Jeroen Schumacher, senior adviseur De werkplaats voor geluk Jeroen Schumacher, senior adviseur 19 februari 2015
MLK i have a dream niet i have a plan www.ted.com Simon Sinek
Knelpunten v/d zorg NU die vragen om verbetering Focus op kwaliteit leidt tot onnodig veel specialisatie en schotten ‘Zorgelijk’ karakter van aanbod lokt overconsumptie uit en te grote intramurale populatie Bureaucratie en systeemhinder vervangen gezond verstand, verhogen administratieve druk en beperken tijd voor de cliënt! Niet op alles een antwoord. Nee durfen verkopen. – is dat minder goede zorg? Nee. Vaak niet. We houden elkaar bezig.
Filmpje Prisma Filmpje Prisma
Geluk volgens Prisma
Cliënt is gelukkig als hij/zij: Regie heeft op het eigen leven Zinvolle invulling heeft van de dagen Zich fijn voelt in het eigen huis Een sociaal netwerk heeft Gezond is Een eigen ik heeft
Wat is jouw belangrijkste bijdrage aan het geluk van je cliënten? Geluksmomenten Wat is jouw belangrijkste bijdrage aan het geluk van je cliënten?
Conclusie WHY v/d transitie Niet (alleen) het financiële frame Doorpakken op langlopende dossiers Werken aan dagelijks geluk de kern Eigen regie/veerkracht van mensen Zorgmedewerker in hart v/d transitie
De burger van de toekomst is de motor van de vernieuwing Tijden veranderen en de zorgvragers ook. De zorgmedewerker krijgt een andere rol: zelfredzaamheid en kwaliteit van leven staan voorop en dat is bij uitstek het terrein van de cliënt. Cliënten worden zelfbewuster en zelfstandiger, Technologie geeft meer mogelijkheden om zelfredzaam te blijven. Maar niet iedereen is hetzelfde.
Prikkel voor vernieuwing Filmpje Specsavers
Zes inhoudelijke thema’s
Zorgmedewerkers noemen grofweg 6 inhoudelijke thema’s – die natuurlijk allemaal samenhangen. Kwaliteit van bestaan Dilemma tussen maatwerk van persoonsgerichte zorg versus standaardisering. Standaardisering helpt in het kader van doelmatig werken en inzet van lagere niveau’s, maar raakt meteen het op-maat streven van de persoonsgerichte zorg. Focus op gezondheid en gedrag en een vraaggerichte aanpak! Zelforganisatie van medewerker én cliënt Dilemma tussen zelforganisatie als uitgangspunt nemen en professionele inschatting van risico’s, gezond of verantwoord (eenzaamheid) Van zorgen voor naar zorgen dat. Werken in een netwerk Dilemma’s betreffen het opnieuw uitvinden van ketenzorg en domeingrenzen: wie doet wat, wie leidt, wie volgt? Hoe het informeel netwerk betrekken en aanspreken én hen overtuigen? Hoe generalistisch of specialistisch moet je zijn? Bijvoorbeeld - Eigen regie, zelfredzaamheid stimuleren en tegelijkertijd een set eisen voor zorgplannen vanuit zorgkantoren e.d. We willen mensen zorg op maat bieden, maar de indicatie is toch erg leidend. We willen ons richten op hetgene dat de client kan – maar betalen voor wat deze niet kan. ZZ naar GG De verantwoordelijkheid wordt opnieuw gezocht. Wat laat je ‘los/lopen’ en wat past dan wel of niet in je werk? We hebben het over ‘zorgen voor naar zorgen dat’ – dit vraagt echt loslaten en een andere positie kiezen. Met wie doe je het als professional? Met wie als mantel? Met wie als gemeente? Met wie als organisatie? Het veld wordt geschud en we kunnen nieuwe prikkels gaan zoeken bij elkaar? De paden op de lanen in Maar dat levert ook de vraag op – wat moet ik dan kunnen?
Voor de zorgmedewerker draait vernieuwend zorgen om 6 inhoudelijke thema’s Nieuwe technologie Dilemma’s betreffen ontbrekende kennis van ICT-toepassingen versus hoger functioneren dat wordt verondersteld. Ook; afstandelijker zorg door technologie, versus persoonsgerichte uitgangspunt. Doelmatigheid Persoonsgerichte zorg, hoge kwaliteit en maatwerk staan hier soms op gespannen voet met kostenbeheersing. Krijgt iedereen nog zorg bv als de afstand te groot wordt? Nieuwe functies Een belangrijk dilemma is de verhouding hoger en lager gekwalificeerden. Het werk lijkt toename van hoger gekwalificeerd personeel te vragen, en het overgrote deel in de langdurende zorg is lager gekwalificeerd. HBO in de wijk? En is dat wel zo handig? EN waar halen we ze dan vandaan?
De zorgmedewerker is de spil in 5 essentiële relaties
De zorgmedewerker is de spil in 5 essentiële relatie-momenten De relatie met jezelf Het afstemmen van professionele identiteit, talenten en motivatie van de zorgmedewerker op vernieuwend zorgen, cliënt en organisatie. De relatie met de cliënt Zorgmedewerkers ‘enablen’ de cliënt door (pro-)actief en professioneel vormgeven aan het gespreksproces; De relatie met familie en mantel Het zorgen voor een afgestemde rol, taak en werkverdeling tussen verwanten en professionals. De relatie met het netwerk Effectief, ondernemend en efficiënt inschakelen van het netwerk van andere disciplines en aanbieders om cliënt zo goed mogelijk te helpen. De relatie met het team en de organisatie De zorgmedewerker is onderdeel van het teamcollectief en bereikt daarmee vernieuwende zorgdoelen. Voor de cliënt en cliëntgroepen, met oog voor organisatiebelang Nog even over het speelveld en de verschuivingen. Al deze lijnen bestonden al --- maar er verschuiven wel een hoop dingen . De relatie met mantel en netwerk bijvoorbeeld. Hoe zie je jouw plek daar in? Mijn tip – ga uit van de relatie met jezelf. Hoe sta je in je werk? Hoe ten opzichte van de veranderingen? Wat past nog bij je en wat niet? Soms vraagt het om een soort hercontractering. -> Met jezelf of je organisatie. Maak dat moment in ieder geval bewust mee.
Leren met impact
Storyline
Van zorgorganisatie naar werkplaats voor geluk: de WAT vraag Wat zou jij het liefst oppakken?
Conclusie WAT v/d transitie Veelvoud aan thema’s Typologie relaties, ZM – cliënt de kern Rol zorgmedewerker complexer Focus nodig, richting bepalen
Quick fit?
Werkprincipes HOE Ervaringen van ‘het hele systeem’ Waarderend onderzoeken Delen/zichtbaar maken van ervaringen Eigenaarschap ‘op de vloer, van de vloer’ Aanbod Vilans op flyers
Doen de beste manier van denken Filmpje: Nieuwe perspectieven op werken
Transitie van zorgorganisatie naar werkplaats van geluk = van de maatschappij = van de organisatie/het team = van jou en mij