PRIMO Opleiding Taalexpert Keuzemodule NT2 Blok 4 NT2-methodes / Nieuwkomers / Luisteren en Spreken 17 februari 2016
NT2 methodes Aan de hand van 8 stappen voorbeeld Eerste Opvang Anderstaligen Eindhoven 10 -16 jarigen -Methodes / (Digitale) Orthotheek / Links -Welk materiaal is er aanwezig op jouw school en voor welke leerling is het geschikt?
NT2 methode Voor welke doelgroep is de methode gemaakt ? Uit welke onderdelen bestaat de methode? Welke taalniveaus kunnen worden bereikt met de methode ? Welke opvattingen over taal onderwijzen vind je terug in de methode ? Aan welke taalleerdoelen besteedt de methode aandacht ?
NT2 methode Sluit de methode aan bij situaties die voor jouw leerlingen functioneel zijn ? Is de methode aantrekkelijk vormgegeven voor jouw leerlingen? Zou je de methode gebruiken voor je eigen groep ?
VUT-model Een leerproces verloopt beter als leerlingen reflecteren op hun eigen leren. Leerlingen moeten ook leren om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerproces. Een bekende manier om dat te doen is het VUT-model: vooruitkijken – uitvoeren – terugkijken.
VUT-model Wissel uit met een collega of je zelf het VUT-model toepast in je lessen. Formuleer hierbij 1 actie waar je de komende week aan gaat werken
TPR Total Physial Response Terwijl kinderen naar de gesproken taal luisteren, wordt hun luistervaardigheid ontwikkeld; na verloop van tijd gaan zij spontaan spreken. De spreekvaardigheid staat in de schaduw van de luistervaardigheid en dat blijft gedurende een groot deel van de taalontwikkeling.
TPR De docent geeft opdrachten, doet de opdrachten voor (= modelling) de leerlingen doen na (= demonstration). De leerlingen spreken in het begin nog niet, maar na zo’n 10 à 20 uur krijgen ze behoefte om zelf te gaan spreken. De rollen worden omgedraaid en de leerlingen geven opdrachten in de doeltaal, de anderen voeren deze uit.
TPR Gebruik van de gebiedende wijs. Vanaf les 1 begrijpen de leerlingen de docent: elk woord is gekoppeld aan fysieke actie. Actie en concrete voorwerpen maken het leren makkelijk, leuk en duidelijk. TPR kan voor alle leeftijden en alle niveaus gebruikt worden.
TPR Demonstratie: Gezamenlijk aan de slag! Tip: Gebruik TPR aan het einde van elke les 10 minuten. Hoe heb je het ervaren? Wat kun jij doen om de leerling te begeleiden/ondersteunen?
Nieuwkomers Neveninstromers of zij-instromers: Kinderen van 6 jaar en ouder die uit het buitenland naar NL komen. Onderinstromers: Leerlingen jonger dan 6 jaar die hun schoolloopbaan in een kleutergroep starten.
Drie opvangmodellen Centrale Opvang ISK, EOA Geïntegreerde opvang Nieuwkomers en reguliere leerlingen gezamenlijk. Taakleerkracht NT2 haalt leerlingen uit groep voor extra begeleiding. Gecombineerde opvang of combi-opvang. Deel week zitten nieuwkomers in aparte opvangklassen & rest in gecombineerde groep.
Opdracht Noem enkele voor- en nadelen van de drie verschillende opvangmodellen. Op welke manier biedt jouw gemeente onderwijs aan nieuwkomers? Denk aan leerlingen, spreiding van het aantal leerlingen enz.
Extra http://www.doelennieuwkomers.slo.nl/ Aan welke van de vaardigheden lezen, luisteren, schrijven en spreken moet in het begin vooral aandacht worden besteed in het onderwijs aan nieuwkomers? Hoeveel woorden moeten er in het eerste jaar worden aangeboden?
Opdracht Maak voor een neveninstromer in groep 4 een lijst van 50 woorden die met het thema ‘klas’ te maken heeft. Welke woorden hoeft de leerling alleen receptief te kennen? Vergelijk de lijst met bestaande woordenlijsten.
Luistervaardigheid Verschil tussen verstaan en begrijpen. Verstaan is herkennen van afzonderlijke woorden en begrijpen is toekennen van betekenis aan die woorden. Input woord bekend ? Situatie en context klopt ? Begrijpen is niet woord voor woord onthouden wat er gezegd wordt.
Onderscheid verstaan en begrijpen In leergangen NT2 vind je vaak oefeningen die gericht zijn op verstaan dan wel begrijpen. Vaak andere terminologie (oriënterend luisteren, globaal begrip, nauwkeurig luisteren).
Wat is moeilijk voor NT2-leerders bij het verstaan ? Herkennen van klanken Klemtoon (woordaccent en zinsaccent) Intonatie (toonhoogte) Ritme Spreektempo Accenten en dialecten
Wat is moeilijk voor NT2-leerders bij het begrijpen ? Woordenschat Grammatica Kennis van informeel en idiomatisch taalgebruik Kennis van formeel taalgebruik Kennis van het onderwerp Kennis van de manier waarop teksten zijn opgebouwd Kennis van de manier waarop gesprekken verlopen
Waaraan moet T2-luistervaardigheidsonderwijs aandacht besteden ? Luisteren naar instructies docent Deelaspecten luistervaardigheid Veel verschillende luisterdoelen en luistersituaties Waar nodig: accenten en dialecten ( tv/radio programma’s regionale zender) Begrijpvaardigheid is doel, dit sluit verstavaardigheid niet uit: relevant op alle niveaus
Luisteren in de praktijk In de leergang luistermateriaal in verschillende rondes beluisteren (deelvaardigheden oefenen) Gebruik maken van internet voor luistermateriaal: soaps, liedjes, youtube (vooral bij weinig taalcontact) Let op taalniveau: bedenk te beantwoorden vragen
Werkvormen voor luistervaardigheid Geschikte werkvormen voor verschillende niveaus. Selecteer een oefening voor verstavaardigheid en begrijpvaardigheid uit deze lijst en vertel je collega waarom die geschikt is voor jouw groep en hoe je die zou gaan gebruiken.
Verstaanbaar? Checklist Klemtoon Zinsaccent Intonatie Ritme Spreektempo, Spreekvolume, Stemkwaliteit Klinkers, medeklinkers
Spreekvaardigheid Opdracht: Wanneer is iemand spreekvaardig?
Iemand is spreekvaardig als.. Uitingen zijn verstaanbaar, begrijpelijk en passen in situatie. Boodschap van de gesprekspartner begrijpen en daarop inhoudelijk passend kunnen reageren. Taal kunnen gebruiken in situaties in het dagelijks leven.
Deelvaardigheden Spreken Woordenschat en idioom Verstaanbaarheid Stijl en register, beleefdheidsvormen Routines, standaardzinnen en uitdrukkingen Grammatica/morfosyntaxis
Onderdelen spreekvaardigheid Socio-culturele kennis, non-verbale communicatie Tempo en vloeiendheid Compensatiestrategieën Structuur aanbrengen in langere spreektaken Taalfuncties/ handelingen
Hoe kun je het oefenen organiseren ? Planning, uitvoering, feedback Onderwerp interessant Reden om te spreken: informatie-kloof Leerdoel op bord Spreken in groepjes, tweetallen Niet aan einde van de dag
Feedback geven Positief Doelgericht Leerlinggericht Expliciet Zorg voor een veilig leerklimaat zonder spreekstress
Kringgesprek Een leraar die les geeft aan groep 3 heeft met de kinderen gezamenlijk naar een tekenfilm gekeken. Op welke manier zou hij de volgende dag met de leerlingen terug kunnen komen op die film, zodat de interactie levendig en duidelijk wordt, vooral voor leerlingen die het Nederlands nog niet zo goed beheersen?
Tot slot Literatuur: Huiswerk Voor de volgende keer. Foto’s ‘good practice’ Voor de volgende keer.
Eindopdracht Beschrijf welk verschil jij maakt voor jouw leerlingen met de kennis die je hebt opgedaan tijdens het volgen van deze keuzemodule. Je geeft een beschrijving van “good practice” op het gebied van mondelinge en schriftelijke taal of taalactiviteiten (hierbij beschrijf je in ieder geval de rol van de leraar en het leerproces voor de leerling); Je geeft een beschrijving van talige activiteiten en routines die je gedurende dit schooljaar hebt ingevoerd op groeps- en/of schoolniveau (hierbij benoem je aan welke tussendoelen je hebt gewerkt, op welk referentieniveau en welke differentiatievormen gebruikt zijn); Je beschrijft hoe je gebruik hebt gemaakt van taal in andere vakken. Wat heb je gedaan ter voorbereiding? Beschrijf je les en wat hebben leerlingen geoefend/ geleerd (hoe weet je dat)? Wat heb je gedaan om de leeromgeving van de leerlingen rijker te maken op taalgebied? Geef hier een omschrijving van. Beschrijf daarnaast wat jouw rol is en wat de meerwaarde is voor de leerlingen? (gebruik bij deze opdracht het boek: Gevorderde geletterdheid, Expertisecentrum Nederlands en laat je inspireren door het aanbod van de verschillende dagdelen)
Afronden Zijn er nog vragen? Wat neem je mee uit deze bijeenkomst? Evaluatieformulieren