Stand van zaken onderzoek tarievenmodel en tarief 2005 Bijzondere ledenvergadering Vereniging ASL 27 januari 2004
Basis 1993: Raamcontracten* Verwerking HRA, GHA en GFT –Art. 3.2 bepaalt: tariefbepaling wordt uitgewerkt 1998: Overgang van AVL naar Mega en later naar Essent –Fusienota borgt dat alle rechten en plichten aangegaan door AVL overgaan naar Mega/Essent 2001: –21 sept.: vaststelling door ledenvergadering van Tarievenmodel –Model is onder strikte randvoorwaarden ingevoerd –Die randvoorwaarden borgden het primaat van het raamcontract * Raamcontract(en): in het vervolg afgekort tot RC
Tarievenmodel Definitief eindrapport Methode van tariefsontwikkeling inname huishoudelijk restafval Limburg Versie 1.2 Samengesteld door Arno Lelieveld Juni 2001
Tarievenmodel; basis 2001
Tarievenmodel Sinds 2002 toegepast Tariefstijging wordt bepaald via CBS-index –Vaste lasten stijgen niet –Variabele lasten worden geïndexeerd 50% index beroepsgoederenvervoer 50% index milieudienstverlenende industrie In 2001 is afgesproken –het model te evalueren in 2004 –het model toe te passen
Insteek ASL-bestuur Model –is dus uitwerking van Raamcontract –wordt onder voorwaarden toegepast (vastgesteld ) –is hulpmiddel bij tariefbepaling –zou voor tarief 2002 tm 2006 worden toegepast Raamcontract heeft primaat RC art. 3: bestuur VvC heeft te allen tijde recht om leden te adviseren over tarief Dit staat los van de evaluatie De evaluatie heeft tot een belangrijke conclusie voor het bestuur geleid: –Model werkt als prijsgarantie met vaste stijgende lijn –Dat staat haaks op de mogelijkheden in de markt om tot lagere tarieven te komen –Dat staat ook haaks op de verplichting uit het Raamcontract om tegen zo laag mogelijke kosten te werken Dus: bestuur wil weer terug naar die kern van het Raamcontract en beroept zich op haar adviestaak voortvloeiend uit art. 3 RC
Juridische basis bestuur RC art. 3 bepaalt: AVL stelt met inbreng van de Limburgse gemeenten (en via intermediaire rol VvC) procedures vast voor: –Jaarlijkse tarieven –Afsluiten van majeure verwerkingscontracten Voorwaarde 4 dd : “Het tarievenmodel is een uitwerking van de art. 3 RC genoemde uniforme procedures en voorwaarden. Het is een hulpmiddel voor het bepalen van de jaarlijkse tarieven” Bij invoering van het model is nog expliciet melding gemaakt van art. 3 RC Bestuur wenst een volledige toets op de contractprestaties conform considerans Raamcontract en op grond van het tarievenreglement Uniforme Voorwaarden (bijlage bij RC)
Opstelling Essent Milieu Houdt vast aan tarievenmodel Alle verwerkingskosten mogen in rekening gebracht worden (RC art. 4.1) Wil lichte toest van dat model –Kloppen parameters nog wel –Bijv. verhouding verbranden-storten Wil toets tarief op contractconformiteit en niet op marktconformiteit Tariefvorming staat los van feitelijke sturing –Dus: indexeringsmodel i.p.v. voor- en nacalculatie Dat is ook afgesproken in sept (voor periode ) Gemeenten krijgen geen inzicht meer in bedrijfsvoering
Divergentie in standpunten In de kern gaat het om: Bestuur wil terug naar prestatieverplichtingen in Raamcontract Primaat contract of tarievenmodel? Essent wil vasthouden aan tariefvorming los van verantwoordingsplicht bedrijfsvoering
Stelling: Geen probleem als……..? Als er bij gemeenten vertrouwen zou zijn in de totstandkoming van en de hoogte van het tarief dan zou er geen probleem zijn.
Traject PriceWaterhouseCoopers (PWC) Daarom: beide partijen zijn opdrachtgever voor onderzoek PWC Doel: het meten van de “Prestaties van Essent in het licht van het Raamcontract”
Bevinding PWC in concept 1 Verwerking Limburgs HRA heeft kostprijs (2004): €144,76 Stelling Essent: –Feitelijk tarief 2004= € 137,68 –Dus er wordt € 7,- korting verleend –Tariefbepaling staat dus los van feitelijke sturing Stelling Bestuur: –methodisch onjuiste kostprijsbepaling –Immers niet gebaseerd op vereveningsafspraak 1993
Vereveningsovereenkomst 1993 Gesloten door sturingsorganisaties Limburg, Noord-Brabant en Zeeland Art. 2.4: “Partijen zullen ……..zodanige afspraken tot stand brengen dat het te verbranden afval uit alle drie provincies onder dezelfde financiële voorwaarden kan worden verbrand” Art. 2.3: de gemeenten uit de drie provincies staan in de verhouding 6:3:1 garant voor de zuidnederlandse verbrandingscapaciteit Limburg heeft zelf geen verwerkingscontract met AZN, maar lift mee op de ingekochte capaciteit van Noordbrabant. Art. 6: Afspraken hebben geldigheid zolang er verbrandingscontracten zijn tussen AZN en de zuidnederlandse sturingsorganisaties en zijn dus nog steeds van kracht
Dus:…….. Bestuur is van mening dat Dat het onderzoek methodisch op orde gemaakt dient te worden door geconsolideerde gegevens Limburg/Noord- Brabant boven water te krijgen Pas dan is de voorwaarde geschapen om te gaan evalueren Eigen taxatie dat er in financiële zin per ton maximaal € 3,- tot € 4,- ruimte is (op grond van jaarrekeningen) Voorkeur voor een bestuurlijke oplossing (gesprek 25 januari) Anders staat weg arbitrage open
Wat als er geen oplossing komt? Rapport PWC moet afgemaakt worden Bevindingen PWC worden voorgelegd aan Raad van Commissarissen Essent (RvC) Standpunt ASL wordt conform contractprocedure voorgelegd aan RvC Op grond daarvan stelt RvC tarief vast (RC- bijlage art. 2.5; normaal per 1 oktober) Bij blijvend geschil staat weg naar arbitrage open (RC art. 10)
Aspecten bij eventuele arbitrage (reglement Nederlands Arbitrage Instituut) Eiser (de gemeenten) wordt verplicht om honorarium arbiter+ondersteuners voor te schieten (in depot) Daarnaast moeten kosten gemaakt worden voor juridische bijstand en eigen uren Totale voor te schieten kosten naar schatting: minimaal € ,- Arbiter vangt aan na maximaal 2 maanden na start van het geding Duur: zeker tot 1 september (snel) Al die tijd is voorlopig tarief 2005 juridisch houdbaar voor Essent; immers via tariefmodel (looptijd ) vastgesteld Eventuele “onderbetaling” door gemeenten is door Essent in kort geding aan te vechten Gemeenten moeten voor deze procedure op korte termijn middelen ter beschikking stellen.
Aspecten bij bestuurlijke oplossing inzet bestuurlijk gesprek Essent Milieu – ASL op 25 januari: –We zullen wel (krachtens Raamcontract) moeten komen tot nieuw tariefmodel –PWC-traject afmaken, anders zijn gemeenten in juridisch opzicht spelbreker –Streven naar eenvoudig model
Bestuursinzet 25 januari Verhouding storten-verbranden 0%-100% Levert voordeel op van € 3,- tot € 4,-en een lagere basis voor indexering in jaren 2006 tm 2008 (prijsstijging per jaar rond € 2,- i.p.v. € 2,15) Dus……..voordeel –2004 ter vergelijking € 137,48 –2005 ter vergelijking voorlopig tarief: (€ 139,63) –2005: € 136,-/ € 137,- (ipv 139,63 autonoom) –2006: € 138,-/ € 139,- (ipv ± 141,80 autonoom) –2007: € 140,-/ € 141,- (ipv ± 144,00 autonoom) –2008: € 142,-/ € 143,- (ipv ± 146,20 autonoom)
Aanbod Essent Bevriezing tarief 2004 voor jaargangen 2005 en 2006 Daarna weer indexeren over 2007 en 2008
Posities Essent en ASL vergeleken tarief HRA + GHA
Indicaties tarieven HRA + GHA (zie grafiek) lijn 1: autonome lijn € 137,48 € 139,63 € 141,80 € 144,00 € 146,20 lijn 2: ASL januari '05 stort-verbr % € 137,48 € 136,50 € 138,50 € 140,50 € 142,50 lijn 3: bod Essent € 137,48 € 139,60 € 141,70
Voordeel ten opzichte van huidig tariefmodel Voordeel ten opzichte van autonoom (per ton) € - € 2,15 € 4,32 € 4,40 € 4,50 Limburgs voordeel over 250 Kton in miljoen € € - € 0,54 € 1,08 € 1,10 € 1,13