Omgaan met natuurlijke hulpbronnen Examenvragen

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
4.5 gevolgen van klimaatverandering
Advertisements

Opwarming Van De Aarde Door Jonas & Stijn C..
Paragraaf 2 van hoofdstuk 2: Warmtebronnen
ONTWIKKELINGEN IN DE AGRARISCHE INDUSTRIE & MILIEUPROBLEMATIEK
Global Warming Global Warming
Klimaatverandering ANW module klimaatverandering Leerjaar
Waar denk je dat onze PowerPoint over gaat?
H4 Klimaatbeleid in de praktijk
Paragraaf 2 van hoofdstuk 2: Warmtebronnen
§ 4 WATER, DE WITTE OLIE.
Zuid oost azie Natuurrampen.
Hoofdstuk 3 Natuurgeweld deel 4
Terra Tweede Fase vwo © Wolters-Noordhoff bv
Indonesië.
Opwarming van de Aarde en Gelijke Kansen
Aardrijkskunde Omgaan met natuurlijke hulpbronnen § 7 en 8 en 9 Water in natte gebieden.
De Milieuproblematiek
Waterproblemen in Nederland
Waterproblemen in het Middellandse Zeegebied
Luchtvervuiling Emissie uitstoot van gassen in de lucht
De toekomst van Nederland.  Afspreken PW  Terugblik paragraaf 5 en 6 [10 a 15 min]  Nakijken paragraaf 5 en 6 [15 min]  Zelfstandig werken [10 min]
Een duurzame aarde.. ‘Een paradijs op aarde’  1200 eilanden. De grootste is 5 km 2, De eilanden zijn in groepen atollen verdeeld. Toerisme bedraagt.
Planning: Maak opdracht 11 (5 min) Uitleg p1.2 deel 1 (15 min)
De toekomst van Nederland
Wonen in Nederland.
Hoofdstuk 2 Klimaatzones en landschappen Paragraaf 12 en 13
Hoofdstuk 2 Klimaatzones en landschappen, par. 12 en 13
3 havo, H4 (les 3) 14 stellingen: juist/onjuist
3 havo 4 water, §2 1.
Hoofdstuk 2 Klimaatzones en landschappen Paragraaf 12 en 13
Hoofdstuk 2 Aarde: Middellandse Zeegebied Paragraaf 6
Veranderingen in landschapszones door menselijke activiteiten
Made By: Gijs Broekhuis Tom Oude Voshaar Bram Evers
Oh, grote wereldbol !.
Module 2 Biosfeer Door: Camiel Koopmans, Max van Mulken, Martijn Hendrickx en Bram Thomassen.
Planning. Planning Vandaag Uitleg 3.2 (15 min.) Proefwerk terug & bespreken (kort) (15 min.) Klimaatjagers kijken (20 min.)
Landschapszones op aarde
Klimaat herkennen.
Väder- och Klimatförändringar
Klimaatprobleem & De oplossing Concentrating Solar Power has a bright future.
De Menselijke Maat De aarde over jaar
Klimaatverandering.
Wonen in Nederland.
Mundo – Thema 9 - Blok 3 2VMBO B/K
3 havo 4 water, §2 t/m 4 1.
2 vmbo-T/havo 5 draagkracht, §2 en 3
Nakijken lesbrief Opdracht 5: Gebied E (Laagland v. Oost-China)
Hoofdstuk 2 Nederlandse rivieren en waterproductie.
Hoofdstuk 3 Water in China en het Midden-Oosten.
3 havo 3 Draagkracht : tussen hoop en vrees § 7-9
Reliëf en hydrografie van de Loirestreek
De drie toestanden van water Water is enorm belangrijk voor al het leven op Aarde. Al het leven op Aarde bestaat grotendeels uit water en is afhankelijk.
2 vwo 4 Water: soms teveel, vaak te weinig § 2-5
2 hv 4 Water: soms teveel, vaak te weinig § 2-5
2 TH Hoofdstuk 4 Water § 2-4 Wereld. Grootste deel van het aardoppervlak = zee = zout Geschikt / Ongeschikt als drinkwater? Water Geschikt / Ongeschikt.
AARDE 3/4 vmbo 4 Weer en klimaat § 6-9. Het weer in Nederland isobaren lijnen op een tussen plaatsen met dezelfde luchtdruk lagedrukgebieden: rond de.
AARDE 3/4 vmbo 4 Weer en klimaat § 2-4. Het weer Weer Atmosfeer Toestand van de atmosfeer op een bepaald moment op een bepaalde plaats Luchtlaag die om.
Aardrijkskunde GOED VOORBEREID NAAR DE PABO. De blauwe planeet.
Thema Biosfeer Paragraaf 2 HET BROEIKASEFFECT.
Goed voorbereid naar de PABO
De toekomst van het milieu
Thema 9 Milieu.
Alle veranderingen in het landschap die
2 hv 4 Water: soms teveel, vaak te weinig § 2-5
De toekomst van het milieu
Klimaat heeft invloed op watervoorziening van planten:
Hoofdstuk 2 Natuur en milieu
Duurzaamheid C en D Hoofdstuk 3 Planet.
Transcript van de presentatie:

Omgaan met natuurlijke hulpbronnen Examenvragen Aardrijkskunde Omgaan met natuurlijke hulpbronnen Examenvragen

Vraag 1

Vraag 2

Vraag 3

Vraag 4

Vraag 5

Vraag 1

Antwoord 1. Grens tussen twee stroomgebieden: Waterscheiding

Vraag 2

Antwoord 2. − Infiltratie zorgt voor een voorzuivering van het drinkwater. − Infiltratie gaat verzilting / opdringend zout water tegen. − Door infiltratie wordt verdroging van de duinen tegengegaan. − Door infiltratie wordt de zoetwaterbel aangevuld en daardoor komt de drinkwatervoorziening van Noord- en Zuid-Holland niet in gevaar.

Vraag 3

Antwoord 3. Voorbeelden van een juiste menselijke oorzaak zijn: − intensievere landbouw − irrigatie van landbouwgrond − toename wateronttrekking door toegenomen bevolking langs de oevers van het meer − aanleg van dammen

Vraag 4

Antwoord 4. letter A Hier is het grondwater brak en dus niet geschikt voor drinkwater.

Vraag 5

Antwoord 5. B

Vraag 6

Vraag 7 Bangladesh heeft jaarlijks met overstromingen te maken. - Geef eerst een natuurlijke oorzaak voor deze overstromingen. - Geef vervolgens een menselijke oorzaak voor deze overstromingen.

Vraag 8

Vraag 9

Vraag 10

Vraag 6

Antwoord 6. bij een overstroming vruchtbaar slib wordt afgezet.

Vraag 7 Bangladesh heeft jaarlijks met overstromingen te maken. - Geef eerst een natuurlijke oorzaak voor deze overstromingen. - Geef vervolgens een menselijke oorzaak voor deze overstromingen.

Antwoord 7. Voorbeelden van een juiste natuurlijke oorzaak zijn: 1 − Tijdens natte moessonperiode / warme periode vallen veel moessonregens (nog versterkt door de stuwingsregens vanuit de Himalaya richting het deltagebied). − Tropische cyclonen veroorzaken vloedgolven aan de kust / stuwen water in de riviermonding op. • Voorbeelden van een juiste menselijke oorzaak zijn: 1 − Het (dichtbevolkte, vruchtbare) deltagebied is onvoldoende beveiligd met dijken / Er is te weinig geld om dijken aan te leggen. / Er is weinig technische kennis over dijkaanleg. − Ontbossing (waardoor de piekafvoer toeneemt). − Minder waterbergend vermogen van de rivieren door afgezet erosiemateriaal in de bedding.

Vraag 8

Antwoord 8. B

Vraag 9

Antwoord 9. Voorbeelden van juiste antwoorden zijn twee van de volgende: − sterk vervuilende fabrieken sluiten − overstappen op schonere auto’s − gebruik van roetfilters − filters op schoorstenen van fabrieken plaatsen − strengere milieuwetgeving10. 49

Vraag 10

Antwoord 10. 1 = juist 2 = onjuist 3 = onjuist indien drie antwoorden juist 2 indien twee antwoorden juist 1 indien één antwoord juist 0

Vraag 11

Vraag 12 Smeltende ijskappen op aarde kunnen eventueel een gevaar voor Nederland vormen. Het smelten van de ijskappen op Antarctica vormt wel een gevaar voor Nederland, maar het smelten van het Noordpoolijs niet. Geef een argument waarom het smelten van het ijs op Antarctica wel een gevaar vormt voor Nederland en het smelten van het Noordpoolijs niet

Vraag 13

Vraag 14

Vraag 15

Vraag 11

Antwoord 11 Uit het antwoord moet blijken dat bij een hogere temperatuur meer water zal kunnen verdampen (en doordat er meer waterdamp in de atmosfeer zit, zal er ook meer regen vallen).

Vraag 12 Smeltende ijskappen op aarde kunnen eventueel een gevaar voor Nederland vormen. Het smelten van de ijskappen op Antarctica vormt wel een gevaar voor Nederland, maar het smelten van het Noordpoolijs niet. Geef een argument waarom het smelten van het ijs op Antarctica wel een gevaar vormt voor Nederland en het smelten van het Noordpoolijs niet

Antwoord 12 Uit het antwoord moet blijken dat het smelten van het landijs op Antarctica zorgt voor stijging van de zeespiegel (en het Noordpoolijs is bevroren zeewater). http://www.youtube.com/watch?v=dPOT5TRRL3E

Vraag 13

Antwoord 13 A = verdeling van al het aanwezige water op aarde B = verdeling van het zoete water op aarde

Vraag 14

Antwoord 14 • Voorbeelden van een voordeel zijn: 1 − Bio-energie is duurzamer dan fossiele energie. − Veel biomassa is afval (bijvoorbeeld groente- en tuinafval). − Biomassa is geen eindige bron. − Gebruik van bio-energie leidt tot minder uitstoot van broeikasgassen (zoals CO2) dan verbranding van fossiele brandstoffen. • Voorbeelden van een nadeel zijn: 1 − Door bio-energie is er minder landbouwgrond voor voedselproductie beschikbaar. − Bij bio-energie wordt hout verbrand en komt er koolstofdioxide (CO2) vrij. − Om energie op te wekken worden bomen gekapt / om energie op te wekken verdwijnt er bos.

Vraag 15

Antwoord 15. B