Hoofdstuk 8 Vreemd vermogen
Prijsvorming Vreemd vermogen Interest (rente) = vergoeding voor beschikbaar stellen geld. NB: rente is ook gelijkblijvend periodiek bedrag uit FRK Tarief vraag en aanbod Geldmarkt: <2 jaar: Euribor Kapitaalmarkt: > 2 jaar: Risico: terugbetalen 3. Inflatie:
Geldmarkt: Euribor tarief waartegen groot aantal Europese banken elkaar leningen in euro's verstrekken.
kapitaalmarkt lange rente (met een looptijd vanaf 2 jaar). basistarief NL staatsobligaties + risico opslag
Rangorde bij terugbetalen schulden: “paritas creditorum”: alle schuldeisers voor de wet gelijk uitzondering voor "wettelijke regels van voorrang". Preferente schulden (o.a.hypotheek, salaris) Gewone schulden Achtergestelde schulden 4. Eigen geld terug naar eigenaren
Banklening Bij beginnende bedrijven vaak op basis van ondernemingsplan verschillende soorten: hypothecaire lening (onroerend goed als onderpand) Starterslening borgstellingskrediet (borg door overheid) rekening courant (lopende rekening)
Vreemd vermogen lange termijn Hypothecaire lening: lening met onroerendgoed als onderpand Obligatielening: grote lening verdeeld in kleinere schulddeeltjes Medium term notes: lening op middellange termijn (2 tot 5 jaar)
Obligatielening Meestal aan toonder en vrij verhandelbaar; Vaste couponrente; Looptijd (vaak tussen 5 en 20 jaar); 4. Beursnotering vaak in procenten (van de nominale waarde). Bijvoorbeeld 98% van 500 = €490 Aflossing a pari 6. Aflossing ineens of door loting. Vaak recht van vervroegde aflossing
Staatlening NL geen risico? sept/10: Griekenland betaalt 957 basispunten: 9,57% boven DU
Obligatievormen: Premieobligaties : premies verloot onder de houders. Zero bonds : geen interest. Aflossingsbedrag > emissiebedrag. Discount bonds : lage interest. Aflossingsbedrag > emissiebedrag. Junk bonds : obligatie met veel risico. Couponrente is hoog. Convertible: omzetten obligatie in aandelen Reverse convertible: ook omzetten aandelen in obligatie
Converteerbare obligatielening: = obligatielening die onder bepaalde voorwaarden in aandelen van dezelfde onderneming omgezet kan worden (indirecte emissie van aandelen) voorwaarden: - bepaalde periode (conversieperiode) - bepaalde ruilverhouding met evt. bijbetaling (conversiekoers) - vaak recht op vervroegde aflossing (dwang tot emissie) - vaak anti-verwateringsclausule - als het niet goed gaat met de onderneming toch vaste vergoeding
Motieven obligatielening: Onderneming: - geen gunstig emissieklimaat (indirecte emissie levert meer op?) - betaalde interestkosten aftrekbaar voor vennootschapbelasting - weet niet of ze permanent of tijdelijk vermogen nodig heeft Belegger: - als het goed gaat met de onderneming kan ze obligaties converteren
Conversiekoers Conversiekoers: = aantal obligaties x nom.waarde +/- contante betaling aantal aandelen x nom.waarde = Hoeveel kost 1 aandeel mij bij conversie. = Wat lever ik in als belegger en wat is de aandelenwaarde die ik ervoor terug krijg.
Voorbeeld: 2 obligaties van € 500,- nominaal en een bijbetaling van € 400,-geven recht op 20 aandelen van € 10,- nominaal Conversiekoers € = 2 x 500 + 400 = € 70,- 20 Conversiekoers in % t.o.v nominale waarde : 70/10 = 700% Beurskoers van een aandeel = €80
Onderhandse lening Een of enkele geldgevers (zonder bank) Vaak niet verhandelbaar Afstemming op specifieke wensen
Vreemd vermogen op korte termijn Bankkrediet (vaak rekening courant krediet; = rood staan op lopende rekening Te betalen leveranciers/ Crediteuren (ontvangen leverancierskrediet) Vooruitbetaalde bedragen (gegeven afnemerskrediet) Commercial paper (min. 1 mln )
Kosten leverancierskrediet Als je een korting krijgt ivm eerder betalen (betalingsrafactie/ kredietbeperkingstoeslag) Voorbeeld: Stel: factuur: €100.000 maar als je binnen 8 dagen betaalt krijg je 1% korting. Normaal binnen 4 weken betalen anders boete. Kosten: 1% voor 3 weken te vroeg betalen: = 52/3 = 17,33 x 1/99 X 100 = 17,51% per jaar
Voorzieningen = fonds voor een geschatte toekomstige schuld, waarvan de omvang en het tijdstip nog onzeker zijn Bijvoorbeeld: Onderhoud Garantie Reorganisatie Dit is dan: Lang vreemd vermogen Kort vreemd vermogen als het binnen een jaar tot betaling leidt Bedrijfseconomisch een schuld, juridisch niet Credit op de balans Let op ivm IFRS: alleen opnemen als er zeker een betaling/ kosten komt.
Verschil voorziening/ reserve Voorziening Reserve Vreemd vermogen eigen vermogen Toekomstige schuld toekomstige tegenvallers
Let op: N.B. Voorziening voor: debiteuren voorraden Zijn: correctie op te hoog gewaardeerde activa geen vreemd vermogen vaak debet op de balans