Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 3 Madeleine Meurs Med.hr.nl/meurm.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
HET CSE NEDERLANDS. Je spreekt toch al jaren
Advertisements

Het schrijven van een practicum verslag
Citeren, verwijzen, voetnoten, paginanummering … GIP
Schema en synthese van een zakelijke tekst
Correct bronvermelden
Congres “Passen en Meten” Samenwerkingsverband Over-Betuwe
Leerlingen voorbereiden op een digitale samenleving: scholen en internet Els Kuiper (VU) en Monique Volman (VU/HAN)
Werken aan informatievaardigheden Een sleutel voor plagiaatpreventie.
Media en creativiteit module 2 Identiteit Jaar 1.
Hoofdstuk 12 Je projectverslag schrijven en presenteren Methoden en technieken van onderzoek, 5e editie, Mark Saunders, Philip Lewis, Adrian Thornhill,
Hoofdstuk 3 Een kritisch literatuuroverzicht schrijven Methoden en technieken van onderzoek, 5e editie, Mark Saunders, Philip Lewis, Adrian Thornhill,
Correct bronvermelden
Bachelors Biologie Bibliotheekcursus voor Biologen Alice Doek, Peter Roessingh, George Meerburg UBA / FNWI
Voorlichtingsavond groep 3
Rook- en alcoholspecifieke opvoeding
Informatievaardigheden Ecologie-2 (NCP-20503) september/oktober 2012 Corrie van Zeist, Liza Bruggenkamp, Marco van Veller, Wouter Gerritsma en Ans Brouwer.
Communiceren met Marloes
Een werkstuk maken.
Leerkring POW Fase 4.
Werkstukken en rapporten
Voortijdig schoolverlaten
Overzicht ViP’s* ViP-1: structuur 1
Praktijkonderzoek 2 Rotterdam Academy.
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 3 Madeleine Meurs Med.hr.nl/meurm
SOCIAL WORK (DT) naam: Martine Bink med: med.hro.nl/binmd kamer: L
Thema 1: Beelden van onderwijs Thema 1 Beelden van onderwijs Elk thema bestaat uit een onderzoeksdeel (taakgroep) en een theoriedeel (colleges)
Rapportagetechniek Wat moet er in een voorwoord?
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 7 MadeleineMeurs
Onderzoeksvaardigheden
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 1.
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 2.
De onderzoekscyclus Oriënteren Richten Plannen Verzamelen
Tekstverklaring Hoe doe je dat?.
De oplossing De aannemelijke oplossing van het dilemma, wat ga je testen?
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 9 Hafida El- gharbaoui Med.hr.nl/gharh
Onderzoek 1 Presentatie titel
Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek I Bijeenkomst 5.
Onderzoeksvaardigheden 3
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek7 Hafida El- Gharbaoui.
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 8 Hafida El- Gharbaoui.
SPH voltijd Onderzoeksvaardigheden voltijd jaar 1 Werkcollege week 4.
School en samenleving Week 5 Het algemeen belang als opvoedingsdoel.
Praktijk(gericht) onderzoek Bijeenkomst 1
Rapportagetechniek Wat moet er in een voorwoord?
Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek I kwartaal 2 Bijeenkomst 1 Hafida El-Gharbaoui med.hro.nl/gharh.
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 11 Hafida El-gharbaoui Med.hr.nl/gharh
PROJECT: ORIËNTATIE OP HET BEROEP Naam: Martine Bink med.hro.nl/binmd Kamer: L
Doel: een activiteit die uitvoerbaar (en innovatief) is.
Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 12 Hafida El- Gharbaoui.
Opdracht 26 Uiteenzetting schrijven
Professionele nieuwsgierigheid Coaching en gesprekstechnieken
Workshop INFORMATIEVAARDIGHEDEN Samen sterk met.
Hoe maak je een werkstuk? Begin op tijd!!. Kies een leuk onderwerp  Denk aan een hobby, sport, beroep, stad of onderwerp uit een van de lesboeken van.
Leesvaardig Examentraining.
TAAL BIJ TOETSEN Extra uitleg bij een aantal lastige kwesties.
Infosessie Bachelor 3: curriculumregistratie curriculum onderzoekstaak Maandag 27 september 2010
Beroepenwerkstuk.
Het onderzoeksverslag
Toelichting Masterproef
Taal- en Interactievaardigheden in de Kinderopvang
Werkstuk nask In de week van 23 januari 2017 (week 04) voor vrijdag 27 januari 12:15, inleveren Daarna: elke werkdag te laat: 5 punten (van de 100) van.
PLAGIAAT & BRONVERMELDING
Toelichting Masterproef
Mijn visie op onderwijs
(week 045) voor vrijdag 02 januari 12:15, inleveren
Nederlands 4h6 30/12/18
Methodisch handelen Week 1. Methodisch handelen Week 1.
Methodisch handelen Week 6 les 5. Methodisch handelen Week 6 les 5.
Bronnenonderzoek.
Transcript van de presentatie:

Presentatie titel Rotterdam, 00 januari 2007 Onderzoek 3 Madeleine Meurs Med.hr.nl/meurm

Onderzoek 3e Oriënteren Richten Plannen Verzamelen Analyseren en concluderen Rapporteren en presenteren Cyclus voor praktijkonderzoek

Onderzoek 3e Probleemanalyse -5xw+h (p ) Wat is het probleem? Wie heeft te kampen met het probleem? Wanneer treedt het probleem op? Waarom is het een probleem? Waar doet het probleem zich voor? Hoe is het probleem ontstaan? Welke literatuur, goede literatuur?

APA-richtlijnen: richtlijnen wat betreft onderzoek in het sociale domein van de American Psychological Association (APA, 2010) Regels voor het verwijzen naar en opnemen van onderzoek van anderen: - Voorkomen van plagiaat: zorgvuldig omgaan met werk van anderen - Mogelijkheid van controle Onderzoek 3e

Plagiaat? Overduidelijke voorbeelden van plagiaat zijn: Een werkstuk van iemand anders inleveren alsof het je eigen werk is. Korte of lange stukken tekst uit een bron kopiëren zonder de bron te vermelden. Maar ook het onderstaande wordt als plagiaat beschouwd: Andermans woorden of ideeën 'lenen' zonder bronverwijzing. Een paar veranderingen aanbrengen in een tekst (of grafiek of figuur) en doen alsof je het zelf bedacht hebt. 'Vergeten' om aanhalingstekens te plaatsen bij een letterlijk citaat. Wel een bronverwijzing geven, maar een onvolledige of incorrecte referentie geven zodat de bron niet te traceren is. Een bron en de referentie vermelden in je verslag, maar niet op alle plaatsen waar informatie uit de bron gebruikt is (dan wordt een deel van de overgenomen informatie gepresenteerd als eigen werk). Zoveel woorden of ideeën overnemen uit een bron dat dit het grootste deel van je verslag uitmaakt, geldt als plagiaat - zelfs als je wél naar de bron verwijst! (Webcursus VU, 2008). Onderzoek 3e

Sancties bij plagiaat Plagiaatwijzer Plagiaatpreventiebeleid Kopiëren enkele zinnen of parafraseren zonder bronvermelding: 1 of E, herkansing Knippen en plakken uit delen van een ander document zonder bronvermelding: Examencommissie, mogelijk 3 maanden schorsing Geheel kopiëren: Examencommissie, schorsing van een jaar mogelijk Onderzoek 3e

Verwijzingen: citaten en parafrases Citaten: Citaten zijn letterlijke aanhalingen uit andere publicaties. Dergelijke aanhalingen zijn zinvol in de volgende gevallen. Het gaat om een treffende formulering, bijvoorbeeld een definitie of een stelling die een bepaalde gedachte kernachtig uitdrukt. Regels bij citeren: - Geciteerde tekst tussen aanhalingstekens plaatsen “…” - Naam van de auteur(s) tussen haken (), bij meer dan drie auteurs alleen de eerste auteur gevolgd door ‘et al.’ - Na de naam van de auteur: komma en jaartal waarin het boek of artikel verschenen is - Na het jaartal: komma en bladzijde waarnaar wordt verwezen - Langer dan 40 woorden? Dan geen aanhalingstekens maar in laten springen Voorbeeld: De definitie is: “…..” (Pietersen, 2010, p. 23) of Zoals Pietersen (2010, p. 23) het definieert: “……..” Onderzoek 3e

Letterlijke tekst in Malschaert & Traas (2007, p. 12): … jeugdcultuur omschreven als: de wijze waarop jongeren gemeenschappelijk vorm geven aan hun specifieke gedrag en hun ideeën, met name in de vrije tijd. Goed of fout? In jouw tekst Jeugdcultuur is de wijze waarop jongeren gemeenschappelijk vorm geven aan hun specifieke gedrag en hun ideeën, met name in de vrije tijd. Onderzoek 3e

Letterlijke tekst in Malschaert & Traas (2007, p. 12): … jeugdcultuur omschreven als: de wijze waarop jongeren gemeenschappelijk vorm geven aan hun specifieke gedrag en hun ideeën, met name in de vrije tijd. Goed of fout? In jouw tekst Jeugdcultuur is de wijze waarop jongeren gemeenschappelijk vorm geven aan hun specifieke gedrag en hun ideeën, met name in de vrije tijd (Malschaert & Traas, 2007). Onderzoek 3e

Letterlijke tekst in Malschaert & Traas (2007, p. 12): … jeugdcultuur omschreven als: de wijze waarop jongeren gemeenschappelijk vorm geven aan hun specifieke gedrag en hun ideeën, met name in de vrije tijd. Volgens Malschaert en Traas (2007, p. 12) is jeugdcultuur: “de wijze waarop jongeren gemeenschappelijk vorm geven aan hun specifieke gedrag en hun ideeën, met name in de vrije tijd ”. Met 1 of 2 zinnen uitleg… Goed of fout? In jouw tekst Onderzoek 3e

Maar wat is een methodiek? “De (basis)methodiek is een doordachte, vastgelegde en systematische manier van werken in een bepaald beroep” (Ewijk, Spierings & Wijnen-Sponselee, 2007, p. 105) Voorbeelden citaat: De doelstelling van MAX Kinderopvang (2007) is dat kinderen “met een positieve en creatieve levenshouding hun eigen identiteit ontwikkelen, in harmonie met anderen en maatschappelijk bewustzijn” (p. 1) Onderzoek 3e

Parafraseren / samenvatten in eigen woorden Als je parafraseert, geef je in je eigen woorden weer wat je hebt gelezen. Natuurlijk is het belangrijk dat je de gevonden informatie niet verdraait: je weergave moet recht doen aan de oorspronkelijke inhoud van de publicatie die je hebt geraadpleegd. Direct voor of direct na de weergave van de gevonden informatie in je eigen woorden, noteer je de naam van de auteur en het jaartal van de publicatie. Je mag ook het paginanummer (bij een lange passage: begin- en eindpagina) aangeven. Onderzoek 3e

Steeds meer kinderen groeien op in steden (Notten, 2004). Kortdurende, doelgerichte ondersteuning zit volgens Hermanns, Öry & Schrijvers (2005) op preventieniveau 3/4 in het preventieve zorgcontinuüm. De Raad voor de Kinderbescherming (n.d.) onderscheidt de volgende taken:... Voorbeelden parafrase: Onderzoek 3e

Voorbeeld verschillende parafrases in alinea: Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen. Uit onderzoek (Hermanns et al., 2005) blijkt dat de opvoeding van kinderen tijdens de voorschoolse periode bijzonder van belang is. Niet alleen ontwikkelen kinderen tijdens deze periode zelfregulatieve vaardigheden, maar ook heeft allerlei probleemgedrag dat later in het leven optreedt vaak zijn oorsprong al in de vroege kindertijd (Stormshak et al., 2000). Het welzijn van ouders en hun opvoedingsgedrag tijdens deze periode zijn sterk gerelateerd aan de ontwikkeling en het functioneren van kinderen. Onderzoek 3e

Voorbeeld verschillende parafrases in alinea: Een kwart van leerlingen in het Nederlands basisonderwijs heeft onderwijsachterstanden (Rijksoverheid, n.d.). Sinds een aantal jaren is de vroegtijdige ondersteuning van de leerontwikkeling van kinderen een belangrijk onderdeel van het beleid dat gericht is op schoolsucces en zijn er veel programma’s ontwikkeld om het leren van kinderen te stimuleren. Het Rotterdamse onderwijsbeleid Beter presteren (2011), het VVE-beleid en methodes zoals de Piramide of Kaleidoscoop zijn hier voorbeelden van. Vaak zijn zulke methodes gebaseerd op effectief bewezen programma’s zoals het Perry school project (Parks, 2000). Over het algemeen laten centre based (op bijv. school of kinderopvang uitgevoerde) programma’s betere resultaten zien dan home based (thuis uitgevoerde) programma’s (Nji, 2012). De toegankelijkheid van centre based programma’s is echter een knelpunt. Ouders zijn onvoldoende op de hoogte van het aanbod, weten de centra onvoldoende te vinden, schamen zich voor anderen, spreken de taal onvoldoende om aan een activiteit deel te nemen of gaan er niet heen wegens verplichtingen thuis of elders (JSO, 2005). Onderzoek 3e

Van Eck, Heemskerk en Vermeulen (2004): Onderzoek wijst het gebrek aan carrièremogelijkheden, het lage salaris, de lage status en het negatieve imago aan als factoren die maken dat mannen niet geneigd zijn te kiezen voor een baan in het po en een studie op de pabo. Gebrek aan carrièremogelijkheden, het lage salaris, de lage status en het negatieve imago zijn factoren die maken dat mannen niet geneigd zijn te kiezen voor een baan in het po en een studie op de pabo. (Van Eck, Heemskerk en Vermeulen, 2004) Jongens willen geen leraar worden om de volgende redenen: het gebrek aan carrièremogelijkheden, het lage salaris, de lage status en het negatieve imago (Van Eck, Heemskerk en Vermeulen, 2004) Waarom willen jongens geen pabo doen of in het (primair) onderwijs werken? Van Eck, Heemskerk en Vermeulen (2004) noemen het gebrek aan carrièremogelijkheden (bijvoorbeeld weinig doorgroei naar hogere functies), het lage salaris (vergeleken met hoogopgeleiden in het bedrijfsleven), de lage status (‘kleine kinderen bezighouden’) en het negatieve imago (‘vrouwenwerk’) als redenen. Onderzoek 3e

Literatuurlijst Ewijk, H. van, Spierings, F., & Wijnen-Sponselee, P. (2007). Methodisch werken. In H. van Ewijk, F. Spierings & R. Wijnen-Sponselee (red.), Basisboek social work: Mensen en meedoen (p ). Amsterdam: Boom. Hermanns, J. Öry, F., & Schrijvers, G. (2005). Helpen bij opgroeien en opvoeden: eerder, sneller en beter. Geraadpleegd op 20 september 2014, van MAX Kinderopvang (2007). Pedagogisch beleid. Geraadpleegd op 20 September 2014, van Notten, A. L. T. (2004). Overleven in de stad: Inleiding tot sociale kwaliteit en urban education. Antwerpen-Apeldoorn: Garant. Raad voor de Kinderbescherming. (n.d.). Geraadpleegd op 13 maart 2013, van Onderzoek 3e

Hoe om te gaan met mondelinge informatie? Bij een gesprek, workshop, lezing waar niets van opgenomen of geregistreerd van is: Volgens P. Jansen (persoonlijke communicatie, 20 september 2014) is het zo dat... Niet opnemen in literatuurlijst! Interviews en observaties uitgevoerd in het kader van het onderzoek: komt later in dit vak aan bod. Onderzoek 3e

Handig: In Word kun je bronnen ‘automatisch’ in APA stijl laten invoeren in de tekst. Ephorus is een programma dat laat zien hoeveel overeenkomst er is met bronnen op internet. Zie ook Natschool. Onderzoek 3e

Zelf aan de slag met APA! Verwerk de literatuur volgens APA in je probleemanalyse, check bij elkaar of je het goed hebt gedaan. Onderzoek 3e

Volgende week: Van onderzoeksvraag naar deelvragen... Onderzoek 3e