9 maart 2014 Zoetermeer 1. 1 Van David. Een psalm. 2 Vurig verwachtte ik de HERE; toen neigde Hij Zich tot mij en hoorde mijn hulpgeroep, 3 Hij trok mij.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
1 19 jan Urk. 2 de context van 2Korinthe 3  Paulus reageert op beschuldigingen dat hij onbevoegd zou zijn (3:1,2);  Paulus plaatst zijn Evangelie.
Advertisements

Paulus' eerste brief aan Korinthe (20) 23 januari 2013 Bodegraven.
gekocht maar terzijde gesteld
ÉÉN GOD, DE VADER 3 nov Rotterdam.
Genesis 25: 27 Toen de jongens opgroeiden, werd Esau een man, ervaren in de jacht, een man van het veld, maar Jakob was een huiselijk man, die in tenten.
27 februari 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe 12 1 Ten aanzien van de uitingen des geestes, broeders, wil ik u niet onkundig laten. 2.
Handelingen 7: 44 De tent der getuigenis hadden onze vaderen in de woestijn, zoals Hij het geboden had, die tot Mozes zeide, dat hij haar moest maken naar.
Ronde (Sport & Spel) Quiz Night !
gestorven voor onze zonden 3 Want voor alle dingen heb ik u overgegeven, hetgeen ik zelf ontvangen heb: Christus is gestorven voor onze zonden, naar de.
27 maart 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe Streeft dan naar de hoogste gaven. En ik wijs u een weg, die nog veel verder omhoog voert. 2.
“Gelijk een hert schreeuwt naar de waterstromen, alzo schreeuwt mijn ziel tot U, o God! Mijn ziel dorst naar God, naar den levenden God.” (Psalm 42:1-2)
Het Brood des levens Niek vorige week gesproken over je vastheid vinden bij God.
En God zag alles wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Gen
9 januari 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe 11 1 Wordt mijn navolgers, gelijk ook ik Christus navolg. 2.
Psalm 25.
Psalm 40 Een zangstuk op naam van David Vurig zag ik uit naar de HEER; Hij boog zich en hoorde mijn roepen.
8 mei 2014 Bodegraven 1. 2 de vorige keren: spreken in talen is de laatste in de rij van charisma's (hfst.12); spreken in talen behoort (evenals profeteren)
1 7 nov Rijnsburg 7 nov Rijnsburg. 2 Hebreeën 7 15 En nog veel duidelijker wordt het, als naar het evenbeeld van Melchisedek een andere priester.
13 maart 2014 Bodegraven 1. 1Korinthe Want gelijk het lichaam één is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, een lichaam.
hebben jullie heilige Geest ontvangen?
Welke apostel heeft God uitverkoren om de heidenen bekend te maken met het Evangelie? 2.
De bloedbruidegom Exodus 4.
Psalm ste boek 2-de boek 3-de boek 4-de boek 5-de boek Genesis Exodus Leviticus Numeri Deuteronomium 2.
de krijgsgevangen vrouw
Pasen & Pinksteren op één dag!
"in geen ding bezorgd" 1.
1 Korinthe Wordt mijn navolgers… 2 32 Geeft noch aan Joden, noch aan Grieken, noch aan de gemeente Gods aanstoot; 33 zoals ook ik allen.
Romeinen Maar de gerechtigheid uit het geloof… nl. in Gods onvoorwaardelijke BELOFTE 2.
NIET: waarom moest Christus sterven? Om op te kunnen staan en zó de dood te overwinnen! 2.
Groot geloof 1.
Zondag 26 mei 2013 Zoetermeer 1. opschrift Psalm 20: bede om overwinning van de koning Hij geve u naar uw hart, en doe al uw plannen in vervulling gaan.
1 19 dec Rijnsburg 19 dec Rijnsburg. 2 Hebreeën 8 1 De hoofdzaak VAN ONS ONDERWERP is, dat wij zulk een hogepriester hebben, die gezeten is.
8 dec Zoetermeer 1. 1 Hetgeen was van den beginne, hetgeen wij gehoord hebben, hetgeen wij gezien hebben met onze eigen ogen, hetgeen wij aanschouwd.
De Ben Adam Psalm 8.
Genesis Genesis Hierna gebeurde het, dat God Abraham op de proef stelde. Hij zeide tot hem: Abraham, en deze zeide: Hier ben ik.
David, een profeet psalm 16.
In de moederschoot gevormd Psalm 139.
Tien treden terug Jesaja 38. tien treden terug Jesaja 38.
1 donderdag 21 februari 2013 bespreking vanaf Hebreeen 1 1 donderdag 21 februari 2013 bespreking vanaf Hebreeen 1 1.
Wie is mijn naaste? Lucas
Marcus Marcus En toen Hij weder uit het gebied van Tyrus vertrokken was En Jezus ging vandaar en trok Zich terug naar de omgeving.
Math.23 : 39,  Want Ik zeg u, gij zult Mij van nu aan niet meer zien, totdat gij zegt: Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren !
God is trouw Hij gaf zijn woord
12 december 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe Gij kunt niet de beker des Heren drinken en de beker der boze geesten, gij kunt niet aan de tafel des Heren.
1 donderdag 1 november 2012 bespreking vanaf Kolosse 3 1 donderdag 1 november 2012 bespreking vanaf Kolosse 3 1.
10 april 2014 Bodegraven 1. 2 Terugblik en overzicht (I) 1Korinthe 12 t/m 14: "de geestelijke uitingen" (12:1) spreken in tongen/talen: de laagste in.
Psalmen 40:6-8 David profeteert naar de Messias 6In slachtoffer en spijsoffer hebt Gij géén behagen, (Gij hebt mij geopende oren gegeven),
1 29 juni 2014 Zoetermeer. Filippi 4 4 Verblijdt u in de Here te allen tijde! Wederom zal ik zeggen: Verblijdt u!... DANKT te allen tijde in de naam van.
NIEMAND IETS SCHULDIG 12 oktober 2014 Zoetermeer.
31 augustus 2014 Zoetermeer 1. de vorige keer... Handelingen 20  Paulus' derde 'zendingsreis'  is op doorreis naar Jeruzalem  passeert Efeze (waar.
1 2 oktober 2014 Rijnsburg 2 oktober 2014 Rijnsburg.
1 4 september 2014 Rijnsburg 4 september 2014 Rijnsburg.
1 16 jan Rijnsburg 16 jan Rijnsburg. 2 de vorige keer:  "de hoofdsom van het gezegde" (8:1)  de aankondiging van een nieuw verbond (8:8)
Lucas 15: 11 En Hij zeide: Iemand had twee zonen
12 sept 2013 Bodegraven 1. 2  vooraf lezen: 1Kor.7:12 t/m 24  indeling 1Korinthe 7  1 t/m 9: over het huwelijk  10 t/m 16: over echtscheiding  16.
Strijd tegen de zonde?.
17 jan Urk. Galaten 3 16 Nu werden aan Abraham de beloften gedaan en aan zijn zaad. Hij zegt niet: en aan zijn zaden, in het meervoud, maar in.
Laat heel de aarde voor de HEERE vrezen, laat alle bewoners van de wereld bevreesd zijn voor Hem. Want Hij spreekt en het is er, Hij gebiedt en het staat.
13 november 2014 Bodegraven 1. 2 de vorige keer: 1Kor.15:29-34 indien er geen doden opgewekt worden...  vs 29: waarom dopen?  vs.30-32: waarom doodsgevaren.
? ! Gods gerechtigheid... 1.
De jonge Samuël was... hoofdstuk 1: uit een onvruchtbare vrouw geboren hoofdstuk 2: eerstegeborene, priesterlijk 3.
Zingen Vers 1 Met heel mijn hart heb ik de HEER verwacht,
10 januari 2013 bijbelstudie nr. 3 Vanaf hoofdstuk 1:19.
2 juni 2013 Rotterdam 1. Galaten 4 21 Zegt mij, gij, die onder de wet wilt staan, luistert gij niet naar de wet? 2.
De gezouten waarheid.
22 maart 2015 Zoetermeer 1. terugblik...  de relatie van Christus & de ekklesia wordt ten voorbeeld gesteld aan man & vrouw;  Hoofdschap = voorop gaan,
"door één overtreding" Genesis 3 (deel II) 1.
30 juni 2013 Zoetermeer 1. 2 Handelingen 14:27 27 En daar aangekomen, riepen zij de gemeente bijeen en gaven verslag van al wat God met hen gedaan had,
26 sept 2013 Bodegraven 1. 1Korinthe 8 1 Wat het offervlees aangaat, wij weten, dat wij allen kennis bezitten. De kennis maakt opgeblazen, maar de liefde.
2 13 Daarop zeide Mozes tot God: Maar wanneer ik tot de Israelieten kom en hun zeg: De God uwer vaderen heeft mij tot u gezonden, en zij mij vragen:
Transcript van de presentatie:

9 maart 2014 Zoetermeer 1

1 Van David. Een psalm. 2 Vurig verwachtte ik de HERE; toen neigde Hij Zich tot mij en hoorde mijn hulpgeroep, 3 Hij trok mij op uit de kuil van het verderf, uit het slijk van de modderpoel; Hij stelde mijn voeten op een rots, mijn schreden maakte Hij vast, 4 Hij gaf mij een nieuw lied in de mond, een lofzang aan onze God. Mogen velen het zien en vrezen, en op de HERE vertrouwen. 5 Welzalig de man, die de HERE tot zijn vertrouwen heeft gesteld, die zich niet wendt tot de hovaardigen, noch tot hen die naar leugen afdwalen. 6 Talrijk hebt Gij gemaakt, o HERE, mijn God, uw wonderen en uw gedachten jegens ons; niets is bij U te vergelijken. Wilde ik ze vermelden en uitspreken, te talrijk zijn zij om te noemen. 7 In slachtoffer en spijsoffer hebt Gij geen behagen, (Gij hebt mij geopende oren gegeven), brandoffer en zondoffer hebt Gij niet gevraagd. 8 Toen zeide ik: Zie, ik kom; in de boekrol is over mij geschreven; 9 ik heb lust om uw wil te doen, mijn God, uw wet is in mijn binnenste. 10 Ik verkondig de blijde mare van uw gerechtigheid in een grote gemeente; zie, mijn lippen weerhoud ik niet, HERE, Gij weet het. 11 Uw gerechtigheid verberg ik niet in mijn hart, van uw trouw en uw heil spreek ik, uw goedertierenheid en uw waarheid verheel ik niet voor een grote gemeente. 12 Gij, HERE, onthoud mij uw erbarming niet; uw goedertierenheid en uw waarheid mogen mij bestendig bewaren. 13 Want rampen omgeven mij, zonder getal; mijn ongerechtigheden hebben mij achterhaald, ik kan ze niet overzien; zij zijn talrijker dan de haren van mijn hoofd, en mijn hart is mij ontzonken. 14 Het behage U, Here, mij te redden; HERE, haast U mij ter hulpe. 15 Laten tezamen beschaamd en schaamrood worden, wie mij het leven zoeken te benemen; terugdeinzen en te schande worden, wie mijn onheil begeren. 16 Laten verstommen van schaamte, wie over mij roepen: Ha, ha! 17 Laten in U jubelen en zich verheugen allen die U zoeken; laten wie uw heil liefhebben, bestendig zeggen: De HERE is groot! 18 Al ben ik ellendig en arm, de HERE gedenkt mijner. Gij zijt mijn hulp en mijn bevrijder; o, mijn God vertoef niet. Voor de koorleider. deel I 1 t/m 11 verhoring deel II 12 t/m 18 hulpgeroep 40 2

1 Van David. Een psalm. 2 Vurig verwachtte ik de HERE; toen neigde Hij Zich tot mij en hoorde mijn hulpgeroep, 3 Hij trok mij op uit de kuil van het verderf, uit het slijk van de modderpoel; Hij stelde mijn voeten op een rots, mijn schreden maakte Hij vast, 4 Hij gaf mij een nieuw lied in de mond, een lofzang aan onze God. Mogen velen het zien en vrezen, en op de HERE vertrouwen. 5 Welzalig de man, die de HERE tot zijn vertrouwen heeft gesteld, die zich niet wendt tot de hovaardigen, noch tot hen die naar leugen afdwalen. 6 Talrijk hebt Gij gemaakt, o HERE, mijn God, uw wonderen en uw gedachten jegens ons; niets is bij U te vergelijken. Wilde ik ze vermelden en uitspreken, te talrijk zijn zij om te noemen. 7 In slachtoffer en spijsoffer hebt Gij geen behagen, (Gij hebt mij geopende oren gegeven), brandoffer en zondoffer hebt Gij niet gevraagd. 8 Toen zeide ik: Zie, ik kom; in de boekrol is over mij geschreven; 9 ik heb lust om uw wil te doen, mijn God, uw wet is in mijn binnenste. 10 Ik verkondig de blijde mare van uw gerechtigheid in een grote gemeente; zie, mijn lippen weerhoud ik niet, HERE, Gij weet het. 11 Uw gerechtigheid verberg ik niet in mijn hart, van uw trouw en uw heil spreek ik, uw goedertierenheid en uw waarheid verheel ik niet voor een grote gemeente. 12 Gij, HERE, onthoud mij uw erbarming niet; uw goedertierenheid en uw waarheid mogen mij bestendig bewaren. 13 Want rampen omgeven mij, zonder getal; mijn ongerechtigheden hebben mij achterhaald, ik kan ze niet overzien; zij zijn talrijker dan de haren van mijn hoofd, en mijn hart is mij ontzonken. 14 Het behage U, Here, mij te redden; HERE, haast U mij ter hulpe. 15 Laten tezamen beschaamd en schaamrood worden, wie mij het leven zoeken te benemen; terugdeinzen en te schande worden, wie mijn onheil begeren. 16 Laten verstommen van schaamte, wie over mij roepen: Ha, ha! 17 Laten in U jubelen en zich verheugen allen die U zoeken; laten wie uw heil liefhebben, bestendig zeggen: De HERE is groot! 18 Al ben ik ellendig en arm, de HERE gedenkt mijner. Gij zijt mijn hulp en mijn bevrijder; o, mijn God vertoef niet. Voor de koorleider. kern 7 t/m 9 geciteerd in Hebreeën

Psalm 40 7 In slachtoffer en spijsoffer hebt Gij geen behagen, (Gij hebt mij geopende oren gegeven), brandoffer en zondoffer hebt Gij niet gevraagd. 1 4

Psalm 40 8 Toen zeide ik: Zie, ik kom; in de boekrol is over mij geschreven; 1 5

Psalm 40 9 ik heb lust om uw wil te doen, mijn God, uw wet is in mijn binnenste. 1 6

Lucas Hij nam de twaalven terzijde en sprak tot hen: Zie, wij gaan op naar Jeruzalem, en al wat door de profeten geschreven is, zal aan de Zoon des mensen volbracht worden. 32 Want Hij zal overgeleverd worden aan de heidenen en bespot en gesmaad en bespuwd worden, 33 en zij zullen Hem geselen en doden, en ten derden dage zal Hij opstaan. 34 En zij begrepen niets van deze dingen en dit woord bleef hun duister en zij wisten niet, waarvan gesproken werd. 7

2 8

Psalm Gij, HERE, onthoud mij uw erbarming niet; uw goedertierenheid en uw waarheid mogen mij bestendig bewaren. 2 9

Psalm Want rampen omgeven mij, zonder getal; mijn ongerechtigheden hebben mij achterhaald, ik kan ze niet overzien; zij zijn talrijker dan de haren van mijn hoofd, en mijn hart is mij ontzonken. lett. kwade [dinge]n 2 10

Psalm Want rampen omgeven mij, zonder getal; mijn ongerechtigheden hebben mij achterhaald, ik kan ze niet overzien; zij zijn talrijker dan de haren van mijn hoofd, en mijn hart is mij ontzonken. ????? "uw wet is in mijn binnenste";

Jesaja de HERE heeft ons aller ongerechtigheid op hem doen neerkomen. 2Korinthe 5 21 Hem, die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid Gods in Hem. 2 12

Psalm Het behage U, HERE, mij te redden; HERE, haast U mij ter hulpe. 2 13

Psalm Laten tezamen beschaamd en schaamrood worden, wie mij het leven zoeken te benemen; terugdeinzen en te schande worden, wie mijn onheil begeren. zullen zij zullen beschaamd worden 2 14

Psalm Laten verstommen van schaamte, wie over mij roepen: Ha, ha! zullen zij zullen ontzet zijn 2 15

Psalm Laten in U jubelen en zich verheugen allen die U zoeken; laten wie uw heil liefhebben, bestendig zeggen: De HERE is groot! zullen zij zullen jubelen en zich verheugen 2 16

Psalm Laten in U jubelen en zich verheugen allen die U zoeken; laten wie uw heil liefhebben, bestendig zeggen: De HERE is groot! 2 17

Psalm Al ben ik ellendig en arm, de HERE gedenkt mijner. Gij zijt mijn hulp en mijn bevrijder; o, mijn God, vertoef niet. Voor de koorleider. lett. vernederd en behoeftig 2 18

Psalm Al ben ik ellendig en arm, de HERE gedenkt mijner. Gij zijt mijn hulp en mijn bevrijder; o, mijn God, vertoef niet. Voor de koorleider. 2 19

3 20

Psalm 40 1 Voor de koorleider. Van David. Een psalm. 3 21

Psalm 40 2 Vurig verwachtte ik de HERE; toen neigde Hij Zich tot mij en hoorde mijn hulpgeroep, 3 22

Psalm 40 3 Hij trok mij op uit de kuil van het verderf, uit het slijk van de modderpoel; Hij stelde mijn voeten op een rots, mijn schreden maakte Hij vast, Hij bracht me omhoog Lett. Hij bracht me omhoog uit een put van rumoer 3 23

Psalm 40 3 Hij trok mij op uit de kuil van het verderf, uit het slijk van de modderpoel; Hij stelde mijn voeten op een rots, mijn schreden maakte Hij vast, 3 24

Psalm 40 3 Hij trok mij op uit de kuil van het verderf, uit het slijk van de modderpoel; Hij stelde mijn voeten op een rots, mijn schreden maakte Hij vast, Hij deed opstaan Lett. en Hij deed mijn voeten opstaan op een rots 3 25

Psalm 40 3 Hij trok mij op uit de kuil van het verderf, uit het slijk van de modderpoel; Hij stelde mijn voeten op een rots, mijn schreden maakte Hij vast, Lett. Hij bevestigde mijn voortgang 3 26

Psalm 40 4 Hij gaf mij een nieuw lied in de mond, een lofzang aan onze God. Mogen velen het zien en vrezen, en op de HERE vertrouwen. > de koorleider! 3 27

Psalm 40 4 Hij gaf mij een nieuw lied in de mond, een lofzang aan onze God. Mogen velen het zien en vrezen, en op de HERE vertrouwen. zullen velen zullen zien zullen zullen vrezen zullen zullen vertrouwen 3 28

Psalm 40 5 Welzalig de man, die de HERE tot zijn vertrouwen heeft gesteld, die zich niet wendt tot de hovaardigen, noch tot hen die naar leugen afdwalen. lett. gelukkig de sterke/meester 3 29

Psalm 40 5 Welzalig de man, die de HERE tot zijn vertrouwen heeft gesteld, die zich niet wendt tot de hovaardigen, noch tot hen die naar leugen afdwalen. 3 30

Psalm 40 6 Talrijk hebt Gij gemaakt, o HERE, mijn God, uw wonderen en uw gedachten jegens ons; niets is bij U te vergelijken. Wilde ik ze vermelden en uitspreken, te talrijk zijn zij om te noemen. 3 31

Psalm 40 (...) 10 Ik verkondig de blijde mare van uw gerechtigheid in een grote gemeente; zie, mijn lippen weerhoud ik niet, HERE, Gij weet het. 3 32

Psalm Gij hebt mij geantwoord! in het midden der gemeente 22 Ik zal uw naam aan mijn broeders verkondigen, in het midden der gemeente zal ik U lofzingen verheerlijkt Hem, gij ganse nageslacht van Jakob, en hebt ontzag voor Hem, gij ganse nageslacht van Israel. 24 Want Hij heeft niet veracht noch versmaad de ellende van de ellendige, (...) 25 Van U komt mijn lof in een grote gemeente... 33

Psalm Ik verkondig de blijde mare van uw gerechtigheid in een grote gemeente; zie, mijn lippen weerhoud ik niet, HERE, Gij weet het. 3 34

Psalm Uw gerechtigheid verberg ik niet in mijn hart, van uw trouw en uw heil spreek ik, uw goedertierenheid en uw waarheid verheel ik niet voor een grote gemeente verheel ik niet voor een grote gemeente. 3 35