Over een reflectieve omgang met bronnen in het onderwijs in geschiedenis en cultuurwetenschappen Hanne Roose, Karel Van Nieuwenhuyse, Kaat Wils, Fien.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Verantwoord volgen.. De woorden van een leider bepalen met hun regels het karakter, de sfeer en de mentaliteit van de groep Soms gaat dat fout, doordat.
Advertisements

Informatica-ethiek in het Secundair Onderwijs…
Een ontroerend verhaal met een sterke boodschap !!!
Onderzoek naar competentiegericht beoordelen in het groene onderwijs
Leven in de kracht van de Heilige Geest
Bijbeltekst: 1 Samuël 20: 1-17
3 x opvoeden 12 april Effecten van belonen en straffen
De gevolgen van de zonde
30 maart 2014 Rotterdam 1. 2 Romeinen 4 17 (...) van die God Voor het aangezicht van die God, in wie hij geloofde, die de doden levend maakt en het niet.
Wat de Bijbel erover te zeggen heeft
VOORSTELLING WILLEM VAN RAVENSTEIN 56 jaar 25 jaar onderwijs… HML lerarenopleiding sinds 2011 terug…
Dialoogdag Ouderswerking Vlaams-Brabant
DE GOEDE WEEK verzamelviering.
Redeneren over bronnen
Waarom zijn er zoveel oorlogen ?
Vaderdag 2013.
Bijeenkomst 10 Oriëntatiekennis Vakdidactiek 2.
Bijeenkomst 8 Summatieve toetsing
THESISSEMINARIE 2 VAKGROEP EXPERIMENTEEL-KLINISCHE EN GEZONDHEIDSPSYCHOLOGIE Probleemstelling, methode LES 1; Klinische Psychologie; Universiteit Gent;
MEDIA EN CREATIVITEIT MEDIA EN ONDERZOEK
Deel II verzoening.
Genesis Genesis Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij zeide tot hem: Abraham, en deze zeide: Hier ben ik.
StatIG in de Vrolijke School
De Grote Opdracht Mij is alle macht gegeven in de hemel en op de aarde. Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de.
Godsdienst 1 1.
Antwoord voor jezelf op de volgende vragen met NOOIT, WEINIG of REGELMATIG 1Hoe vaak nodig jij anderen uit voor een bakje koffie? 2Hoe vaak laat jij.
Woord van Leven November 2012.
Woord van Leven Februari
Pinksteren 2014 Feest van de Geest
Op weg naar Herstel Op Weg naar Herstel 4 januari 2014 ’t Veerlicht
Wanneer heb je een echt, levend, geloof?
De strijd Romeinen 7:14 - 8:4.
De koninklijke weg Terugpakken, betaald zetten, lik op stuk geven… dat is normaal Wat David doet valt daarom op Hij gaat de koninklijke weg.
Matteus 18: 2- 6 Hij riep een kind bij zich, zette het in
Maar zo hebt u Christus niet leren kennen! Efeziërs
De Romeinen en hun staatsvorm
De kerkvader Augustinus over
Doopdienst 10 november 2013 Koen Minderhoud
ANW - inductie & deductie
Verlangens van God.
Kirti Zeijlmans MSc Rijksuniversiteit Groningen Voor meer informatie:
Hoofdstuk 3 De Romeinen.
De stem van God 2x Jozef: -Mattheus 2 vers Genesis 45 vers 1-7.
12 sept 2013 Bodegraven 1. 2  vooraf lezen: 1Kor.7:12 t/m 24  indeling 1Korinthe 7  1 t/m 9: over het huwelijk  10 t/m 16: over echtscheiding  16.
Doopdienst 22 juni 2014 Koen Minderhoud
Hoe kunnen wij vandaag Gods stem verstaan…
Woord van Leven Juli 2014.
Preek Jakobus 2:
17 jan Urk. Galaten 3 16 Nu werden aan Abraham de beloften gedaan en aan zijn zaad. Hij zegt niet: en aan zijn zaden, in het meervoud, maar in.
Water, schapen en vrouwen Jacob’s ideetje. Genesis En Laban zeide tot Jakob: Zoudt gij, omdat gij mijn bloedverwant zijt, mij dienen om niet?
Romeinen 7:1 – 8:2 1Weet u dan niet, broeders en zusters, ik spreek immers tot mensen die de wet kennen, dat de wet alleen gezag over een mens heeft zolang.
Herinneringskamp Westerbork
De scheidingsmuur afgebroken (II).
Met Lucas in het voetspoor van Jezus
Klik hier om ondertitel te maken Klik hier om een titel te maken.
O Heer, wat ben ik moe!.
PROJECT ALGEMENE VAKKEN
Woord van Leven April 2015 “Ik ben voor iedereen wel íets geworden” (1 Cor 9, 22)
Paragraaf 3 Opkomst van machtige vorsten
Inhoud bijeenkomst 2 Oriёntatie op je praktijkonderzoek:
De rode draad in opleiden binnen AAOS
Tekstbronnen Wat moet je er mee?. Lees de vraag Welke informatie heb je nodig? Weet je al iets over dit onderwerp? Over welke tijd gaat het? Over welk.
Het nieuwe verbond Koen Minderhoud 22 mei Ps 25:14 (Herziene Statenvertaling) 14 Vertrouwelijk gaat de HEERE om met wie Hem vrezen, Zijn verbond.
Genesis 1:1-6:8 (5) WELKOM. Psalm 119: 1  Welzalig wie de rechte wegen gaan, wie in de regels van Gods wijsheid treden.  Zalig wie zijn getuigenis verstaan,
Schoollogo’s Uiting van Recontextualisering?!. Schoollogo’s Werkvorm: logo’s aan het woord  TOPICS: welke rol kunnen logo’s spelen in een katholieke.
1 juli 2009 Evalueren van papers Workshop Fabienne De Ryck Mariet Vriens.
Les 12 voor 18 juni “Want toen zij deze zalf op Mijn lichaam goot, deed zij dat als voorbereiding op Mijn begrafenis.” (Mattheüs 26:12) Jezus werd.
CKO werkdag Halverwege de cyclus Kijken naar eigen werk en werk van anderen Aanpak uitwisselen Werkbladen maken in mixgroepen.
Paspoort griekse goden
Transcript van de presentatie:

Over een reflectieve omgang met bronnen in het onderwijs in geschiedenis en cultuurwetenschappen Hanne Roose, Karel Van Nieuwenhuyse, Kaat Wils, Fien Depaepe, Lieven Verschaffel (KU Leuven), Griet Frère, Olivier Loquet, Walter Smits (Odisee), Koen Vandevenne, Ilse Van Hooydonck en Els Verlinden (UC Leuven-Limburg) VELOV – 26 februari 2015

Overzicht 1. Context project 2. Theoretisch kader 3. Structuur opleidingspakket 4. Inleidende oefeningen 5. Selectie bronnen 6. Contextualisering bronnen 7. Bevraging bronnen 8. Transferwaarde

1. Context project Bronnen als cruciale toegang tot informatie in elk vak De rol van leerkrachten die bronnen selecteren, er context bij voorzien en er vragen bij stellen Uit onderzoek blijkt de instructiepraktijk bij bronnen een aandachtspunt

1. Context project 15/02/2015, Douma (Syrië) http://www.nrc.nl/nieuws/2015/02/16/nee-islamitische-staat-dreigt-gelukkig-niet-deze-kinderen-in-een-kooi-te-doden/

1. Context project Uit een lesobservatie: “Dat is een tekening, een gravure, die men gemaakt heeft en die men gebruikt om de slaven correct te stapelen. Daar was eigenlijk een hele denkwijze dat daarachter zat. Waarom heeft men dat op die manier gedaan?”

2. Theoretisch kader => Een brug tussen: 1) Onderzoek naar bronnenomgang Leerboeken Lesobservaties 2) Opleidingspakket Goede praktijk bronnenomgang Voor studenten lerarenopleiding => Een brug tussen: de academische discipline en het onderwijs onderzoek en praktijk

2. Theoretisch kader Aandachtspunt in de contextualisering: Weinig contextinformatie bij de bron Aandachtspunten in de bevraging: Vaak als illustratie Veel inhoudelijke bevraging Historische methode Weinig aandacht voor standpunt of doel van de maker, of voor de retoriek i.f.v. het doelpubliek Weinig aandacht voor constructie van kennis

2. Theoretisch kader Uit: Historia 5 (2008), p 197 “Om te bepalen in hoeverre een historische bron betrouwbaar, onpartijdig, volledig en dus ook bruikbaar is, moet je erg kritisch zijn.”

3. Structuur opleidingspakket 1) Inleidende oefeningen 2) Een stuk theorie met voorbeelden 3) Oefenmodule Oefeningen op selectie Oefeningen op contextualisering Oefeningen op bevraging Opbouw van beoordeling bestaand materiaal naar actief ontwerp (Elektronische) feedback

4. Inleidende oefeningen Je geeft les over de Holocaust en gebruikt daarbij deze bron. Welke contextinformatie zou je aan de leerlingen presenteren bij deze bron? Kies één contextinformatie uit. Noteer in functie van welke doelstellingen je deze kiest. Breslauer, R., Beeldfragment uit de Westerbork-film, Westerbork, 19 mei 1944.

4. Inleidende oefeningen 1. Contextinformatie over Breslauer, een joodse gevangene in Westerbork => perspectief auteur 2. Over de zoektocht naar de identiteit meisje: niet joods, maar zigeuner => collectief geheugen 3. Over het wegvoeren van het meisje => inhoud 4. Over het moment vanuit getuigenis andere vrouw in zelfde wagon => inleving 5. Over de deportatie van zigeuners => illustratie

5. Selectie bronnen Selectie i.f.v. lesdoelstellingen en een probleemstelling In de praktijk: bronnen uit leerboeken Bronnen vaak verknipt en gewijzigd

“Van een bewonderenswaardige gematigdheid en clementie gaf hij blijk zowel tijdens de burgeroorlog als na zijn overwinning. Terwijl Pompeius verklaarde dat hij allen die hun plicht jegens de staat verzaakten als vijanden zou beschouwen, maakte Caesar bekend dat neutralen en mensen die weigerden partij te kiezen als zijn aanhangers zouden gelden. (...) Ten slotte gaf hij op het eind van zijn leven aan allen, ook aan diegenen die hij nog geen vergiffenis had geschonken, toestemming terug te keren naar Italië en burgerlijke en militaire ambten te bekleden. (...) Toch wegen andere daden en uitspraken van hem zo zwaar dat men meent dat hij misbruik heeft gemaakt van zijn absolute macht en dat hij terecht is vermoord. Het was hem immers niet genoeg buitensporige eerbewijzen te aanvaarden (het consulaat gedurende meerdere jaren aaneen, de functie van dictator voor het leven, het toezicht op de zeden, daarbij de voornaam Imperator, de titel Vader des Vaderlands, de plaatsing van zijn standbeeld tussen die van de koningen en een loge in de orchestra), hij liet zich ook eerbewijzen toekennen die de menselijke maat te boven gaan: een gouden zetel in het senaatsgebouw en op de rechtbank, een wagen en een draagbaar voor gebruik bij de processie naar de Circus, tempels, beelden naast die van de goden, een godendivan, een flamen, een afdeling Luperci en de vernoeming van een maand naar hem. Er was geen overheidsfunctie die Caesar niet naar eigen willekeur voor zichzelf nam of anderen verleende. (...)” SUETONIUS, Keizers van Rome. Vertaling door DEN HENGST, D., Amsterdam, 2010.

5. Selectie bronnen Je ontwerpt een les voor cultuurwetenschappen rond de probleemstelling 'Hoe kan kunst politieke macht uitdrukken?' Hieronder vind je mogelijke bronnen (met bijhorende context) voor deze les. Selecteer bronnen die bruikbaar zijn in functie van de probleemstelling. Leg ook uit waarom je deze bronnen kiest. Selecteer bronnen die je minder/niet bruikbaar vindt om in deze les te gebruiken. Leg ook uit waarom deze bronnen niet bruikbaar zijn.

5. Selectie bronnen Bron 1: De spiegelzaal in het paleis van Versailles van Lodewijk XIV, de zaal waar ook het Duitse keizerrijk in 1871 werd uitgeroepen en in 1919 het Verdrag van Versailles getekend. Bron 2: De Steenkappers van Gustave Courbet uit 1849, door toeschouwers als socialistisch ervaren.

6. Contextualisering bronnen Belang van een goed begrip van de bron Kwaliteit primeert boven kwantiteit Contextinformatie i.f.v. lesdoelstellingen

6. Contextualisering bronnen Hieronder vind je een voorbeeld van een secundaire bron. De contextualisering is beperkt: alleen auteur, plaats en jaartal worden weergegeven. Zoals in het theoretisch deel staat, moeten secundaire bronnen echter ook kritisch behandeld worden. Ga op zoek naar contextinformatie over de auteur en zijn werk. Toon met voorbeelden aan dat deze auteur ook schrijft vanuit een bepaalde achtergrond en eventueel met een bepaald doel. Bv. Gar Alperovitz (1965), Atomic diplomacy: Hiroshima and Potsdam, New York.

7. Bevraging bronnen Alternatieve bronnenbevraging: Bevraging i.f.v. concrete lesdoelstellingen Lesdoelstellingen gericht op redeneren met en over bronnen Redeneren over bronnen: Over de context Aandacht voor taalgebruik en retoriek Aandacht voor constructiekarakter geschiedenis Multiperspectief Vergelijken van bronnen over eenzelfde gebeurtenis

7. Bevraging bronnen Uit Historia 6T (2009), p 33: “Beste vriend, De ‘burgerlijke ongehoorzaamheid’-campagne zal dadelijk starten. Ik neem nog even het risico u te benaderen om een uitweg te zoeken. Mijn persoonlijke overtuiging is u bekend. Ik kan niets wat leeft, en zeker geen menselijk wezen, opzettelijk kwaad doen. Zelfs als die mij het grootst mogelijk onrecht aandoet. Daarom ben ik, ofschoon ik het Britse bestuur als een vloek beschouw, niet voornemens één enkele Engelsman te schaden. (…) Brief van Gandhi aan een Indiase onderkoning, 1930.”

7. Bevraging bronnen Uit Historia 6T (2009), p 33: “Britse cartoon, 1930. Ondanks de oproep tot geweldloos verzet waren er tijdens de Zoutmars naar Dandi, een kustplaats aan de Indische Oceaan, toch regelmatig relletjes. Deze cartoon toont de visie van Britten op de houding van Gandhi tegenover deze rellen.”

7. Bevraging bronnen Selecteer vier bronnen: twee tekstuele en twee visuele, twee primaire en twee secundaire.   Voorzie per bron een lesonderwerp en een probleemstelling Voorzie bij elke bron voldoende contextinformatie. Formuleer per bron: twee translatievragen één inhoudelijke interpretatievraag twee vragen die zinvol een aspect van redeneren over bronnen aan bod brengen

8. Transferwaarde Voor het vak aardrijkskunde Uit: Leerwerkboek Geogenie 1 (2014), p. 89

Bedankt voor uw aandacht Vragen?