Toekomst van de industrie in de Vlaamse economie Prof. dr. ir. Jef Roos KU Leuven Emeriti Forum
Onze industrie toen Jaren 1960 (pioniersjaren) Enthousiaste politici en bedrijven trekken buitenlandse investeringen aan Vlaanderen gebruikt zijn sterktes: investeringen (expansiesteun) + infrastructuur Industrie als motor Sterke stijging welvaart in één generatie
Onze industrie vandaag Trend 1 Open markt: Europa + 10 lidstaten Grote ondernemingen zijn hieraan gewend, kleine ondernemingen krijgen extra concurrentie Trend 2 Klantdiversiteit + maatwerk Servicing industries (Bekaert, Picanol, …) Industrie én diensten Samen vormen zij motor
Sombere berichten over jobs Aandeel industriële tewerkstelling 1953: meer dan 40% 2000: minder dan 25% Aandeel tewerkstelling verwerkende nijverheid 1953: meer dan 30% 2000: 17% Bron: “De toekomst van de industrie in België”, Paul De Grauwe, oktober 2003 Zal deze tendens zich voortzetten? Is industriële werkgelegenheid gedoemd tot (bijna)-verdwijnen?
Vlaamse economie vandaag Vlaanderen staat sterk in sectoren met sterke prijzenconcurrentie staat (nog) niet sterk in kennisintensieve sectoren zet zijn productiefactoren niet optimaal in we concurreren te veel op prijs, te weinig op kwaliteit we missen 30% groei (€ inkomen / Vlaming / jaar) we stappen moeilijk over naar kenniseconomie Bron: “Rapport over het concurrentievermogen van de Vlaamse economie”, Koen De Backer & Leo Sleuwaegen, Augustus 2003
Vlaamse economie morgen Nood aan “upgrading” - keuze voor kenniseconomie = aandacht voor “intangibles” bij elk product / dienst = innovatie en kennis zijn onmisbare schakel bij àlle activiteiten (diensten én industrie) Nood aan business omgeving die hiervoor maximaal kansen biedt door innovatie én snelheid te stimuleren Zodat onze ondernemingen wendbaar zijn = kostencompetitief + flexibel + innovatief + excellent in hun specialiteit
Vlaamse economie morgen: concreet Voorwaarde 1: Optimaal ondernemingsklimaat Hoe? Overheidsinitiatieven om kostencompetitiviteit te verbeteren (loonkosten, energiekosten, administratieve lasten, …) arbeidsflexibiliteit te stimuleren innovatie te stimuleren (O&O budget, patenten, samenwerking onderwijs - industrie - onderzoekscentra, …) talent te belonen bedrijfsruimte, logistiek, mobiliteit te verbeteren
Vlaamse economie morgen: concreet Voorwaarde 2: Kiezen voor “key learning pilots” (cf. Paul Buysse) Hoe? Kiezen waar we sterk in willen en kunnen zijn (beperkt aantal niches) Specialiseren Excelleren (de beste van de wereld) Commercialiseren
Vlaamse economie morgen: concreet Voorwaarde 3: Ruimte voor netwerking en clustering Hoe? Universiteiten kiezen bewust voor kennisterreinen waarin ze bereid zijn om kennis te managen Universiteiten, ondernemingen en kenniscentra kiezen samen “key learning pilots” Strategische keuze en positionering van dit netwerk kennismotoren die Vlaanderen tot pionier kunnen maken
Vlaamse economie morgen: concreet Voorwaarde 4: Versterking van onze kennispositie Want: Onderwijs: wereldtop (intellectueel) + magere interesse voor wetenschap en technologie dreigend tekort aan kenniswerkers Innovatie: Summary Innovation Index (Europese Commissie): Vlaanderen met middelmatige innovatiegraad Hoe? Onderwijs: aandacht voor wetenschap en ondernemerschap Onderzoekers koesteren (vergoeding, statuut, …)
Vlaamse economie morgen: concreet Voorwaarde 5: Onze culturele troeven uitspelen, onze culturele handicaps verbeteren Hoe? Grotere openheid voor verandering en risico’s Onderwijs dat creativiteit en zin voor risico stimuleert Onderwijs dat ondernemerschap stimuleert Openheid voor andere culturen Inspelen op internationalisering
Vlaamse economie morgen: conclusie Industriële activiteiten en diensten zijn verweven samen de motor van onze welvaart Keuze voor kenniseconomie door ondernemingen, overheid, kennisinstellingen, onderwijs Nood aan een stimulerend ondernemingsklimaat Nood aan een performante overheid
STELLING : Autonomie voor Vlaanderen is noodzaak Groeiende eensgezindheid over de analyse: - een blokkerende en inefficiënte federale staatsstructuur (“In België worden de mooiste analyses gemaakt,maar blijft men prutsen in de marge” Citaat P. De Grauwe,FET ) - Vlaanderen en Wallonië zijn vandaag sterk verschillende samenlevingen (cfr Mia De Vits bij regionalizering dienstencheques) Gebrek aan moed bij realizeren van de oplossing die zich opdringt Confederaal model als oplossing