‘Autismespectrumstoornissen’ R.J. van der Gaag

Wat zijn autismespectrumstoornissen? “Het is een verzamelnaam voor ernstige ontwikkelingsstoornissen van de sociale wederkerigheid en de verbale en non- verbale communicatie, die gepaard gaan met een star en beperkt repertoire van gedrag en interesses.”

Autisme Opgevat als een spectrumstoornis Onderscheiden in een aantal subgroepen: Autistische stoornis Stoornis van Asperger Stoornis van Rett Atypische autisme PDD-NOS (restcategorie)

Epidemiologie Classificatie autisme ≠ klassieke klinische beeld van autisme Duidelijke toename van aantal gevallen autisme Daadwerkelijke toename Scherpere diagnostiek Prevalentie : 0,3 % Erfelijke ziekte Wisselwerking tussen 3 of 4 genen > Mildere vormen van autisme

Signalen en symptomen Sociale signalen : Maakt geen of nauwelijks oogcontact Lacht niet of nauwelijks Speelt het liefst alleen Toont geen interesse in anderen Leeft in een ‘eigen’ wereldje

Signalen en symptomen Communicatieve signalen : Reageert niet op zijn of haar naam Reageert niet op aanwijzingen Wijst niet, zwaait niet Lijkt soms wel, soms niet doof Geeft niet aan wat hij of zij wil Gebruikt de ander als instrument om de gewenste objecten te krijgen

Signalen en symptomen Gedragskenmerken : Druk, star, weinig coöperatief, over- of ongevoelig Hecht zich aan ongebruikelijke voorwerpen Gebruikt speelgoed niet adequaat Komt niet verder dan het in rijen oplijnen van voorwerpen of laat alles tollen Vertoont vreemde, zich herhalende stereotiepe bewegingen Fladdert Loopt op de tenen

Oorzaken 10 – 15 % : aanwijsbare stoornis of ziekte samen met autisme Erfelijke factor > Heeft invloed op functies : Theory of the mind Centrale coherentie Executieve functies

Onderzoek Gebruik van vragenlijsten : Picture telling story cards VISK ( Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen) ASQ (Autism Screening Questionnaire) … Picture telling story cards SIT ( Sociale- interpretatietest) Intelligentietest

Behandeling, advisering en verwijzing Stimuleren van een gezonde en adequate ontwikkeling Vergroten van de flexibiliteit en van het aanpassingsvermogen Behandelen van bijkomende storende gedragingen Begeleiden van ouders, broers en zusjes en allen die bij de begeleiding en behandeling betrokken zijn