VLUCHT UIT HET ALLEDAAGSE H.9 Bespiegeling vwo VLUCHT UIT HET ALLEDAAGSE ROMANTIEK IN DE NEGENTIENDE EEUW
Vlucht uit het alledaagse ROMANTIEK IN DE NEGENTIENDE EEUW Tijdperk van industrialisatie, verstedelijking, armoede, in een anonieme maatschappij. Ontstaan van de Romantiek. Kunstenaars wijzen het verstand als enig redmiddel van de maatschappij af. Zij zoeken naar hartstocht en diepzinnigheid. Vluchten in een denkbeeldige wereld van sprookjes, mythen en sagen. Opgravingen in Pompeji, onderzoek naar overblijfselen uit de middeleeuwen. Belangstelling van het eigen nationale verleden. Belangstelling voor het exotische, andere culturen.Veranderende natuuropvatting De Grote Waterval Arnhem, Park Sonsbeek: kunstmatig landschap als een vlucht uit het alledaagse. Follies Hedendaagse romantiek Romantisch: alles wat zich niet elke dag hier en nu afspeelt. Wanneer het verlangen gewekt wordt naar andere tijden en verre oorden. Ilja Kabakov: ‘Blickst du hinauf und liest die Worte’(1997) Kunstmatige waterval
De uitweg Vlucht uit het treurige bestaan Revolutie: Romantiek als cultuurbeweging ontstaat aan het einde van de 18e eeuw. Franse Revolutie – en haar idealen - raakt in verval door onderlinge strijd Napoleon maakt hier gebruik van. In Engeland Industriële Revolutie: uitvinding van de stoommachine. Fabrieken i.p.v. huisnijverheid. Arbeider verlengstuk van de machine, slechte omstandigheden Karl Marx: Communistisch Manifest ( 1848) Concentratie in de steden, anonieme massa. Kunstenaars zoeken een uitweg uit dit treurige alledaagse bestaan in: vlucht in hang naar het ‘exotische’, natuur en zelfverwerkelijking van het individu en het verleden. Woesternij:als gevolg van de verstedelijking groeit de waardering voor de woeste natuur. De mens is daarin onbetekenend en nietig. ( Vergl. De populaire avonturenvakanties van vandaag.) ‘Sneeuwstorm – stoomboot voor de havenmond’ 1842 William Turner: (1775-1851) Nieuwe landschapsschilders: William Turner en John Constable Tegen de tradities in van de academies waarbij de natuur dient als louter decor. Bij Turner staat niet het verstand voorop maar het gevoel of de beleving. Dit is ook te zien in zijn penseelvoering: geen bestudeerde details maar grote, soms ongecontroleerde kwaststreken.
William Turner Vlucht naar de natuur (1775-1851) ‘het slavenschip
William Turner Vlucht naar de natuur (1775-1851) Hannibal crossing the Alpes 1812 The fighting Temeraire ’Seamonsters’
De uitweg Vlucht uit het treurige bestaan Salisbury Cathedral: Traditioneel academische schilders maken hun landschappen in het atelier. John Constable trekt er op uit om ter plaatse olieverfschetsen te maken. Die werk hij dan in zijn atelier uit tot grotere doeken. Ook in zijn werk zie je de bescheidenheid van de mens in de goddelijke natuur. Salibury Cathedral’ 1831
John Constable Vlucht naar de natuur (1776-1837) ‘het witte paard’ Constable: olieverfschets ‘het witte paard’
Théodore Gericault Vlucht in het heroïeke (1791-1824)
Théodore Gericault Aandacht voor de mens Hoofden Studie voor het vlot (1791-1824) Hoofden Studie voor het vlot Gericault: Geesteszieke vrouw. Het vermogen geesteszieken als medemens i.p.v. vervloekte of behekste paria’s, behoort tot de grootste verworvenheden van de Romantiek
Eugène Delacroix Heroïsch en exotisch (1798-1863) Vrijheid Algiers Leeuw met konijn De dood van Sardanapolus
Gothic Revival Vlucht naar het verleden The Stones of Venice: In ‘The Stones of Venice’ ( 1853 ) doet John Ruskin verslag van de Gotiek in Venetië. Hij stelt dat in de middeleeuwen door de betrokkenheid van iedereen ( nog geen scheiding tussen de alwetende architect en slaafse uitvoerders) een enorme variatie en vernieuwingsdrang ontstaat. De toenmalige ( Engelse) kunstnijverheid wordt sterk bekritiseerd. Lelijke , goedkope, prullerige, door machines vervaardigde, imitaties van vroegere stijlen en versieringen. De fabrieksarbeider is geen ambachtsman meer en heeft geen betrokkenheid bij het product. William Morris Arts & Crafts: in het kielzog van de industriële revolutie ontstaat de socialistische beweging. Bij de Arts & Craftsbeweging opgericht door William Morris in 1861 opgericht spelen de socialistische idealen een belangrijke rol. In deze werkgemeenschap herleeft het middeleeuwse ambacht.. Twee doelen: a) een betere verdeling van de welvaart en alternatief voor geestdodend fabriekswerk., en b) het leveren van kwaliteitsproducten. Helaas zijn de producten alleen door rijke burgers te betalen! smaakverschil tussen rijken en massa blijft bestaan. Ruskin: Schetsblad uit ‘Stones of Venice’
Gothic Revival: Arts & Crafts Vlucht naar het oude ambacht Bij de Arts & Craftsbeweging is de arbeider geen slaaf van de machine, maar bepaalt de ambachtman zelf wanneer en waarvoor hij de machine gebruikt. behangontwerpen Morris: vaas, stoel
Gothic Revival: Het Rijksmuseum Ook in Nederland navolging van Ruskin en Morris. P.J.H.Cuypers (1827-1921) richt een school op met een werkplaats naar middeleeuws model, een soort werkgemeenschap voor de bouw van het Rijksmuseum. Het definitieve ontwerp in eclectische stijl waarin elementen uit de vroege Hollandse Renaissance gemengd met Gotische details. Kritiek: ‘niet nationaal genoeg’ ( rijk versierd ) ontwerpschets Rijksmuseum nu. Waterspuwer
De opera in Parijs Vlucht uit het treurige bestaan Grand opéra in Parijs: Parijs groeit uit tot Europese hoofdstad van de opera. Nieuw publiek: rijker wordende middenklasse programma aangepast aan dit relatief onontwikkelde publiek: sensatie, sentiment. Nieuw soort opera: de Grand Opéra: Spektakel speelt een even grote rol als de muziek. In de libretto’s worden de mogelijkheden voor ballet koren en massascènes tot het uiterste gebruikt. Giacomo Meyerbeer. Gebruikt solisten, koor en orkest in grootse, dramatische gebaren. ( critici: effect zonder oorzaak ) In zijn ‘Les Hugenots’ vormt het liefdesduet het hoogtepunt. Thema’s van de grand-opéra’s niet meer ontleend aan de klassiek oudheid, maar aan de moderne tijd en de Middeleeuwen. De manier van uitbeelden is romantisch: kleurrijk en sprookjesachtig, volks en nationalistisch. chromatiek Als een sprookje: In 1832 première van ‘La Sylfide’ het eerste romantische ballet. Gebruik van spitzen en tutu: ballerina zweeft als een wolkje over het toneel. Ballet blanc: romantisch ballet waarin het sprookjesachtige of bovennatuurlijke wordt uitgebeeld. Gebruik van ‘vliegmachines’ en liftmechanismen. Magische sfeer door de intrede van gaslicht.
De opera in Parijs Vlucht uit het treurige bestaan Opéra Garnier:In 1874 nieuwe opera in Parijs door Charles Garnier. (palais Garnier) Totaalconcept waarin alle domeinen van kunst in zijn architectuur samensmelten. Net als Cuypers heeft Garnier het algehele toezicht op het totale decoratieve programma. Nieuw is de grote aandacht voor andere ruimtes als de zaal alleen, entree, trappenhuis enz. dit laat zien dat het sociale aspect van het theaterbezoek een belangrijke rol speelt: zien en gezien worden. De zelfbewuste bourgeoisie eist de aandacht op. ‘Het flonkerende licht, de glinsterende kleding, de geanimeerde en glimlachende figuren, de ontmoetingen, de groeten die gewisseld worden, alles zal een sfeer van feest en plezier uitstralen.’Charles Garnier.
Operagiganten Vlucht uit het treurige bestaan Femme fatale: In 19e eeuw de Opéra Comique, een echt familie-theateropera met altijd een goede afloop. George Bizet ( 1838-1875) laat in zijn opera ‘Carmen’ een heel andere afloop zien. Met Carmen schept Bizet een voor de 19e eeuw typische ‘Femme fatale’. Het Spaanse decor, sfeer en muziek zijn typisch voor het exotisme. De folkloristische dansen in Carmen behoren tot het muzikale realisme. Carmen, een zigeunerin, staat voor de hang naar grote vrijheid. Habanera Maria Callas Der Ring des Nibelungen: Richard Wagner: De Ringcyclus gaat over de tragedie van het menselijk lot. Daarnaast een aanklacht tegen de kapitalistische mij. van de 19e eeuw. De reeks is gebaseerd op de Germaanse mythologie en Noorse sagen. Het verhaal van Wotan: de strijd van egoïsme en liefde. Wagner maakt een Gesamtkunstwerk ( alle onderdelen vormen een eenheid) Koppelt leidmotief (muzikaal etiket) aan een gebeurtenis, zaak of persoon. Brünhilde
Operagiganten Vlucht uit het treurige bestaan De tempel van Bayreuth: Wagner wilde voor zijn ‘kunstwerk van de toekomst’ een speciaal theater.1872 het Festspielhaus. Het ontwerp grijpt terug op klassieke theaters maar nieuw zijn: de aparte orkestbak ( geluiddemping en ook meer lichteffecten mogelijk), en het publiek in het donker. Wagner speelt voor architect, toneelmeester en decorateur. Hij treedt zelfs op als impresario, zangleraar en regisseur. Hij wilde niet alleen het publiek vermaken maar ook een religieus effect behalen. Alles moest daaraan worden aangepast. Der Ring des Nibelungen Festspielhaus
Drijven op gevoel Vlucht uit het treurige bestaan Fantasie of werkelijkheid: Twee ontwikkelingen: 1) vasthouden aan gangbare klassieke muzikale vormen de absolute muziek. Johannes Brahms: symfonie opgebouwd uit vier delen net als de klassieke symfonieën. Toch romantisch door de harmonische samenklank en hun volle, afwisselende orkestklank. 2) Muziek die iets buitenmuzikaals wil uitdrukken: ‘programmamuziek’. De componist Franz Liszt benadrukt:’Kunst beoefenen betekent een vorm scheppen en gebruiken, tot uitdrukking van een gevoel, een idee’. Hier wint de fantasie het van de werkelijkheid, dromen en visioenen zijn ( net als in de literatuur en schilderkunst) volop aanwezig, expressie van gevoelens, spontaniteit, ordeloosheid en chaos. De klankkleur wordt belangrijker: met hun associatieve betekenis dragen zij bij aan de vormgeving van een programma. Orkesten groter dan ooit. Er is een grote behoefte aan kolossale effecten Brahms: Eerste symfonie Liszt Hungarian Rhapsody Also sprach Zarathustra: Richard Strauss (1864-1949) een symfonisch gedicht, - een ééndelige compositie voor orkest gebaseerd op thema’s uit de literatuur, beeldende kunst of op eigen ervaringen. Het geeft een muzikaal commentaar op het prozagedicht van Nietsche. (ideën over de Uebermensch) Strauss geeft niet die ideeën weer maar gebruikt ze als inspiratiebron. Alleen het deel met als ondertitel ‘over de wetenschap’ heeft een beredeneerd element nl. een fugathema waarin alle twaalf tonen van de chromatische toonladder voorkomen. Deze opbouw staat symbool voor het alomvattende, maar in duistere nevelen gehulde domein van de wetenschap. Strauss: Openingsfanfare
Drijven op gevoel Vlucht uit het treurige bestaan Het Russische sprookjesballet: In tweede helft 19e eeuw in Rusland sprake van een ballet-rage. Topchoreografen zoals Marius Petipa werken bij het Russisch ballet. Samen met componist Pjotr Iljitsj Tsjaikovsky maakt hij het sprookjesballet ‘De schone slaapster’(Doornroosje). Amusementswaarde van de choreografie staat voorop. Tsjaikovski benadert dit ballet als een opera waarin muziek en handeling een eenheid vormen. Gebruik van leidmotieven. Alles lijkt te kloppen: de betovering, de decors, de dure, prachtige overdadige kostuums en de muziek. fragment Tsjaikovsky: Doornroosje divertissement ballerina pas-de-deux
Volksvermaak Vlucht uit het treurige bestaan Genie: Accent op het individu. Muzikale sterren zijn heroïsche figuren. Ze blinken uit als instrumentale solisten en brengen het publiek in vervoering. Niccolò Paganini trekt volle zalen. Men zegt dat hij bezeten is van de duivel,een typering die hij niet probeert te weerleggen. Hij is de enige die de technische hoogstandjes op de viool kan spelen. Paganini: Melodrama: Het lichte vermaak bloeit. De nieuwe rijken komen in grote drommen naar de theaters om te genieten van het melodrama: een verhaal met spanning waarin na veel spanning uiteindelijk de deugd het kwaad overwint. Het is de voorloper van de avonturenfilm. Overdadige decors en theatereffecten. Tussen theaters een hele concurrentiestrijd in hoogtepunten zoals stormen, vulkaanuitbarstingen, branden. Ook de vaudeville is erg populair., Shows met verschillende aparte acts: zangers, dansers, goochelaars, honden enz. Alles is mogelijk – zolang het maar netjes blijft! Hier geen rangen en standen. Door de uitvinding van elektrisch licht veel meer effecten mogelijk. Licht is zo een deel van de voorstelling. De dans van het volk: De wals is in de 19e eeuw de dans van het volk. Wervelende dansparen klampen zich – volgens de toen heersende normen- onzedelijk vast. Joseph Lanner en Johann Strauss Jr. zijn veelgevraagd om speciale walsen te componeren, zoals voor het Weense Mannenzangvereniging: ‘aan de mooie blauwe Donau’ . Niet zo succesvol vanwege de nietszeggende tekst, maar als instrumentale danscompositie erg populair.( eerste oplage een miljoen stuks gedrukte bladmuziek.) Wals karikatuur
De romantische held Vlucht uit het treurige bestaan Het miskende genie: Franz Schubert (1797-1828) stelt dat een kunstenaar zich alleen in volledige artistieke vrijheid kan ontplooien. Zijn lot is armoede en miskenning. De liederencyclus ‘Die Winterreise’: -24 liederen- is gebaseerd op de gedichten van Wilhelm Muller. Het is een reis door het landschap van de dood. De hoofdpersoon gaat in en aan de natuur ten gronde. Schubert streeft er naar om iedere stemming of gemoedstoestand in een melodie te vertalen. Bij elk lied een pianopartij die de juiste sfeer weet te raken. Frédéric Chopin (Polen 1810-1849) Poolse banneling in Frankrijk.Wonderkind en pianovirtuoos met een zwakke gezondheid schreef alleen pianomuziek waarin elegante en expressieve melodieën.Zijn werk vormt een hoogtepunt van de romantische pianomuziek. Camille Saint-Saëns: ‘Danse Macabre’ Mystiek: Casper David Friedrich (1774-1840).: “De schilder moet niet alleen schilderen wat hij voor zich ziet, maar ook wat hij in zichzelf ziet. Als hij niets in zichzelf ziet, moet hij ophouden te schilderen wat hij voor zich ziet”. De naar binnen gekeerde blik op de innerlijke wereld van de geest is kenmerkend voor de literaire en schilderkundige romantische beweging in Noord-Duitsland rond 1800. Friedrich houdt zich bezig met fundamentele levensvragen, waarin de relatie tussen de mens, de natuur en God centraal staat. De zichtbare en tastbare natuur is als een schaduw van God.
Casper David Friedrich Vlucht naar de geest Het kruis in de bergen Het wrak van ‘De Hoop’ Kerkhof in de sneeuw
SAMENVATTING * Achtergrond Romantiek: industrialisatie, verstedelijking, armoede, anonieme massa. * Kunstenaars vluchten in: denkbeeldige wereld (sprookjes, sagen,legenden), in het verleden en het exotische. * Natuur wordt geïdealiseerd, aandacht voor gevoel en sentiment. * Landschapsschilders: Constable, Turner, Friedrich. * Schubert vertaalt iedere gemoedstoestand in een melodie. * Gothic Revival ( John Ruskin), Arts & Craftsbeweging (Wiliam Morris) in Engeland. * Cuypers bouwt Rijksmuseum in eclectische bouwstijl. * Parijs wordt hoofdstad van de opera. Groeiende middenklasse wil sensatie en sentiment * Opéra van Garnier. Gewijzigde functie theaterbezoek. * Grand opéra: romantisch, kleurig en sprookjesachtig, volks en nationalistisch. Muzikaal realisme in folkloristische dansen: Carmen van Bizet: exotisme. * Wagner maakt van de opera een romantisch muziekdrama.Gesamtkunstwerk. * Orkest in orkestbak, gebruik van leidmotieven. * In symfonische muziek twee richtingen: de absolute muziek en de programmamuziek. * Orkesten worden groter en klankkleur belangrijker. * Romantisch ballet ( met ballet blanc) : zwevende ballerina’s, tutu en spitzen. * Gaslicht creëert een magische sfeer. * Ballet-rage in Moskou en St. Petersburg. Indrukwekkende divertissementen. * Het lichte vermaak bloeit: wals is de dans van het volk, melodrama’s en vaudeville.