Zaterdagavond 03 November wordt het 13e JCH zaalvoetbal toernooi gehouden. Deelname is vanaf 14 jaar en de kosten zijn €5,- per persoon. De eerste wedstrijden beginnen om 19:00 Opgave lijst hangt op het prikbord, Opgave voor 29 Oktober! Ook supporters zijn van harte welkom om iedereen die avond aan te moedigen! De JCH
Welkom Voorganger: br. I. van Apeldoorn Organist: br. R. Janssen Beamist: br. P. Wiltjer Opmerkingen kunt u melden bij de leden van het BeamTeam: Derk Rouwhorst, Dennis Smit, Oebele Spriensma en Pieter Wiltjer. De Bijbelteksten in deze presentatie zijn ontleend aan De Nieuwe Bijbelvertaling, © Nederlands Bijbelgenootschap 2004, tenzij anders vermeld. Mededelingen of aankondigingen op de beamer? Voor vrijdag 18.00 uur mailen naar: beamer-haulerwijk@hotmail.com.
Gezang 175b Votum en zegengroet On - ze hulp is in de naam van de HE - RE, die he - mel en aar - de ge - maakt heeft. A - men.
Opwekking 194 U maakt ons een U bracht ons te samen wij eren en aanbidden U. U maakt ons een U bracht ons te samen wij eren en aanbidden U. Wordt Uw wil gedaan, dan bindt het ons saam. Iedereen zal deel zijn van Uw gezin. Wordt Uw wil gedaan, dan bindt het ons saam. Iedereen zal deel zijn van Uw gezin.
Opwekking 194 U maakt ons een U bracht ons te samen wij eren en aanbidden U. U maakt ons een U bracht ons te samen wij eren en aanbidden U. Wordt Uw wil gedaan, dan bindt het ons saam. Iedereen zal deel zijn van Uw gezin. Wordt Uw wil gedaan, dan bindt het ons saam. Iedereen zal deel zijn van Uw gezin.
Opwekking 194 Wordt Uw wil gedaan, dan bind het ons saam. Iedereen zal deel zijn van uw gezin. Wordt Uw wil gedaan, dan bindt het ons saam. Iedereen zal deel zijn van uw gezin. U maakt ons een U bracht ons te samen wij eren en aanbidden U.
Gezang 167: 1-3 1 Samen in de naam van Jezus heffen wij het loflied aan, want de Geest spreekt alle talen en doet ons elkaar verstaan. Samen bidden, samen zoeken, naar het plan van onze Heer. Samen zingen en getuigen, samen leven tot zijn eer.
Gezang 167: 1-3 2 Heel de wereld moet het weten dat God niet veranderd is en zijn liefde als een lichtstraal doordringt in de duisternis. 't Werk van God is niet te keren omdat Hij er over waakt en de Geest doorbreekt de grenzen die door mensen zijn gemaakt.
Gezang 167: 1-3 3 Prijst de Heer, de weg is open naar de Vader, naar elkaar. Jezus Christus, Triomfator, mijn Verlosser, Middelaar. Vader, met geheven handen breng ik U mijn dank en eer. 't Is uw Geest die mij doet zeggen: Jezus Christus is de Heer!
Lezen Johannes 17 1 Zo sprak hij. Daarna sloeg Jezus zijn ogen op naar de hemel en zei: ‘Vader, nu is de tijd gekomen, toon nu de grootheid van uw Zoon, dan zal de Zoon uw grootheid tonen. 2 Hij heeft van u macht over alle mensen ontvangen, de macht om iedereen die u hem gegeven hebt het eeuwige leven te schenken. 3 Het eeuwige leven, dat is dat zij u kennen, de enige ware God, en hem die u gezonden hebt, Jezus Christus. 4 Ik heb op aarde uw grootheid getoond door het werk te volbrengen dat u mij opgedragen hebt.
Lezen Johannes 17 5 Vader, verhef mij nu tot uw majesteit, tot de grootheid die ik bij u had voordat de wereld bestond. 6 Ik heb aan de mensen die u mij uit de wereld gegeven hebt uw naam bekendgemaakt. Zij waren van u, maar u hebt hen aan mij gegeven. Ze hebben uw woord bewaard, 7 en nu begrijpen ze dat alles wat u mij hebt gegeven, van u komt.
Lezen Johannes 17 8 Ik heb de woorden die ik van u ontvangen heb aan hen doorgegeven, zij hebben ze aanvaard en nu weten ze echt dat ik van u gekomen ben, en ze geloven dat u mij hebt gezonden. 9 Ik bid voor hen. Ik bid niet voor de wereld, maar voor de mensen die u mij hebt gegeven, omdat zij van u zijn 10 – alles wat van mij is, is van u, en alles wat van u is, is van mij – en omdat in hen mijn grootheid zichtbaar geworden is.
Lezen Johannes 17 11 Ik ben al niet meer in de wereld, ik ga naar u toe, maar zij blijven wel in de wereld. Heilige Vader, bewaar hen door uw naam, de naam die u ook aan mij gegeven hebt, zodat zij één zijn zoals wij één zijn. 12 Zolang ik bij hen was heb ik hen door uw naam, die u mij gegeven hebt, bewaard en over hen gewaakt: geen van hen is verloren gegaan behalve hij die verloren moest gaan, opdat de Schrift in vervulling ging.
Lezen Johannes 17 13 Nu kom ik naar u toe, en ik zeg dit terwijl ik nog in de wereld ben, opdat zij vervuld worden van mijn vreugde. 14 Ik heb hun uw woord gegeven. De wereld haat hen, omdat ze niet bij de wereld horen, zoals ook ik niet bij de wereld hoor. 15 Ik vraag niet of u hen uit de wereld weg wilt nemen, maar of u hen wilt beschermen tegen de duivel. 16 Ze horen niet bij de wereld, zoals ik niet bij de wereld hoor. 17 Heilig hen dan door de waarheid. Uw woord is de waarheid.
Lezen Johannes 17 18 Ik zend hen naar de wereld, zoals u mij naar de wereld hebt gezonden. 19 Ik heb mij geheiligd omwille van hen, zo zullen ook zij door de waarheid geheiligd zijn. 20 Ik bid niet alleen voor hen, maar voor allen die door hun verkondiging in mij geloven. 21 Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij hebt gezonden. 22 Ik heb hen laten delen in de grootheid die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij:
Lezen Johannes 17 23 ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad. 24 Vader, u hebt hen aan mij geschonken, laat hen dan zijn waar ik ben. Dan zullen zij de grootheid zien die u mij gegeven hebt omdat u mij al liefhad voordat de wereld gegrondvest werd.
<bijbelgedeelte> 25 Rechtvaardige Vader, de wereld kent u niet, maar ik ken u, en zij weten dat u mij hebt gezonden. 26 Ik heb hun uw naam bekendgemaakt en dat zal ik blijven doen, zodat de liefde waarmee u mij liefhad in hen zal zijn en ik in hen.’
Gezang 164 Jezus vol liefde, U wilt ons leiden. Wij prijzen U als onze Heer. Kom met uw kracht, o Heer en vul ons tot uw eer, kom tot uw doel met ieder van ons. Maak ons een volk, Heer, heilig en rein, dat U, Heer, volkomen steeds toegewijd zal zijn.
Tekst Johannes 17: 20-23 20 Ik bid niet alleen voor hen, maar voor allen die door hun verkondiging in mij geloven. 21 Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij hebt gezonden. 22 Ik heb hen laten delen in de grootheid die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij: 23 ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad.
Preek
Psalm 67: 1-3 1 De Here God zij ons genadig en tone ons zijn aangezicht. Zijn zegen schenke Hij weldadig, Hij doe ons wandlen in zijn licht, opdat allerwegen / volken zien de zegen van uw heil, uw woord. Ja, in alle landen, / aan de verste stranden, worde het gehoord.
Psalm 67: 1-3 2 Dat alle volken U belijden, U loven, Heer, met hart en mond, dat alle landen zich verblijden, laat juichen heel het wereldrond. Volken zult U richten, / U gaat vrede stichten door gerechtigheid. Volken aller landen / worden door uw handen tot uw heil geleid.
Psalm 67: 1-3 3 Dat alle volken, Heer, U prijzen, uw naam bezingen in hun lied. U wilt uw goedheid ons bewijzen, nu ons het land zijn vruchten biedt. God schenkt allerwegen / ons zijn rijke zegen. Hij, die alles geeft, Hij zij hoog geprezen, / Hem moet ieder vrezen die op aarde leeft.
Evangelisatie & Gastpredikanten Collecte Evangelisatie & Gastpredikanten
Lied 465: 1-5 1 Van U zijn alle dingen, van U, o God en Heer, van U de zegeningen die 'k biddende begeer. Gij wilt mijn weg omringen met liefde wijs en teer. Wat wij ooit goeds ontvingen, het is van U, o Heer.
Lied 465: 1-5 2 Nog voor wij U iets vragen, voorkomt Gij ons gebed. Gij hebt aleer wij klagen, op onze nood gelet. Gij helpt de last ons dragen, Gij steunt bij elke tred, zelfs bij de zwaarste plagen zijt Gij de God die redt.
Lied 465: 1-5 3 Hoe kent Gij al mijn noden, waarin Gij trouw voorziet. Gij geeft geen steen voor broden, een slang voor vissen niet! Wie komt tot U gevloden, wien Gij geen redding biedt? Gij laat de zondaar noden, nog eer hij tot U vliedt.
Lied 465: 1-5 4 O mocht ik U beminnen gelijk Gij mij bemint, laat heil'ge vrees van binnen mij leiden als uw kind! Mocht ik die rijkdom winnen, die roest noch mot verslindt, en werden nooit mijn zinnen door ijd'le glans verblind!
Lied 465: 1-5 5 U zal ik eeuwig eren, die eeuw'ge goedheid zijt! U blijve, Heer der heren, geheel mijn hart gewijd. Wat kan ik niet ontberen wanneer uw hand mij leidt, wat vuriger begeren dan uwe heerlijkheid!
Gezang 182d Amen A - men, a - men, a - men.