Loopbaanreflectiegesprekken M.Kuijpers, 2012
Kiezen als een rationeel proces (Rees & Bartlett, 199; Watts & Fretwell, 2004; Phillips,1997; OECD, 2004; RWI, 2008) Alternatieven weten Consequenties van keuzes onderzoeken Strategie gebruiken om voor en nadelen af te wegen Doel voor ogen hebben M.Kuijpers, 2012
Kiezen als een rationeel proces (Rees & Bartlett, 199; Watts & Fretwell, 2004; Phillips,1997; OECD, 2004; RWI, 2008) Alternatieven weten Consequenties van keuzes onderzoeken Strategie gebruiken om voor en nadelen af te wegen Doel voor ogen hebben Keuzemogelijkheden te divers (Dols 2008)) Onvoorspelbaarheid toekomst, complexiteit (Krumbolz, 1998) Geen empirische steun voor consistent besluitvormingsproces (Dieleman, 2008) Keuzes maken op langere termijn is moeilijk voor jongeren M.Kuijpers, 2012
Kiezen als proces Van: plannen en implementeren van een loopbaan voor je leven Naar: experimenten en leren M.Kuijpers, 2012
Een leven lang leren Dynamische arbeidsmarkt Zelfsturend vermogen Reflectie Profilering Employability Talentontwikkeling Leren kiezen M.Kuijpers, 2012
Kwaliteitenreflectie Netwerken Ervaring Vervolgstap Kwaliteitenreflectie Netwerken Zelfbeeld Netwerk Motievenreflectie Werk/Opleidingsbeeld Prestatiebewijs Werkexploratie Loopbaansturing M.Kuijpers, 2012
Hoe gaan de gesprekken?
Praten met Wie is er aan het woord? Wie bepaalt?
Luisterend gesprek Niveaus van luisteren 5. reflectief luisteren (onder woorden brengen wat de ander bedoelt, reflectie van gevoel) aandachtig luisteren (de ander proberen te snappen) ------------------------------------------------------------------------------------ 3. selectief luisteren (ze willen iets kwijt, kunnen het niet kwijt in je verhaal, kiezen een woord in je verhaal, maken een brug en gaan hun eigen verhaal vertellen) 2. doen alsof je luistert 1. negeren
Bevorderende factoren in een gesprek Waar moet een goed gesprek aan voldoen? Wat doe je het meest? Wat doe je het minst, vind je lastig?
Filmpje https://www.youtube.com/watch?v=ptvKw3uFtyM&list=PLA6BA3D2D65846EAC
Van Concrete Ervaring naar Kwaliteiten en Motieven Bedenk een hobby die niets te maken heeft (of lijkt te hebben) met het werk op school. Welke vragen zou je kunnen bedenken om daar de kwaliteiten en motieven uit te halen? M.Kuijpers, 2012
Kwaliteitenreflectie (ontdek je talent) Nadenken over sterke kanten die van belang zijn voor de loopbaanontwikkeling
Voer een loopbaangesprek aan de hand van de volgende vragen: Wat heb je onlangs meegemaakt waar je trots op was? Wat deed je hierin heel goed? Doe je dit ook in andere situaties heel goed? Hoe zou je deze kwaliteit noemen? M.Kuijpers, 2012
Vragen naar aanleiding van het gevoerde loopbaangesprek: Een loopbaangesprek Vragen naar aanleiding van het gevoerde loopbaangesprek: Wie was er het meest aan het word? Was er ruimte voor het verhaal? Welke vragen werkten wel/niet? Wat viel je op aan de nonverbale communicatie? M.Kuijpers, 2012
De leerling is aan het woord, praten met Neem de tijd, geef ruimte aan het verhaal Verdeling van aandacht is belangrijk Luister en verplaats in de ander Stel open vragen
Soorten vragen Gesloten vraag “Heb je het naar je zin op school?” Open vraag “Wat vind je interessant op school?” Suggestieve vraag “Vind je niet dat school belangrijker is dan ……” Meervoudige vraag “Hoe denk je daar mee om te gaan? Ik bedoel, dat zal toch niet gemakkelijk zijn? Heb je het al met je ouders besproken?” Grote en kleine vragen Vragen over inhoud en betrekking
Ruimte geven Inbreng, gedachte en ervaring van de leerling Inbreng, gedachte en ervaring van de mentor
Ruimte geven Loopbaangesprek Oriënterend gesprek Emotiegesprek Inbreng, gedachte en ervaring van de leerling Inbreng, gedachte en ervaring van de mentor 1 Zich openstellen 2 Luisteren 3 Terugkoppelen 4 Verhelderen/ confronteren 5 Vragend aansluiten 6 Sturen 7 Stimuleren 8 Vragen toevoegen 9 Informatie geven 10 Adviseren 11 Beoordelen 12 Opleggen Ruimte geven Loopbaangesprek Oriënterend gesprek Emotiegesprek Ruimte delen Adviesgesprek Ontwikkelgesprek Ruimte nemen Confrontatiegesprek Slechtnieuwsgesprek
Ruimte nemen Oefening: De ander presenteert een probleem en jij gaat zoveel mogelijk oplossingen aandragen
Overtuigen ‘Ja maar’ fenomeen ‘Regel is de uitzondering’ fenomeen
Ruimte geven Omgekeerde oefening: Geen adviezen geven Luisterende houding, de ander zelf oplossingen laten bedenken
Open vragen Voordelen: geven vrijheid om te reageren minder bedreigend toont meer interesse en vertrouwen Nadelen: kost meer tijd gaat alle kanten op
De leerling wordt begrepen Valideren: het is oké wat je zegt Meedenken, niet tegendenken Duiden van bedoeling of emotie Opbouwen van vertrouwen
Het zelfvertrouwen wordt vergroot Waarderen: het is oké wat je doet Nadruk op eigen verantwoordelijkheid, vertrouwen in het kunnen Het gaat niet op wat er uit komt, maar dat er iets uitkomt (er hoeft geen beslissing genomen te worden of een oplossing bedacht, maar een inzicht of perspectief verkregen om er aan te werken) Opbouwen van zelfvertrouwen
Kwaliteit Wat is je talent volgens: Je familie? Je vrienden? Mensen van je vrijwilligerswerk of hobby? Je collega’s? Je leidinggevende? Wat beschouw je zelf als je talenten? In hoeverre gebruik je deze talenten in je werk? Hoe moeilijk was het om deze vraag te beantwoorden? Hoe werd je je bewust van je talenten? M.Kuijpers, 2012
Motievenreflectie (ontdek je passie) Nadenken over wensen en waarden die van belang zijn voor de persoonlijke loopbaan Waar sta je voor, waar ga je voor? Inzicht in leefregels om te kunnen onderzoeken aan wat voor soort mensen en soort werk iemand zich wil en kan verbinden M.Kuijpers, 2012
Motievenreflectie Noem drie leefregels die je hanteert Neem je laatste conflict in gedachte. Welke leefregels horen hierbij? M.Kuijpers, 2012
Soorten reflectie Taakreflectie Wat voerde je goed uit? Gericht op voortgang naar diploma, examen, vakmanschap Oordeel begeleider belangrijk! Persoonsreflectie Wat is voor jou als persoon belangrijk? Gericht op ontwikkelen van een zelfbeeld Begeleider stuurt niet op wat er uit moet komen, maar op dat er iets uit komt
Persoonsreflectie Het gaat over een betekenisvolle ervaring = ervaring waar emotie mee gepaard gaat. Het gaat om de betekenis, NIET om de ervaring zelf, niet hoe het volgende keer anders kan of conclusie. Leidt tot inzicht = bewuste kennis van zelf: kwaliteiten, motieven (drijfveren, interesses, leefregels, ambities) Leidt tot actie = vervolgstap in loopbaanleren of in leren in de beroepsopleiding
Waarderend reflecteren De ander is aan het woord De ander wordt begrepen Het zelfvertrouwen wordt vergroot De ander wordt aan het denken gezet De ander wordt in de actie gezet
Waarderend reflecteren Het doel Hoe je het doel bereikt De student is aan het woord Ruimte voor verhaal Open vragen De student wordt begrepen Valideren Duiden van bedoeling en emotie Het zelfvertrouwen wordt vergroot Waarderen Nadruk op eigen verantwoordelijkheid De student ontdekt kwaliteiten en motieven Terugkijken / Reflecteren Concrete ervaring die er toe doet Specificeren (van kwaliteit/motief) Generaliseren (naar andere situaties) Richting geven (sturen op nieuwe inzichten, kwaliteit / motief benoemen en relateren aan actie) M.Kuijpers, 2012
Loopbaangesprek
Oefening: aanzetten tot nadenken In tweetallen A vult een zin aan Gesprekken voeren met leerlingen vind ik … omdat… Een training volgen als docent vind ik …. omdat …. B vraagt door: Als [zin die A gebruikt na omdat].. dan..? B blijf dit doen tot je bij de kern bent gekomen
Aanzetten tot nadenken Concrete ervaring die er toe doet Reflectief luisteren Open vragen, doorvragen, constructieve confrontatie Twijfel bespreken Sturen op nieuwe inzichten / opbrengst verwoorden
Aanzetten tot actie Niet van plan Twijfel over actie Voornemen tot actie Actie Gedragsbehoud Ruimte voor emoties Exploreren van twijfel en barrières Help bepalen wat beste strategie is, zelfvertrouwen vergroten Help stappen nemen, waarderen Uitdagende stappen, zelfsturing
Oefening aanzetten tot actie In de middag staan oefeningen met rollenspel op het programma A wil dat niet B wil A aanzetten tot actie (haalbaar en uitdagend) C observeert en bespreekt na Oefening 2 A wil wel loopbaangesprekken voeren met leerlingen maar doet dit niet omdat hij/zij niet weet hoe
Vorm: opbouw van gesprek Contact Contract Uitvoering Afronding: is contract uitgevoerd, nieuw contract Door leerling Door docent en leerling Door docent Contract Sluit aan op uitkomst reflectie en actiefase Haalbaar (stap is klein genoeg) Uitdagend (nieuw, ontwikkelend, aantrekkelijk)
Gespreksformulier Het doel Hoe je het doel bereikt De leerling is aan het woord Ruimte voor verhaal Open vragen De leerling wordt begrepen Valideren Duiden van bedoeling en emotie Het zelfvertrouwen wordt vergroot Waarderen Nadruk op eigen verantwoordelijkheid De leerling denkt na over zichzelf Terugkijken / Reflecteren Concrete ervaring die er toe doet Doorvragen Sturen op nieuwe inzichten De leerling is zelf aan zet Vooruitkijken / Activeren Aansluiten op actiefase en uitkomsten reflectie Positieve ervaringen uitlokken: haalbaar Uitdagen tot iets dat hij niet kan/durft
En nu in de groep…. We hebben nu verschillende loopbaancompetenties besproken en geoefend. Welke vragen zou je binnen deze competenties in jouw lessen kunnen stellen aan leerlingen? Kies er minimaal twee en ga daar de komende tijd mee aan de slag.
Werkexploratie (ontdek je werkplek)
Werkexploratie Waar: Naar: Werkveld Personen Werkplek Problemen Procedures: eisen, werkzaamheden, leefregels Potentie: kansen, ontwikkelingen Door: Ervaren Internet Interview Activeren in gesprek: Verdiepen werkbeeld Verbreden werkbeeld Verbinden aan kwaliteiten en motieven M.Kuijpers, 2012
Werkexploratie Oefening 1: De leerling weet wat hij later wil worden Zet de leerling in actie in een loopbaangesprek Oefening 2: De leerling weet niet wat hij later wil worden Zet de leerling in actie in een loopbaangesprek Wat zijn vragen voor leerlingen? Wat zijn valkuilen voor de begeleider? M.Kuijpers, 2012
Loopbaansturing (zelf aan zet) Loopbaangerichte beïnvloeding van leer- en werkproces Architectuur van de loopbaan Zoals werkexploratie zicht richt op kansen ontdekken, richt loopbaansturing zich op kansen creëren! M.Kuijpers, 2012
Loopbaansturing Bepaal een loopbaandoel/perspectief Schrijf het doel/perspectief op een papier Ga aan de ene kant staan en leg het doel aan de andere kant Geef met een post-it aan wat er moet gebeuren voor het doel bereikt kan worden (acties op leren, experimenteren, organiseren en profileren) Leg deze post-it neer op de afstand tussen het doel en waar je nu staat Welke stappen zijn hier voor nodig? Enzovoort, net zolang tot je de eerste stap in een keer kan overbruggen Schrijf vragen op die geschikt zijn voor leerlingen M.Kuijpers, 2012
Netwerken (in gesprek met)
Netwerken Netwerken: contacten opbouwen en onderhouden op de interne en externe arbeidsmarkt gericht op loopbaanontwikkeling. Netwerk in kaart brengen, onderzoeken en vergroten kwantiteit en kwaliteit van het netwerk: Voldoende Diversiteit Beslissingsbevoegd Relevant M.Kuijpers, 2012
Netwerkweb Ik Jan Tim Milou Stef Wil Jaap Marlies Job Esther M.Kuijpers, 2012
Netwerken In drietallen: Neem een vraag die je hebt of een probleem waar je mee stoeit waar je zelf niet uitkomt. Breng het netwerk in kaart. Bepaal de kwantiteit en kwaliteit van het netwerk Breid het netwerk uit met niet voor de hand liggende mensen Besluit wie het beste benaderd kan worden, wanneer, hoe diegene benaderd moet worden en, wat je zou willen en wat je de ander te bieden hebt Bedenk vragen voor leerlingen m.b.t. netwerken M.Kuijpers, 2012
Een loopbaangesprek Neem de laatste succeservaring in gedachten Voer een loopbaangesprek over: Wat deed jij hierin heel goed/ wat was hierin heel belangrijk? Doe je dit ook in andere situaties heel goed/ wat vind je belangrijk? Hoe zou je deze kwaliteit /dit motief noemen? In hoeverre gebruik je dit optimaal in je werk? Waar of hoe zou dit nog beter tot zijn recht komen? Welke stap zou je hiervoor kunnen nemen? Wie kan je daarbij helpen? M.Kuijpers, 2012