORISCHE WAARDE ook RECREATIEVE WAARDE.
Zorg als volwaardige partner in het buitengebied
Woon-werkdynamiek in de Randstad W oningbouw in de Noordvleugel als voorwaarde voor economische groei Frank van Oort, Thomas de Graaff, Gusta Renes & Mark.
EUrbanis: Verstedelijkingsdynamiek en leefomgevingskwaliteit in Europa
Centraal Planbureau en Planbureau voor de leefomgeving Plannen voor de stad Een multidisciplinaire verkenning van de effecten van verstedelijkingsprojecten.
Strategisch Leren in Regionale Netwerken Willem Salet Hgl planologie UvA.
Hoofdstuk 4 Nederland: stedelijke gebieden Paragraaf 1 t/m 4
Hoofdstuk 3 Wereld: stedelijke gebieden in de VS Paragraaf 3
1.5 Drie Amerikaanse steden global cities
Hoofdstuk 3 Wereld: stedelijke gebieden in de VS Paragraaf 4
Greening in de chemische sector? Casestudie: Haven van Antwerpen in kader van Ba-paper geografie Promotor: prof. D. Vanneste 1)Wat denken chemische bedrijven.
WerkScan Zoektocht naar de optimale infrastructuur: mix van vangnet en springplank.
RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT-NIKLAAS ruimtelijke structuur Nieuwkerken.
30 januari 2013 Leegstand en regionale samenwerking Henk Ovink wnd. DG Ruimte en Water Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Het Waasland als stedelijk netwerk Grondslag voor een RegioRailNet Regionaal Forum 1 december 2006.
Stadsgeografische aspecten van verkeer en vervoer
Ruimtelijke structuur van Roeselare
9 juni ’09 ‘‘Het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zij n platteland’
Geschiedenis van het Nederlands  Het Nederlands in het Zuiden De horizontale en verticale variatie van het Nederlands + OPDRACHT.
Stedelijk en landelijk gebied
Wat is de Ladder voor Provincie Zuid-Holland?
Meer bereiken door ruimtelijk inrichten Barry Zondag 9 maart 2016.
Mobiliteitsvisie Oss Podiumbijeenkomst 4 februari 2010 Ellen Neelen.
‘ Concentreren op kwaliteit’ Presentatie gemeenteraad Groningen J.B.R. Wijma - Programmadirecteur Regio Groningen-Assen 19 Oktober 2010.
Nieuwjaarsreceptie 2015 Transport & Mobiliteit. Lange afstand – corridors Stedelijke mobiliteit Relatie tussen lange afstand en stad / regio: knooppunten.
Kobe Boussauw – 17/02/2012 – ARP Ruimtelijke nabijheid en duurzaam verplaatsingsgedrag in Vlaanderen dr. ir. Kobe Boussauw
Steunpunt Ruimte – Workshop 4, 14 november 2013 Korte afstanden en centrale plaatsen: Toepassing op de lagere scholen in het referentiegebied Kobe Boussauw,
Omvang werkloosheid 1-jan-131-jan-141-okt-14 1-dec-14 WWB/BBZ IOAW IOAZ 576 Subtotaal bijstandTotaal Subtotaal WWWW
RUIMTELIJK ECONOMISCH ATELIER TORDOIR Delft in regionaal perspectief positie, toekomst, beleid Inleiding, Raadsbijeenkomst 9 april 2015 Prof dr Pieter.
Herontwikkeling vliegveld Twente Presentatie voor de stedelijke raadscommissie Enschede, 10 maart 2008 Peter Kuenzli, VTM.
DELFTSE HOFJES. PIETER VAN FOREEST zorginstelling met uitgebreid pakket aan diensten voor senioren zorg op maat; zorg waar nodig en niet meer dan nodig.
Vitale krimpregio’s: kansen in een diverse arbeidsmarkt Prof. dr. Frank van Oort Den Haag, 1 november 2012.
Polycentriciteit Werkpakket 1. Polycentriciteit in Vlaanderen.
WP3 Toekomstverkenningen van de Vlaamse ruimte Scenario Analyse & Ontwerpend Onderzoek KULeuven – UGent Presentatie: Prof. Michiel Dehaene (Labo S - UGent)
De Ruimtemonitor Vlaanderen SADL Thérèse Steenberghen Diederik Tirry 25 januari 2012.
WP 1 – Deelstudie 1: Intrastedelijk polycentrisme en dagelijkse verplaatsingen dr. Kobe Boussauw Universiteit Gent Vakgroep Geografie en Afdeling Mobiliteit.
Nabijheid, bereikbaarheid en duurzaamheid in polycentrische stedelijke systemen Kobe Boussauw, Joren Sansen, Michiel van Meeteren & Ward Ronse promotoren:
Verwelkoming en situering Workshop 1 Steunpunt Ruimte Brussel, 23 mei 2012 Georges Allaert, coördinator Steunpunt Ruimte (UGent)
Polycentrische ver- en ontwarring Mogelijkheden en beperkingen van het polycentrisme concept Michiel van Meeteren MSc. Onderzoeker werkpakket 1.2 (economie)
Ondernemen in de nevel een onderzoeksontwerp Michiel van Meeteren (UGent, SEG)
Ruimtelijke ordening Thuiskamer Egmond-Binnen Edwin de Waard.
Groenboek: een nieuw industrieel beleid in Vlaanderen
De 2030-agenda voor duurzame ontwikkeling in Vlaanderen
Samenhangende verstedelijking en hoogwaardig OV langs de Oude Lijn
Blok 1 Wonen in een stad Deelvraag:
Leegstand en regionale samenwerking
Nationale Omgevingsvisie
als houvast voor uw project
Aardrijkskunde 7.6 Relaties 7.5 Weer 7.4 Klimaat
Transcript van de presentatie:

Werkpakket 1: Polycentrisme Polycentrisme als leidend concept voor analyse en toekomstig ruimtelijk beleid dr. Veronique Van Acker (promotor: prof. dr. Frank Witlox) Universiteit Gent Vakgroep Geografie

Definitie van polycentrisme Polycentrisme versus monocentrisme Monocentrisme is een manier van denken over het functioneren van een stedelijk systeem dat stamt uit: 1.historische, geïsoleerde en militair verdedigbare steden (compacte stad) 2.stadseconomische modellen (“urban economics”): Von Thünen (1826), Alonso (1964), Muth (1969) en Mills (1967)

Begrip polycentrisme is gebaseerd op de evolutie van de volgende fenomenen: 1.interstedelijke pendel- en migratiestromen (Reilly, 1931) 2.gradaties in niveau van dienstencentra (Christaller, 1933) 3.landschap van vastgoedprijzen (Van Nuffel, 2005)

Polycentrisme -> dispersie Nog een stap verder is de ultieme spreiding van de stedelijke ontwikkeling: monocentrisme -> polycentrisme -> dispersie (Gordon en Richardson, 1996; Frank Lloyd Wright, 1932) - Polycentrischer ≠altijd beter; hoeveel polycentrisme is duurzaam?

Verschillende schaalniveaus Davoudi (2003) besteedt uitgebreid aandacht aan het onderscheid tussen de verschillende schaalniveaus: –intrastedelijk –interstedelijk –Interregionaal Hoe hoger het schaalniveau: –hoe meer het een planologisch visieconcept wordt –hoe meer twijfel als verklarend concept.

Intrastedelijk Subcentra (Anas, 1998): –oude dorpskernen die in de agglomeratie worden opgenomen –nieuwe zaken- en winkelcentra langs transportinfrastructuur (“edge cities”) –nieuwe concentraties van werkgelegenheid of van diensten op randstedelijke bedrijventerreinen Indicatoren: –dichtheid, omvang, korrel –aantal/dichtheid van jobs –aantal/dichtheid van voorzieningen –vastgoedprijzen –aanwezigheid van (openbaar-)vervoerknopen

Interstedelijk Een polycentrische stedelijke regio gekenmerkt door onderscheiden steden of nederzettingen die in belangrijke mate interactie vertonen (Dieleman en Faludi, 1998), en elkaars grootte delen (Alonso 1973) Daardoor kan dynamiek in de tussenruimte ontstaan: Zwischenstadt (Sieverts 1997), Nevelstad (Dehaene 2003) Voorbeelden uit de literatuur: Randstad, Vlaamse Ruit, Rijn-Ruhr, Padua-Treviso-Venetië

Interregionaal Voorbeelden uit de literatuur: megalopolis, ecumenopolis, ‘Blauwe banaan’, Europese Pentagon. Polycentrisme als een ruimtelijke planningstrategie: European Spatial Development Perspective: een instrument om geografisch evenwichtige economische ontwikkeling te bevorderen

Onderzoek Werkpakket 1 1.Intrastedelijk polycentrisme en dagelijkse verplaatsingen: prof. Frank Witlox, dr. Kobe Boussauw 2.Interstedelijk en interregionaal polycentrisme: economische clustervorming en stedelijke netwerken: prof. Frank Witlox, Michiel Van Meeteren 3.Regionale woonmarkten: prof. Bruno De Meulder 4.Infrastructuur: prof. Dirk Lauwers, Dominique Gillis Vier thema’s (coördinatie: dr. Kobe Boussauw):

1. Intrastedelijk polycentrisme en dagelijkse verplaatsingen Een intrastedelijke polycentrische structuur wordt geassocieerd met een duurzamer verplaatsingspatroon Analyse van bestaand beleid in functie van het versterken van de ruimtelijke nabijheid Op zoek naar indicatoren (concentraties aan dienstverlening, concentraties aan werkgelegenheid, prijskegels in vastgoed, knooppunten van het openbaar vervoer) Analyse van bestaand patronen Variaties in ritlengtes, modale keuze en keuze van bestemming in functie van de omvang van de agglomeratie.

2. Interstedelijk en interregionaal polycentrisme: economische clus- tervorming en stedelijke netwerken -Relatie tussen bedrijf en omgeving speelt voor verschillende functies op een verschillend schaalniveau -Mate van polycentrisme op die schaalniveaus kan van invloed zijn -Waar mogelijk in kaart brengen van die relatie op basis van bestaande datasets en nieuwe methoden -Onderzoek naar „ruimtelijke voetafdruk“ voor verschillende (arche)typen bedrijven in Vlaanderen

3. Regionale woonmarkten...

4. Infrastructuur Het infrastructuurvraagstuk: netwerkvormen – functietoekenning – gebruik –Verrastering van netwerken (bv. GEN vs Brabantnet – boomstructuren versus rasternetwerken) –Ontvlechting versus bundeling (bv. fiets-o-strades) –Geïntegreerd individueel-openbaar (bv. ‘koppelsnelwegen’, shared mobility) –Verknoping van netwerken