Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdJosephus Beckers Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
KRUISWEG 2014 R.K. Angelusparochie te Asten
2
Openingszang O hoofd vol bloed en wonden met smaad gedekt en hoon O goddelijk hoofd omwonden met scherpe doornenkroon! O Gij die and’re kronen en glorie waardig zijt; Ik wil mijn hart U tonen, dat met U medelijdt Mijn God, die zonder klagen het zwaarste hebt doorstaan; al wat Gij had te dragen, wie heeft het u gedaan! Wee mij, die voor de zonden het hoogste goed verliet! O, om Uw bloed en wonden, verstoot mij, zondaar niet.
3
Kruisweg levensweg Konden jullie dan niet één uur met mij wakker blijven? vroeg Jezus. Slechts één uur wordt van ons gevraagd om compassie te tonen met Hem die zijn kruis op zich heeft genomen. Jezus: wie mij wil volgen, moet niet bij zichzelf blijven stilstaan, maar zijn kruis op zich nemen en mijn navolgen. Vaak zijn wij toeschouwers in het leven. Echter degene die de weg ten leven gaat begaat de kruisweg tussen alle mensen door. Laten wij dit uur de kruisweg bidden en de weg ten leven gaan. Amen. Pastoor Hermans
4
Eerste statie: Jezus wordt ter dood veroordeeld Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Matt.27,11-26; Marc. 15,1-15; Luc. 23,1-25; Joh. 18,28-19,16. Toen leverde Pilatus, Jezus hen uit om de kruisdood te ondergaan, en zij namen Hem over
5
Eerste Statie, rechterpaneel
De zondeval van Adam en Eva (Gen.3)
6
Waarom, waarom toch. Het kwaad heeft zich in de harten genesteld, de verwarring tussen goed en kwaad is compleet. Meerdere intriges zijn bij mijn rechtszaak in het spel. Mensen staan met gebalde vuisten tegenover Mij en geven valse getuigen Ik kan niets meer doen om hen te bereiken. De scheiding tussen hen en Mij is niet te overbruggen . Waarom is mijn getuigenis van de waarheid onverstaanbaar geworden voor hen die de macht in handen hebben? Ik zie al de mensen schreeuwen: kruisig hem! En ze bedoelen er Mij mee! Het zijn mijn eigen landgenoten, mijn geloofsgenoten. Tot deze broeders heb ik in hun synagogen gesproken. Nu word Ik door Pilatus in hun handen uitgeleverd. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik U bedroefd. Antwoord Mij.
7
Gebed. Laat ons bidden God, onze Vader, uw oordeel is mild en rechtvaardig; uw woord is barmhartig en liefdevol. Hoor de stem van de veroordeelden, luister naar de klacht van uw schepselen en doe ons toekomen de genade van uw Zoon, veroordeeld om onze zonden en onze vrede : Jezus Christus onze Heer. Amen Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
8
Met de tranen in haar ogen, stond de moeder diep bewogen, naast het kruis waar Jezus hing. Door haar pijnlijk zuchtend harte, overstelpt van wee en smarte, ‘t scherpe zwaard van droefheid ging.
9
Tweede Statie: Jezus neemt het kruis op zijn schouder Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Joh. 19, 17. Zelf zijn kruis dragend trok Jezus de stad uit naar wat de Schedelplaats heet, in het Hebreeuws Golgota.
10
Tweede statie, rechterpaneel
(Gen.22,1-19) Isaac draagt zijn eigen offerhout
11
Het houten kruis is zwaar. Zo zwaar dat het bijna niet te tillen valt
Het houten kruis is zwaar. Zo zwaar dat het bijna niet te tillen valt. Stap voor stap drukt de last zwaarder op mijn schouders. Er is geen weg terug. Aan Mij was geopenbaard door mijn Vader dat dit de consequentie zou zijn van Mijn levenswerk. Ik wil zelf mijn kruis dragen ook al begeven later mijn krachten het bijna, omdat ik murw geslagen werd hiervoor. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
12
Gebed Laat ons bidden God, niet-te-peilen Vader, Gij gaat met mensen onnaspeurbare wegen. Gij nodigt ons uit tot een nieuw bestaan, Gij zijt onze kracht in alle verdrukking. Schenk ons de moed om alles in het leven op uw weg te plaatsen in navolging van Hem die vrijwillig zijn kruis op zich nam: Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
13
Hoe bedrukt, hoe neergeslagen, moest de zegenrijke klagen, om Gods eniggeboren Zoon.
14
Derde Statie,linkerpaneel
Lucas 15; Parabel van de verloren drachme Deel in mijn blijdschap, want de drachme die ik verloren had, heb ik teruggevonden.
15
Derde statie: Jezus valt voor de eerste keer onder het kruis Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. (Micha 7,8) Maak u maar niet vrolijk over mij, gij die mij vijandig zijt; al ben ik gevallen, ik sta weer op; al zit ik in het duister, de Heer blijft mijn licht.
16
Derde Statie,rechterpaneel
(2 Sam.11 en 12,1-25) De val van koning David
17
Het wordt Me teveel. Ik kan niet meer
Het wordt Me teveel. Ik kan niet meer. Daarbij komt de hoon van de omstanders. Zal ik temeer blijven liggen om even op adem te komen. Maar veel tijd wordt Mij niet gegeven. De mensen dringen aan en de soldaten slaan om aan te geven: sta op. Maar ook een stem in Mij zegt dat ik door moet gaan. Zij verrichten hun taak zoals Ik de mijne met alle consequenties. Zij onttrekken zich niet aan hun verantwoordelijkheden. Door hen wordt Ik geleid. Maar zij doen dit werk toch maar. En zij doen dit met grote waardigheid, ofschoon mijn situatie mens onterender wordt met de minuut. Neen, lachen zit er op dit moment niet in. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
18
Gebed. Laat ons bidden. God, onze Vader, Gij richt de gevallen mens op, uw roep geeft kracht om door te zetten, uw stem wekt op uw eniggeboren Zoon. Wek ook ons op uit onze gevallen situatie en laat over ons komen de Geest van Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
19
Ach, hoe schreide en hoe kreet zij
Ach, hoe schreide en hoe kreet zij. En wat folteringen leed zij, bij 't aanschouwen van die hoon.
20
Vierde Statie, linkerpaneel
(Gen. 21,8-21) Hagar en Ismaël in de woestiijn
21
Vierde Statie: Jezus ontmoet zijn moeder
Vierde Statie: Jezus ontmoet zijn moeder Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Joh. 19, Bij Jezus kruis stond zijn moeder, de zuster van zijn moeder, Maria de vrouw van Klopas en Maria Magdalena
22
Vierde Statie, rechterpaneel
(1 Kon.2,19) Koning Salomo eert zijn moeder
23
Op dit moment, zie ik mijn moeder terwijl ik met het houten kruis op mijn rug mijn weg voortzet, stap voor stap. God, wat moet zij een verdriet hebben om mij, haar eerstgeborene, die met de last van het kruis optrekt naar de executieplaats buiten de stad. Wat moet dit voor haar ongelooflijk zwaar zijn. Kon ik haar maar iets zeggen om te troosten. Mijn blik in haar ogen maken vervolgens haar lijden zichtbaar. Haar ogen spreken voor mij boekdelen, wat op zijn beurt mijn lijden niet lichter maakt. Ze lijdt met mij mee en dit medelijden biedt troost. Zo is de solidariteit van moeder met haar kind een troost op zich. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
24
Gebed. Laat ons bidden. God, Vader, zie neer op uw volk dat zijn ogen opslaat naar uw Zoon. Doe uw blik op ons rusten en wij zullen onze ogen niet sluiten voor ieder die onze aandacht zoekt. Maak ons vrij, maak ons gastvrij, opdat wij medeleven met de ander en opdat iedere ontmoeting getuigt van U door Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
25
Wie kan nu zijn tranen houen. En de moeder hier aanschouwen
Wie kan nu zijn tranen houen. En de moeder hier aanschouwen. In haar bitter zielewee. Wie voelt niet zijn hart verscheuren,die de Moeder zo ziet treuren. Lijdend met haar Jezus mee?
26
Vijfde Statie, linkerpaneel
(Tob. 5,4) De aartsengel Raphaël geleidt de jonge Tobias
27
Vijfde Statie: Simon van Cyrene helpt Jezus om het kruis te dragen
Vijfde Statie: Simon van Cyrene helpt Jezus om het kruis te dragen Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Marcus 15,21 Zij vorderen een voorbijganger die van het veld kwam. Simon van Cyrene, de vader van Alexander en Rufus, tot het dragen van zijn kruis
28
Vijfde Statie, rechterpaneel
(Rt.2,11) Ruth zorgt voor haar schoonmoeder Noëmi
29
Laat me met rust. Ik kom van mijn werk en wil naar huis
Laat me met rust. Ik kom van mijn werk en wil naar huis. Neen, ik word gevorderd tot het dragen van het kruis, alsof niemand anders dit kan. Uiteindelijk doe ik wat mij opgedragen wordt. Zo kom ik de hulpeloze die mijn weg doorkruiste tegemoet. Hoe vaak doorkuist een hulpeloze uw weg en wordt u opgevorderd tot hulp door een vreemde stem? Bent u dan bereid hulp te bieden aan degene die uit zichzelf niet meer verder kan? Ik zag in dat deze geslagen persoon uit zichzelf niet verder kwam dus droeg ik voor hem zijn kruis. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
30
Gebed. Laat ons bidden. God, onze Vader, de mens als medewerker: zo luidt uw opdracht. Open onze ogen voor de mogelijkheden, ook vandaag, om anderen te helpen de levensweg te voltooien door de zware lasten die op hun schouders drukt te dragen, zoals van uw Zoon, Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
31
Zij zag Jezus voor de zonden van zijn volk bedekt met wonden van de wrede geseling.
32
Zesde Statie, linkerpaneel
(1Sam.25,23-35) Abigaël geeft de soldaten van David te eten
33
Zesde Statie: Veronica droogt het gezicht van Jezus
Zesde Statie: Veronica droogt het gezicht van Jezus. Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Matteus 25,40 . Voorwaar, Ik zeg u: al wat gij gedaan hebt voor een deze geringsten van mijn broeders hebt gij voor mij gedaan
34
Zesde Statie,rechterpaneel
Gen.24, Rebekka drenkt de kamelen van Eleëzar
35
Ik ben niet alleen, velen met mij sluiten hun ogen niet voor wat hier gebeurt. Ondanks de angst, die ik had op dat moment, handelde ik alsof het hier om mijn eigen zoon ging, die ter dood werd weggeleid. En veel heb ik niet kunnen doen voor deze bebloede man. Het minste wat ik voor hem kon doen was wel, dat ik zijn gelaat afdroogde met een schone doek. Dit gebaar alleen bracht een glans op zijn gelaat. Mijn gebaar was voor hem als kostbare balsem die de pijn verzacht. Ik deed wat men moest doen. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
36
Gebed. Laat ons bidden. God, Vader, in Jezus uw Zoon hebt Gij uw ware gelaat aan ons getoond. In zijn lijden en kruis was uw pijn zichtbaar voor ons. Prent ook in ons dat gij in elke lijdende en zieke uw ware gezicht openbaart zoals door uw Zoon, Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
37
Zij zag haren Liev’ling sterven, alle troost zijns Vaders derven, tot de geest uit ‘t lichaam ging.
38
Zevende Statie: Jezus valt voor de tweede keer onder het kruis
Zevende Statie: Jezus valt voor de tweede keer onder het kruis Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost Ps. 35, Hoe lang nog, Heer, ziet Gij werkeloos toe? Verlos mij van deze brullende leeuwen. Dan zal ik U danken in de gemeente, U loven waar mensen verzameld zijn
39
Ik kan mijn weg niet voortzetten, opnieuw lig ik op de grond
Ik kan mijn weg niet voortzetten, opnieuw lig ik op de grond. Ofschoon de hulp van de mensen, van Simom en Veronica, die mijn last verlichtte kan ik het niet meer aan. De menigte om me heen houdt maar niet op de last te verzwaren. De spot en hoon wordt ondraaglijk. De eerste keer dat ik viel lag het aan mijn vermoeidheid. Nu is het meer moedeloosheid die me ten val brengt. God, mijn Vader, kom mij toch te hulp. Ik bid zonder ophouden tot U. Aan de hulp van Simon en Veronica heb ik nu niks. Ik zoek u in deze uitzichtloze situatie. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
40
Gebed. Laat ons bidden. God, Vader, Gij toont ons de mens, die neergebogen ligt in het stof waar Gij zover van verwijderd lijkt. Open onze ogen voor de werkelijkheid. Geef ons moed om solidair met de gevallenen zonder uitzicht op te staan met Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
41
Geef, o Moeder, bron van liefde, dat ik lijd wat u dorogriefde, geef mij dat ik met u klaag. Acht, ontvlam mijn hart en zinnen, dat ook ik mijn God mag minnen, en dien Heiland steeds behaag. Heil’ge Moeder, hoor mijn bede, deel mij Christus’wonde mede. Diep ze drukkend in mijn hart.
42
Achtste Statie: Jezus troost de wenende vrouwen
Achtste Statie: Jezus troost de wenende vrouwen Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost Luc. 23, Een grote volksmenigte volgde Hem, ook vrouwen die zich op de borst sloegen en over Hem weeklaagden. Jezus keerde zich om tot hen en sprak: ‘Dochters van Jeruzalem , weent niet over Mij, maar weent over uzelf en uw kinderen. Want als men zo doet men het groene hout, wat zal er dan met het dorre gebeuren?
43
Even sta Ik stil en zie hoe groot de volksmenigte is die mij volgt en onder hen zie Ik ook verscheidene vrouwen die over Mij weeklagen. Ik hoef hun medelijden niet. Trouwens, ze hebben zelf nog niet eens in de gaten hoe beroerd hun eigen situaties is. En daarop zei Ik: Vrouwen van Jerusalem, ziet naar uw eigen situatie alvorens ge over de mijne weeklaagt. Ik ben nog jong, de lijdensweg die ik moet gaan vanwege de hogepriesters, Farizeeën en schriftgeleerden die met macht het volk regeert, is in vergelijking met wat jullie staat te wachten niks. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
44
Gebed. Laat ons bidden. God, Vader van vertroosting, uw liefde stuurt mensenhanden om te helen wat gekwetst is. Maak ons ontvankelijk voor uw troost en leg op ons uw hand zodat wij op onze beurt weer anderen kunnen troosten gelijk uw Zoon, Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
45
Van uw Zoon, bedekt met wondne, die zo leed om mijne zonden, laat mij delen in de smart.
46
Negende Statie, linkerpaneel
Jer.39 Jeremias treurt over de val van Jeruzalem
47
Negende Statie: Jezus valt voor de derde keer onder het kruis
Negende Statie: Jezus valt voor de derde keer onder het kruis Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost Ps. 130, Uit de diepte roep ik Heer, luister naar mijn stem Wil aandachtig horen naar mijn smeekgebed. Als Gij zonden blijft gedenken, Heer, wie houdt dan stand? Maar bij U vind ik vergeving, daarom zoekt mijn hart naar U.
48
Negende Statie, rechterpaneel
Gen.19, De val van Gomorra
49
Is dit uw wil, God, dat ik in het stof neergedrukt lig en mijn gezicht kapot val op de harde stenen van de straten in Jeruzalem. Moet mijn bloed soms letterlijk de straten van de stad van Vrede kleur geven. Zo oprecht als ik altijd heb geleefd, zo verslagen lig ik nu terneer. Neen, de wil van mijn Vader is dit niet Mijn Vader is oprecht en barmhartig. De lichaamshouding is een weergave van mijn wil die diep terneergeslagen is. En uit deze diepte richt ik mijn geest tot U, mijn God. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
50
Gebed. Laat ons bidden. God, Vader kracht voor de krachteloze, hoop voor de verslagene, leg uw beschermende hand om ons heen, laat ons niet vallen maar schenk ons kracht om op eigen benen te staan door Jezus Christus, uw Zoon en onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
51
Laat mij met u medewenen Mij met ‘s Heren leed verenen, tot het uur van mijnen dood.
52
Tiende Statie, linkerpaneel
Gen.44, De beker van farao wordt in de zak van Benjamin gevonden
53
Tiende Statie: Jezus wordt van zijn kleren beroofd
Tiende Statie: Jezus wordt van zijn kleren beroofd Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost Matt. 27,35; Marc. 15,24; Luc. 23,33-34; Joh. 19,18-22. Joh. 19,23 Toen de soldaten Jezus gekruisigd hadden, namen ze zijn kleren en deelde ze in vieren, voor iedere soldaat een deel. Ze namen ook de lijfrok, die echter zonder naad was, aan één stuk geweven van bovenaf.
54
Tiende Statie, rechterpaneel
Gen.37, De broers overhandigen de rok van Jozef aan Jacob
55
Hier sta ik; naakt, van mijn kleren beroofd
Hier sta ik; naakt, van mijn kleren beroofd. Zelfs deze beschutting wordt mij ontnomen. En geheel ontroofd van mijn waardigheid zie ik de soldaten mijn kleren onder elkaar verdelen. Dat zij zich schamen. Nog voor mijn ogen dobbelen zij om de buit. Mij blijft ook niets bespaart. Verder bemerk ik dat deze naaktheid anders is als mijn naaktheid tijdens de geboorte. Deze naaktheid, aan het kruis geslagen, is niet mooi. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
56
Gebed. Laat ons bidden. God, Vader , uit niets hebt Gij hemel en aarde geschapen en de mens gemaakt naar uw beeld. Gij bekleed onze naaktheid. Wij bidden: aanvaard ik liefde onze schaamte voor de naakte waarheid door Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
57
Naast het kruishout wil ik toeven, en mij daar met u bedroeven om het lijden, naamloos groot.
58
Elfde Statie, linkerpaneel
Gen.22,1-14 Het offer van Abraham
59
Elfde Statie: Jezus wordt aan het kruis geslagen
Elfde Statie: Jezus wordt aan het kruis geslagen. Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost Lucas 23,33 Toen zij op de plaats kwamen die Schedel heet, sloegen zij Hem daar aan het kruis, en zo ook de misdadigers, de een rechts, de ander links. En Jezus zeide: “Vader vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen.”
60
Elfde Statie, rechterpaneel
Het offer van den hogepriester
61
De hamer wordt uitgehaald en een nagel doorboord mijn polsen en voeten, terwijl ik plat op het kruishout op de grond lig. Ik verga van de pijn maar het ontbreekt mij gewoonweg aan kracht om te kermen. Je ziet duidelijk aan mijn gelaat hoe zeer ik lijd. En daar ga ik dan de lucht in. Het kruis wordt overeind gezet in de grond. Opnieuw verga ik van de pijn, mijn armen en benen doen nog zeer van het kruis dragen, nu draagt het kruis mij. De ene spot en hoont mij, terwijl de andere mij om genade vraagt in het uur van mijn dood. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
62
Gebed. Laat ons bidden. God, Vader , zelfs in het uur van onze dood roept gij ons tot bekering in uw Zoon. Vergeef ons wat wij misdoen, verzoen ons met elkaar in uw Naam door Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
63
M aagd der maagden onvolprezen wil mij niet ongunstig wezen laat mij treuren aan uw zij.
64
Twaalfde Statie, linkerpaneel
Num.21,8-9 De koperen slang in de woestijn
65
Twaalfde Statie: Jezus sterft aan het kruis
Twaalfde Statie: Jezus sterft aan het kruis Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Joh. 19, Jezus zei tot zijn Moeder; vrouw, zie daar uw Zoon Vervolgens zei Hij tot de leerling; zie daar uw moeder.
66
Twaalfde Statie, rechterpaneel
Gen.6,14-8,19 De ark van Noach
67
Het is volbracht. Mijn laatste kracht gebruik ik om iets tot mijn moeder te zeggen en tot de leerling naast haar. Dit is het dan. Nog even diep ademhalen, wat bijna niet meer gaat en vragen om een slok drinken. Vervolgens een paar tellen afwachten en ik ben weg. Vader, in uw handen beveel ik mijn geest. Zucht… Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
68
Gebed. Laat ons bidden. God, onze Vader , op het moment dat alles is volbracht verlost Gij mij van het lijden. Bevrijd ons van de eeuwige dood en laat dit sterven van uw Zoon voor ons een voorbeeld zijn opdat ook onze geest vrij is als wij sterven in uw Naam Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
69
Laat mij Christus’ doodstrijd strijden deelgenoot van al zijn lijden laat mij sterven zoals Hij. Laat zijn wonden mij doorwonden, worde ik bij zijn kruis verslonden in het bloed van uwen Zoon.
70
Dertiende Statie: Jezus wordt van het kruis afgenomen
Dertiende Statie: Jezus wordt van het kruis afgenomen Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Matt. 27,57-58; Marc. 15,42-45; Luc. 23,50-53; Joh. 19, Joh. 19,39-40 Nikodeum, die Hem vroeger ‘s-nachts bezocht had, kwam ook en bracht een mengsel van mirre en aloë mee, ongeveer honderd pond. Zij namen het lichaam van Jezus en wikkelden het met de welreikende kruiden in zwachtels, zoals bij een Joodse begrafenis gebruikelijk is.
71
Dertiende Statie, rechterpaneel
Gen Eva treurt bij het lijk van Abel
72
Kijk, hoe mijn aan het kruis bij velen een afschuw opwekt
Kijk, hoe mijn aan het kruis bij velen een afschuw opwekt. Zelfs je ergste vijand gun je dit niet. Vol zorg wordt mijn lichaam daarop van het kruis genomen en voorzichtig leggen ze Mij in de schoot van mijn moeder. Zoals bij mijn geboorte. Met dit verschil: toen was Ik een bron van vreugde, nu ben Ik een bron van verdriet voor haar. Voor een kort ogenblik is deze schoot mijn rustplaats alvorens mijn lichaam ten graven wordt gebracht. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
73
Gebed. Laat ons bidden. God, onze Vader , in de moederschoot rust het lichaam. Ook als de geest geweken is. Mogen ook wij rust vinden in de schoot van anderen die om ons geven zoals Jezus Christus, onze Heer. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
74
Moge ik in het vuur niet branden neem, o Maagd, mijn zaak in handen in het oordeel voor Gods troon.
75
Veertiende Statie: Jezus wordt in het graf gelegd
Veertiende Statie: Jezus wordt in het graf gelegd Wij aanbidden U, Christus, en loven U, A: omdat Gij door uw heilige kruis de wereld hebt verlost. Matt. 27,59-66; Marc. 15,46-47; Luc. 23,53-56; Joh. 19, Joh. 19,41-42 Op de plaats waar Hij gekruisigd werd, lag een tuin en in die tuin een nieuw graf, waarin nog nooit iemand was neergelegd. Vanwege de voorbereidingsdag van de Joden en omdat het graf dichtbij was, legde zij Jezus daarin neer.
76
Viertiende statie, rechterpaneel
Laatste oordeel
77
Door mijn rechtschapen vrienden wordt mijn lichaam als een graankorrel begraven. Ik begrijp hun goede bedoelingen, de oprechte waardering voor mij, maar lang zal ik niet rusten in dit graf. Zoals een graankorrel zal ook ik verrijzen tot nieuw leven. Drie dagen en dan ben ik hier weer uit van Godswege. Het enige wat men dan hier aantreft zijn de zwachtels en de lijkwade waarin ik gelegen was. Ik laat mij kort vanwege mijn gekwelde lichaam hier te rusten leggen, daarna zullen zij van mij horen en zien eer ik terug keer naar God, mijn Vader. Mijn volk wat heb Ik u gedaan en waarmee heb ik u bedroef. Antwoord Mij.
78
Gebed. Laat ons bidden. God, onze Vader , uw Zoon is te ruste gelegd en de strijd is gestreden. Laat uw wereld ook rust vinden en herstellen van de wonden haar aangericht opdat in het voetspoor van uw Zoon zij vernieuwd wordt van aanschijn, nu en in eeuwigheid. Amen. Ontferm U over ons, Heer, ontferm u over ons. A: God, wees ons, zondaars, genadig.
79
Christus, wil bij mijn verscheiden door uw moeder mij geleiden tot de overwinnaarsprijs. Doe, als ‘t Lichaam dan zal sterven mijne ziel de glorie erven van het hemels paradijs. Amen.
80
Lam Gods dat zo onschuldig zo eindeloos geduldig aan ‘t schandelijk kruishout lijdt: ‘t is al voor onze zonden uw pijnen en uw wonden Gij die de onschuld zelve zijt. Lam Gods, Gij wilde sterven uws Vaders liefde derven in eindeloze pijn: Gij sloeg op ons uw ogen in goddelijk mededogen en wilde onz’ Verlosser zijn Lam Gods, nimmer volprezen, leer ons de zonde vrezen waarvoor Gij stierf aan ‘t kruis: wilt Gij ons eenmaal geven het onvergankelijk leven bij U in ‘t hemels Vaderhuis
81
Slotgebed Wij bidden dat wij door het lijden en sterven van Christus gebracht worden tot de glorie van zijn verrijzenis . Loven wij de Heer. Wij danken God.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.