Kinderen van het Licht Wandel in het Licht II
1 Thess.5:1Maar wat de tijden [?] en de gelegenheden [?] betreft, broeders, is het voor u niet nodig dat men u schrijft. Vers 2Want u weet zelf heel goed dat de dag van de Heere komt als een dief in de nacht. Vers 3Want wanneer zij [?] zullen zeggen: Er is vrede en veiligheid, dan zal een onverwacht verderf hun [?] overkomen, zoals de barensweeën een zwangere vrouw, en zij zullen het [?] beslist niet ontvluchten.
Wandel in het Licht II Vers 5 U bent allen kinderen van het licht [?] en kinderen van de dag [?] Vers 8 Maar laten wij, die van de dag [?] zijn, nuchter zijn Of van het licht / dag ? Of Van de duisternis / nacht ?
Wandel in het Licht II Joh.1:5En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet begrepen/gegrepen. Vers 7Hij (Johannes) kwam tot een getuigenis, om van het licht te getuigen, opdat allen door hem (Johannes) geloven zouden. Vers 8Hij (Johannes) was het licht niet, maar was gezonden om van het licht te getuigen.
Wandel in het Licht II Joh.3:20Want ieder die kwaad doet [?], haat het licht en komt niet tot het licht, opdat zijn werken niet ontmaskerd worden. Vers 21Maar wie de waarheid doet [?], komt tot het licht, opdat van zijn werken openbaar wordt dat zij in God gedaan zijn. Joh.8:12Jeshua dan sprak opnieuw tot hen en zei: Ik ben het Licht der wereld; wie Mij volgt, zal beslist niet in de duisternis wandelen, maar zal het licht van het leven hebben [?].
Wandel in het Licht II 2 Petr.3:8Maar laat vooral dit u niet ontgaan, geliefden, dat één dag bij de Heere is als duizend jaar en duizend jaar als één dag. De huidige kalender van JHWH beschrijft 7000 jaar Ps.19:2-3De hemel vertelt Gods eer, het gewelf verkondigt het werk van Zijn handen. De ene dag spreekt overvloedig tot de andere, de ene nacht geeft kennis door aan de andere. De kalender van JHWH wordt bepaald door…[?]
Wandel in het Licht II 1. Wat gebeurde er op de eerste dag? 2. Uit hoeveel uur bestaat deze dag? 3. Hoe wordt de eerste dag van het jaar bepaald? 4. Welk seizoen van het jaar is het dan? 5. Welke kalender werd er toen gebruikt? 6. Welke dag en maand was/is dit op kalender? 7. En op de (tweede) verlossingskalender?